2.5.1.[gedaagde] heeft drie getuigen laten horen, de heren [getuige 1] , [getuige 2] en [getuige 3] , allen werknemers van [gedaagde] . De rechtbank zal hieronder de meest relevante delen van hun verklaringen weergeven.
de heer [getuige 1]
“(…) Ik heb voornamelijk met [naam 1] [ [naam 1] , toevoeging rechtbank] contact gehad tijdens de bouw en een aantal keren met meneer [eiseres] zelf.
De instructies van het uit te voeren werk op de bouw kreeg ik van [naam 1] over het algemeen. Hij had een rechtstreekse lijn met de heer [eiseres] zelf. Als hij iets niet wist belde hij met de heer [eiseres] .
[naam 1] was een soort uitvoerder op de bouw. (..)”
de heer [getuige 2]
“(…) Op het moment dat ik aan het werk ben gegaan zijn wijzigingen geweest met name op het gebied van elektra. Bij mijn werk [natte ruimten, cv, waterleiding, riolering, toevoeging rechtbank] was er volgens mij geen wijziging over wat anders moest.
[naam 1] had de leiding op de bouw. Hij was er elke dag. [naam 1] is geïntroduceerd als uitvoerder. (…)
De vloerverwarmingsverdeler van de begane grond zat verkeerd. Dat lag aan de muren. (…) Volgens mij stond de muur niet goed. De verdeler zat op de verkeerde plek. Ik heb het niet nagemeten. (…) [naam 1] had daar de leiding. (…)”
de heer [getuige 3]
“(…) Mijn taak was het elektrawerk aanleggen. Dit omvat het leidingwerk naar de contactdozen en dergelijke toe. (…)
Wij hadden tekeningen gekregen van de architect van [eiseres] . Daar stonden ook de wandcontactdozen op getekend. Er was later een controle of alles er in zat. Indien nodig werd het werk later aangepast. (…) De tekeningen van [eiseres] zijn in onze tekeningen verwerkt. De wijziging die er was ten opzichte van de tekening van [eiseres] , was een wijziging van een muur die verplaatst werd op de begane grond.
Terwijl ik aan het werk was zijn er wel wat wijzigingen geweest, bijvoorbeeld dat er meer centimeter aan beton op een muur kwam. Dit hebben wij weer aangepast in het werk. Meer beton op de muur betekent dat de spots moesten worden verplaatst in het plafond.
(…)
Als ik aan het werk was hebben wij het leidingwerk volgens tekening aangelegd. Met [naam 1] hebben wij het daarover gehad. Hij had één op één contact met [eiseres] . Zij liepen door de bouw en als wij iets moesten aanpassen deden wij dat. [naam 1] was de uitvoerder op de bouw. Hij was aanspreekpunt van [eiseres] .
(…)
In het werk is mij niet gezegd dat verdelers ventielen etc. niet op de goede plek zaten.
Wat betreft de wandcontactdozen op de begane grond heb ik bij het eind van mijn werkzaamheden gezegd dat er overleg moest komen met [eiseres] of deze op de goede plek zaten. Er zat toen nog geen beton op de muur. Aan het eind van de dag vroeg ik [naam 1] of het goed was. dat heb ik één keer gedaan. Toen de begane grond zover klaar was en de eerste verdieping er nog niet op zat ben ik met [naam 1] gaan kijken en ik heb [naam 1] gevraagd of hij er met [eiseres] overheen wilde lopen of alles goed was. Wij hebben een aantal dingen aangepast en vervolgens is er beton gespoten. Via een GPS-systeem is bepaald waar de vloercontactdozen moesten komen. (…)
Toen de begane grond klaar was diende er nog wel wat aangepast te worden. De wandcontactdozen moesten worden verplaatst.
(…)
Wij hadden contact met [naam 1] en hij belde met [eiseres] als er iets niet goed was of gewijzigd moest worden. Als [eiseres] zelf op de bouw was hadden wij direct met hem contact.
(…)
De maatvoering in het plafond werd uitgezet aan de hand van de tekening van de architect. (…) De maten zijn bij de spotjes gezet in samenspraak met [naam 1] . [naam 1] had onze digitale tekening ontvangen. Vervolgens is hij naar kantoor gegaan om de tekening te bematen en nadat hij die tekening had is hij teruggekomen naar de bouw om de maten uit te zetten in de bouw. Er zijn samen met [naam 1] pijpjes gestoken door de dekvloer om te bepalen waar de spotjes moesten komen. (…)”
[gedaagde] heeft verder een e-mailbericht van [naam 2] aan [eiseres] van 7 juni 2021 in het geding gebracht.
