ECLI:NL:RBOVE:2025:2760

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
6 mei 2025
Publicatiedatum
6 mei 2025
Zaaknummer
08.016082.25 + 08.157879.24 (gev.ttz) + 08.288720.23 (gev.ttz) (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van verdachte tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders na meerdere misdrijven waaronder vandalisme, bedreiging en diefstal met geweld

Op 6 mei 2025 heeft de Rechtbank Overijssel in Zwolle uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die schuldig is bevonden aan meerdere misdrijven, waaronder vandalisme, bedreiging met geweld en diefstal met geweld. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders voor de duur van twee jaren, alsook tot het betalen van een schadevergoeding aan de benadeelde partij. De verdachte, geboren in 1994, heeft zich schuldig gemaakt aan het opzettelijk vernielen van goederen die aan anderen toebehoorden, en heeft meerdere personen bedreigd met de dood. De rechtbank heeft de bewezenverklaring van de feiten gebaseerd op getuigenverklaringen, camerabeelden en de bekennende verklaring van de verdachte zelf, afgelegd tijdens de zitting op 22 april 2025. De rechtbank heeft in haar overwegingen rekening gehouden met de recidive van de verdachte, die in het verleden al meerdere keren is veroordeeld voor vergelijkbare feiten. De verdachte heeft zijn misdrijven gepleegd onder invloed van alcohol en heeft een langdurige verslavingsproblematiek. De rechtbank achtte het noodzakelijk om een ISD-maatregel op te leggen om verdere recidive te voorkomen en om de verdachte te helpen bij zijn verslavingsproblematiek. De schadevergoeding aan de benadeelde partij, die voortkwam uit de vernielingen, is vastgesteld op € 113,75, te vermeerderen met wettelijke rente.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummers: 08.016082.25 + 08.157879.24 (gev.ttz) + 08.288720.23 (gev.ttz) (P)
Datum vonnis: 6 mei 2025
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1994 in [geboorteplaats] ,
ingeschreven op het adres [woonplaats] ,
nu verblijvende in de PI [locatie] .

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 22 april 2025.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van wat door verdachte en zijn raadsman mr. L. Palanciyan, advocaat in Amsterdam, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
parketnummer 08.016082.25:
op 14 januari 2025 in Zwolle,
feit 1:een kozijn en/of een raam van [bedrijf] heeft vernield;
feit 2, 3 en 4:[slachtoffer 1], [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] heeft bedreigd;
parketnummer 08.157879.24
op 11 mei 2024 in Zwolle onderdelen van een fiets van [slachtoffer 4] heeft vernield;
parketnummer 08.288720.23
op 1 november 2023 in Zwolle
feit 1:rond 17:26 uur meerdere blikjes alcoholhoudende drank van de Albert Heijn aan de Forelkolk 108 heeft gestolen, terwijl deze diefstal gevolgd werd door geweld en bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 5];
feit 2:rond 16:35 uur meerdere blikjes alcoholhoudende drank van de Albert Heijn aan de Forelkolk 108 heeft gestolen.
Voluit luiden de tenlasteleggingen aan verdachte, dat:
parketnummer 08.016082.25
1
hij op of omstreeks 14 januari 2025 te Zwolle opzettelijk en wederrechtelijk een kozijn en/of een raam, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan [bedrijf] , in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt;
2
hij op of omstreeks 14 januari 2025 te Zwolle [slachtoffer 1] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door die [slachtoffer 1] dreigend de woorden toe te voegen "Nina kijk mij aan, kankerhoer, ik maak je dood, jullie komen er wel achter, ik maak jullie hartstikke dood.", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
3
hij op of omstreeks 14 januari 2025 te Zwolle [slachtoffer 2] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door die [slachtoffer 2] dreigend de woorden toe te voegen "Ik ga jou echt doodmaken", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
4
hij op of omstreeks 14 januari 2025 te Zwolle [slachtoffer 3] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door die [slachtoffer 3] dreigend de woorden toe te voegen "Ik maak je hartstikke dood" en/of "ik maak jullie allemaal dood", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
parketnummer 08.157879.24hij op of omstreeks 11 mei 2024 te Zwolle opzettelijk en wederrechtelijk een fietsstuur en/of een fietsslot en/of een versnellingshendel, in elk geval enig(e) goed(eren), dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 4], in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft vernield, beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt;

