Uitspraak
1.De procedure
- de mondelinge behandeling van 1 april 2025.
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Overijssel op 15 april 2025 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Stichting Welbions en een huurster, aangeduid als gedaagde. De huurster huurt sinds 19 december 2023 een woning, maar sinds april 2024 zijn er herhaaldelijk meldingen van ernstige overlast, waaronder ruzies en geschreeuw, ook in de nachtelijke uren. Ondanks de inspanningen van Welbions, de politie en andere instanties is de overlast niet verminderd. De vraag die aan de rechter werd voorgelegd, was of de huurster zodanige overlast heeft veroorzaakt dat ontruiming gerechtvaardigd is.
De kantonrechter oordeelde dat de huurster de woning moet ontruimen. De rechter stelde vast dat er sprake was van ernstige en voortdurende overlast, die niet alleen de huurster, maar ook de omwonenden in een onhoudbare situatie heeft gebracht. De kantonrechter weegt de belangen van de huurster, die vier kinderen heeft en in de woning wil blijven wonen, tegen de belangen van Welbions en de buurtbewoners. De rechter concludeerde dat de belangen van Welbions en de buurtbewoners zwaarder wegen, vooral gezien het feit dat er geen uitzicht was op verbetering van de situatie.
De rechter heeft de huurster veroordeeld om binnen vier weken de woning te ontruimen en heeft tevens een betalingsverplichting opgelegd voor de huur en de proceskosten. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de huurster onmiddellijk moet voldoen aan de uitspraak, ongeacht een eventuele hoger beroep.