ECLI:NL:RBOVE:2024:6335

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
28 november 2024
Publicatiedatum
28 november 2024
Zaaknummer
08-952303-19 (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Criminele organisatie en hennepteelt in meerdere kwekerijen

Op 28 november 2024 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in de zaak tegen een 45-jarige man, die werd beschuldigd van deelname aan een criminele organisatie en het telen van hennep. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte betrokken was bij de exploitatie van vijf hennepkwekerijen in Nederland, waar in totaal 1.298 hennepplanten werden aangetroffen. De verdachte had een uitvoerende rol binnen de organisatie, die gericht was op het op beroepsmatige schaal telen van hennep. De rechtbank oordeelde dat de verdachte opzettelijk heeft deelgenomen aan deze organisatie, die tot oogmerk had het plegen van misdrijven als bedoeld in de Opiumwet. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 300 dagen, waarvan 256 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren, en een taakstraf van 160 uren. De rechtbank hield rekening met de ernst van de feiten, de rol van de verdachte binnen de organisatie en de overschrijding van de redelijke termijn van de procedure. De vorderingen van de benadeelde partij werden niet-ontvankelijk verklaard, omdat de verdachte van het feit van diefstal van elektriciteit werd vrijgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer: 08-952303-19 (P)
Datum vonnis: 28 november 2024
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum 1] 1979 in [geboorteplaats] ,
wonende aan de [adres 1] .

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van 7 oktober 2024, 8 oktober 2024 en 14 november 2024.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie en van wat door verdachte en zijn raadsman mr. J.B.A. Kalk, advocaat in Enschede, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte samen met een ander of anderen:
feit 1:hennep heeft geteeld op vijf verschillende adressen;
feit 2:elektriciteit heeft gestolen op vier verschillende adressen;
feit 3:heeft deelgenomen aan een crimineel samenwerkingsverband dat tot oogmerk had het plegen van hennepgerelateerde misdrijven.
1.
hij op één meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 7 mei 2019 tot en met 26 juni 2019 te Enschede en/of Hengelo (O) en/of Aalten en/of Haaksbergen en/of (elders) in Nederland, (telkens) tezamen en in vereniging met (een) ander(en) en/of alleen, (telkens) in de uitoefening van een beroep of bedrijf,
1 - in een pand gelegen aan de [adres 2] een hoeveelheid van 463 hennepplanten en/of delen daarvan en/of
2 - in een pand gelegen aan de [adres 3] een hoeveelheid
van 214 hennepplanten en/of delen daarvan en/of
3 - in een pand gelegen aan [adres 4] een hoeveelheid van 278 hennepplanten en/of delen daarvan en/of
4 - in een pand gelegen aan de [adres 5] een hoeveelheid van 158 hennepplanten en/of delen daarvan en/of
5 - in een pand gelegen aan de [adres 6] een hoeveelheid van 185 hennepplanten en/of delen daarvan, althans (telkens) opzettelijk een (groot) aantal hennepplanten en/of delen daarvan heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of opzettelijk aanwezig heeft gehad, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een
materiaal bevattende hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, terwijl dit gepleegde feit (telkens) (mede) betrekking heeft op een grote hoeveelheid van een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel (een) middelden) aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
2.
hij op één meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 7 mei 2019 tot en met 26 juni 2019 te Enschede en/of Hengelo (O) en/of Aalten en/of (elders) in Nederland, (telkens) tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, (telkens) met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening (telkens) heeft weggenomen een hoeveelheid elektriciteit, te weten:
1 - (ongeveer) 4.255 kWh (locatie [adres 2] ), geheel of ten dele toebehorende aan Enexis Netbeheer en/of
2 - (ongeveer) 8.409 kWh (locatie [adres 3] ), geheel of ten dele toebehorende aan Enexis Netbeheer en/of
3 - (ongeveer) 21.017 Wh (locatie [adres 4] ), geheel of ten dele toebehorende aan Liander NV en/of
4 - (ongeveer) 12.871 kWh (locatie [adres 5] ), geheel of ten dele toebehorende aan Enexis Netbeheer, in elk geval (telkens) een hoeveelheid elektriciteit, althans enig goed, (telkens) geheel of ten dele toebehorende aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich (telkens) de toegang tot de plaats des misdrijf heeft/hebben verschaft en/of de weg te nemen elektriciteit, althans het weg te nemen goed, onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking;
3.
hij in of omstreeks de periode van 23 juli 2018 tot en met 25 juni 2019 te Enschede en/of Hengelo (O) en/of Dieren, gemeente Rheden en/of Winterswijk en/of Almelo en/of Aalten en/of Haaksbergen en/of Raalte en/of Huissen, gemeente Lingewaard en/of (elders) in Nederland, heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten van verdachte en/of
[medeverdachte 1] en/of
[medeverdachte 2] en/of
[medeverdachte 3] en/of
[medeverdachte 4] en/of
[medeverdachte 5] ,
welke organisatie tot oogmerk had het plegen van een of meer misdrijven, te weten:
- misdrijven als bedoeld in artikel 11, derde en vijfde lid van de Opiumwet, het in de uitoefening van een beroep of bedrijf opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3 onder B en/of onder C van de Opiumwet gegeven
verbod, te weten het telen, bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken of vervoeren en/of aanwezig hebben van (een) middelden) als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, terwijl dit
(telkens) betrekking had op een grote hoeveelheid van dat middel, dan wel (een) middel(len) aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet en/of
- misdrijven als bedoeld in artikel 11a van de Opiumwet, te weten het voorbereiden of bevorderen van een feit als bedoeld in het derde en vijfde lid van artikel 11.

3.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.Inhoudsopgave

5. De inleiding 4
6. De bewijsmotivering 4
6.1
Het standpunt van de officier van justitie 4
6.2
Het standpunt van de verdediging 4
6.3
Het oordeel van de rechtbank 4
6.3.1
De feiten die niet ter discussie staan 4
6.3.2
Feiten 1 en 2 6
6.3.3
Feit 3 20
6.4
De bewezenverklaring 22
7. De strafbaarheid van het bewezenverklaarde 23
8. De strafbaarheid van verdachte 23
9. De op te leggen straf of maatregel 23
9.1
De vordering van de officier van justitie 23
9.2
Het standpunt van de verdediging 23
9.3
De gronden voor een straf of maatregel 23
10. De schade van benadeelden 25
10.1
De vorderingen van de benadeelde partij 25
10.2
Het standpunt van de officier van justitie 25
10.3
Het standpunt van de verdediging 26
10.4
Het oordeel van de rechtbank 26
11. De toegepaste wettelijke voorschriften 26
12. De beslissing 26
13. Bijlage bewijsmiddelen 28

5.De inleiding

Op 23 juli 2018 is door de districtsrecherche Twente een strafrechtelijk onderzoek opgestart onder de naam Arcadia. Het onderzoek richtte zich op het in een crimineel samenwerkingsverband bedrijfsmatig inrichten, onderhouden en exploiteren van hennepkwekerijen, het verhandelen van hennep en de mogelijke betrokkenheid van
[medeverdachte 1] (hierna: [medeverdachte 1] ) en eventuele anderen daarbij. Door interceptie van telecommunicatiemiddelen, door middel van observaties en door het oprollen van meerdere hennepkwekerijen kwamen, naast [medeverdachte 1] , verschillende personen in beeld als potentiële verdachten. Die personen betreffen [medeverdachte 2] (hierna: [medeverdachte 2] ), [medeverdachte 5] (hierna: [medeverdachte 5] ), [medeverdachte 4] (hierna: [medeverdachte 4] ), en de tweelingbroers [medeverdachte 3] (hierna: [medeverdachte 3] ) en [verdachte] (hierna: [verdachte] ). Voor de leesbaarheid en begrijpelijkheid van het vonnis zal de rechtbank bij de bespreking van de feiten zowel verdachte als de medeverdachten telkens met hun naam aanduiden zoals hiervoor is weergegeven.
De rechtbank wijst vandaag vonnis in de zaken van [verdachte] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] ,
[medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] . De kernvraag die de rechtbank dient te beantwoorden is of en zo ja, op welke manier [verdachte] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] bij de aan hen ten laste gelegde feiten betrokken zijn geweest. Bij de beantwoording van deze vraag zal de rechtbank de door het Openbaar Ministerie gepresenteerde dossiers (een algemeen dossier, de zaaksdossiers en de persoonsdossiers van de verdachten) in hun totaliteit en in samenhang beoordelen.