parketnummer 08.288720.23

1
hij op of omstreeks 1 november 2023 (om omstreeks 17:26) te Zwolle een of meerdere blikjes alcoholhoudende drank, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan de Albert Heijn (gevestigd op/aan de Forelkolk 108), in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 5], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken, en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf hetzij de vlucht
mogelijk te maken hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door
- zich met kracht te proberen los te trekken uit de greep van die [slachtoffer 5], door zich
in tegengestelde richting te bewegen, dan waarin die [slachtoffer 5] hem trachtte te
bewegen, en/of (vervolgens)
- die [slachtoffer 5] de woorden toe te voegen:"ik ga jou slaan" en/of "ik druk zo meteen
de peuk uit in jouw gezicht", althans woorden van gelijke dreigende aard en/of
strekking;
2
hij op of omstreeks 1 november 2023 (omomstreeks 16:35) te Zwolle een of meerdere blikjes alcoholhoudende drank, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan de Albert Heijn (gevestigd op/aan de Forelkolk 108), in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.

3.De bewijsmotivering

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van alle tenlastegelegde feiten.
3.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich ten aanzien van de bewezenverklaring van alle tenlastegelegde feiten gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
3.3
Het oordeel van de rechtbank
Parketnummer 08.016082.25
De rechtbank komt tot een bewezenverklaring van de onder 1, 2, 3 en 4 ten laste gelegde feiten op grond van de volgende bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank - nu verdachte deze feiten heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit - volgens artikel 359, derde lid, laatste volzin van het Wetboek van Strafvordering (Sv), zal volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen:
- de aangiften van [slachtoffer 1] [1] , [slachtoffer 2] [2] , [slachtoffer 3] [3] en de aanvullende verklaring van [slachtoffer 1] [4] ;
- het proces-verbaal uitkijken camerabeelden [5] ;
- de bekennende verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting op 22 april 2025 [6] .
Parketnummer 08.157879.24
De rechtbank komt tot een bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit op grond van de volgende bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank - nu verdachte dit feit heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit - volgens artikel 359, derde lid, laatste volzin van het Wetboek van Strafvordering (Sv), zal volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen:
- de aangifte van [slachtoffer 4] [7] ;
- het proces-verbaal uitkijken camerabeelden van de Albert Heijn [8] ;
- de bekennende verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting op 22 april 2025 [9] .
Parketnummer 08.288720.23
De rechtbank komt tot een bewezenverklaring van de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten op grond van de volgende bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank - nu verdachte deze feiten heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit - volgens artikel 359, derde lid, laatste volzin van het Wetboek van Strafvordering (Sv), zal volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen:
