ECLI:NL:RBOVE:2024:941

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
20 februari 2024
Publicatiedatum
22 februari 2024
Zaaknummer
10706477 \ CV EXPL 23-2083
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing vorderingen inzake onbetaalde facturen en toerekening van betalingen

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Overijssel op 20 februari 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen Infomedics B.V. en een gedaagde partij. Infomedics vorderde betaling van twee onbetaalde facturen, die voortvloeien uit een behandelingsovereenkomst die de gedaagde had gesloten met een derde partij, [bedrijf] B.V. De gedaagde heeft echter aangevoerd dat zij deze facturen al had betaald aan het Centraal Medisch Incassobureau (CMIB). De rechtbank heeft vastgesteld dat de gedaagde voldoende bewijs heeft geleverd van de betalingen en dat deze betalingen correct waren toegewezen aan de betreffende facturen. De kantonrechter oordeelde dat Infomedics de vorderingen niet kon onderbouwen, aangezien de gedaagde de hoofdsom van € 290,00 al had voldaan. De rechtbank heeft de vorderingen van Infomedics afgewezen en hen veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde, die zijn vastgesteld op € 50,00. Dit vonnis benadrukt het belang van correcte toerekening van betalingen en de verantwoordelijkheden van schuldeisers in incassozaken.

Uitspraak

RECHTBANKOVERIJSSEL
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Almelo
Zaaknummer: 10706477 \ CV EXPL 23-2083
Vonnis van 20 februari 2024
in de zaak van
INFOMEDICS B.V.,
te Almere,
eisende partij,
hierna te noemen: Infomedics,
gemachtigde: Yards deurwaardersdiensten B.V.,
tegen
[gedaagde],
te [woonplaats],
gedaagde partij,
hierna te noemen: [gedaagde],
procederend in persoon.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 7 september 2023;
- de conclusie van antwoord;
- de conclusie van repliek;
- de conclusie van dupliek.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.Waar gaat deze zaak over?

2.1.
[gedaagde] heeft een behandelingsovereenkomst met [bedrijf] B.V. (hierna: [bedrijf]) gesloten. De vorderingen voortvloeiende uit die overeenkomst zijn gecedeerd aan Infomedics. Volgens Infomedics heeft [gedaagde] twee facturen onbetaald gelaten. [gedaagde] voert als verweer aan dat zij de facturen al heeft betaald. De kantonrechter wijst de vorderingen van Infomedics af. De motivering van deze beslissing volgt hierna.

3.De feiten

3.1.
Tussen partijen is niet in geschil dat [gedaagde] een behandelingsovereenkomst heeft gesloten met [bedrijf].
3.2.
[bedrijf] heeft haar vorderingen op [gedaagde] gecedeerd aan Infomedics en deze cessie is medegedeeld aan [gedaagde]. Niet gesteld of gebleken is dat [gedaagde] bezwaar heeft gemaakt tegen deze cessie. Het vorderingsrecht in deze procedure ligt dan ook bij Infomedics.
3.3.
Infomedics heeft vanwege het onbetaald laten van meerdere facturen door [gedaagde] haar vordering ter incasso uit handen gegeven aan het Centraal Medisch Incassobureau (hierna: CMIB). Later is Yards deurwaardersdiensten B.V. (hierna: Yards) betrokken geraakt om verschillende facturen in opdracht van Infomedics te innen.
3.4.
[gedaagde] heeft onder andere een factuur van 2 april 2022 met factuurnummer [nummer 1] met een bedrag van € 145,00 niet op tijd betaald. Ook heeft zij een factuur van 9 april 2022 met factuurnummer [nummer 2] met een bedrag van € 145,00 niet op tijd betaald.
3.5.
[gedaagde] heeft op 6 september 2022 meerdere bedragen aan het CMIB overgemaakt. Zij heeft onder andere een bedrag van € 112,85 en een bedrag van € 72,86 aan het CMIB overgemaakt, beide betalingen met de omschrijving [nummer 1]. Daarnaast heeft zij dezelfde dag nog een keer een bedrag van € 112,85 en een bedrag van € 72,86 aan het CMIB overgemaakt, beide betalingen met de omschrijving [nummer 2].
3.6.
Infomedics heeft [gedaagde] onder andere bij brief van 14 juli 2023 herinnerd aan de openstaande facturen en aangezegd dat als binnen vijftien dagen nadat de herinnering bij [gedaagde] is bezorgd geen volledige betaling is ontvangen, [gedaagde] wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten verschuldigd is.

4.Het geschil

De vordering
4.1.
Infomedics vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, veroordeling van [gedaagde] om aan Infomedics te voldoen € 195,71 (bestaande uit € 290,00 aan hoofdsom, € 7,93 aan rente tot 15 augustus 2023 en € 43,50 aan buitengerechtelijke incassokosten, verminderd met een betaling van € 145,72), te vermeerderen met de wettelijke rente over de hoofdsom vanaf 15 augustus 2023 en met veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten.
4.2.
[gedaagde] is, ondanks aanmaning en sommatie, volgens Infomedics in gebreke gebleven met de tijdige en volledige betaling van de facturen van 2 april 2022 en 9 april 2022. Infomedics maakt aanspraak op de wettelijke rente en de buitengerechtelijke kosten nu [gedaagde] in verzuim is geraakt, respectievelijk Infomedics de vordering uit handen heeft moeten geven.
Het verweer
4.3.
[gedaagde] heeft verweer gevoerd. Volgens haar heeft zij op 6 september 2022 meerdere facturen, waaronder die waar de onderhavige vordering op ziet, aan het CMIB betaald. De vorderingen van Infomedics moeten daarom worden afgewezen.
4.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

