Uitspraak
1.De procedure
- de mondelinge behandeling van 14 april 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt
- de pleitnota van Domijn.
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 2 juni 2025 uitspraak gedaan in een kort geding. Eiser, die sinds 21 mei 2019 een woning huurt van Woningstichting Domijn, was eerder door de kantonrechter veroordeeld om al haar honden uit de woning te verwijderen. Deze veroordeling was gebaseerd op een verstekvonnis van 11 februari 2025, waarin verschillende gedragsaanwijzingen waren opgelegd, waaronder het verwijderen van de honden en het voorkomen van overlast. Eiser heeft verzet ingesteld tegen deze veroordeling en verzocht om schorsing van de tenuitvoerlegging van het vonnis, omdat zij in een kwetsbare situatie verkeert en niet in staat is om direct aan de gedragsaanwijzingen te voldoen. De rechtbank heeft de tenuitvoerlegging van het vonnis geschorst voor de onderdelen II en III, wat betekent dat de ontruiming van de woning en de verplichting om de honden te verwijderen tijdelijk is opgeschort totdat er in de verzetprocedure een beslissing is genomen. De rechtbank heeft geoordeeld dat het belang van de gedaagde partij bij het behoud van de bestaande situatie zwaarder weegt dan het belang van de eiser bij de onmiddellijke tenuitvoerlegging van het vonnis. De proceskosten zijn gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt.