ECLI:NL:RBOVE:2025:1499

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
25 februari 2025
Publicatiedatum
19 maart 2025
Zaaknummer
C/08/329083 / JE RK 25-286
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ondertoezichtstelling van een ongeboren kind op grond van artikel 1:255 BW

In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Overijssel op 25 februari 2025 een beschikking gegeven met betrekking tot de ondertoezichtstelling van een ongeboren kind. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om het kindje onder toezicht te stellen, omdat er zorgen zijn over de ontwikkeling van het kind en de ouders niet voldoende meewerken aan vrijwillige hulp. De kinderrechter heeft de ouders, de moeder en de vader, gehoord en vastgesteld dat zij openstaan voor hulp van een jeugdbeschermer. De kinderrechter heeft de ouders erop gewezen dat zij belangrijke beslissingen moeten nemen over de zorg voor hun kindje en dat het essentieel is dat zij goed samenwerken met de jeugdbeschermer. De kinderrechter heeft besloten dat het kindje onder toezicht wordt gesteld van Stichting Jeugdbescherming Noord en Veilig Thuis Groningen voor de periode van een jaar, met ingang van 25 februari 2025. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de jeugdbeschermer onmiddellijk kan beginnen met de begeleiding, ook als de ouders in hoger beroep gaan. De kinderrechter heeft benadrukt dat het belangrijk is dat de ouders duidelijke afspraken maken over de zorg voor het kindje en dat er mogelijk een nieuw onderzoek naar hun ontwikkelingsniveau moet plaatsvinden. De beschikking is openbaar uitgesproken en de schriftelijke uitwerking is vastgesteld op 11 maart 2025.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Familie- en Jeugdrecht
Locatie Zwolle
Zaaknummer: C/08/329083 / JE RK 25-286
Datum uitspraak: 25 februari 2025

Beschikking ondertoezichtstelling

in de zaak van:

de Raad voor de Kinderbescherming,

hierna te noemen: de raad,
gevestigd te Zwolle,
over

Het ongeboren kind [het kindje] ,

hierna te noemen: het kindje.
De kinderrechter merkt als belanghebbende aan:

[de moeder] ,

hierna te noemen: de moeder,
wonende in [woonplaats 1] .
De kinderrechter merkt als informanten aan:

[de vader] ,

hierna te noemen: de vader,
wonende in [woonplaats 2] ,
en

Stichting Jeugdbescherming Noord en Veilig Thuis Groningen,

de gecertificeerde instelling, hierna: de GI,
gevestigd te Assen.

Het verloop van de procedure

De kinderrechter neemt de volgende stukken mee in de beoordeling:
- het verzoekschrift, ontvangen op 19 februari 2025;
- het rapport van de raad van 21 februari 2025.
De zitting met gesloten deuren heeft plaatsgevonden op 25 februari 2025. Daarbij waren aanwezig:
- de vader,
- de moeder,
- [naam 1] , namens de raad, en
- [naam 2] , namens de GI.

De feiten

Wanneer het kindje geboren wordt zal de moeder in eerste instantie het ouderlijk gezag uitoefenen. Dit betekent dat de moeder de belangrijke beslissingen over het kindje zal nemen.

Wat wil de Raad?

De raad wil dat de kinderrechter bepaalt dat jullie kindje onder toezicht wordt gesteld voor een jaar en dat deze beslissing uitvoerbaar bij voorraad wordt verklaard. Dit betekent dat zij wil dat een jeugdbeschermer naast jullie komt te staan om te zorgen dat jullie de juiste hulp krijgen en deze hulp meteen begint.

Wat vinden jullie?

Jullie vinden het allebei fijn dat de moeder in het moeder-kind huis ‘ [locatie] ’ in [plaats] kan gaan wonen. Omdat jullie niet meer samen zijn, vinden jullie het ook fijn als er iemand helpt met het maken van duidelijke afspraken bijvoorbeeld over wanneer en waar de vader het kindje na geboorte ziet. Daarom zijn jullie het eens met het idee van de raad dat er een jeugdbeschermer met jullie mee gaat kijken

Wat vindt de kinderrechter?

