ECLI:NL:RBOVE:2024:6879

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
18 december 2024
Publicatiedatum
20 december 2024
Zaaknummer
C/08/318704 / HA ZA 24-310
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil over eigendom van een auto tussen partij A en Secura c.s. met betrekking tot goede trouw bij aankoop en schadevergoeding

In deze zaak gaat het om een geschil tussen partij A en Secura c.s. over de eigendom van een auto. Partij A stelt dat hij de auto in december 2022 te goeder trouw heeft gekocht in Duitsland voor € 35.500,00. Hij vordert afgifte van de autopapieren en reservesleutel van de auto van Secura c.s. en schadevergoeding. Secura c.s. betwist de goede trouw van partij A en doet in reconventie een beroep op revindicatie en schadevergoeding. De rechtbank oordeelt dat partij A te goeder trouw was bij de aankoop en dat hij eigenaar is geworden van de auto. De vorderingen van partij A om schadevergoeding en verklaring voor recht worden afgewezen, evenals de vorderingen van Secura c.s. in reconventie. De rechtbank concludeert dat de eigendomsoverdracht aan partij A geldig was en dat Secura c.s. de autopapieren en reservesleutel aan partij A moeten overhandigen, op straffe van een dwangsom. Secura c.s. worden veroordeeld in de proceskosten.

Uitspraak

RECHTBANK Overijssel

Civiel recht
Zittingsplaats Almelo
Zaaknummer: C/08/318704 / HA ZA 24-310
Vonnis van 18 december 2024
in de zaak van
[partij A],
wonende te [woonplaats] ,
eisende partij in conventie,
verwerende partij in reconventie,
hierna te noemen: [partij A] ,
advocaat: mr. J.M. Schmidt,
tegen
1. de vennootschap naar buitenlands recht
SECURA GMBH,
gevestigd te Graz (Oostenrijk),
hierna te noemen Secura,
2. de vennootschap naar buitenlands recht
SECURA HOLDING GMBH,
gevestigd te Graz (Oostenrijk),
hierna te noemen Secura Holding,
gedaagde partijen in conventie,
eisende partijen in reconventie,
hierna samen te noemen: Secura c.s.,
advocaat: mrs. M.K. Oosthoek en R.M. Leeuwenburgh.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de akte van [partij A] met aanvullende productie 23
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie
- de brief waarin is medegedeeld dat een mondelinge behandeling is bepaald
- de conclusie van antwoord in reconventie tevens inhoudende akte overlegging producties 24 t/m 35
- de akte van [partij A] met aanvullende producties 36 t/m 38
- het journaalbericht van 29 november 2024 van Secura c.s. met producties 8 en 9.
Op 9 december 2024 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden. Daarbij is [partij A] verschenen met zijn echtgenote en de heer [naam 1] , eigenaar van [bedrijf 1] , bijgestaan door mr. Schmidt.
De heer [naam 2] heeft namens Secura c.s. online deelgenomen aan de zitting, bijgestaan door de heer F. Helligers, tolk in de Duitse taal, ter zitting vergezeld van mrs. Oosthoek en Leeuwenburgh en de heer [naam 3] . De advocaten van partijen hebben gebruik gemaakt van spreekaantekeningen.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De zaak in het kort

Deze zaak betreft een geschil tussen [partij A] en Secura c.s. over de eigendom van een auto. [partij A] stelt dat hij de auto in december 2022 te goeder trouw heeft gekocht in Duitsland tegen een koopprijs van € 35.500,00. In deze procedure vordert [partij A] onder meer afgifte door Secura c.s. van de autopapieren en reservesleutel van de auto en dat het vonnis in de plaats treedt van de voor inschrijving en toelating bij de RDW benodigde papieren. Verder maakt [partij A] aanspraak op schadevergoeding. Secura c.s. betwist dat [partij A] te goeder trouw was. In reconventie doen Secura c.s. een beroep op het recht van revindicatie en maken zij aanspraak op schadevergoeding. De rechtbank oordeelt dat [partij A] te goeder trouw was bij de koop van de auto. Hij hoefde er niet aan te twijfelen dat de verkoopster bevoegd was de auto te verkopen. [partij A] is daarom eigenaar geworden van de auto en hoeft deze niet terug te geven. De vorderingen ter zake van de verklaring voor recht dat Secura c.s. onrechtmatig hebben gehandeld en schadevergoeding worden echter afgewezen, evenals de vorderingen van Secura c.s. in reconventie. Dit oordeel zal hierna worden toegelicht.

