Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.Het onderzoek op de terechtzitting
2.De tenlastelegging
zij in of omstreeks de periode van 1 januari 2013 tot en met 31 maart 2022 in
Aadorp, Nijverdal, Haaksbergen en/of Vriezenveen, in elk geval in Nederland,
opzettelijk een geldbedrag van in totaal € 1.609.742,95, bestaande uit (AMB-018-01, p. 24):
a. € 1.074.983,06 ([naam 1]);
b. € 32.214,22 ([naam 2]) en/of
c. € 502.545,67 ([naam 3]),
in elk geval een (grote) hoeveelheid geld, dat geheel of ten dele toebehoorde aan
(ondernemingen van) [naam 1], [naam 2] en/of [naam 3], in elk geval aan anderen dan aan verdachte,
en welk geld verdachte uit hoofde van haar persoonlijke dienstbetrekking, te weten
als boekhoudster, financieel controller en/of Hoofd Financiën, in elk geval anders
dan door misdrijf onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
(art 321 Wetboek van Strafrecht, art 322 Wetboek van Strafrecht)
zij in of omstreeks de periode van 20 december 2018 tot en met 4 maart 2022 in
Aadorp en/of Vriezenveen, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal,
geschriften die bestemd waren om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten een
a. factuur 2021-014, crediteur [bedrijf 1] ad € 5.365,14 (DOC-051);
b. factuur 2021-031, crediteur [bedrijf 1] ad € 9.498,50 (DOC-056);
c. factuur 20211206, crediteur [bedrijf 2] ad € 5.969,50 (DOC-060);
d. factuur 20220304, crediteur [bedrijf 2] ad € 5.869,71 (DOC-064), en/of
e. schenkingsovereenkomst d.d. 20 december 2018 ad €122.896 (DOC-017 p.9)
valselijk heeft opgemaakt en/of heeft vervalst door op/in/met die geschriften
diensten, leveringen en/of schenkingen voor te wenden die niet werkelijk hebben plaatsgevonden, met het oogmerk om die als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken.
3.De procesafspraken
en aftrek van de tijd doorgebracht in verzekering.
en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel inclusief gijzeling:
a. [naam 1]
II. € 43.000 (overeengekomen wettelijke rente)
III. € 8.500 (kosten rechtsbijstand)
b. [naam 2]
II. € 6.700 (overeengekomen wettelijke rente).
Het OM en de verdediging stellen zich met de twee benadeelde partijen op het standpunt dat vordering van meer schade, smartengeld of andere kosten door de rechtbank dient te worden afgewezen.
4.De bewijsmotivering
5.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde
verduistering in dienstbetrekking, meermalen gepleegd;
:valsheid in geschrift, meermalen gepleegd.
6.De strafmotivering
7.De schade van benadeelden
8.De toegepaste wettelijke voorschriften
9.De beslissing
verduistering in dienstbetrekking, meermalen gepleegd;
:valsheid in geschrift, meermalen gepleegd.
gevangenisstrafvoor de duur van
8 (acht) maanden;
in zijn geheel niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de verdachte voor het einde van de
proeftijd van 3 (drie) jarende navolgende algemene voorwaarde niet is nagekomen:
algemene voorwaardedat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
taakstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid voor de duur van
320 (driehonderdtwintig) uren;
vervangende hechteniszal worden toegepast voor de duur van
160 (honderdzestig) dagen;
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit 1 tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van
€ 245.865,86(zegge: tweehonderdvijfenveertigduizendachthonderdvijfenzestig euro en zesentachtig eurocent), ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 540 dagen kan worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit 1 tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van
€ 38.914,22(zegge: achtendertigduizendnegenhonderdveertien euro en tweeëntwintig eurocent), ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 180 dagen kan worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;