6.De bewijsmotivering

6.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich – op gronden zoals verwoord in haar schriftelijk requisitoir – op het standpunt gesteld dat de feiten 1 tot en met 3 wettig en overtuigend bewezen kunnen worden verklaard.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft– op gronden zoals verwoord in de pleitnota – bepleit dat het dossier onvoldoende wettig en overtuigend bewijs bevat om tot een bewezenverklaring van de feiten 1 en 2 te kunnen komen. Ten aanzien van feit 3 heeft de raadsman aangevoerd dat niet kan worden vastgesteld dat verdachte wetenschap had van het oogmerk tot het plegen van strafbare feiten en ook niet dat sprake is geweest van een structureel samenwerkingsverband. De raadsman heeft vrijspraak van alle aan verdachte ten laste gelegde feiten bepleit.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
6.3.1
De feiten die niet ter discussie staan
Telefoongebruik
Voor de bewijsvoering komt het in belangrijke mate aan op de inhoud van tussen de verdachten gevoerde afgeluisterde en opgenomen telefoongesprekken. [medeverdachte 1] was, al jarenlang, de gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer 1] . [1] [medeverdachte 2] maakte al meer dan drie jaren gebruik van het telefoonnummer [telefoonnummer 2] . [2] Daarnaast had [medeverdachte 2] het telefoonnummer van zijn (toenmalige) echtgenote, te weten [telefoonnummer 3] , in gebruik. [3] [verdachte] was de enige gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer 4] . [4] [medeverdachte 5] had het telefoonnummer [telefoonnummer 5] in gebruik. [5] [medeverdachte 4] gebruikte het telefoonnummer [telefoonnummer 6] . [6] De rechtbank stelt tot slot vast dat [medeverdachte 3] de gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer 7] was ten tijde van de ten laste gelegde feiten. [medeverdachte 3] was de tenaamgestelde van dit telefoonnummer en in de afgeluisterde telefoongesprekken werd de gebruiker van dit telefoonnummer [alias 1] , [alias 2] of [medeverdachte 3] genoemd. [7]
Volkswagen Passat
[medeverdachte 1] was op 8 april 2019 de kentekenhouder van een Volkswagen Passat voorzien van het kenteken [kenteken 1] (hierna: de Volkswagen Passat). [8] [medeverdachte 1] maakte gebruik van deze auto. [9] Ook [medeverdachte 2] gebruikte deze Volkswagen Passat. [10] Zo werd hij op 16 april 2019 door het observatieteam waargenomen als de bestuurder van de Volkswagen Passat. [11]
Volkswagen Transporter
[medeverdachte 1] was op 8 april 2019 de kentekenhouder van een Volkswagen Transporter voorzien van het kenteken [kenteken 2] (hierna: de Volkswagen Transporter). [12] De zijkant van deze bus was voorzien van het opschrift “ [eenmanszaak] , [telefoonnummer 1] ”. [medeverdachte 1] maakte zelf gebruik van deze bus. [13] [medeverdachte 2] maakte ook veel gebruik van de Volkswagen Transporter. [14] Daarnaast reden [verdachte] en [medeverdachte 3] in deze bus. [15] [16] [medeverdachte 4] maakte als bijrijder ook gebruik van deze bus. [17]
Limar
Op 1 juli 2017 is [medeverdachte 1] de eenmanszaak [eenmanszaak] gestart. [18] [medeverdachte 1] was daarnaast per 14 maart 2018 bij de Kamer van Koophandel ingeschreven als bestuurder en enig aandeelhouder van [bedrijf] BV.
Actiedag
Het onderzoek Arcadia leidde uiteindelijk tot een actiedag op 25 juni 2019, waarbij [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [verdachte] , [medeverdachte 3] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] werden aangehouden. Gedurende het onderzoek was reeds een aantal hennepkwekerijen opgerold. Op de actiedag en de dag erna werden op nog drie adressen hennepkwekerijen aangetroffen en opgerold.
6.3.2
Feiten 1 en 2
De rechtbank stelt hierna allereerst per adres de relevante feiten en omstandigheden ten aanzien van zowel de aangetroffen hennepkwekerij (feit 1) als de diefstal van de elektriciteit (feit 2) op dat adres vast.
De rechtbank overweegt ten slotte waarom zij op basis van de vastgestelde feiten en omstandigheden tot conclusies komt en gaat vervolgens over tot de beantwoording van de bewijsvraag.
6.3.2.1 [adres 2]
De redengevende feiten en omstandigheden
De rechtbank stelt op grond van de behandeling ter terechtzitting en de bewijsmiddelen, die als bijlage aan dit vonnis zijn gehecht, het navolgende vast.
Aantreffen hennepkwekerij
Op 7 mei 2019 troffen verbalisanten in de woning gelegen aan de [adres 2] een in werking zijnde hennepkwekerij aan. In de woning bevonden zich twee kweekruimtes. In de woonkamer die was ingericht als kweekruimte 1 stonden 281 hennepplanten. In de slaapkamer die was ingericht als kweekruimte 2 stonden 182 hennepplanten. Er werd geconstateerd dat de stroomvoorziening illegaal werd afgenomen door middel van een illegale aftakking in de hoofdaansluitkast. De door Enexis Netbeheer aangebrachte zegels waren hiertoe verwijderd, vervangen of gemanipuleerd. [naam 1] was de huurder van voornoemde woning.
Aangetroffen sleutel
[medeverdachte 1] werd op 25 juni 2019 aangehouden in een woning aan de [adres 7] . Tijdens de doorzoeking van die woning werd een sleutelbos aangetroffen met sleutels van de voordeur van de woning aan de [adres 2] .
Tapgesprekken, observatie, peilbakengegevens en historische verkeersgegevens
Op 27 maart 2019 voerde [medeverdachte 1] een telefoongesprek met een onbekend gebleven persoon. In dit gesprek vroeg de onbekend gebleven persoon aan [medeverdachte 1] of hij een arbeidscontract voor [naam 1] kon regelen
.[medeverdachte 1] reageerde daarop dat hij het die avond zou klaarmaken.
Op 8 april 2019 belde [medeverdachte 2] met [medeverdachte 1] en zei “
Ik ben nu in het huis van het meisje. Wat wil je doen, de kamer en de woonkamer, alleen maar de woonkamer of alleen maar de kamer?”[medeverdachte 1] antwoordde “
De kamer en de woonkamer”.
Op 20 april 2019 werd door een onbekend gebleven persoon gebeld naar [medeverdachte 1] . [medeverdachte 1] vroeg de onbekend gebleven persoon in dit gesprek om 500 aan het meisje, [naam 1] , te geven.
Op 24 april 2019 om 16:35 uur belde [medeverdachte 1] naar [verdachte] en gaf hij [verdachte] de volgende instructies: “
Ik wil dat jullie iets van 20 kommen pakken en daarmee naar boven gaan. Laat hem ze horizontaal en verticaal bij elkaar leggen zodat … de man zit mij te bellen, zodat ik kan zien hoeveel stuks ik moet halen. Laat hem mij maar vertellen hoeveel
stuks horizontaal en hoeveel stuks verticaal, in beide kamers. (…) [naam 2] weet wel.[verdachte] gaf de telefoon vervolgens door aan [naam 2] “
Hier, heb je hem, hier is [naam 2].” Op diezelfde dag om 16:57 uur peilde het telefoonnummer van [verdachte] uit op een telefoonmast die hemelsbreed binnen 200 meter van de [adres 2] lag. De Volkswagen Transporter bevond zich op die dag tussen 17:00 uur en 17:24 uur aan de [adres 2] . Om 20:39 uur belde [medeverdachte 1] naar [medeverdachte 4] met de vraag op hoeveel stuks [medeverdachte 4] daar uit kwam. [medeverdachte 4] vertelde “
de spullen liggen allemaal op de grond en we konden niet ehhh, we hebben een lading naar boven gebracht”.[medeverdachte 1] stelde dat het niet veel moeite was en dat het slechts twee minuten zou kosten. [medeverdachte 1] vertelde dat de man zat te wachten en zei “
Ga jij maar snel samen met [medeverdachte 3] ”.
Op 25 april 2019 om 13:27 uur belde [medeverdachte 1] naar [medeverdachte 3] met de vraag hoeveel stuks er besteld moesten worden. [medeverdachte 3] reageerde daarop dat [medeverdachte 1] er 440 moest bestellen. [medeverdachte 1] antwoordde “
Goed, 450, is goed.”. Even later, om 13:33 uur, hadden [medeverdachte 1] en [medeverdachte 5] telefonisch contact. [medeverdachte 1] meldde dat het er 450 moesten zijn, waarop [medeverdachte 5] antwoordde dat hij het had opgeschreven. Om 14:59 uur belde [medeverdachte 2] met [medeverdachte 1] . [medeverdachte 1] wees [medeverdachte 2] erop dat hij het bord niet overdag mocht aansluiten, want “
hoogstwaarschijnlijk is de reden geweest bij [naam 3] , die opgepakt werd, dat we het overdag hadden aangesloten”.46 minuten voor voornoemd gesprek voerde [medeverdachte 2] een telefoongesprek met zijn andere telefoonnummer waarbij de mast aan de [adres 2] werd aangestraald.
Op 26 april 2019 om 14:00 uur stuurde [medeverdachte 5] een sms-bericht aan [medeverdachte 1]
“4uur bij mij gr”. Diezelfde dag om 14:24 uur belde [medeverdachte 1] naar [verdachte] en deelde hij mee “
, onze afspraak met de man is om vier uur, ik ga nu (…) je zult mij daar ontmoeten, ik wacht op je”.[verdachte] vroeg vervolgens naar het adres en [medeverdachte 1] zei dat [verdachte] vast richting [plaats 1] kon vertrekken en dat hij het adres zou sturen. Het telefoonnummer van [verdachte] straalde tijdens voornoemd gesprek aan op een telefoonmast aan de [adres 2] . Het observatieteam nam waar dat [medeverdachte 1] de Volkswagen Passat om 15:47 uur parkeerde bij het perceel [adres 8] . Om 16:14 uur straalde het telefoonnummer van [verdachte] aan op een telefoonmast die hemelsbreed op ongeveer 1,5 kilometer afstand van de woning aan de [adres 9] , waar [medeverdachte 5] woonde, stond. Op datzelfde moment belde [medeverdachte 1] naar [verdachte] om te vragen waar hij bleef, waarop [verdachte] zei dat hij voor de deur stond. Het observatieteam nam waar dat [medeverdachte 1] om 16:30 uur van perceel [adres 8] naar perceel [adres 9] reed. De achterbank en de kofferbak van de Volkswagen Passat waren op dat moment leeg. Om 16:39 uur reed [medeverdachte 1] weer weg met meerdere bruine dozen op zijn achterbank en in zijn kofferbak. Om 19:13 uur hadden [verdachte] en [medeverdachte 1] telefonisch contact. [verdachte] deelde aan [medeverdachte 1] mee dat de spullen naar boven waren gebracht. [medeverdachte 1] vroeg of de dozen open waren gezet, waarop [verdachte] antwoorde “
Ja natuurlijk.” [medeverdachte 1] zei dat hij zuigers in zijn auto had liggen die hij in het busje moest zetten. Hij vroeg [verdachte] of er spullen in het busje lagen, waarop [verdachte] antwoordde dat er “
transformatoren en zoiets” in het busje lagen. Het telefoonnummer van [verdachte] straalde aan op de telefoonmast aan de [adres 2] tijdens dit gesprek.