De wet bepaalt het volgende. Een kinderrechter mag een kind onder toezicht stellen als er grote zorgen zijn over zijn ontwikkeling en de ouders niet of niet genoeg meewerken aan vrijwillige hulp. Het vooruitzicht moet wel zijn dat de ouders de verzorging en opvoeding na een tijdje weer helemaal zelf kunnen gaan doen (artikel 1:255 BW).
De kinderrechter heeft met jullie en de raad gesproken op zitting. De kinderrechter heeft goed naar iedereen geluisterd. Binnenkort wordt jullie eerste kindje geboren. Hier komt veel bij kijken. Een kindje heeft veel aandacht, rust en structuur nodig. De kinderrechter maakt zich zorgen of jullie dit allemaal zonder hulp aan de baby kunnen geven. Jullie hebben beide jullie eigen, ook psychische, problemen. Ook zijn er zorgen over waar de moeder moet gaan wonen. Daarnaast leest de kinderrechter dat jullie het soms nog moeilijk vinden om goed voor jezelf te zorgen en ook om geen discussies met elkaar te hebben over wat moet en niet moet. Hierom vindt de kinderrechter het, net als jullie en de raad, belangrijk dat een jeugdbeschermer met jullie mee gaat kijken. Dit heet een ondertoezichtstelling. De jeugdbeschermer gaat een jaar lang samen met jullie kijken wat er nodig is zodat het kindje zichzelf goed kan ontwikkelen. De kinderrechter is blij om te horen dat jullie open staan voor hulp en begeleiding. Het is belangrijk voor jullie kindje dat jullie goed gaan samenwerken met de jeugdbeschermer. Jullie kunnen alles aan diegene vragen. Nu er een jeugdbeschermer met jullie mee gaat kijken kan de moeder in het moeder-kind huis gaan wonen.
De kinderrechter wil dat de jeugdbeschermer met jullie duidelijke afspraken gaat maken over hoe jullie samen, en met jullie ouders, voor het kindje gaan zorgen. Als het voor jullie duidelijk is, wanneer het kindje welke ouder of grootouder ziet zal dit rust geven. Niet alleen voor jullie maar ook voor het kindje. Daarnaast is het goed als de jeugdbeschermer nog een keer een onderzoek laat doen naar jullie eigen ontwikkelingsniveau, want volgens de rapportage en ook volgens jullie zelf zijn er in het verleden wel onderzoeken geweest, maar het is de vraag of dat nu nog klopt of niet. En dat is weer belangrijk om goed te weten wat er van jullie gevraagd kan worden als ouders bijvoorbeeld in het zorgdragen en het samen bespreken van dingen die belangrijk zijn voor de baby. De kinderrechter vindt het ook belangrijk dat de jeugdbeschermer dit weet zodat diegene goed rekening kan houden met jullie omstandigheden.
De kinderrechter verklaart de beslissing uitvoerbaar bij voorraad, zoals de raad heeft gevraagd. Dat betekent dat de jeugdbeschermer meteen kan beginnen, ook als jullie het toch niet eens zouden zijn met de beslissing en een andere rechter nog een keer naar de zaak willen laten kijken. Dat heet in hoger beroep gaan.

De beslissing

De kinderrechter:
beschouwt het ongeboren kindje in zoverre als geboren;
stelt het kindje onder toezicht van Stichting Jeugdbescherming Noord en Veilig Thuis Groningen met ingang van 25 februari 2025 tot 25 februari 2026;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. G.M.J. Vijftigschild, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. E.M.A. van den Hoek als griffier en in het openbaar uitgesproken op 25 februari 2025. De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 11 maart 2025.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
  • door de verzoeker en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
  • door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van het gerechtshof te Arnhem-Leeuwarden.