- de aangifte namens Albert Heijn door [slachtoffer 5] [10] ;
- het proces-verbaal uitkijken camerabeelden van de Albert Heijn [11] ;
- de bekennende verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting op 22 april 2025 [12] .
3.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de hiervoor opgegeven bewijsmiddelen, waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat:
parketnummer 08.016082.25
1
hij op 14 januari 2025 te Zwolle opzettelijk en wederrechtelijk een kozijn dat aan [bedrijf] toebehoorde heeft vernield;
2
hij op 14 januari 2025 te Zwolle [slachtoffer 1] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, door die [slachtoffer 1] dreigend de woorden toe te voegen "Nina kijk mij aan, kankerhoer, ik maak je dood, jullie komen er wel achter, ik maak jullie hartstikke dood.";
3
hij op 14 januari 2025 te Zwolle [slachtoffer 2] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, door die [slachtoffer 2] dreigend de woorden toe te voegen "Ik ga jou echt doodmaken";
4
hij op 14 januari 2025 te Zwolle [slachtoffer 3] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, door die [slachtoffer 3] dreigend de woorden toe te voegen "Ik maak je hartstikke dood" en "ik maak jullie allemaal dood".parketnummer 08.157879.24hij op 11 mei 2024 te Zwolle opzettelijk en wederrechtelijk een fietsstuur en een fietsslot en een versnellingshendel, die aan [slachtoffer 4], toebehoorden heeft vernield.
parketnummer 08.288720.23
1
hij op 1 november 2023 (om omstreeks 17:26) te Zwolle meerdere blikjes alcoholhoudende drank, die aan de Albert Heijn (gevestigd op/aan de Forelkolk 108), toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om deze zich wederrechtelijk toe te eigenen welke diefstal werd gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 5], gepleegd met het oogmerk om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door- zich met kracht te proberen los te trekken uit de greep van die [slachtoffer 5], door zichin tegengestelde richting te bewegen, dan waarin die [slachtoffer 5] hem trachtte tebewegen, en (vervolgens)- die [slachtoffer 5] de woorden toe te voegen:"ik ga jou slaan" en "ik druk zo meteende peuk uit in jouw gezicht";
2
hij op 1 november 2023 (om omstreeks 16:35) te Zwolle meerdere blikjes alcoholhoudende drank, die geheel aan de Albert Heijn (gevestigd op/aan de Forelkolk 108), toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om deze zich wederrechtelijk toe te eigenen.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd in de bewezenverklaring. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in de artikelen 285, 310, 312 en 350 van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
parketnummer 08.016082.25
feit 1
het misdrijf:
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen.
feit 2, 3 en 4, telkens:
het misdrijf:
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht.
parketnummer 08.157879.24
het misdrijf:
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen,
meermalen gepleegd.
parketnummer 08.288720.23
feit 1:
het misdrijf:
diefstal, gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren.
feit 2:
het misdrijf:
diefstal.