Op 27 april 2019 om 14:15 uur meldde [verdachte] bij [medeverdachte 1] dat de kommen naar boven waren gebracht en dat ze nog bezig waren met het leggen van het zeil. [verdachte] zei tegen [medeverdachte 1] “
Voor het geval dat er iets gebeurd, dat we dan niet alle vier tegelijkertijd beneden zouden zijn/niet alle vier tegelijkertijd opgepakt worden.” [medeverdachte 1] vroeg aan [verdachte] of zij er 450 naar boven hadden gebracht. [verdachte] bevestigde dit en vertelde “
en meer zelfs”. Het telefoonnummer van [verdachte] straalde ten tijde van dit gesprek aan op een mast die 200 meter van de [adres 2] verwijderd was. Om 14:23 uur straalde het telefoonnummer van [verdachte] aan op een telefoonmast aan de [adres 2] . De Volkswagen Transporter bevond zich op voornoemde dag tussen 13:52 uur en 14:05 uur aan de [adres 2] .
Op 29 april 2019 om 13:06 uur belde [medeverdachte 1] met [medeverdachte 4] . [medeverdachte 1] vroeg aan [medeverdachte 4] : “
[naam 2] , hebben jullie een motor en waterslangen hierheen/naar boven gebracht of niet?” [medeverdachte 1] meldde dat hij aan het werk wilde gaan, maar dat hij een vat, een gele waterslang, een sproeier/gieter en een rode waterslang nodig had. [medeverdachte 4] zei “
is goed, we zijn nu bij je aangekomen, over een minuut zijn we bij je aangekomen.(…) we komen naar je toe (…) blijf even aan de lijn zodat je de deur voor ons kan doen (…) [medeverdachte 1] , doe de deur voor ons open”.[medeverdachte 1] vroeg op enig moment “
Hoezo, heb je hier de stroom losgekoppeld?” waarop [medeverdachte 4] antwoordde “
nee, ik heb het niet losgekoppeld (…) je moet goed indrukken, [medeverdachte 1] , want soms blijft het hangen”.Zowel het telefoonnummer van [medeverdachte 1] als het telefoonnummer van [medeverdachte 4] straalde aan op een mast die was gevestigd op een flatgebouw gelegen aan de [adres 10] tot en met [adres 11] . Om 17:08 uur belde [medeverdachte 1] met [medeverdachte 3] . [medeverdachte 1] vertelde “
Ik heb spullen gehaald en ik ben onderweg om te gaan werken, thuis, hier (…) ik heb 450 gehaald en zo klopt de berekening helemaal” en even later vroeg hij “
Waar is [medeverdachte 2]”. [medeverdachte 3] antwoordde dat [medeverdachte 2] boven was om de zekering te plaatsen. [medeverdachte 1] zei “
Is goed, ik ga naar hem toe, ik ga werken en zodra ik klaar ben kom ik naar jullie toe”. Tijdens dit gesprek straalde het telefoonnummer van [medeverdachte 1] ook aan op de mast gevestigd op een flatgebouw gelegen aan de [adres 10] tot en met [adres 11] .
Verklaring [verdachte]
Ter terechtzitting van 7 oktober 2024 heeft [verdachte] erkend dat hij op 26 april 2019 op verzoek van [medeverdachte 1] naar [plaats 2] is gereden, omdat [medeverdachte 1] daar iets moest ophalen. [medeverdachte 1] was daar zelf ook naartoe gereden. [verdachte] was met eigen vervoer. [verdachte] heeft dozen in ontvangst genomen, die hij vervolgens heeft weggebracht naar [medeverdachte 1] .
Tussenconclusie
De rechtbank is op grond van de voorgaande feiten en omstandigheden van oordeel dat [verdachte] betrokken is geweest bij de hennepkwekerij in de woning gelegen aan de [adres 2] . [medeverdachte 1] gaf instructies aan [verdachte] en [medeverdachte 4] over het berekenen van de hoeveelheid “kommen” die in de woning gelegen aan de [adres 2] moest komen te staan, verdeeld over twee kamers. [verdachte] en [medeverdachte 4] waren op dat moment samen in voornoemde woning. Later die dag stuurde [medeverdachte 1] [medeverdachte 4] samen met [medeverdachte 3] opnieuw naar de woning om de berekening te maken. [medeverdachte 1] bestelde, op basis van de berekening van [medeverdachte 3] , hennepstekken, “450 stuks”, bij [medeverdachte 5] . Een dag hierna spraken [medeverdachte 1] en [verdachte] af elkaar te ontmoeten bij de woning van [medeverdachte 5] in [plaats 2] . [medeverdachte 1] haalde aldaar de hennepstekken in dozen op en later diezelfde dag bracht [verdachte] dozen naar de [adres 2] . [verdachte] meldde aan [medeverdachte 1] dat hij “er meer dan 450 naar boven had gebracht”. In de hennepkwekerij werden in totaal 463 hennepplanten aangetroffen. Deze hoeveelheid hennepplanten past bij de inhoud van de voornoemde telefoongesprekken. [medeverdachte 1] werd door [verdachte] op de hoogte gehouden van de voortgang van de werkzaamheden in de woning aan de [adres 2] . [verdachte] liet daarbij nog weten aan [medeverdachte 1] dat behoedzaamheid geboden was, zodat niet “alle vier” tegelijkertijd opgepakt zouden worden.
6.3.2.2 [adres 3]
De redengevende feiten en omstandigheden
De rechtbank stelt op grond van de behandeling ter terechtzitting en de bewijsmiddelen, die als bijlage aan dit vonnis zijn gehecht, het navolgende vast.
Aantreffen hennepkwekerij
Op 24 mei 2019 werd in de woning gelegen aan de [adres 3] een in werking zijnde hennepkwekerij aangetroffen. Deze woning ligt op de vierde etage in een woon-zorgcomplex van Humanitas. De kweekruimte bevond zich in de slaapkamer. Er stonden 214 hennepplanten van ongeveer zeven weken oud. De planten stonden in kweekpotten. De stroomvoorziening werd illegaal afgenomen. Er waren op twee fases illegale aansluitingen gemaakt. Er was een kabel vanaf de onderzijde van de huisaansluiting naar de kweekruimte geleid. Deze kabel was aangesloten op een schakelbord. Om de illegale aftakking te kunnen realiseren, waren de originele zegels verwijderd, vervangen of gemanipuleerd. [naam 5] (hierna: [naam 5] ) stond op voornoemd adres ingeschreven in de GBA.
Tapgesprekken, observatie, peilbakengegevens
Op 23 februari 2019 uur hadden [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] telefonisch contact. [medeverdachte 2] vroeg om het adres van die ene man. [medeverdachte 1] gaf [medeverdachte 2] vervolgens instructies over hoe hij naar het flatgebouw aan de [adres 3] kon rijden.
Op 25 maart 2019 om 12:33 uur spraken [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] elkaar opnieuw. [medeverdachte 2] vroeg aan [medeverdachte 1] “
bij [naam 5] , wat is de maat van de televisie van ehhh, van de zuiger? (…) Datgene dat de geur naar buiten zuigt”.[medeverdachte 1] adviseerde [medeverdachte 2] over welk type zuiger en filter hij het beste kon kiezen. [medeverdachte 1] vroeg vervolgens “
Zijn jullie naar de man gegaan?”, waarop [medeverdachte 2] antwoordde dat hij nu bij hem was. De Volkswagen Passat bevond zich op 25 maart 2019 om 13:34 uur aan de [adres 3] . Ook de Volkswagen Transporter bevond zich aan de [adres 3] .
Op 28 maart 2019 om 10:08 uur voerden [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] een telefoongesprek. [medeverdachte 1] gaf aan dat hij naar [naam 5] toeging. [medeverdachte 2] antwoordde daarop “
Kijk maar wat je gaat doen en maak maar via mobiel foto's voor mij en vertel me vervolgens wat ik waar moet zetten en waar ik de opening moet maken, en als de opening jou niet zal bevallen, zal ik dit dan veranderen (…) over een uur komt [medeverdachte 3] mij ophalen en ik zal het bij [naam 6] af gaan maken en ik zal vervolgens ons gereedschap daar weghalen en dit naar [naam 5] toe brengen”.De Volkswagen Passat stond om 12:11 uur aan de [adres 3] . Om 12:13 uur belde [medeverdachte 1] met [naam 5] . [medeverdachte 1] vroeg [naam 5] op welke verdieping hij ook alweer zat. [naam 5] antwoorde “
De vierde, [adres 3] ”,waarop [medeverdachte 1] antwoordde “
is goed, ik kom naar je toe”. Om 13:03 uur hadden [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] telefonisch contact. Het telefoonnummer van [medeverdachte 1] straalde tijdens dit gesprek een mast aan de [adres 3] aan. [medeverdachte 1] gaf aan dat hij bij [alias] was. [medeverdachte 1] vertelde “
Als je komt, zal [alias] je de opening laten zien. Ik heb dit namelijk veranderd/verplaatst (…) Bij de deur van het balkon, in de hoek, beneden, niet op de vloer, we hebben het zoveel mogelijk naar boven gehaald”. [medeverdachte 2] vertelde “
Ik mag eigenlijk niets op de vloer leggen/neerzetten want dit zal de lampen aanraken. De luchtslang is namelijk 25 centimeter”.[medeverdachte 1] antwoordde onder meer “
dit kan ook maar wel op deze plek en waarom, want ik zei tegen hem dat het raam van de woonkamer of deze deur van de woonkamer, één van deze twee moet 24 uur lang open staan (…) Maak jij maar de opening. (…) Een ander ding is ehhh, de transformatoren ehhh, hij heeft een kast hier, op de vloer van de kamer waar jullie zullen gaan werken, deze moeten jullie naar de badkamer brengen en leg dan jullie transformatoren erop”.