3.De feiten

3.1.
Secura is een Oostenrijks bedrijf dat zich bezighoudt met verzekeringen, handel in goederen en autoverhuur. Zij richt zich zowel op particuliere als zakelijke klanten. Secura is voor 100% in handen van Secura Holding, dat de auto’s ten behoeve van de verhuur door Secura aanschaft. Secura Holding verricht zelf geen operationele activiteiten. De auto’s zijn geregistreerd op naam van Secura.
3.2.
Op 3 juni 2022 heeft Secura Holding ten behoeve van de verhuur een auto van het merk BMW, type Z4 gekocht bij [bedrijf 2] GmbH voor € 52.900,00 inclusief € 8.816,67 aan omzetbelasting (hierna: de auto).
3.3.
Secura heeft op 3 juni 2022 een huurovereenkomst gesloten met een zakelijke klant genaamd Gastromex GmbH met betrekking tot de auto. De huurovereenkomst is ingegaan op 30 juni 2022.
3.4.
[partij A] heeft de auto eind december 2022 in Hamburg, Duitsland gekocht voor een bedrag van € 35.500,00. De auto was aangeboden op Ebay voor een prijs van € 35.900,00. Na onderhandelen werd een prijs van € 35.500,00 overeengekomen. De overeenkomst is op 29 december 2022 aan [partij A] toegezonden.
3.5.
[partij A] heeft de auto op 31 december 2022 bezichtigd en gekocht en overgedragen gekregen van een mevrouw die zich legitimeerde als [alias] .
De overdracht heeft plaatsgevonden in een ondergrondse garage behorende bij het adres [adres] . [partij A] heeft ter plaatse de koopovereenkomst getekend en de koopprijs contant betaald.
3.6.
Bij de transactie zijn [partij A] de kentekenbewijzen deel 1 en 2 (“Zulassungsbe-scheinigung Teil 1 und Teil 2”), de autosleutel (werkend), één BMW-reservesleutel (die het later niet bleek te doen) en het kentekenbewijs c.q. de kentekens [kenteken] overhandigd.
3.7.
Op 2 januari 2023 heeft [partij A] getracht de auto bij de Straßenverkehrsabteilung van de Landkreis Grafschaft Bentheim, Duitsland, af te melden om de auto bij de RDW in Nederland te kunnen aanmelden. Hier is gebleken dat met de Duitse kentekenbewijzen deel 1 en 2 iets niet in orde was. De kentekenbewijzen waren echt, maar de gegevens die daarop stonden waren vals. De kentekenplaten waren ook echt, maar zagen op een andere BMW Z4 dan de auto, met een andere FIN en eigenaar. De documenten zijn inbeslaggenomen door de Duitse politie.
3.8.
Voorafgaand aan de koop en overdracht van de auto heeft [partij A] bij het platform “AutoDNA” gecontroleerd of de auto als gestolen stond geregistreerd. Hieruit kwam naar voren dat dit niet het geval was.
3.9.
Op 5 januari 2023 is Secura c.s. door de Hamburgse recherche geïnformeerd over diefstal van de auto. Diezelfde dag heeft Secura c.s. aangifte van diefstal van de auto gedaan bij de Oostenrijkse politie.
3.10.
Vervolgens hebben zowel de Duitse als de Oostenrijkse autoriteiten strafrechtelijk onderzoek verricht. Op 24 februari 2023 hebben Secura c.s. aan de Nederlandse politie hun gegevens gestuurd. De Nederlandse politie heeft deze gegevens aan de advocaat van [partij A] doorgestuurd.
3.11.
Tussen 2 maart 2023 en 4 april 2023 hebben partijen per e-mail over de auto gecommuniceerd.
3.12.
Secura c.s. heeft contact gehad met Gastromex GmbH over het verdwijnen van de auto. Daaruit is haar gebleken dat de heer [naam 4] , gevolmachtigd vertegenwoordiger van Gastromex GmbH, de auto op 11 november 2022 zonder weten van Secura ter beschikking heeft gesteld aan [naam 5] (hierna: [naam 5] ). [naam 5] heeft de auto in de periode tussen 11 november en 29 december 2022 overgedragen aan een voor Secura c.s. onbekende persoon.
3.13.
Op 22 maart 2023 en 6 oktober 2023 heeft [partij A] een verzoek om digitale inzage in het strafdossier bij het Landesgericht Wiener Neustadt (Oostenrijk) ingediend. Uit dit dossier is hem gebleken dat Secura c.s. de auto had verhuurd aan Gastromex GmbH. De auto werd vervolgens ter gebruik overhandigd aan ene [naam 5] en daarna overgedragen aan een zekere “ [naam 6] ”, waardoor het bezit van Secura eindigde. Deze “ [naam 6] ” heeft de auto later onder het pseudoniem “ [alias] ” met gebruikmaking van valse documenten en een valse identiteit aan [partij A] verkocht.
3.14.
Bij brief van 13 november 2023 heeft Secura Holding [partij A] geschreven dat zij eigenaresse is van de auto en afgifte daarvan gevorderd.
3.15.
Op 24 november 2023 is [naam 5] in Oostenrijk veroordeeld voor verduistering van de auto, waarbij hem een voorwaardelijke celstraf van een jaar is opgelegd en hij veroordeeld is binnen 14 dagen € 47.444,00 te betalen aan Secura Holding. Tot op heden heeft [naam 5] dit bedrag niet betaald aan Secura Holding.

