Uitspraak
RECHTBANK Overijssel
1.De procedure
- de conclusie van antwoord;
- de brief waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
2.De feiten
Percelen) werd vroeger het agrarisch bedrijf uitgeoefend, en staan ook bedrijfswoningen. [eiser] en [gedaagde] wonen in de bedrijfswoningen op hun percelen. Beide percelen zijn in de omgeving verder omgeven door woningen, maar op de percelen rust (nog) een agrarische bestemming.
Gemeente), waaronder [plaats] valt, meegedeeld dat medewerking zou kunnen worden verleend aan de wijziging van de bestemming van de Percelen. Wijziging in die zin dat de daarop rustende bestemming de mogelijkheid zou gaan bieden om daarop meerdere woningen te bouwen. Basis daarvoor zou zijn een in een eerder stadium door de gemeenteraad aanvaardbaar bevonden stedenbouwkundig schetsplan. Dat plan voorziet in de realisatie van zeven woningen op elk van de locaties van de Percelen, naast een herbestemming van de daarop aanwezige bedrijfswoningen tot ‘gewone’, dat wil zeggen niet langer aan een agrarische bestemming gebonden woningen. Daarbij gold wel dat er bij (de bevoegde organen van) de Gemeente enkel bereidheid was om de bestemmingsplanwijziging van de Percelen tezamen te realiseren, dus door middel van één bestemmingsplan.
Samenvatting
[naam 1]), die tot dan toe als zijn adviseur optrad. De achtergrond van deze beëindiging was gelegen in een conflict over de vraag of [naam 1] al dan niet tevens de belangen behartigde van de heer [naam 2] , een neef van [gedaagde] , die interesse had in het perceel van [gedaagde] .