5.De beoordeling

5.1.
Infomedics vordert betaling van de facturen met factuurnummer [nummer 1] en [nummer 2]. [gedaagde] heeft voldoende gemotiveerd aangevoerd dat zij deze facturen al betaald heeft aan het CMIB, die als eerste belast is geweest met het incasseren van de vordering van Infomedics.
5.2.
Uit overgelegde e-mailcorrespondentie blijkt dat [gedaagde] het CMIB op
5 september 2022 heeft gemaild met de vraag of zij een totaaloverzicht kan krijgen van wat zij nog aan Infomedics moet betalen en of zij het bedrag dan in één keer volledig kan overmaken. Het CMIB heeft op 6 september 2022 gereageerd met een opsomming van zes facturen die nog niet zijn betaald. Daarin staan ook de factuurnummers [nummer 1] en [nummer 2] als betalingskenmerk vermeld, weliswaar met daarbij de aantekening ‘In behandeling bij Yards deurwaardersdiensten’.
5.3.
[gedaagde] heeft vervolgens de in rechtsoverweging 3.5. genoemde bedragen overgemaakt naar het rekeningnummer van het CMIB met daarbij als betalingskenmerk vermeld de factuurnummers [nummer 1] en [nummer 2]. In de conclusie van repliek is door Infomedics aangevoerd dat de twee betalingen van € 72,86 aan het CMIB dateren van 8 september 2023 en deze zijn overgemaakt aan Infomedics, die deze bedragen op het openstaande bedrag van de betreffende facturen met factuurnummers [nummer 1] en [nummer 2] in mindering heeft gebracht. Dit is echter niet gebeurd met de twee betalingen van € 112,85, terwijl deze betalingen dezelfde betalingskenmerken hebben. Infomedics heeft aangevoerd dat deze betalingen wel door haar zijn ontvangen, maar dit in haar systeem niet correct kon worden afgeboekt en het daarom aan een andere openstaande factuur van [gedaagde] is gekoppeld met een gelijk bedrag.
5.4.
Naar het oordeel van de kantonrechter valt niet te begrijpen waarom Infomedics de twee betalingen van € 112,85 niet in mindering heeft gebracht op de facturen die vermeld stonden in het betalingskenmerk. Weliswaar overschrijden deze betalingen samen met de twee betalingen van € 72,68 de verschuldigde hoofdsom van € 290,00, maar dan had Infomedics het te veel betaalde weer aan [gedaagde] kunnen overmaken. Hierbij is van belang dat artikel 6:43 lid 1 Burgerlijk Wetboek bepaalt dat indien een schuldenaar een betaling verricht die zou kunnen worden toegerekend op twee of meer verbintenissen jegens eenzelfde schuldeiser, de toerekening geschiedt op de verbintenis die de schuldenaar bij de betaling aanwijst. In dit geval heeft [gedaagde] door de factuurnummers te vermelden als betaalkenmerk aangegeven dat zij met de betaling van 6 september 2022 de facturen [nummer 1] en [nummer 2] betaalde. Nu de betalingen van [gedaagde] de hoofdsom van deze facturen (meer dan) geheel dekken, zijn deze facturen betaald. Dat [gedaagde] aan het CMIB heeft betaald in plaats van Yards, doet daar niet aan af. De twee betalingen van € 72,68 zijn op precies dezelfde dag aan het CMIB betaald en ook verrekend met de betreffende facturen, waardoor niet valt in te zien waarom niet hetzelfde is gebeurd met de twee betalingen van € 112,85. Hoe het kan dat Infomedics de betalingen van [gedaagde] pas op 8 september 2023 heeft ontvangen, terwijl uit de overgelegde bankafschriften blijkt dat de bedragen al op 6 september 2022 door [gedaagde] zijn overgemaakt en door het CMIB zijn ontvangen, blijft onduidelijk. Mogelijk is er een administratieve fout gemaakt aan de zijde van Infomedics, die dan ook voor haar rekening behoort te komen. De kantonrechter wijst de gevorderde hoofdsom af.
Wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten
5.5.
In de brief van 14 juli 2023 heeft Infomedics geschreven dat als [gedaagde] niet binnen vijftien dagen nadat deze brief bij haar bezorgd is de hoofdsom van € 290,00 betaalt, zij wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten verschuldigd is. [gedaagde] heeft echter al op 6 september 2022 de gehele hoofdsom van € 290,00 voldaan. De gevorderde wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten zullen daarom worden afgewezen.
Proceskosten
5.6.
Als de in het ongelijk gestelde partij dient Infomedics de kosten van de procedure aan de zijde van [gedaagde] te betalen. Omdat [gedaagde] procedeert in persoon, komen enkel de noodzakelijke de reis-, verblijf-, en verletkosten voor vergoeding in aanmerking. [gedaagde] is twee keer naar de rolzitting geweest, te weten voor het nemen van een conclusie van antwoord en een conclusie van dupliek. De kantonrechter zal de kosten begroten op € 50,00.

6.De beslissing

De kantonrechter
6.1.
wijst de vorderingen van Infomedics af,
6.2.
veroordeelt Infomedics in de proceskosten, aan de zijde van [gedaagde] tot dit vonnis vastgesteld op € 50,00 aan reis-, verblijf- en verletkosten.
Dit vonnis is gewezen door mr. A. Smedes en in het openbaar uitgesproken op 20 februari 2024.