4.Het geschil

in conventie
4.1.
[partij A] vordert - samengevat - dat de rechtbank bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I. voor recht verklaart dat Secura c.s. onrechtmatig handelen door
a. de verkrijging te goeder trouw door [partij A] zonder nadere motivering af te wijzen en door vanaf 31 december 2022 na te laten zich onderbouwd als eigenaar te legitimeren, terwijl de auto in het bezit en naar Duits recht te goeder trouw in het eigendom van [partij A] is geraakt, waardoor hij niet over de auto kan beschikken en deze niet kan gebruiken;
b. die schadeveroorzakende toestand zonder nadere rechtvaardiging in stand te laten;
c. de originele autopapieren en reservesleutel zonder nadere redengeving en ondanks termijnstelling niet aan [partij A] af te staan, op grond waarvan hij
schade lijdt;
II. voor recht verklaart dat [partij A] rechthebbende is van de auto;
III. Secura c.s. veroordeelt om:
d. [partij A] binnen 14 dagen na dit vonnis de autopapieren bestaande uit de EG-Übereinstimmungsbescheinigung (Typenschein) en Zulassungsschein deel II voor de auto met [FIN-nummer] en één reserve-sleutel te overhandigen, op straffe van een dwangsom;
e. te bepalen dat het vonnis in de plaats zal treden van de autopapieren bestaande uit de EG-Übereinstimmungsbescheinigung (Typenschein) en Zulassungsschein voor de auto met [FIN-nummer] en te bepalen dat het vonnis als bewijs dient en mag worden aangewend ter staving van de eigendom van [partij A] van de auto met [FIN-nummer] , om de overschrijving, aanmelding en keuring van de auto bij de RDW te kunnen doorvoeren, te faciliteren en mogelijk te maken;
f. [partij A] te veroordelen tot vergoeding van de door Secura c.s. veroorzaakte schade, op te maken bij staat,
met hoofdelijke veroordeling van Secura c.s. in de proceskosten en nakosten.
4.2.
[partij A] legt aan de vorderingen ten grondslag dat hij bij de aankoop van de auto te goeder trouw was en eigenaar van de auto is geworden. Secura c.s. handelen onrechtmatig door te weigeren de verkrijging te goeder trouw door hem van de auto te erkennen en de EG-Übereinstimmungsbescheinigung/Zulassungsbescheinigung deel II en één reservesleutel aan hem ter hand te stellen. [partij A] is daardoor niet in staat om de auto bij het RDW te registreren, waardoor hij niet op de Nederlandse openbare weg mag rijden met de auto.
De auto kost maandelijks stallinggeld en gaat in waarde achteruit door tijdsverloop en non-gebruik. [partij A] vordert daarom dat Secura c.s. worden veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding.
4.3.
Secura c.s. voeren verweer. Secura c.s. concluderen tot afwijzing van [partij A] vorderingen, met uitvoerbaar bij voorraad te verklaren veroordeling van hem in de kosten.
4.4.
Secura c.s. voeren aan dat sprake is van grove nalatigheid aan de kant van [partij A] , nu hij bij de koop van de auto niet de vereiste zorgvuldigheid heeft betracht. De koop heeft plaatsgevonden onder talloze verdachte omstandigheden. Zo is er geen marktconforme prijs betaald, is contant betaald, heeft [partij A] de reservesleutel niet getest en heeft hij ook geen Certificaat van Overeenstemming (CVO) gekregen. Gelet op deze omstandigheden had hij een verdergaande onderzoeksplicht, die hij heeft geschonden.
4.5.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.
in reconventie
4.6.
Secura c.s. vorderen - samengevat - dat de rechtbank bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I. voor recht verklaart dat Secura Holding eigenaar is van de auto;
II. [partij A] veroordeelt tot afgifte van de auto aan Secura c.s. of een door hen aangewezen transportbedrijf tezamen met de bijbehorende sleutel en alle door [partij A] ontvangen bescheiden die met de auto verband houden, op straffe van een dwangsom;
III. [partij A] veroordeelt aan Secura c.s. een bedrag van € 12.342,75 te betalen, te vermeerderen met een bedrag van € 587,75 per maand tot het moment dat Secura c.s. de auto in bezit krijgt, te vermeerderen met de wettelijke rente;
IV. [partij A] in verband met de transportkosten veroordeelt aan Secura c.s. een bedrag van € 1.527,63 te betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente;
V. [partij A] veroordeelt in de proceskosten en nakosten, vermeerderd met de wettelijke rente.
4.7.
Secura c.s. leggen aan de vordering het volgende ten grondslag. Secura c.s. is eigenaar gebleven van de auto, nu deze niet te goeder trouw aan [partij A] is overgedragen. Secura c.s. vraagt daarom om een verklaring voor recht dat zij eigenaar is gebleven van de auto. Daarnaast vorderen Secura c.s. afgifte van de auto, op straffe van een dwangsom, en een schadevergoeding op grond van onrechtmatige daad.
4.8.
[partij A] voert verweer. [partij A] concludeert tot afwijzing van de vorderingen van Secura c.s., met uitvoerbaar bij voorraad te verklaren veroordeling van Secura c.s. in de kosten van deze procedure.
4.9.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

