Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.Het verloop van de procedure
Deze eindigt van rechtswege op 2 mei 2025. Daarnaast is aan veroordeelde de maatregel strekkende tot gedragsbeïnvloeding of vrijheidsbeperking (hierna: de maatregel) als bedoeld in artikel art. 6:6:23a Sv van het Wetboek van Strafvordering (Sv) opgelegd.
- het vonnis van de rechtbank Overijssel van 10 november 2020 waarbij de maatregel is opgelegd;
- het reclasseringsadvies GVM van 13 februari 2025, opgemaakt door [reclasseringswerker 1] , reclasseringswerker en [reclasseringswerker 2] , unitmanager.
2.De standpunten van de officier van justitie en de veroordeelde en zijn raadsman
3.De beoordeling
- ambulante behandeling;
- begeleid wonen of maatschappelijke opvang;
- contactverbod;
- locatieverbod;
- meewerken aan schuldhulpverlening.
4.De beslissing
- wijst toede vordering tot tenuitvoerlegging van de maatregel strekkende tot gedragsbeïnvloeding of vrijheidsbeperking;
- gelast de tenuitvoerleggingvan de bij vonnis van de meervoudige kamer van deze rechtbank van 10 november 2020 opgelegde gedragsbeïnvloedende of vrijheidsbeperkende maatregel voor de duur van
2 (twee) jaren; - legt aan veroordeelde de navolgende voorwaarden op:
14 dagenvoor iedere keer dat niet aan de maatregel wordt voldaan. Daarbij geldt dat de totale duur van de vervangende hechtenis
ten hoogste zes maandenbedraagt en de toepassing van de vervangende hechtenis de verplichtingen ingevolge de maatregel niet opheft.