Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De aanleiding
diefstal met geweld, in vereniging;
dwang,
2.De stukken
- het PIJ-verlengingsadvies van [verblijfplaats] van 21 januari 2025, opgemaakt en ondertekend door [naam 1] , gedragswetenschapper en [naam 2] , pedagogisch directeur [verblijfplaats] ;
- de pro Justitia rapportage van N. Duits, psychiater, van 3 januari 2025;
- de pro Justitia rapportage van E. Crombach, GZ-psycholoog, van 3 januari 2025;
- het YOUTURN, elfde perspectiefplan van 21 januari 2025.
3.De procedure
- [veroordeelde] , bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. M.G. Bischop, advocaat in Deventer;
- de officier van justitie;
- [naam 1] , voornoemd als deskundige, verbonden aan [verblijfplaats]
- de moeder van [veroordeelde] , mevrouw [naam 3] .
4.De beoordeling
Het perspectief richt zich op het herstarten van het STP, waarvoor het van belang is dat [veroordeelde] zijn schulden afbetaald en een stabiele situatie heeft op het gebied van wonen en financiën. Tijdens het eerdere STP is gebleken dat [veroordeelde] impulsief over kan gaan tot het plegen van een delict wanneer hij geld nodig denkt te hebben. [veroordeelde] is – ondanks de betrokkenheid van verschillende hulpverleners en zijn buddycoach – overgegaan tot het plegen van een delict met financieel gewin. Het is daarom van belang zicht te houden op de risicoscenario’s en hier een passend risicomanagement voor op te stellen. In de komende periode zal middels gerichte behandeling en begeleiding hier naartoe worden gewerkt. [veroordeelde] zal uiteindelijk doorstromen naar een begeleid wonen organisatie met ambulante hulpverlening en een buddycoach. Bij een goed verloop van de behandeling met voldoende medewerking en bewerking van de risicofactoren schat de kliniek in dat [veroordeelde] op zijn vroegst in oktober 2025 in aanmerking komt voor een voorwaardelijke beëindiging van de PIJ-maatregel.
Het is dan ook van belang dat [veroordeelde] voldoende veiligheid en autonomie ervaart voordat de PIJ-maatregel voorwaardelijk wordt beëindigd. De psycholoog adviseert om de PIJ-maatregel met zes maanden te verlengen.
5.De beslissing
[veroordeelde]met
acht maanden.