5.De beoordeling

in conventie
rechtsmacht
5.1.
Partijen zijn gevestigd op het grondgebied van verschillende staten. Daarom moet eerst worden nagegaan of de Nederlandse rechter bevoegd is.
De vorderingen van [partij A] in deze zaak zijn gebaseerd op onrechtmatig handelen van Secura c.s. De (gestelde) schade voor [partij A] is in Nederland opgetreden omdat de auto op dit moment in Nederland staat en [partij A] in Nederland woonachtig is. Op grond van artikel 7 lid 2 Verordening Brussel I-bis (Verordening (EU) 1215/2012) is de Nederlandse rechter, als rechter van de plaats waar het schadebrengende feit zich heeft voorgedaan, bevoegd om van de vorderingen van [partij A] kennis te nemen.
toepasselijk recht
5.2.
De vorderingen van partijen dienen - zoals tussen partijen niet in geschil is - te worden beoordeeld naar Duits recht. Naar Nederlands internationaal privaatrecht wordt de vraag welke vereisten worden gesteld aan de overdracht van de eigendom van een zaak en wat de rechtsgevolgen zijn in het geval van verkrijging van een zaak door een beschik-kingsonbevoegde ingevolge de artikelen 10:127 leden 1, 4 sub d en 5 en 10:131 van het Burgerlijk Wetboek (BW) beheerst door het recht van het land waar de zaak zich op het tijdstip van de verkrijging bevond. Nu als onbetwist vaststaat dat de auto in Duitsland aan [partij A] is overgedragen, is op deze goederenrechtelijke vraag Duits recht van toepassing.
In deze zaak zijn de volgende bepalingen van het Bürgerliches Gesetzbuch (hierna: BGB), van belang:
§ 929 Einigung und Übergabe
Zur Übertragung des Eigentums an einer beweglichen Sache ist erforderlich, dass der Eigentümer die Sache dem Erwerber übergibt und beide darüber einig sind, dass das Eigentum übergehen soll. Ist der Erwerber im Besitz der Sache, so genügt die Einigung über den Übergang des Eigentums.
§ 932 Gutgläubiger Erwerb vom Nichtberechtigten
(1) Durch eine nach § 929 erfolgte Veräußerung wird der Erwerber auch dann Eigentümer, wenn die Sache nicht dem Veräußerer gehört, es sei denn, dass er zu der Zeit, zu der er nach diesen Vorschriften das Eigentum erwerben würde, nicht in gutem Glauben ist. In dem Falle des § 929 Satz 2 gilt dies jedoch nur dann, wenn der Erwerber den Besitz von dem Veräußerer erlangt hatte.
(2) Der Erwerber ist nicht in gutem Glauben, wenn ihm bekannt oder infolge grober Fahrlässigkeit unbekannt ist, dass die Sache nicht dem Veräußerer gehört.
§ 1006 Eigentumsvermutung für Besitzer
(1) Zugunsten des Besitzers einer beweglichen Sache wird vermutet, dass er Eigentümer der Sache sei. Dies gilt jedoch nicht einem früheren Besitzer gegenüber, dem die Sache gestohlen worden, verloren gegangen oder sonst abhanden gekommen ist, es sei denn, dass es sich um Geld oder Inhaberpapiere handelt.
(2) Zugunsten eines früheren Besitzers wird vermutet, dass er während der Dauer seines Besitzes Eigentümer der Sache gewesen sei.
(3) Im Falle eines mittelbaren Besitzes gilt die Vermutung für den mittelbaren Besitzer.
5.3.
Gelet op deze bepalingen is het voor de eigendomsoverdracht van een roerende zaak naar Duits recht noodzakelijk dat de eigenaar de zaak overdraagt aan de verkrijger en beiden ermee instemmen dat de eigendom overgaat. Er dient dus sprake te zijn van overdracht door de eigenaar. Volgens § 1006 BGB bestaat bij bezit, dat is de feitelijke macht over een zaak, het vermoeden dat de bezitter de eigenaar is.