5.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezenverklaarde feiten.

6.De op te leggen straf of maatregel

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd aan verdachte de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders (hierna: ISD-maatregel) voor de duur van twee jaren op te leggen.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft verzocht om de ISD-maatregel één jaar onvoorwaardelijk en één jaar voorwaardelijk op te leggen.
6.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij in het bijzonder het volgende van belang.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan vernielingen, bedreigingen van medewerkers van [bedrijf] en winkeldiefstallen. Een van deze winkeldiefstallen werd gevolgd door geweld en bedreiging met geweld tegen een winkelmedewerker. Verdachte heeft deze feiten naar eigen zeggen allemaal onder invloed van alcohol gepleegd en op dat moment geen oog gehad voor de gevolgen voor de slachtoffers. Dat rekent de rechtbank hem aan.
Uit het uittreksel justitiële documentatie van verdachte van 27 maart 2025 blijkt dat verdachte in het (recente) verleden veelvuldig is veroordeeld wegens het plegen van feiten waarmee hij overlast voor anderen heeft veroorzaakt, zoals winkeldiefstallen.
Uit het rapport van Verslavings Reclassering GGZ / VNN, opgesteld door [naam], van 1 april 2025 komt naar voren dat er bij verdachte sprake is van langdurig bestaande en onbehandelde verslavingsproblematiek en instabiliteit op vrijwel alle leefgebieden. De psychische problematiek en zijn houding beïnvloeden het recidiverisico verder in negatieve zin. Meerdere behandeltrajecten werden voortijdig beëindigd door de niet meewerkende houding van verdachte. Gedragsverandering bleef hierdoor uit en verdachte bleef recidiveren. Een intensieve en dwingende interventie wordt noodzakelijk geacht om recidive te beperken. Verdachte staat geregistreerd als veelpleger en wordt besproken in het Zorg- en Veiligheidshuis IJsselland. Hij is dakloos en heeft een sociaal netwerk binnen de dak- en thuislozenscene. Verdachte gebruikt alcohol sinds zijn vijftiende en drugs sinds zijn twaalfde. Hij pleegt strafbare feiten om in deze behoefte te voorzien. De reclassering schat het risico op recidive in als hoog en adviseert een onvoorwaardelijke ISD-maatregel voor de duur van twee jaren op te leggen.
Oplegging van de maatregel
De rechtbank is van oordeel dat, gelet op de aard van de bewezenverklaarde feiten, de relevante documentatie van verdachte en het advies van de reclassering, de oplegging van een ISD-maatregel passend is.
De rechtbank stelt vast dat aan alle voorwaarden is voldaan die artikel 38m Sr aan het opleggen van de ISD-maatregel stelt. Ook is voldaan aan de eisen die de thans geldende “Richtlijn voor Strafvordering bij meerderjarige veelplegers (in het bijzonder de vordering van de ISD-maatregel bij stelselmatige daders)” van het Openbaar Ministerie stelt.
Bewezen is verklaard dat verdachte misdrijven heeft begaan waarvoor voorlopige hechtenis is toegelaten.
Uit het uittreksel justitiële documentatie voornoemd blijkt dat verdachte in de vijf jaar voorafgaand aan de feiten meer dan drie keer onherroepelijk is veroordeeld tot een vrijheidsbenemende straf voor een misdrijf. De in dit vonnis bewezenverklaarde feiten zijn begaan na tenuitvoerlegging van die straffen. De rechtbank heeft in dat verband onder meer gelet op de navolgende onherroepelijke veroordelingen ter zake van misdrijven:
- het vonnis van de politierechter in de rechtbank Overijssel van 27 maart 2024, waarbij verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 14 dagen;
- het vonnis van de politierechter in de rechtbank Overijssel van 31 juli 2024, waarbij verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van één maand;
- het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Nederland van 10 juli 2024, waarbij verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 16 dagen;
- het vonnis van de politierechter in de rechtbank Overijssel van 9 februari 2023, waarbij verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 150 dagen, waarvan 103 dagen voorwaardelijk, die tenuitvoergelegd zijn;
- het vonnis van de politierechter in de rechtbank Overijssel van 13 oktober 2021, waarbij verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van één week.
De rechtbank stelt verder vast dat uit het reclasseringsrapport blijkt dat het recidiverisico van verdachte als hoog moet worden ingeschat. Het is tot nu toe niet gelukt om een geslaagd hulpverleningstraject in gang te zetten. Er is blijvend sprake van recidiveren. Het is daarom dat de veiligheid van personen of goederen het opleggen van de maatregel eist.
Verder voldoet verdachte aan de definitie van zeer actieve veelpleger. Tegen verdachte zijn over een periode van vijf jaar processen-verbaal opgemaakt voor meer dan tien misdrijven, waarvan ten minste een in de laatste twaalf maanden, teruggerekend vanaf de pleegdatum van het laatst gepleegde feit.
De rechtbank overweegt dat oplegging van de ISD-maatregel strekt tot de beëindiging van recidive van verdachte en de beëindiging van overlast veroorzakend gedrag in de samenleving. De maatregel kan daarnaast bijdragen aan een oplossing van de (verslavings)problematiek van verdachte, die van invloed is op zijn aanhoudende justitiecontacten.
Alles overwegende zal de rechtbank aan verdachte een onvoorwaardelijke ISD-maatregel opleggen voor duur van twee jaren.