Op 1 april 2019 om 10:43 uur werd door het observatieteam waargenomen dat [medeverdachte 3] en [medeverdachte 2] met de Volkswagen Transporter vertrokken vanaf de [adres 3] . Zij parkeerden op de parkeerplaats van de Gamma te Hengelo naast de Volkswagen Passat. Daar troffen zij [medeverdachte 1] . [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] begroetten [medeverdachte 1] en ze liepen vervolgens met zijn drieën de Gamma binnen. Het drietal kocht twee grote platen, zes flessen kit, diverse balken en andere goederen. Om 13:38 uur stond de Volkswagen Transporter geparkeerd bij een zijingang van het woonzorgcentrum gevestigd aan de [adres 12] . [medeverdachte 3] en [medeverdachte 2] pakten houten platen, houten palen en vuilniszakken uit de Volkswagen Transporter en gingen met deze materialen en met een plateauwagen het woon-zorgcomplex naar binnen via de zijdeur. Om 14:26 uur liep [medeverdachte 2] kamer [adres 3] of [nummer 1] binnen met twee houten palen en om 16:15 uur liep hij met een houten plaat kamer [adres 3] binnen. Om 18:34 uur belde [verdachte] naar [medeverdachte 1] en vertelde hij hem dat hij 60 zakken voor hem had gehaald. [verdachte] vroeg aan [medeverdachte 1] waar hij het busje moest achterlaten. [medeverdachte 1] antwoordde “
parkeer het busje maar daar en laat de eigenaar/huurder van het huis, [naam 5] jou vertellen waarje het busje voor hem moet parkeren en geef hem de sleutel zodat hij ze beetje bij beetje, 's avonds/'s nachts eruit kan halen/naar boven brengt”.
[medeverdachte 1] en [verdachte] voerden op 4 april 2019 om 15:08 uur een telefoongesprek. In dit gesprek zei [verdachte] tegen [medeverdachte 1] dat hij twee stuks zeil voor de vloer had gehaald. [verdachte] vertelde aan [medeverdachte 1] “
Ze zullen bij [naam 5] terugkomen”,waarop [medeverdachte 1] reageerde “
Is goed, jullie zijn dan klaar en weer teruggekomen
.Diezelfde dag, om 16:25 uur, meldde [medeverdachte 1] aan [naam 5] dat de jongens wat spullen naar hem ( [naam 5] ) wilden brengen. [medeverdachte 1] vertelde “
[medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] zijn degenen die gaan werken, maar er zijn ook nog andere jongens die twee dozen naar je toe zullen brengen waar kommen in zitten”.[medeverdachte 1] vroeg naar het huisnummer van [naam 5] , waarop [naam 5] antwoordde dat het nummer [adres 3] betrof. Hierna belde [medeverdachte 1] , om 16:26 uur, wederom naar [verdachte] en meldde hij “
De man, [naam 5] , is thuis gearriveerd en hij zit nu op jullie te wachten.(…) Zijn huisnummer is [adres 3]”. [verdachte] meldde dat zij onderweg waren.
Op 10 april 2019 belde [medeverdachte 1] met [naam 5] . Hij sprak [naam 5] in dit gesprek aan met de (bij)naam [alias] . [medeverdachte 1] vroeg [naam 5] hoe de zaken liepen. [medeverdachte 1] gaf [naam 5] de volgende instructies “
Ik wil dat je vandaag meer stekkers gaat gebruiken. Het zijn er nu drie die aan het werk zijn. Maak daar maar vier van (…) En naast die enen die je gisteren hebt getrakteerd, de ouden, pak even een stukje aarde met je hand en knijp deze even in en kijk of er nog water in zit (…) Als het erin zit dan is het niet nodig. Zodra je ziet dat de aarde niet meer in te knijpen is, betekent dit dat het wel nodig is”.
Op 13 mei 2019 belde [medeverdachte 1] met [medeverdachte 2] . [medeverdachte 1] vertelde “
Als je naar die ene gaat ehhhh, [naam 5] ehhh, ik denk niet dat de transformatoren zijn die het geluid veroorzaken. Ik denk dat
het de klok/meter is die aan het zoemen is en soms als je die een klap geeft zal het minder gaan zoemen, snap je?”.
Tussenconclusie
De rechtbank stelt op grond van deze feiten en omstandigheden vast dat [verdachte] bij de exploitatie van de hennepkwekerij betrokken is geweest. [verdachte] belde met [medeverdachte 1] om te vertellen dat hij zestig zakken had gehaald. [medeverdachte 1] instrueerde [verdachte] hierop om het busje bij [naam 5] , de bewoner van de [adres 3] , achter te laten, zodat [naam 5] de zakken er ’s avonds en ’s nachts uit kon halen. [medeverdachte 1] meldde aan [naam 5] dat [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] bij hem aan het werk gingen en dat andere jongens dozen naar hem toe zouden komen brengen. Daarmee doelde [medeverdachte 1] onder andere op [verdachte] . [medeverdachte 1] vroeg namelijk het huisnummer aan [naam 5] en gaf dit huisnummer een minuut later door aan [verdachte] , die aangaf dat zij onderweg waren. De hennepkwekerij was op dat moment, gelet op de leeftijd van de aangetroffen hennepplanten, reeds in werking.
6.3.2.3 [adres 4]
De redengevende feiten en omstandigheden
De rechtbank stelt op grond van de behandeling ter terechtzitting en de bewijsmiddelen, die als bijlage aan dit vonnis zijn gehecht, het navolgende vast.
Aantreffen hennepkwekerij
Op 3 juni 2019, omstreeks 9:15 uur, werd binnengetreden in een woning gelegen aan [adres 4] . In de slaapkamer op de eerste verdieping werd een in werking zijnde hennepkwekerij met 278 hennepplanten aangetroffen. De hennepplanten waren ongeveer vijf weken oud. Er werden indicatoren aangetroffen die duidden op eerdere opbrengsten uit de exploitatie van de hennepkwekerij. De stroomvoorziening ten behoeve van de kwekerij werd illegaal afgenomen. De deksel van de aansluitkast was verwijderd. Er was een illegale aansluiting buiten de elektriciteitsmeter om gemaakt. Ook was de hoofdbeveiliging van de elektrische installatie verzwaard. [naam 7] (hierna: [naam 7] ) was de bewoonster van voornoemd adres.
Verklaring [naam 7]
verklaarde bij de politie dat zij de woning aan [medeverdachte 1] ter beschikking had gesteld door hem de sleutel van de woning te geven.
Tapgesprekken en peilbakengegevens
Op 4 april 2019 vroeg [medeverdachte 3] aan [medeverdachte 1] “
Waarom heb je de grote vat naar mij laten brengen, [naam 8] ?”. [medeverdachte 1] antwoordde “
Deze gaat nooit lek. Telkens als ik er één haal gaat hij lek. Die van [naam 7] is twee keer lek gegaan en ik moet hem nu vervangen”. [medeverdachte 3] vroeg hoe lang die van [naam 7] er al stond. [medeverdachte 1] zei dat het vat er ongeveer acht maanden stond en dat het vat vanzelf lek was gegaan.
Op 10 april 2019 voerde [medeverdachte 1] meerdere telefoongesprekken. Om 16:09 uur belde hij [verdachte] om te vertellen “
het meisje zal om vijf uur in het huis zijn, jullie moeten dan om tien over vijf of kwart over vijf het huis binnengaan”. Om 18:07 uur belde [medeverdachte 1] naar [naam 7] met de mededeling dat [verdachte] , de broer van [medeverdachte 3] , onderweg was en dat [naam 7] naar het “speelveld” moest lopen om samen met [verdachte] terug te lopen. Twee minuten later belde [medeverdachte 1] opnieuw naar [naam 7] en zei hij “
over vijf minuten is hij er. Ga maar naar het voetbalveld toe, ok [naam 7]”. [naam 7] reageerde daarop dat zij nu ging. De Volkswagen Transporter bevond zich om 18:39 uur bij een voetbalveld gelegen aan de [adres 13] . De afstand tussen deze plek en de woning gelegen aan [adres 4] is heel klein en de woning is vanaf deze plek goed bereikbaar via een voetpad. Om 20:38 uur belde [verdachte] naar [medeverdachte 1] . [medeverdachte 1] vroeg in dit gesprek aan [verdachte] of de grond droog was geworden. Daarnaast zei [medeverdachte 1] “
laat hem maar voor me kijken of de mussen het ook tot morgen kunnen volhouden”. [verdachte] gaf deze boodschap van [medeverdachte 1] door aan een onbekend gebleven persoon. De Volkswagen Transporter bevond zich ten tijde van dit gesprek nog aan de [adres 13] . Om 22:38 uur belde [medeverdachte 1] naar [verdachte] om te vragen of zij al klaar waren. [verdachte] antwoordde dat zij nog niet klaar waren, waarop [medeverdachte 1] antwoordde “
het is nu donker geworden. Neem geen afval mee naar buiten, goed? (…) Laat me even weten hoe de toestand van de mussen is. (…) laat ze maar in de dozen staan, goed?”. Twee minuten later belde [medeverdachte 1] nogmaals naar [verdachte] om te zeggen dat hij niet moest vergeten om iets van tien lampen en de ventilatoren aan te laten. Ook zei [medeverdachte 1] tegen [verdachte] dat hij de mussen beneden neer moest zetten. De Volkswagen Transporter bevond zich ten tijde van voornoemd gesprek in de nabijheid van [adres 4] .