Dat geldt ook voor een vroegere bezitter voor de tijd dat die het bezit van de zaak had. In dit geval geldt dan ook het vermoeden dat de verkoopster van de auto, [alias] , eigenaar van de auto was: zij had de auto immers in bezit.
De rechtbank stelt vast dat § 1006 lid 2 BGB en § 935 BGB, waaruit volgt dat geen sprake kan zijn van verwerving te goeder trouw van verloren en gestolen voorwerpen, niet zien op goederen die, zoals in dit geval, zijn verduisterd. Secura c.s. hebben overigens ook geen beroep op deze artikelen gedaan.
5.4.
Beide partijen stellen dat zij eigenaar zijn van de auto. Vast staat dat Secura Holding de auto op 3 juni 2022 in Oostenrijk heeft gekocht en dat de originele eigendomspapieren en de reservesleutel van de auto nog in het bezit van Secura c.s. zijn. Verder staat vast dat de auto op 31 december 2022 in Duitsland aan [partij A] is overgedragen en dat hij de auto op dit moment nog steeds in zijn bezit heeft.
5.5.
De vraag die voorligt is of [partij A] de eigendom van de auto heeft verkregen en Secura c.s. dus hun eigendom hebben verloren. Tussen partijen is niet in geschil dat [alias] beschikkingsonbevoegd was ten aanzien van de auto. Naar Duits recht kan [partij A] echter toch eigenaar zijn geworden, als hij te goeder trouw was op het tijdstip waarop hij de auto verkreeg. [partij A] is niet te goeder trouw indien hij wist of door grove nalatigheid niet wist dat de zaak niet aan [alias] toebehoorde. Het ligt op de weg van Secura c.s. om te stellen en, bij gemotiveerde betwisting, te bewijzen dat [partij A] niet te goeder trouw was.
Eigentüm in de zin § 929 en § 932 BGB en goeder trouw
5.6.
De rechtbank is van oordeel dat Secura c.s. onvoldoende feitelijk onderbouwd hebben dat [partij A] bij de aankoop van de auto niet te goeder trouw was. [partij A] heeft voorafgaande aan de aankoop de onderhoudsgeschiedenis onderzocht, bij AutoDNA een check laten verrichten of de auto als gestolen stond geregistreerd, de kentekenbewijzen ontvangen en de tenaamstelling gecontroleerd via de identiteitsgegevens van de verkoopster, het FIN in de auto vergeleken met de kentekenbewijzen, twee sleutels ontvangen en de auto in een afgesloten ondergrondse garage, waartoe de verkoopster met een pas toegang had, gekocht. Verder heeft [partij A] de verkoopster ook zonder mondkapje gezien, zodat hij kon toetsen of haar gezicht overeenkwam met de foto op haar paspoort. Gezien deze feiten had het op de weg van Secura c.s. gelegen nader te onderbouwen waaruit blijkt dat geen sprake is van goede trouw. Dat Secura Holding in Oostenrijk een hoger bedrag voor de auto heeft betaald dan [partij A] heeft gedaan, maakt nog niet dat [partij A] geen marktconforme prijs heeft betaald. Daarbij is van belang dat [partij A] tijdens de mondelinge behandeling heeft verklaard dat hij vanwege schade aan de bumper en velgen € 35.500,00 heeft betaald voor de auto en dat onweersproken is gesteld dat auto’s in Duitsland doorgaans gunstiger geprijsd zijn dan in Oostenrijk.
De ondergrondse garage behoorde bij het appartementencomplex waar [alias] zei te wonen. Ter plekke heeft [partij A] de motor gestart, de auto bekeken en alle autopapieren gecontroleerd. Weliswaar is tijdens de mondelinge behandeling door [naam 3] verklaard dat als [partij A] navraag had gedaan bij de Duitse autoriteiten/politie, hij er achter gekomen was dat de kentekenbewijzen inhoudelijk vals waren, maar de rechtbank is van oordeel dat, waar de kentekenbewijzen origineel (maar gestolen) waren, [partij A] niet hoefde te twijfelen aan de echtheid daarvan, ook niet wat de daarop geplaatste gegevens betreft. Er is dan wel geen afmelding gedaan door de verkoopster, maar dit is ook niet vereist en het is evenmin ongebruikelijk dat de koper zelf voor de afmelding zorgt.
