ECLI:NL:RBOVE:2025:3764

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
10 juni 2025
Publicatiedatum
12 juni 2025
Zaaknummer
C/08/331800 / KG ZA 25-70
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil over verkoopwijze van ouderlijke woning in nalatenschap tussen erfgenaam en executeur

In deze zaak gaat het om een geschil tussen een erfgenaam, [partij A], en de executeur van de nalatenschap, [partij B], over de verkoop van de ouderlijke woning die tot de nalatenschap van hun ouders behoort. De ouders zijn overleden, waarbij de vader in 2001 en de moeder in 2024 is overleden. De moeder had [partij B] benoemd tot executeur en had in haar testament de erfgenamen aangewezen. De erfgenamen zijn het niet eens over de wijze van verkoop van de woning. [partij A] wil dat een onafhankelijke makelaar wordt ingeschakeld, terwijl [partij B] voorstelt om de woning via Zelfverkopen.nl te verkopen, waarbij zij zelf de bezichtigingen zou uitvoeren. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de verkoop via Zelfverkopen.nl kan plaatsvinden, omdat niet is aangetoond dat dit de verkoop negatief zou beïnvloeden. De voorzieningenrechter heeft bepaald dat de woning gedurende zestien weken via Zelfverkopen.nl te koop wordt aangeboden, waarna een makelaar kan worden ingeschakeld als de woning niet is verkocht. De bezichtigingen zullen door de executeur of een door haar aangewezen persoon worden uitgevoerd. De voorzieningenrechter heeft de vorderingen van [partij A] afgewezen en de vorderingen van [partij B] toegewezen, met inachtneming van de voorwaarden die zijn gesteld in het vonnis.

Uitspraak

RECHTBANK Overijssel

Civiel recht
Zittingsplaats Almelo
Zaaknummer: C/08/331800 / KG ZA 25-70
Vonnis in kort geding van 10 juni 2025
in de zaak van
[partij A],
wonende te [woonplaats 1],
eiser in conventie,
gedaagde in reconventie,
hierna te noemen: [partij A],
advocaat: mr. M.P. Geerdink,
tegen
[partij B],
in haar hoedanigheid van executeur in de nalatenschap van
[erflaatster],
wonende te [woonplaats 2],
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
hierna te noemen: [partij B],
advocaat: mr. A.J.C. Nuijten.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding met producties
- de conclusie van antwoord en eis in reconventie met producties
- de mondelinge behandeling van 27 mei 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt. Mr. Geerdink heeft tijdens deze mondelinge spreekaantekeningen overgelegd.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De samenvatting

Een erfgenaam en de executeur in de nalatenschap van de moeder, broer en zus, zijn het niet met elkaar eens over de manier waarop de ouderlijke woning die tot de nalatenschap van hun beide ouders behoort moet worden verkocht. De voorzieningenrechter volgt de executeur en bepaalt dat de eerste zestien weken het huis via Zelfverkopen.nl wordt aangeboden, waarna een plaatselijke makelaar zal worden aangewezen mocht het huis nog niet zijn verkocht. De bezichtigingen gedurende de eerste zestien weken zullen door de executeur dan wel een door haar te benaderen persoon worden uitgevoerd. Het is niet aannemelijk geworden dat de verkoop daardoor negatief wordt beïnvloed.

3.De feiten

3.1.
[partij A] en [partij B] zijn broer en zus en komen uit een gezin van drie kinderen.
De andere broer van partijen is [naam 1] (hierna: [naam 1]).
De ouders van partijen zijn [naam 2] (hierna: de vader) en [erflaatster] (hierna: de moeder). De vader en de moeder waren gehuwd in algehele gemeenschap van goederen.
3.2.
Op [overlijdensdatum 1] 2001 is de vader overleden. Op [overlijdensdatum 2] 2024 is de moeder overleden.
3.3.
Tot de nalatenschappen van de ouders behoort onder meer de ouderlijke woning aan de [adres] (hierna: de woning) en een hypothecaire geldlening.
3.4.
De vader had een vruchtgebruik testament gemaakt wat betekent dat de moeder gebruik mocht blijven maken van de woning. De moeder heeft bij testament [partij B] en [naam 1] tot haar enige erfgenamen benoemd onder last van een legaat ten behoeve van (onder meer) [partij A].
3.5.
[partij A] is op grond daarvan voor 1/8 deel gerechtigd tot de woning en [partij B] en [naam 1] tezamen voor 7/8 deel.
3.6.
In haar testament heeft de moeder [partij B] benoemd tot executeur. [partij B] heeft haar taak als executeur aanvaard.
3.7.
[partij B] en [naam 1] hebben de nalatenschap van moeder beneficiair aanvaard.
3.8.
Uit de verklaring van erfrecht van 4 november 2024 volgt dat de executeur heeft verklaard dat de goederen van de nalatenschap ruimschoots toereikend zijn om alle schulden van de nalatenschap te voldoen. Gelet hierop is aannemelijk dat zij als executeur (en als gevolmachtigde van de enige andere mede-erfgenaam) alleen en zelfstandig bevoegd is om de goederen die behoren tot de nalatenschap van de moeder te beheren en daarover te beschikken.