Op 4 mei 2019 om 15:43 uur had [medeverdachte 1] telefonisch contact met [medeverdachte 3] . [medeverdachte 1] vertelde “
er is iets aan het gebeuren in het huis van [naam 7] waarover ik de mening heb gevraagd van de Nederlander die tegen mij zei: "want ehhhh..", die van [naam 7] zijn aan het groeien maar heel traag, de bloem daarvan is nog klein en groeit niet., Hij zei tegen mij: "omdat ze ’s avond/'s nachts kou vatten". Daarom moet de temperatuur boven de 15 staan. Onder de 15 mag niet”. Even voorafgaand aan dit gesprek, om 14:11 uur, belde [medeverdachte 1] met [medeverdachte 5] om advies in te winnen. [medeverdachte 1] meldde “
ik zie dat, eh, is langzaam werken , heel erg langzaam (…) en weetje wat ik bedoel is, die bloem moet allang”.[medeverdachte 5] antwoordde “
oh, heb ik ook spul voor”. [medeverdachte 1] vroeg “
Ja dat bedoel ik, wat moet ik geven nu eigenlijk?”. [medeverdachte 5] antwoordde “
Heb ik ook. Dat snel de toppen komen.(…) Ik breng wel twee kilo mee (…) je bedoelt voor topjes”.[medeverdachte 1] vroeg aan [medeverdachte 5] “
Maar wat is de reden eigenlijk waarom zo gebeuren hier?”, waarop [medeverdachte 5] antwoordde “
misschien iets te koud. Kijk, ook een neerhangen, misschien als de lamp uit is, te koud, dan die topjes komen heel langzaam (…) Als ie te koud wordt, hij groeit niet. Hij stop”.[medeverdachte 1] vroeg vervolgens “
en wat voor voeding moet ik geven als die bloemen klein”. [medeverdachte 5] meldde dat hij maandag iets zou meenemen en dat hij zou opschrijven wat [medeverdachte 1] moest doen. [medeverdachte 1] zei “
maar goed ik heb jou gevraagd man, want ik weet niet wat moet ik doen”. [medeverdachte 5] gaf nog aan [medeverdachte 1] mee “
Maar ik denk te koud. Te koud, dan doet het eigenlijk, hij groeit heel langzaam, gaat te langzaam (…) wanneer de lampen uit, kacheltje aan. Moet minimaal 16 graden, 15, 16 graden, minimaal”.
Op 19 mei 2019 om 16:08 uur belde [medeverdachte 1] met [medeverdachte 2] . [medeverdachte 1] vertelde dat hij bij [naam 7] was, dat hij veel moeite had met “het boord” en dat een schakel steeds uit ging. [medeverdachte 2] antwoordde dat [medeverdachte 1] er een foto van moest maken, zodat [medeverdachte 2] weer hetzelfde kon gaan kopen. [medeverdachte 1] zei dat de babyplantjes nu twee dagen geen licht hadden gehad. [medeverdachte 2] zei dat dit vermoedelijk de reden was dat de babyplantjes de vorige keer kapot waren gegaan. De Volkswagen Passat bevond zich op voornoemde datum tussen 15:51 uur en 18:04 uur in [plaats 3] , namelijk aan de [adres 13] dan wel aan [adres 4] .
Op 20 mei 2019 belde [medeverdachte 1] opnieuw met [medeverdachte 2] over het bord bij [naam 7] . [medeverdachte 1] zei dat [medeverdachte 2] het bord bij [naam 7] moest vervangen, waarop [medeverdachte 2] antwoordde dat dat goed was.
Op 3 juni 2019 om 11:16 uur, enkele uren nadat de verbalisanten de woning aan [adres 4] waren binnengetreden en de hennepkwekerij was ontdekt, belde [medeverdachte 3] met [medeverdachte 1] . [medeverdachte 1] vertelde “
Het huis van [naam 7] , [naam 7] zal het me zeker vertellen nadat zij klaar zou zijn met het onderzoek/verhoor en alles. Maar ik weet zeker dat men het huis van [naam 7] binnen is geweest en het (huis) heeft beroofd. En de sleutel ehh gewoon, ik liet hem
(de sleutel) altijd in mijn auto achter. Ze zijn met een sleutel naar binnen geweest. (…)
toen het nieuws over [alias 3] mij heeft bereikt, ben ik vanmorgen een cilinder gaan kopen om het slot van het huis te vervangen en toen werd ik daar verrast met de politie. De politie was, hoogstwaarschijnlijk en dit is wat ik denk, was afgekomen op de geur die naar buiten kwam nadat men het huis heeft beroofd, weet je wel.(…) zodra [naam 7] klaar is met het onderzoek/verhoor zal het mij duidelijk worden of het huis beroofd is of niet want de politie hoort niet zomaar te komen. Ik bedoel, vandaag is de politie gekomen dat betekent dat het
huis gisteren is beroofd en ze zijn met een sleutel erin gegaan en de sleutel ligt vaak in mijn auto”.
Tussenconclusie
De rechtbank is op grond van de voorgaande feiten en omstandigheden van oordeel dat [verdachte] bij de exploitatie van de hennepkwekerij betrokken is geweest. Gelet op de inhoud van vorenstaande telefoongesprekken en de peilbakengegevens concludeert de rechtbank dat [medeverdachte 1] aan [verdachte] opdracht gaf om naar de hennepkwekerij in de woning gelegen aan [adres 4] te gaan. [medeverdachte 1] gaf [naam 7] de opdracht om [verdachte] op te wachten bij het nabijgelegen voetbalveld en samen met hem naar de woning aan [adres 4] te lopen. Terwijl [verdachte] zich in voornoemde woning bevond, hield [medeverdachte 1] een vinger aan de pols wat betreft de werkzaamheden van [verdachte] . [medeverdachte 1] instrueerde [verdachte] aan het einde van de dag om geen afval mee te nemen en om tien lampen en de ventilatoren in voornoemde woning aan te laten.
6.3.2.4 [adres 5]
De redengevende feiten en omstandigheden
De rechtbank stelt op grond van de behandeling ter terechtzitting en de bewijsmiddelen, die als bijlage aan dit vonnis zijn gehecht, het navolgende vast.
Aantreffen hennepkwekerij
Op 25 juni 2019, de actiedag van het onderzoek Arcadia, werd in de woning gelegen aan de [adres 5] een professioneel ingerichte hennepkwekerij met 158 hennepplanten aangetroffen. Er was een illegale elektriciteitskabel aangelegd die buiten de elektriciteitsmeter om liep. De door Enexis Netbeheer aangebrachte zegels waren verwijderd, vervangen of gemanipuleerd. [naam 9] (hierna: [naam 9] ) stond in de GBA ingeschreven op voornoemd adres.
Verklaringen [naam 9]
Bij de politie verklaarde [naam 9] dat de aangetroffen hennepkwekerij van [medeverdachte 1] was. [medeverdachte 1] had een sleutel van de woning en verzorgde de kwekerij. De toegangsdeur tot de kamer waarin de kweekruimte zich bevond, was slotvast afgesloten. [naam 9] kon alleen de kamer binnen als [medeverdachte 1] er was. Tijdens het verhoor door de sociale recherche verklaarde [naam 9] dat het telefoonnummer van [medeverdachte 1] [telefoonnummer 1] was. Zoals de rechtbank hiervoor reeds heeft vastgesteld, was dit telefoonnummer in gebruik bij [medeverdachte 1] . De rechtbank concludeert derhalve dat waar [naam 9] verklaarde over [medeverdachte 1] , hij daarmee [medeverdachte 1] bedoelde. De rechtbank zal deze persoon hierna als [medeverdachte 1] aanduiden. Nadat aan [naam 9] tijdens het politieverhoor een telefoongesprek tussen hemzelf en het telefoonnummer [telefoonnummer 2] was voorgehouden, verklaarde hij dat hij [medeverdachte 2] wel eens in de woning had gezien. De rechtbank heeft hiervoor reeds vastgesteld dat [medeverdachte 2] de gebruiker van voornoemd telefoonnummer was. De rechtbank stelt derhalve vast dat waar [naam 9] in zijn verklaring sprak over [medeverdachte 2] , hij daarmee [medeverdachte 2] bedoelde en zal hem hierna ook als zodanig aanduiden. [naam 9] verklaarde verder dat [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [verdachte] en [medeverdachte 3] bij hem langskwamen voor de hennepkwekerij. [naam 2] was één of twee keer in de woning. [naam 2] werkte ook met hen. In samenhang bezien met de feiten en omstandigheden zoals hiervoor onder de andere kwekerijen reeds is uiteengezet, komt de rechtbank tot de conclusie dat waar [naam 9] in zijn verklaring sprak over [naam 2] , hij daarmee [medeverdachte 4] bedoelde. [naam 9] verklaarde ook dat er een keer eerder was geoogst in de hennepkwekerij. Bij het knippen van die eerste oogst waren [verdachte] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 2] aanwezig.
Aangetroffen sleutel
[medeverdachte 1] werd op de actiedag op 25 juni 2019 aangehouden in een woning aan de [adres 7] . Tijdens de doorzoeking van deze woning werd een sleutelbos aangetroffen met daaraan een sleutel waarmee de voordeur van de woning gelegen aan de [adres 5] kon worden geopend.
Tapgesprekken, observatie en peilbakengegevens
Op 21 januari 2019 om 19:34 uur nam het observatieteam waar dat [medeverdachte 1] met een grijze tas de woning gelegen aan de [adres 5] binnenliep.