Niet gebleken is dat bij de koop van een tweedehandsauto als hier het geval, een CVO noodzakelijk en/of gebruikelijk is. Het betalen met contant geld bij de koop van een auto via internet is geenszins ongebruikelijk: een koper wil immers voorkomen dat hij het geld voor de overdracht overmaakt en dan niets geleverd krijgt, net zoals een verkoper een auto niet wil overdragen voordat hij het geld ontvangen heeft om te voorkomen dat hij niet betaalt krijgt. Het feit dat de reservesleutel het achteraf niet blijkt te doen, levert geen schending van de onderzoeksplicht op, nu gesteld noch gebleken is waarom [partij A] er niet op mocht vertrouwen dat de hem overhandigde reservesleutel zou werken en ook niet valt in te zien waarom het feit dat die sleutel niet werkt een indicatie voor de beschikkingsonbevoegdheid van de verkoper zou vormen. Gelet op het vorenstaande zijn de door Secura c.s. genoemde omstandigheden, zowel afzonderlijk als gezamenlijk bezien, onvoldoende om te kunnen concluderen dat [partij A] niet te goeder trouw was.
conclusie
5.7.
Gelet op het voorgaande is sprake geweest van een geldige overdracht van de auto aan [partij A] , zodat [partij A] eigenaar is geworden van de auto.
afgifte autopapieren en reservesleutel
5.8.
Daarmee heeft [partij A] recht op de autopapieren en de reservesleutel. Secura c.s. zal worden veroordeeld om de autopapieren en reservesleutel aan [partij A] te overhandigen. Aan deze veroordeling wordt een dwangsom gekoppeld van € 500,00 per dag met een maximum van € 35.000,00.
5.9.
Voor de vordering te bepalen dat, indien Secura c.s. de autopapieren niet verstrekt, dit vonnis in de plaats daarvan zal treden en te bepalen dat het vonnis als bewijs dient en mag worden aangewend ter staving van de eigendom van [partij A] van de auto teneinde de overschrijving, aanmelding en keuring van de auto bij de RDW te kunnen doorvoeren, bestaat naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende grond. Het is niet aan de rechtbank, maar aan de RDW om de overschrijving, aanmelding en keuring en de daarvoor benodigde papieren te beoordelen. Verder kan de rechtbank alleen beslissen dat een vonnis dezelfde kracht heeft als een in wettige vorm opgemaakte akte van degene die tot een rechtshandeling gehouden is en/of dat het vonnis in de plaats treedt van een door partijen op te maken akte of deel daarvan. Een kentekenbewijs is echter geen akte van partijen, de inhoud daarvan staat niet ter vrije bepaling van partijen.
verklaring voor recht dat Secura c.s. onrechtmatig handelt?
5.10.
[partij A] vordert een verklaring voor recht dat Secura c.s. onrechtmatig handelen en schadevergoeding op grond van onrechtmatige daad. De bepaling van het toepasselijke recht op zowel de verklaring voor recht als de vordering tot schadevergoeding dient te geschieden aan de hand van de Verordening (EG) nr. 864/2007 betreffende het recht dat van toepassing is op niet-contractuele verbintenissen (Verordening Rome II). Ingevolge artikel 4 van die verordening is het recht van toepassing van het land waar de schade zich voordoet. Nu de grondslag van de vordering ziet op een auto die zich in Nederland bevindt en [partij A] in Nederland woont, doet de gestelde schade zich in Nederland voor. Op deze vorderingen is dan ook Nederlands recht van toepassing.