2.5.2.De rechtbank is van oordeel dat [gedaagde] niet is geslaagd in het opgedragen bewijs. Uit de getuigenverklaringen blijkt niet dat [naam 1] bevoegd was om namens [eiseres] wijzigingen in het installatiewerk te accorderen. Alle getuigen verklaren immers dat hij met [eiseres] moest overleggen als het ging om wijzigingen. Dat betekent dat hij niet zelf bevoegd was ter zake, zoals [naam 1] ook zelf schriftelijk heeft verklaard.
Dat [eiseres] zelf wijzigingen heeft goedgekeurd en, zo ja, welke, blijkt niet uit de getuigenverklaringen en het e-mailbericht van [naam 2] . Dat hij dat gedaan zou hebben, zou ook niet stroken met bijvoorbeeld het e-mailbericht van [eiseres] van 5 juni 2021, waarin erop wordt gewezen dat zaken niet zijn uitgevoerd conform tekening.
2.5.3.Aangezien [gedaagde] niet heeft bewezen dat wijzigingen in het werk ten opzichte van de tekeningen zijn geaccordeerd door [eiseres] , heeft te gelden dat [gedaagde] de installaties niet heeft aangelegd zoals overeengekomen. De rechtbank heeft al overwogen dat [gedaagde] heeft geweigerd tot herstel over te gaan (zie 2.20. van tussenvonnis van 16 oktober 2024), zodat zij ter zake in verzuim verkeert.
2.5.4.[eiseres] maakt aanspraak op vervangende schadevergoeding tot een bedrag van in totaal € 133.659,39 inclusief BTW overeenkomstig de berekening in het rapport van A2. A2 heeft de volgende schadeopstelling gemaakt:
- herstelkosten algemeen € 76.839,25
- herstelkosten inbouwspots € 8.642,69
- herstelkosten vloercontactdozen € 3.882,93
- herstelkosten WTW-ventielen € 9.782,48
- herstelkosten overige opleveringspunten en aanvullende gebreken € 20.420,96
- herstelkosten bouwkundige schade € 920,23
- eindschoonmaak (eigen beheer) € 1.020,-
- kosten onvoorzien (10%) € 12.150,85.
In de schadeopstelling gaat A2 er vanuit dat elke afwijking van de tekeningen een gebrek is dat recht geeft op vergoeding van de kosten van herstel. De rechtbank is echter van oordeel dat bij afwijking van de plaatsing van inbouwspots, vloercontactdozen, WTW-ventielen en verdelers van de tekeningen en bij de overige opleveringspunten pas sprake is van een gebrek, als die afwijking afbreuk doet aan de functionaliteit van de betreffende zaken (zoals de werking, de lichtopbrengst) of het esthetisch plan. Het enkele feit dat iets niet precies op de in de tekening weergegeven plaats is aangebracht, is onvoldoende om te kunnen spreken van een gebrek. De rechtbank zal daarom [eiseres] in de gelegenheid stellen nader te onderbouwen dat bij de afwijkingen en opleveringspunten die A2 heeft vastgesteld sprake is van gebreken in voormelde zin en tot welke herstelkosten die gebreken leiden. Verder dient zij de gestelde kosten van tijdelijk onderdak elders en de opslag van inboedelzaken nader te onderbouwen en toe te lichten op grond waarvan [eiseres] (in plaats van de bewoners) vergoeding van die kosten kan claimen. Tot slot wil de rechtbank van [eiseres] graag een toelichting op de algemene kosten, omdat de opstelling van A2 niet duidelijk is: zo wordt in het staartblad € 52.931,92 aan kosten onderaannemer opgevoerd, terwijl dat bedrag (tevens) de kosten van tijdelijk onderdak elders en opslagkosten lijkt te omvatten.
De rechtbank zal [eiseres] in de gelegenheid zich bij akte over voormelde punten uit te laten. De zaak wordt daarvoor verwezen naar de rol van 30 april 2025.
al herstelde gebreken (€ 4.891,96)