Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.[belanghebbende 1] ,
2.[belanghebbende 2] ,
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De beoordeling
Zijn adoptieouders hebben aan hun hele omgeving verteld dat verzoeker PDD-NOS heeft.
Zij hebben verzoeker onder andere gedwongen om begeleid te gaan wonen en zijn vermogen onder bewind laten stellen. Verzoeker heeft hier jarenlang stress van gehad. Bij een nieuw psychiatrisch onderzoek in 2010 werd deze diagnose bij hem niet bevestigd en werd er geen aandoening bij verzoeker vastgesteld. De adoptievader heeft toen echter gezegd dat verzoeker de onderzoeker om de tuin had geleid, waarna de onderzoeker verzoeker niet meer geloofde en de diagnose PDD-NOS in stand is gebleven. In 2019 heeft verzoeker onderzocht of hij een rechtszaak kon aanspannen tegen zijn psychiater in verband met de foutieve diagnose en tegen zijn adoptieouders in verband met laster en/of psychologische manipulatie. Een advocaat heeft verzoeker echter te kennen gegeven dat deze zaken zijn verjaard.
In 2020 heeft verzoeker melding gedaan bij de politie tegen zijn adoptiefamilie, omdat zij (met name zijn adoptiemoeder) hem blijven lastigvallen. De politie heeft de familie verzocht verzoeker niet meer lastig te vallen.
Immers, toen gold nog de Wet Algemene bepalingen die in artikel 6 bepaalde dat alleen voor Nederlanders het Nederlandse recht van toepassing was.
A contrario was dus het vreemde recht op vreemdelingen van toepassing. Een en ander blijkt ook uit de toentertijd geldende jurisprudentie. Dit betekent dat, hoewel de in Sri Lanka uitgesproken adoptie niet in Nederland werd erkend, dat wel het geval was ten aanzien van de aldaar uitgesproken naamswijziging. Dat van verzoeker de namen in Sri Lanka zijn gewijzigd volgt ook uit de overgelegde “adoption order” en uit de persoonskaart van verzoeker, waaruit blijkt dat hij aan de hand van zijn Sri Lankaanse paspoort is ingeschreven in de gemeente Hardenberg.
In geval van wijziging van de voornamen van een buiten Nederland geboren persoon geeft de rechtbank die de beschikking geeft, voor zoveel nodig ambtshalve, hetzij een last tot inschrijving van de akte van geboorte dan wel van de akte of uitspraak, bedoeld in artikel 25, eerste lid, BW, hetzij van de in artikel 25c BW bedoelde beschikking.
Naam : [naam 3]
4.De beslissing
[verzoeker](oorspronkelijk genaamd [naam 3] ) geboren op [geboortedatum] 1984 te [geboorteplaats] , Sri Lanka, door [belanghebbende 1] en [belanghebbende 2] ;
[naam 3]” en gelast de ambtenaar van de burgerlijke stand een latere vermelding van de wijziging van de voornamen aan de daarvoor in aanmerking komende akte toe te voegen;
[naam 3];
mr. M. van der Hoeven en in het openbaar uitgesproken op 16 december 2024 in tegenwoordigheid van mr. A.H. Wiersma, griffier.
Mr. Appelman
Adoptieouders
gemeente Den Haag, afdeling Burgerzaken (ter kennisneming)
gemeente Den Haag, afdeling Burgerzaken (ter inschrijving)