Op 12 maart 2019 om 13:51 uur hadden [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] telefonisch contact. [medeverdachte 1] vertelde dat hij wilde dat iemand ‘de vogels’ in [plaats 1] ging ophalen, waarop [medeverdachte 3] antwoordde “
Ik ga ze voor je halen”.Die dag vinden er meerdere telefoongesprekken plaats tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 5] en tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] die gaan over het ophalen van 150 ‘vogels’ door [medeverdachte 3] . Om 20:17 uur belde [medeverdachte 3] naar [medeverdachte 1] en zei hij dat hij was aangekomen bij het adres. Om 21:10 uur belde [medeverdachte 1] naar [naam 9] met de mededeling dat iemand iets zou komen afgeven. [naam 9] moest de deur voor deze persoon open doen en iets van hem overnemen. Tien minuten later belde [naam 9] met [medeverdachte 1] . [naam 9] vertelde dat [medeverdachte 3] “ze” had gebracht. [medeverdachte 1] vertelde [naam 9] dat hij de dozen open moest laten en ze op een warme plek moest neerzetten.
Op 16 maart 2019 om 18:02 uur vroeg [medeverdachte 1] aan [naam 9] of hij thuis was. [naam 9] antwoordde bevestigend. [medeverdachte 1] vertelde dat de jongens naar [naam 9] kwamen om te werken. Om 18:05 uur hadden [medeverdachte 1] en [medeverdachte 4] telefonisch contact. [medeverdachte 4] vertelde dat hij over twee minuten bij het theehuis/cafetaria was. [medeverdachte 1] reageerde “
Is goed, zodat jij en [alias 4] kunnen gaan”. Even later, om 18:16 uur, belde [medeverdachte 1] naar [medeverdachte 2] . Hij vertelde [medeverdachte 2] dat hij vuilniszakken moest meenemen en dat de jongens waren vertrokken naar [naam 10] . De Volkswagen Transporter kwam omstreeks 19:00 uur aan op de [adres 5] . Om 22:09 uur vroeg [verdachte] aan [medeverdachte 1] “
[naam 10] wil 50 euro hebben, zal ik het aan hem geven?”. [medeverdachte 1] antwoordde dat hij het zelf later aan hem ging geven. Om 22:19 uur komt de Volkswagen Passat aan op de [adres 5] .
Op 17 maart 2019 belde [medeverdachte 1] met [naam 9] . [medeverdachte 1] vertelde “
Luister, er is en zak, [medeverdachte 2] zegt dat hij deze onder de trap bij [naam 10] achtergelaten heeft. Een zak met Rara, weetje wat rara is, deze is van onze werk? (…) [alias 1] zal langs komen om deze bij jou op te halen”.
Op 26 maart 2019 meldde [naam 9] een probleem bij [medeverdachte 1] . Het was hetzelfde probleem als de vorige keer. [medeverdachte 1] zei tegen [naam 9] “
je moet niet aan ons werk komen, haal je stekker eruit”.[medeverdachte 1] vertelde [naam 9] dat hij nu naar hem toe kwam.
Op 26 april 2019 wilde [medeverdachte 1] van [naam 9] weten “
Vertel mij, hoe oud zijn die enen die nu bij je zijn?” waarop [naam 9] reageerde “
de datum 18/3 is de eerste dag”.
Op 27 mei 2019 om 16:47 uur belde [medeverdachte 1] met [naam 9] . [medeverdachte 1] vertelde “
[alias 1] zal bij jou komen en de sleutel van de kamer aan jou geven. Je doet de kamer open. Daar is een tas met
Harara geef hem alleen de tas met Harara (…) Vervolgens doe je de kamer deur op slot en laat de sleutel bij jou”.Om 17:06 uur belde [medeverdachte 1] opnieuw met [naam 9] . Hij meldde “
Doe open, onze vriend is beneden.(…) Je laat hem binnen, neem de sleutel van de kamer van hem. Je doet de kamer open, je pakt de tas met Harara en je geeft het aan hem en je doet de kamer op slot”.[naam 9] lichtte tijdens het politieverhoor desgevraagd toe dat in voornoemd telefoongesprek met de zak “harara” een zak hennep werd bedoeld. Om 17:42 uur zei [medeverdachte 1] tegen [naam 9] dat hij de deur voor [medeverdachte 2] open moest doen. [medeverdachte 2] stond boven bij [naam 9] . Diezelfde dag om 21:10 uur belde [medeverdachte 1] naar [naam 9] en meldde hij “
[medeverdachte 3] komt nog een keer bij je langs, doe de kamer voor hem open en laat hem maar één pakken, alleen maar één (…) één kilo”. Op vragen van de politie over de inhoud van dit telefoongesprek, bevestigde [naam 9] dat dit gesprek over een kilo hennep ging.
Op 29 mei 2019 hadden [medeverdachte 1] en [medeverdachte 4] contact. [medeverdachte 1] zei “
Baas, ik wil datje in de komende twee dagen alles in het huis van [naam 6] en [naam 10] afronden. Tot de goederen verkocht worden, begrijp jij mij?”en “
Ik wil deze twee zaken van jou en [verdachte] , het is heel belangrijk. Omdat de Nederlander is akkoord gegaan, hij zal mij vogels geven en de betaling zal later plaats vinden”. [medeverdachte 4] antwoordde hierop “
Belangrijk is dat jij geld voor mij regelt, ik heb het ook erg moeilijk”,waarop [medeverdachte 1] reageerde “
Zodra iets verkocht wordt zal ik met jullie als eerst afrekenen".
Op 31 mei 2019 belde [medeverdachte 1] met [naam 9] en vertelde hij “
[naam 2] , die samen met de jongens heeft gewerkt, is nu bij me. Hij komt zo naar je toe om te werken, goed?”.
Dactyloscopische sporen
In de hennepkwekerij is een aantal sporendragers aangetroffen en veiliggesteld voor nader onderzoek, waaronder twee stukken hittewerende isolatiefolie die uit de zijwand van de kwekerij zijn gesneden. Door de forensische opsporing zijn op deze sporendragers dactyloscopische sporen aangetroffen, die aan een vergelijkend dactyloscopisch onderzoek zijn onderworpen. Dat onderzoek heeft geleid tot individualisatie van het spoor op een persoon, te weten [medeverdachte 2] .
Tussenconclusie
Uit het voorgaande volgt naar het oordeel van de rechtbank dat [verdachte] bij de exploitatie van de hennepkwekerij in de woning gelegen aan de [adres 5] betrokken is geweest. [medeverdachte 1] liet [medeverdachte 3] hennepstekken ophalen in Huissen en onderhield daartoe contacten met zowel [medeverdachte 3] als [medeverdachte 5] . [medeverdachte 3] leverde dit vervolgens af bij [naam 9] , de bewoner van de [adres 5] . Een paar dagen hierna instrueerde [medeverdachte 1] [verdachte] en [medeverdachte 4] om aan het werk te gaan in voornoemde woning. Op diezelfde dag meldde [verdachte] bij [medeverdachte 1] dat [naam 9] 50 euro wilde hebben en vroeg hij [medeverdachte 1] of hij dit moest geven. [verdachte] was ook betrokken bij het knippen van de eerdere oogst in de kwekerij.
6.3.2.5 [adres 6]
De bruikbaarheid van de verklaring van [getuige]
De verdediging heeft bepleit dat de verklaring van [getuige] (hierna: [getuige] ) uitgesloten dient te worden van het bewijs, nu de verdediging deze getuige niet heeft kunnen horen en hierin niet is gecompenseerd. De rechtbank verwerpt dit verweer en overweegt hiertoe als volgt.
Voor de verdediging moet er een behoorlijke en effectieve mogelijkheid hebben bestaan om belastende getuigen te ondervragen. Dit is een belangrijk algemeen uitgangspunt dat is gebaseerd op artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en de fundamentele vrijheden (EVRM). Heeft de verdediging die mogelijkheid ten aanzien van een getuige niet gehad, dan zal de rechter, als hij de verklaring van die getuige voor het bewijs wil gebruiken, moeten beoordelen of daarmee het proces als geheel nog wel eerlijk is verlopen. Daarbij zijn de volgende beoordelingsfactoren van belang:
(i) de reden dat het ondervragingsrecht niet kan worden uitgeoefend met betrekking tot een getuige van wie de verklaring voor het bewijs wordt gebruikt;
(ii) het gewicht van de verklaring van de getuige voor de bewezenverklaring van het feit, en
(iii) het bestaan van factoren die compensatie bieden voor het ontbreken van een ondervragingsgelegenheid.
Deze beoordelingsfactoren moeten daarbij in onderling verband worden beschouwd. Naarmate het gewicht van de verklaring groter is, is het – wil de verklaring voor het bewijs kunnen worden gebruikt – des te meer van belang dat een goede reden bestaat voor het niet bieden van een ondervragingsgelegenheid en dat compenserende factoren bestaan.
De verdediging heeft ter terechtzitting van deze rechtbank van 29 september 2022 verzocht om onder meer [getuige] als getuige te horen. Dit verzoek is door de rechtbank toegewezen en de zaak is daartoe verwezen naar de rechter-commissaris. Uit het proces-verbaal van de rechter-commissaris blijkt dat er, ook na het meermalen raadplegen van de Basisregistratie Personen, geen woon- of verblijfplaats van [getuige] bekend is geworden, zodat de rechter-commissaris [getuige] niet als getuige op heeft kunnen roepen en derhalve niet heeft kunnen horen. Er was dan ook een goede reden dat het ondervragingsrecht niet kon worden uitgeoefend. Voorts is van belang dat het bewijs van de betrokkenheid van [verdachte] bij deze hennepkwekerij niet in overwegende mate is gebaseerd op de verklaring van [getuige] , maar voldoende steun vindt in andere (hierna te noemen) bewijsmiddelen, die betrekking hebben op die onderdelen die door verdachte zijn betwist. De rechtbank acht in dit verband de tapgesprekken en de historische verkeersgegevens in het dossier van belang. De rechtbank is onder deze omstandigheden van oordeel dat, ondanks dat de verdediging [getuige] niet als getuige heeft kunnen ondervragen, de procedure in haar geheel voldoet aan het door artikel 6 EVRM gewaarborgde recht op een eerlijk proces. Dat er geen compenserende factoren zijn geweest voor het ontbreken van een ondervragingsgelegenheid maakt dat niet anders. De rechtbank zal de verklaring van [getuige] dan ook voor het bewijs gebruiken.
