Uitspraak
RECHTBANK Overijssel
[bedrijf 1],
1.De procedure
- de conclusie van antwoord met producties,
- de brief waarin een mondelinge behandeling is bepaald,
2.De zaak in het kort
3.De feiten
“[naam 1] van [bedrijf 2]”.
4.Het geschil
- i) een bedrag van € 28.084,00 aan hoofdsom, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 mei 2024 tot de dag van volledige betaling,
- ii) een bedrag van € 1.539,12 aan deskundigenkosten, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 mei 2024 tot de dag van volledige betaling, en
- iii) een bedrag van € 1.311,15 aan buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf veertien dagen na het vonnis tot de dag van volledige betaling.
- iv) de kosten van deze procedure, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf veertien dagen na het vonnis tot de dag van volledige betaling.
5.De beoordeling
Kunt u mij informeren over hoe dit zit en wat ik kan verwachten? Hoe kan ik goed in contact komen met [bedrijf 2] over de resterende werkzaamheden?”.
“herstelkosten inclusief gevolgschade”vermeld staat, is de rechtbank van oordeel dat de opgenomen kosten slechts herstelkosten betreffen. De discussie over of [gedaagde] gevolgschade moet vergoeden, kan daarom onbesproken blijven. Dat de herstelkosten niet in de oorspronkelijke offerte zijn opgenomen, maakt niet dat [gedaagde] deze kosten niet hoeft te betalen. Het gaat immers om herstel van een gebrek. Daaraan is inherent dat dit niet in de oorspronkelijke offerte is opgenomen. Dat enkele posten buitensporig hoog zouden zijn, is niet, althans niet voldoende, onderbouwd. Het enkele feit dat de schade hoger is dan de in rekening gebrachte aanneemsom, betekent niet dat het schadebedrag moet worden gematigd. Het beroep van [gedaagde] op matiging van het schadebedrag zal dan ook worden afgewezen.