5.11.
Vast staat thans dat [partij A] eigenaar is geworden van de auto. Secura c.s. hebben geweigerd de originele autopapieren aan hem af te geven, zodat hij niet kan beschikken over de auto. Secura c.s. hebben daarmee inbreuk gemaakt op het eigendomsrecht van [partij A] . Secura c.s. hebben gesteld dat zij slachtoffer zijn geworden van diefstal en niet konden weten dat zij inbreuk maakten op enig eigendomsrecht van [partij A] , nu zij in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs in de veronderstelling verkeerden dat [partij A] de eigendom niet had verkregen. De rechtbank is van oordeel dat Secura c.s. niet kan worden verweten de uitkomst van het strafrechtelijk onderzoek te hebben willen afwachten en verweer te hebben gevoerd in deze procedure. Daarbij is van belang dat Secura c.s. de eigendom van de auto onvrijwillig hebben verloren en dat, indien gebleken zou zijn dat sprake was geweest van diefstal in plaats van verduistering, zij de auto met succes bij [partij A] hadden kunnen opeisen. [partij A] heeft gezien de gemotiveerde betwisting door Secura c.s. onvoldoende onderbouwd waarom de onrechtmatige daad aan Secura c.s. kan worden toegerekend. Secura c.s. hebben gemotiveerd gesteld dat zij wel degelijk inhoudelijk hebben gereageerd op de brieven van [partij A] . Op grond van het vorenstaande wordt de gevorderde verklaring voor recht afgewezen. Dit geldt daarmee ook voor de gevorderde schadevergoeding. Gelet op het voorgaande behoeven de overige stellingen van partijen geen bespreking meer.
proceskosten
5.12.
Secura c.s. zijn grotendeels in het ongelijk gesteld en moeten daarom de proceskosten en nakosten betalen. De proceskosten van [partij A] worden begroot op:
- kosten van de dagvaarding
135,97
- griffierecht
320,00
- salaris advocaat
1.228,00
(2 punten × € 614,00)
- nakosten
139,00
(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)
totaal
1.822,97
in reconventie
5.13.
Omdat in conventie is geoordeeld dat [partij A] als eigenaar van de auto heeft te gelden, zal de rechtbank de vorderingen van Secura c.s. in reconventie afwijzen. Secura c.s. zijn in het ongelijk gesteld en moeten daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van [partij A] worden begroot op € 614,00 aan salaris van zijn advocaat.

6.De beslissing

De rechtbank
in conventie
6.1.
veroordeelt Secura c.s. hoofdelijk om binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis de autopapieren, te weten de EG-Übereinstimmungsbescheinigung (Typenschein) en Zulassungsschein deel II voor de auto met [FIN-nummer] en één reserve-sleutel aan [partij A] te overhandigen, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 500,00 per dag of dagdeel dat zij na ommekomst van genoemde termijn hiermee in gebreke blijven, met een maximum aan te verbeuren dwangsommen van € 35.000,00;
6.2.
veroordeelt Secura c.s. hoofdelijk in de proceskosten van € 1.822,97, vermeerderd met € 92,00 plus de kosten van betekening als Secura c.s. niet tijdig aan de veroordelingen voldoen en het vonnis daarna wordt betekend;
6.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
6.4.
wijst het meer of anders gevorderde af;
in reconventie
6.5.
wijst de vorderingen van Secura c.s. af;
6.6.
veroordeelt Secura c.s. in de proceskosten van € 614,00;
6.7.
verklaart onderdeel 6.6. van dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. K.J. Haarhuis en in het openbaar uitgesproken op
18 december 2024.