Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
- de conclusie van antwoord
- de brief waarin een mondelinge behandeling is bepaald
Rechtbank Overijssel
In deze zaak vordert Annhil Systeemplafonds B.V. betaling van de resterende hoofdsom, rente en incassokosten van de gedaagde partij, die in opdracht van de gedaagde werkzaamheden heeft uitgevoerd. De kantonrechter heeft op 15 april 2025 uitspraak gedaan. Annhil heeft op 17 april 2024 een offerte uitgebracht voor werkzaamheden aan de nieuwbouwwoning van de gedaagde, maar na uitvoering van de werkzaamheden ontstond er een geschil over de factuur. De gedaagde betwistte de hoogte van de factuur en heeft in verschillende gesprekken en correspondentie aangegeven dat hij het gefactureerde bedrag onjuist vond. Annhil heeft daarop verschillende creditfacturen gestuurd, maar de gedaagde bleef bij zijn standpunt dat de factuur niet klopte. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de offerte als uitgangspunt gold en dat de factuur na correcties juist was. Uiteindelijk heeft de kantonrechter de gedaagde veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 458,84, vermeerderd met wettelijke rente, en de proceskosten gecompenseerd.