4.Het geschil

in conventie
4.1.
[partij A] vordert dat de voorzieningenrechter, uitvoerbaar bij voorraad:
1. primair [bedrijf 1] makelaars te [plaats 1] en subsidiair [bedrijf 2] makelaars te [plaats 2] aanwijst als verkopend makelaar, waarbij in laatst genoemd geval de kosten van taxatie in mindering worden gebracht op de verkoopcourtage,
2. [partij B] veroordeelt in de proces- en nakosten van dit kort geding.
4.2.
[partij B] voert verweer. [partij B] concludeert tot niet-ontvankelijkheid van [partij A], dan wel tot afwijzing van de vorderingen.
4.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
in reconventie
[partij B] vordert dat de voorzieningenrechter, uitvoerbaar bij voorraad:
[partij A] veroordeelt om binnen zeven dagen na betekening van dit vonnis, dan wel een door de voorzieningenrechter in goede justitie te bepalen termijn, aan Zelfverkopen.nl de verkoopopdracht te verstrekken ter zake de verkoop van de woning door middel van het ondertekenen van de overeenkomst van opdracht tot verkoop van de woning;
[partij B] te machtigen om, indien [partij A] weigerachtig is om aan hetgeen onder a. is bepaald te voldoen, namens [partij A] ter zake van de woning de verkoopopdracht te verstrekken aan Zelfverkopen.nl, dan wel subsidiair te bepalen dat indien [partij A] in gebreke blijft aan de hiervoor onder a. genoemde veroordeling te voldoen, dit vonnis ex artikel 3:300 en 3:301 BW in de plaats treedt van de verklaring van [partij A] in de opdracht tot verkoop van de woning waaraan [partij A] moet meewerken c.q. dat deel van de overeenkomst dat [partij A] dient te ondertekenen, indien [partij A] niet op de eerste uitnodiging daartoe van de betrokken makelaar aan het ondertekenen van de opdracht tot verkoop zijn medewerking verleent;
bepaalt dat [partij B] als eerste de vraagprijs mag bepalen voor de verkoop van de woning, welke vraagprijs gedurende een periode van zestien weken vanaf het moment van het in de verkoop zetten van de woning, dan wel een in goede justitie door de voorzieningenrechter te bepalen periode, zal worden gehandhaafd onder de voorwaarde dat de vraagprijs tenminste de adviesvraagprijs van Zelfverkopen.nl zal zijn. Indien de woning niet binnen zestien weken zal zijn verkocht, dan zal de woning gedurende zes weken voor de door [partij A] voorgestane vraagprijs te koop worden aangeboden onder de voorwaarde dat de vraagprijs tenminste de adviesvraagprijs van Zelfverkopen.nl zal zijn. Mocht de woning dan evenmin zijn verkocht, dan zal de woning te koop worden aangeboden via [bedrijf 2], dan wel een door de voorzieningenrechter te bepalen makelaar, tegen de door [bedrijf 2] aangegeven vraag- en laatprijs en onder de gebruikelijke verkoopcondities, waarbij [partij A] zal worden veroordeeld tot ondertekening van de verkoopopdracht aan [bedrijf 2], bij gebreke waarvan [partij B] zal worden gemachtigd namens [partij A] de verkoopopdracht aan [bedrijf 2] te verstrekken, dan wel te bepalen dat dit vonnis ex artikel 3:300 en 3:301 BW in de plaats treedt van de handtekening van [partij A] inzake het verstrekken van de verkoopopdracht tegen de door [bedrijf 2] aan te geven vraag- en laatprijs en onder de gebruikelijke verkoopcondities;
bepaalt dat partijen in overleg met Zelfverkopen.nl/[bedrijf 2] de verkoopovereenkomst aangaan met degene die een martkconforme prijs biedt, en dat in het geval partijen het niet eens kunnen worden over de vraag of een aanbod marktconform is zij zich dienen te conformeren aan de door Zelfverkopen.nl/[bedrijf 2] aangegeven marktconforme prijs;
[partij A] veroordeelt om binnen twee dagen na het door [partij B] en/of de makelaar toezenden van de koopovereenkomst, dan wel binnen een door de voorzieningenrechter in goede justitie te bepalen termijn, over te gaan tot ondertekening van voornoemde koopovereenkomst ten aanzien van de woning;
[partij A] veroordeelt om mee te werken aan de levering van de woning binnen de in de koopovereenkomst genoemde termijn aan de koper en wel door (mede)ondertekening van de te passeren leveringsakte;
[partij B] te machtigen om, zodra met inachtneming van bovenstaande punten een verkoopovereenkomst tot stand is gekomen en [partij A] weigerachtig is hieraan zijn medewerking te verlenen, als vertegenwoordiger van [partij A] de handelingen te verrichten die nodig zijn om tot verkoop en levering van de woning te komen, waaronder het namens [partij A] ondertekenen van de verkoopovereenkomst en de notariële leveringsakte, dan wel subsidiair te bepalen dat indien [partij A] in gebreke blijft aan de hiervoor sub e. en f. genoemde veroordelingen te voldoen, dit vonnis ex artikel 3:300 en 3:301 BW in de plaats treedt van de verklaring van [partij A] in de koopovereenkomst en/of notariële akte of het deel van de koopovereenkomst en/of leveringsakte van de woning, waaraan [partij A] moet meewerken c.q. dat deel van de akte dat [partij A] dient te ondertekenen, indien [partij A] niet op de eerste uitnodiging daartoe van de betrokken makelaar en/of betrokken notaris aan het ondertekenen van de koopovereenkomst en/of het verlijden van de leveringsakte zijn medewerking verleent;
die voorzieningen te treffen welke de voorzieningenrechter geraden acht;
[partij A] veroordeelt in de kosten van deze procedure.
4.4.
[partij A] voert verweer.
4.5.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

