In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Overijssel, gaat het om een geschil tussen twee partijen, aangeduid als partij A en partij B, over de eigendom en huur van een chalet op camping 't partij B. Partij A, bestaande uit twee eisers, heeft een chalet in eigendom en huurt de staanplaats van partij B, die verantwoordelijk is voor de levering van gas, water en elektriciteit tot de hoofdmeterkast. In conventie vordert partij A dat partij B de leidingen van gas, water en elektriciteit herstelt en een schadevergoeding betaalt wegens misgelopen huur en waterschade. In reconventie vordert partij B betaling van de eindafrekening voor gas, water en elektriciteit en de huur van de staanplaats voor het jaar 2023.
De procedure omvat een tussenvonnis, een mondelinge behandeling en diverse stukken, waaronder facturen en correspondentie tussen de partijen. De kantonrechter oordeelt dat partij B verantwoordelijk is voor de levering van de voorzieningen en dat het afsluiten daarvan een te zwaar middel is. De vordering van partij A tot herstel van de leidingen wordt toegewezen, evenals de schadevergoeding voor de geleden schade in januari 2022. De vordering van partij B in reconventie wordt afgewezen, omdat partij A zich terecht op opschorting van hun betalingsverplichting beroept. De proceskosten worden gecompenseerd, wat betekent dat elke partij zijn eigen kosten draagt.