De redengevende feiten en omstandigheden
De rechtbank stelt op grond van de behandeling ter terechtzitting en de bewijsmiddelen, die als bijlage aan dit vonnis zijn gehecht, het navolgende vast.
Aantreffen hennepkwekerij
Op 27 juni 2019 werd in de woning gelegen aan de [adres 6] op de zolderetage een in werking zijnde hennepkwekerij aangetroffen. Er stonden in totaal 185 hennepplanten van ongeveer zes weken oud. [getuige] was de bewoner van deze woning.
Verklaring [getuige]
verklaarde bij de politie dat hij door [medeverdachte 1] was benaderd in een café. [medeverdachte 1] beloofde een woning voor [getuige] te regelen, op voorwaarde dat hij ( [medeverdachte 1] ) een hennepplantage in die woning mocht exploiteren. [getuige] zou hier een bedrag van € 1.500,-- voor ontvangen. Tijdens het politieverhoor werd aan [getuige] een telefoongesprek tussen hemzelf en de gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer 1] voorgehouden. [getuige] bevestigde dat dit een gesprek was met de persoon die hij kende als [medeverdachte 1] . Zoals de rechtbank hiervoor reeds heeft vastgesteld, was dit telefoonnummer in gebruik bij [medeverdachte 1] . Gelet hierop concludeert de rechtbank dat waar [getuige] in zijn verklaring sprak over [medeverdachte 1] , hij hiermee [medeverdachte 1] bedoelde. De rechtbank zal deze persoon hierna telkens aanduiden als [medeverdachte 1] . [getuige] verklaarde dat [medeverdachte 1] spullen voor de hennepkwekerij naar de woning bracht. Ook [verdachte] en [medeverdachte 3] , de tweelingbroers uit Irak, brachten spullen naar de woning. Gelet op de voornoemde door [getuige] gegeven beschrijving van [verdachte] en [medeverdachte 3] stelt de rechtbank vast dat zijn verklaring betrekking heeft op [verdachte] en [medeverdachte 3] . [getuige] verklaarde dat [medeverdachte 2] ook bij de hennepkwekerij kwam. In samenhang bezien met de feiten en omstandigheden zoals hiervoor onder de andere kwekerijen reeds is uiteengezet, komt de rechtbank tot de conclusie dat waar [getuige] in zijn verklaring sprak over [medeverdachte 2] , hij daarmee [medeverdachte 2] bedoelde. Voornoemde personen hadden allen een eigen aandeel in de plantage. [medeverdachte 1] verzorgde de plantage en controleerde alles. [getuige] moest het [medeverdachte 1] melden als er iets niet werkte. Vervolgens belde [medeverdachte 1] één van de jongens om het op te lossen.
Aangetroffen sleutel
In de Volkswagen Passat werd een sleutel met daaraan een sleutelhanger met de tekst “ [adres 6] ” aangetroffen.
Tapgesprekken, historische verkeersgegevens en peilbakengegevens
Op 8 mei 2019 sprak [medeverdachte 1] met [medeverdachte 2] . [medeverdachte 2] zei tegen [medeverdachte 1] dat hij [verdachte] en [medeverdachte 3] op moest bellen om te vragen waar zij bleven. [medeverdachte 2] vertelde “
We moeten nog naar [plaats 4] gaan om het gereedschap te halen”. [medeverdachte 1] reageerde hierop “
Het is nu 10 uur. Ik heb tegen je gezegd ehhhh, de geur bij de man zal naar buiten komen”.
Op 13 mei 2019 om 10:34 uur belde [medeverdachte 1] met [medeverdachte 4] . [medeverdachte 1] vertelde [medeverdachte 4] “
het werk is in [plaats 4] . Het duurt maar iets van twee uur, jij en [verdachte] , nieuwe aarde, jullie gaan vullen”.Om 11:26 uur belde [medeverdachte 1] met [verdachte] . [medeverdachte 1] gaf [verdachte] de opdracht om te komen. [medeverdachte 1] vertelde “
Jullie moeten gaan werken in [plaats 4] , jullie moeten datgene vullen want de jongens zijn klaar en ik heb de mussen daarvoor van gehaald”.Om 16:07 uur belde [medeverdachte 1] nogmaals met [verdachte] en vroeg hij hoeveel stuks het op de grond waren geworden. [verdachte] antwoordde dat het er 169 waren geworden. [medeverdachte 1] vertelde dat ze de dozen moeten openen en op een warme plek moeten zetten zonder iets aan te zetten. De telefoon van [verdachte] straalde op 13 mei 2019 omstreeks 16:05 uur en omstreeks 17:07 uur aan op een telefoonmast in [plaats 4] . Om 19:41 uur meldde [medeverdachte 2] aan [medeverdachte 1] dat hij bij [getuige] ging vertrekken. [medeverdachte 2] had alles aangezet en in werking gesteld. [medeverdachte 1] wees [medeverdachte 2] erop dat hij niets boven de mussen moest aanzetten.
Op 14 mei 2019 hadden [medeverdachte 1] en [medeverdachte 4] contact. [medeverdachte 1] vroeg “
Ik wou je vragen [naam 2] . Hebben jullie een vat meegenomen naar [getuige] in [plaats 4] ?”,waarop [medeverdachte 4] reageerde dat hij dat niet had gedaan.
Op 15 mei 2019 belde [medeverdachte 1] met [verdachte] . [verdachte] vertelde in dit gesprek dat [naam 2] en hij de kommen bij [getuige] hadden gevuld. [medeverdachte 1] reageerde dat hij de kommen opnieuw had gevuld, omdat deze slechts voor de helft gevuld waren. Hierop antwoordde [verdachte] dat [naam 2] de persoon was die de kommen had gevuld.
[medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] spraken elkaar op 15 mei 2019. [medeverdachte 3] vertelde dat [medeverdachte 2] naar [plaats 4] was gekomen en dat [medeverdachte 2] had gesnoeid en geprikt. [medeverdachte 1] vroeg of zij het in [plaats 4] hadden afgerond, waarop [medeverdachte 3] zei dat het niet was gelukt om de filter te verplaatsen. [medeverdachte 3] vertelde dat zij morgen verder gingen en dat de elektriciteit en het zeil bij de deur was geregeld.
Op 18 mei 2019 om 14:39 uur belde [medeverdachte 1] met [getuige] . [medeverdachte 1] vertelde dat hij over tien minuten bij [getuige] zou zijn. Omstreeks 14:57 uur op voornoemde dag stond de Volkswagen Passat op circa 260 meter van de [adres 6] stil in [plaats 4] en omstreeks 15:19 uur reed de Volkswagen Passat weer.
[getuige] en [medeverdachte 1] hadden op 22 mei 2019 opnieuw telefonisch contact. [getuige] vroeg of hij die dag iets moest doen. [medeverdachte 1] antwoordde “
Vul er maar één vandaag, lauw water, zoals gebruikelijk en ik heb het medicijn naar je al gebracht (…) Van nummer 2 neem je 450 gram nadat je de weegschaal hebt aangezet en de kom erop hebt gedaan.(…) Je reset het en dan doe je er 450 en (…) daarna gooi je het in de vat en dan ga je in de bodem sproeien (…)”.
Ook op 24 mei 2019 vanaf circa 10:07 uur tot omstreeks 10:39 uur stond de Volkswagen Passat in [plaats 4] . Kort daarvoor, om 9:48 uur, hadden [getuige] en [medeverdachte 1] telefonisch contact. [medeverdachte 1] vertelde dat hij iets moest doen en dat hij over ongeveer tien minuten bij [getuige] zou zijn.
Op 29 mei 2019 belde [medeverdachte 1] met [medeverdachte 3] . [medeverdachte 1] zei tegen [medeverdachte 3] “
je moet ook [medeverdachte 2] naar [getuige] brengen en laat hem twee transformatoren en twee lampen meenemen. Hij moet wat gaan repareren, hij heeft een mankement daar”.
Op 18 juni 2019 spraken [getuige] en [medeverdachte 1] elkaar opnieuw telefonisch. [getuige] zei “
Ik denk dat ze vandaag water moeten hebben” en [medeverdachte 1] reageerde “
Ja, daarom wil ik een kijkje gaan nemen”.[getuige] vertelde dat hij gisteren de lampen had verminderd. Er waren er nu negen aangesloten. [medeverdachte 1] zei “
Goed, als je ziet dat het buiten warm wordt moet je zelf gaan minderen. Als ik het vergeet te zeggen doe dit maar gewoon uit jezelf”.
Tussenconclusie
De rechtbank concludeert uit het voorgaande dat [verdachte] betrokken is geweest bij de hennepkwekerij in de woning gelegen aan de [adres 6] . [verdachte] bracht spullen ten behoeve van de hennepkwekerij naar voornoemde woning en verrichtte, op instructie van [medeverdachte 1] , samen met [medeverdachte 4] werkzaamheden in de hennepkwekerij. [medeverdachte 1] hield ondertussen een vinger aan de pols en werd door [verdachte] op de hoogte gehouden van de voortgang van de werkzaamheden.
6.3.2.6 Overwegingen en conclusie van de rechtbank ten aanzien van het onder feit 1 ten laste gelegde feit
De rechtbank acht op grond van de hiervoor uiteengezette feiten en omstandigheden, in onderling verband en samenhang bezien, wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] zich schuldig heeft gemaakt aan het telen van hennepplanten in vijf hennepkwekerijen.