5.De beoordeling

5.1.
Gelet op de samenhang tussen de vorderingen in conventie en in reconventie zullen deze vorderingen gezamenlijk worden behandeld.
Ondeelbare rechtsverhouding
5.2.
Gelet op het feit dat het gaat om de verkoop van een zaak die tot de nalatenschappen van de beide ouders behoort is er sprake van een ondeelbare rechtsverhouding tussen degenen die recht hebben op die nalatenschappen. [partij B] is alleen in haar hoedanigheid van executeur in het geding geroepen. In conventie zijn [naam 1] en [partij B] als erfgenaam niet in het geding geroepen. In reconventie is [naam 1] niet in het geding geroepen.
De vraag of [partij B] (als executeur) zichzelf als erfgenaam had moeten oproepen is een louter theoretische vraag. Zij heeft haar standpunt kunnen weergeven in deze procedure en daarmee is haar recht om te worden gehoord gewaarborgd. Voor [naam 1] geldt dat hij als toehoorder aanwezig was bij de mondelinge behandeling en kennis heeft genomen van de vorderingen over en weer. Bij de mondelinge behandeling heeft [naam 1] desgevraagd van het recht om alsnog te worden opgeroepen afstand gedaan. Zijn belangen om te worden gehoord zijn niet geschonden door niet officieel te zijn opgeroepen. De vorderingen zullen hierna inhoudelijk beoordeeld worden.
(Spoedeisend) belang
5.3.
Het gaat hier om in kort geding gevorderde voorlopige voorzieningen. De rechter moet daarom eerst beoordelen of partijen ten tijde van dit vonnis bij die voorziening een spoedeisend belang hebben. Daarnaast dient de voorzieningenrechter in dit kort geding te beoordelen of op basis van de feiten en omstandigheden en zonder nadere bewijslevering de verzochte voorlopige voorziening in een eventuele bodemprocedure een zodanige kans van slagen heeft dat, vooruitlopend daarop, een toewijzing in kort geding gerechtvaardigd is. Daarbij moeten de belangen van partijen bij toewijzing dan wel afwijzing van de voorlopige voorziening tegen elkaar worden afgewogen.
5.4.
Van een spoedeisend belang is in voldoende mate gebleken. Beide partijen hebben gewezen op de oplopende kosten. Doordat partijen elkaar onderling niet vertrouwen lukt het hen niet om tot werkbare afspraken te komen en is een beslissing noodzakelijk.
Wijze van verkoop van de woning
5.5.
Kern van het geschil is de wijze waarop de verkoop van de woning moet plaatsvinden.
5.6.
Het belangrijkste verschil tussen de vorderingen van [partij A] en [partij B] is dat [partij B] gedurende zestien weken via Zelfverkopen.nl het huis te koop zou willen zetten.
In dat geval doet de makelaar niet de bezichtigingen en dat scheelt volgens haar veel geld. Zij kan zelf de bezichtigingen doen en zich eventueel laten vervangen door [naam 1], die in [plaats 3] woont.
[partij A] heeft daar geen vertrouwen in en hij zou het liefst een onafhankelijke ter plaatse werkende makelaar aanstellen. Voor hem is het belangrijk dat de makelaar makkelijk te benaderen is, hem actief informeert over zaken rondom de verkoop en de actuele prijs bepaalt die past bij de locatie. Als het huis wel via Zelfverkopen.nl zou worden aangeboden dan wil hij zelf alle bezichtigingen doen.
5.7.