7.De schade van benadeelde

7.1
De vordering van de benadeelde partij
[slachtoffer 4] heeft zich als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De benadeelde partij vordert verdachte te veroordelen om schadevergoeding te betalen tot een totaalbedrag van
€ 113,75, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment waarop de schade is ontstaan. De gevorderde materiële schade bestaat uit de volgende posten:
- Simon ringslot € 15,95
- Ergotec stuurbocht trekking € 21,90
- Shimano versteller Nexus € 19,85
- Remkabel € 10,95
- Arbeidsloon € 45,00
Totaal: € 113,75.
Daarnaast vordert [slachtoffer 4] € 11,38 ter vergoeding van proceskosten.
7.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering toegewezen kan worden.
7.3
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
7.4
Het oordeel van de rechtbank
Materiële schade
Door de gebezigde bewijsmiddelen en de behandeling op de terechtzitting is komen vast te staan dat verdachte door het onder parketnummer 08.157879.24 bewezenverklaarde feit rechtstreeks schade heeft toegebracht aan de benadeelde partij. De opgevoerde schadeposten zijn niet betwist en voldoende onderbouwd en aannemelijk. De rechtbank zal het gevorderde daarom toewijzen tot een bedrag van € 113,75, te vermeerderen met de verschuldigde wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan, te weten 11 mei 2024.
Proceskosten
De gevorderde proceskosten zijn naar het oordeel van de rechtbank voldoende onderbouwd.
De rechtbank zal het bedrag van € 11,38 toewijzen.
7.5
De schadevergoedingsmaatregel
De benadeelde partij heeft verzocht en de officier van justitie heeft gevorderd de schadevergoedingsmaatregel op te leggen.
De rechtbank zal de maatregel als bedoeld in artikel 36f Sr opleggen, aangezien verdachte jegens de benadeelde partij naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de schade die door het feit is toegebracht.
Als door de verdachte niet volledig wordt betaald, kan deze verplichting worden aangevuld met 2 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.

8.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 38n en 57 Sr.

9.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het bij de parketnummers 08.016082.25, 08.157879.24 en 08.288720.23 tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feiten
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
parketnummer 08.016082.25
feit 1
het misdrijf:
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen.
feit 2, 3 en 4, telkens:
het misdrijf:
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht.
parketnummer 08.157879.24
het misdrijf:
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen,
meermalen gepleegd.
parketnummer 08.288720.23
feit 1:
het misdrijf:
diefstal, gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren.
feit 2:
het misdrijf:
diefstal.
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het bewezen verklaarde;
maatregel
- legt aan verdachte op de maatregel tot
plaatsing in een inrichting voor stelselmatige
dadersvoor de duur van
2 (twee) jaren;
schadevergoeding
- wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 4] toe tot een bedrag van € 113,75 (bestaande uit materiële schade);
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 4] (parketnummer 08.157879.24): van een bedrag van € 113,75, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 11 mei 2024;
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op € 11,38, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van het bewezenverklaarde feit tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 113,75, (zegge: honderddertien euro en vijfenzeventig eurocent), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 11 mei 2024 ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 2 (twee) dagen kan worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.A.M. Miltenburg, voorzitter, mrs. A. van Holten en R.J. Postma, rechters, in tegenwoordigheid van mr. J.E. Doornwaard, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 6 mei 2025.
Buiten staat
Mr. P.A.M. Miltenburg is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.De aangifte van [slachtoffer 1], geregistreerd onder nummer PL0600-2025021758-2.
2.De aangifte van [slachtoffer 2], geregistreerd onder nummer PL0600-2025021758-7.
3.De aangifte van [slachtoffer 3], geregistreerd onder nummer 250114-1292-494.
4.De aanvullende verklaring van [slachtoffer 1], geregistreerd onder nummer PL0600-2025021369-8.
5.Het proces-verbaal van bevindingen, geregistreerd onder nummer PL0600-2025021369-9.
6.Zie het proces-verbaal van de meervoudige kamer van de terechtzitting op 22 april 2025.
7.De aangifte van [slachtoffer 4], geregistreerd onder nummer 240511-324-674.
8.Het proces-verbaal van bevindingen, geregistreerd onder nummer PL0600-2024215397-7.
9.Zie het proces-verbaal van de meervoudige kamer van de terechtzitting op 22 april 2025.
10.De aangifte door [slachtoffer 5], geregistreerd onder nummer PL0600-2023507152-5.
11.Het proces-verbaal bevindingen, geregistreerd onder nummer PL0600-2023507152-7.
12.Zie het proces-verbaal van de meervoudige kamer van de terechtzitting op 22 april 2025.