Hierover wordt als volgt geoordeeld. [partij A] heeft niet aannemelijk gemaakt dat de punten die voor hem het meest belangrijk zijn niet gewaarborgd worden bij verkoop via Zelfverkopen.nl. Bij de conclusie van antwoord zit als productie 24 een toelichting op het verloop van het verkooptraject. Daarnaast is uit telefonische navraag door mr. Nuijten tijdens de schorsing van de mondelinge behandeling gebleken dat partijen één makelaar als aanspreekpunt krijgen die alle erfgenamen telkens informeert en die bereikbaar is en de prijs bepaalt aan de hand van informatie van een NVM-makelaar die ter plaatse bekend is. Dat de makelaar die aanspreekpunt is niet noodzakelijkerwijs uit de regio komt is geen belemmering omdat hij zich voor specifieke informatie over de woningmarkt in de regio kan wenden tot de ter plaatse bekende NVM-makelaar. Daarmee zijn de voor [partij A] belangrijke zaken gewaarborgd.
Bij de keuze voor de erfgenaam die de bezichtiging zou moeten doen neemt de voorzieningenrechter tot uitgangspunt dat de moeder [partij B] als executeur heeft benoemd en [naam 1] zich achter [partij B] schaart. Zij vertegenwoordigen het grootste deel van de nalatenschappen, waartoe de woning behoort. Alle partijen, ook [partij A], willen met de verkoop een zo hoog mogelijke prijs bereiken. Dat dit doel met de bezichtiging door [partij B] niet wordt bereikt ( en met [partij A] wel) heeft [partij A] niet aannemelijk gemaakt.
Het staat [partij B] vrij iemand in haar plaats te vragen de bezichtiging uit te voeren als het haar om wat voor (agendatechnische) reden niet lukt. In het testament van de moeder staat immers:
De executeur is niet verplicht omtrent de keuze van de te gelde te maken goederen en de wijze van tegeldemaking in overleg te treden en heeft geen toestemming nodig voor de tegeldemaking van een goed.
5.8.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft [partij B] haar vordering gewijzigd in die zin dat aangezien [partij A] er geen prijs op stelt om de prijs te bepalen voor het verkooptraject via Zelfverkopen.nl die passage kan worden geschrapt. Het gaat om de passage:
dan zal de woning gedurende zes weken voor de door de man voorgestane vraagprijs te koop worden aangeboden onder de voorwaarde dat de vraagprijs tenminste de adviesvraagprijs van Zelfverkopen.nl zal zijn. Mocht de woning dan evenmin zijn verkocht.
Met inachtneming van deze gewijzigde vordering kunnen de vorderingen onder a. tot en met c. worden toegewezen. Nu tegen de overige vorderingen geen gemotiveerd bezwaar is gevoerd liggen deze mede voor toewijzing gereed.
De voorzieningenrechter gaat er van uit dat waar in de vordering ‘dan wel subsidiair’ of ‘dan wel’ staat, [partij B] een subsidaire vordering bedoeld in te stellen. Voor zover een vordering primair wordt toegewezen, wordt de subsidiaire vordering onbesproken gelaten.
Proceskosten
5.9.
Gelet op de familierelatie zullen de proceskosten worden gecompenseerd hetgeen betekent dat iedere partij de eigen kosten draagt. [partij B] heeft niet gemotiveerd aangevoerd waarom van deze hoofdregel afgeweken dient te worden.
5.10.
Het vonnis zal uitvoerbaar bij voorraad worden verklaard. Dit betekent dat het vonnis ook mag worden uitgevoerd als een partij in hoger beroep gaat.

6.De beslissing

De voorzieningenrechter
in conventie
6.1.
wijst de vorderingen af,
in reconventie
6.2.
veroordeelt [partij A] om binnen zeven dagen na betekening van dit vonnis aan Zelfverkopen.nl de verkoopopdracht te verstrekken ter zake de verkoop van de woning aan de [adres] door middel van het ondertekenen van de overeenkomst van opdracht tot verkoop van de woning,
6.3.
machtigt [partij B] om, indien [partij A] weigerachtig is om aan de veroordeling onder 6.2. te voldoen, namens [partij A] ter zake van de woning de verkoopopdracht te verstrekken aan Zelfverkopen.nl,
6.4.
bepaalt dat [partij B] als eerste de vraagprijs mag bepalen voor de verkoop van de woning, welke vraagprijs gedurende een periode van zestien weken vanaf het moment van het in de verkoop zetten van de woning zal worden gehandhaafd onder de voorwaarde dat de vraagprijs tenminste de adviesvraagprijs van Zelfverkopen.nl zal zijn,
6.5.
bepaalt dat indien de woning niet binnen deze zestien weken zal zijn verkoch,t de woning te koop zal worden aangeboden via [bedrijf 2] tegen de door [bedrijf 2] aangegeven vraag- en laatprijs en onder de gebruikelijke verkoopcondities en veroordeelt [partij A] in dat geval tot ondertekening van de verkoopopdracht aan [bedrijf 2] bij gebreke waarvan [partij B] wordt gemachtigd om namens [partij A] de verkoopopdracht aan [bedrijf 2] te verstrekken,
6.6.
bepaalt dat partijen in overleg met Zelfverkopen.nl/[bedrijf 2] de verkoopovereenkomst aangaan met degene die een martkconforme prijs biedt, en dat in het geval partijen het niet eens kunnen worden over de vraag of een aanbod marktconform is zij zich dienen te conformeren aan de door Zelfverkopen.nl/[bedrijf 2] aangegeven marktconforme prijs,
6.7.
veroordeelt [partij A] om binnen twee dagen na het door [partij B] en/of de makelaar toezenden van de koopovereenkomst over te gaan tot ondertekening van voornoemde koopovereenkomst ten aanzien van de woning,
6.8.
veroordeelt [partij A] om mee te werken aan de levering van de woning binnen de in de koopovereenkomst genoemde termijn aan de koper en wel door (mede)ondertekening van de te passeren leveringsakte,
6.9.
machtigt [partij B] om, zodra met inachtneming van bovenstaande punten een verkoopovereenkomst tot stand is gekomen en [partij A] weigerachtig is hieraan zijn medewerking te verlenen, als vertegenwoordiger van [partij A] de handelingen te verrichten die nodig zijn om tot verkoop en levering van de woning te komen, waaronder het namens [partij A] ondertekenen van de verkoopovereenkomst en de notariële leveringsakte,
6.10.
verklaart dit vonnis in reconventie tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
6.11.
wijst het meer of anders gevorderde af,
in conventie en in reconventie
6.12.
compenseert de proceskosten, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door mr. A. Smedes en in het openbaar uitgesproken op 10 juni 2025.