Medeplegen
Op grond van het voorgaande, in onderling verband en samenhang bezien, is de rechtbank van oordeel dat tussen [verdachte] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4] –deels in wisselende samenstellingen – sprake was van een nauwe en bewuste samenwerking, gericht op de exploitatie van de hierboven besproken hennepkwekerijen. [verdachte] was betrokken bij de opbouw en bij het onderhoud van de hennepkwekerijen. Zijn rol bestond uit het uitvoeren van diverse werkzaamheden op de locaties van de hennepkwekerijen. [verdachte] heeft hiermee naar het oordeel van de rechtbank een bijdrage van voldoende gewicht geleverd aan het ten laste gelegde feit, zodat de rechtbank hem als medepleger van het telen van hennep aanmerkt.
Uitoefening van een beroep of bedrijf
Zoals de rechtbank hiervoor uiteen heeft gezet, was sprake van vijf verschillende hennepkwekerijen waarin verschillende mensen werkzaam waren. De capaciteit van de hennepkwekerijen tezamen was aanzienlijk (in totaal werden er 1.298 hennepplanten aangetroffen en ook werden er kweekruimten aangetroffen waar al was geoogst). De teeltprocessen geschiedden in afzonderlijke, daarvoor ingerichte ruimtes onder gecontroleerde condities en deels geautomatiseerd met behulp van technische middelen, kennelijk ter optimalisering van het teeltproces en minimalisering van de daarvoor van de telers vereiste inspanningen. De kweekruimtes zijn ook op professionele wijze aangelegd, waaruit kan worden afgeleid dat de hennepkwekerijen waren opgezet met de bedoeling dat daarmee verschillende keren kon worden geoogst ten behoeve van de verkoop. Gelet op het voorgaande komt de rechtbank tot het oordeel dat sprake is van hennepteelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf.
Conclusie
De rechtbank acht het onder feit 1 ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen.
6.3.2.7 Overwegingen en conclusie van de rechtbank ten aanzien van het onder feit 2 ten laste gelegde feit
Vrijspraak
Op grond van hetgeen de rechtbank hiervoor reeds onder de redengevende feiten en omstandigheden heeft uiteengezet, staat naar het oordeel van de rechtbank vast dat er elektriciteit illegaal is weggenomen ten behoeve van de hierboven besproken hennepkwekerijen. De rechtbank ziet zich voor de vraag gesteld of [verdachte] betrokken is geweest bij die diefstal van elektriciteit. Naar het oordeel van de rechtbank kan op grond van het dossier en de behandeling ter terechtzitting niet worden vastgesteld dat [verdachte] zelf enige wegnemingshandeling ten aanzien van de elektriciteit heeft verricht. Evenmin kan op grond van het dossier en de behandeling ter terechtzitting worden vastgesteld dat hij wetenschap had van de illegale stroomvoorzieningen in de hennepkwekerijen. Daar waar ten aanzien van de medeverdachten die wetenschap kan worden afgeleid uit tapgesprekken over de illegale stroomvoorzieningen, zijn die gesprekken er in het geval van [verdachte] niet. Nu die wetenschap ook vereist is om via het medeplegen tot een bewezenverklaring te komen, kan ook langs die weg niet bewezen worden verklaard dat [verdachte] zich heeft schuldig gemaakt aan diefstal van elektriciteit.
Conclusie
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte onder feit 2 is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
6.3.3
Feit 3
6.3.3.1 Het beoordelingskader
De rechtbank stelt voorop dat voor een veroordeling voor deelneming aan een criminele organisatie moet worden vastgesteld dat:
sprake is geweest van een organisatie;
die organisatie tot oogmerk heeft gehad het plegen van misdrijven, in onderhavig geval het plegen van misdrijven zoals opgenomen in artikel 11 van de Opiumwet, en;
verdachte opzettelijk aan die organisatie heeft deelgenomen.
Een organisatie in de zin van artikel 140 van het Wetboek van Strafrecht
(generalis)en artikel 11b van de Opiumwet
(specialis)is een samenwerkingsverband tussen twee of meer personen met een zekere duurzaamheid en structuur. Niet is vereist dat daarbij komt vast te staan dat iemand, om als deelnemer aan die organisatie te kunnen worden aangemerkt, moet hebben samengewerkt met of bekend moet zijn geweest met alle anderen die deel hebben uitgemaakt van die organisatie of dat de samenstelling van dat samenwerkingsverband steeds dezelfde is geweest.
Het oogmerk van de organisatie moet gericht zijn op het plegen van misdrijven. Voor de bewijsvoering van het bestanddeel ‘oogmerk’ kan onder meer betekenis toekomen aan misdrijven die in het kader van de organisatie zijn gepleegd, aan het meer duurzaam of gestructureerde karakter van de samenwerking, en aan de planmatigheid of stelselmatigheid van de met het oog op dit doel verrichte activiteiten van deelnemers binnen de organisatie.
Voor deelneming aan de organisatie is voldoende dat de verdachte in zijn algemeenheid weet, in de zin van onvoorwaardelijk opzet (voorwaardelijk opzet is dus niet voldoende), dat de organisatie het plegen van misdrijven (in dit geval: hennepgerelateerde misdrijven) tot oogmerk heeft.
Het opzet van de verdachte moet dus zijn gericht op het deelnemen aan de organisatie. Volgt uit de bewijsvoering dat verdachte een aan de verwezenlijking van het oogmerk van die organisatie bijdragende of ondersteunende handeling heeft verricht, dan ligt daarin zijn wetenschap met betrekking tot het oogmerk besloten. Indien daarentegen uit de bewijsvoering slechts volgt dat de verdachte voor deelnemers van een criminele organisatie hand- en spandiensten heeft verricht zonder dat daaruit kan worden afgeleid dat hij daarbij handelde in de wetenschap dat de organisatie het plegen van, in dit geval hennepgerelateerde, misdrijven tot oogmerk had, dan staat daarmee niet vast dat de verdachte in zijn algemeenheid wist dat die organisatie bedoeld oogmerk had en levert het handelen van de verdachte geen deelneming aan die criminele organisatie op.
6.2.3.2 De overwegingen van de rechtbank
De rechtbank heeft hiervoor geoordeeld dat [verdachte] zich samen met [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4] in de periode van 5 februari 2019 tot en met 26 juni 2019 schuldig heeft gemaakt aan het telen van hennep in verschillende hennepkwekerijen. De feitelijke gang van zaken heeft de rechtbank uiteengezet bij de bespreking van het onder feit 1 ten laste gelegde. Hetgeen hierna besproken wordt, dient dan ook in onderlinge samenhang te worden gelezen met die uiteenzetting.
Naar het oordeel van de rechtbank was in dit geval sprake van een duurzaam en gestructureerd samenwerkingsverband, bestaande uit verschillende personen, dat tot oogmerk had het plegen van hennepgerelateerde misdrijven.
[medeverdachte 1] stond aan het hoofd van de organisatie, die, gericht was op de beroeps- en bedrijfsmatige hennepteelt/-handel. Hij exploiteerde hennepkwekerijen op verschillende locaties en was verantwoordelijk voor het verwerven en inrichten van die locaties. Hij nam de besluiten en op zijn initiatief en onder zijn aansturing en verantwoordelijkheid werden de verschillende kweeklocaties ingericht en onderhouden door hemzelf, [medeverdachte 4] , [verdachte] , [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 2] . [medeverdachte 1] was ook degene aan wie door hen verantwoording werd afgelegd en die bij problemen werd gebeld. Als een spin in het web heeft [medeverdachte 1] verschillende personen om zich heen georganiseerd die in verschillende onderdelen van de hennepteelt voorzagen, waardoor het gehele proces van de kweek van hennepstekken tot de verkoop van de hennep tot zijn beschikking stond. Zo waren diverse personen bij deze organisatie betrokken met ieder hun eigen rol. De rechtbank ziet, naast voornoemde personen, ook [medeverdachte 5] als deelnemer van deze organisatie. Hij leverde op regelmatige basis grote hoeveelheden hennepstekken en kweekmateriaal ten behoeve van de kweeklocaties. Bovendien voorzag hij [medeverdachte 1] van advies over de verzorging van de stekken en planten en de inrichting van de kweeklocaties.
[verdachte] vervulde een ondersteunende en uitvoerende rol binnen de organisatie. Hij verrichtte op de verschillende kweeklocaties in opdracht van [medeverdachte 1] allerhande werkzaamheden met betrekking tot de opbouw, de inrichting en het onderhoud van de hennepkwekerijen. Hij was dus op verschillende momenten binnen het kweekproces aanwezig op de kweeklocaties om werkzaamheden uit te voeren. Hij voerde deze werkzaamheden alleen of samen met [medeverdachte 4] , [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 2] uit. Daarnaast reisde [verdachte] af naar Huissen om daar samen met [medeverdachte 1] bij [medeverdachte 5] een bestelling hennepstekken op te halen.
De rechtbank leidt uit het voorgaande af dat [verdachte] wist dat hij deelnam aan een organisatie en is van oordeel dat hij door de kweeklocaties op te bouwen, te onderhouden en door op verzoek van [medeverdachte 1] met hem hennepstekken op te halen, handelingen heeft verricht die hebben bijgedragen aan de verwezenlijking van het oogmerk van de organisatie, zodat daarin zijn wetenschap met betrekking tot dat oogmerk besloten ligt.
Conclusie
Op grond van bovenstaande feiten en omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat sprake was van een organisatie als bedoeld in artikel 11b van de Opiumwet met als oogmerk het beroeps- en bedrijfsmatig telen van en handelen in hennep en dat [verdachte] aan deze organisatie heeft deelgenomen. De rechtbank acht het tenlastegelegde onder feit 3 dan ook wettig en overtuigend bewezen.
6.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat:
1.
hij in de periode van 7 mei 2019 tot en met 26 juni 2019 in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, in de uitoefening van een beroep of bedrijf,
1 - in een pand gelegen aan de [adres 2] een hoeveelheid van 463 hennepplanten en
2 - in een pand gelegen aan de [adres 3] een hoeveelheid
van 214 hennepplanten en
3 - in een pand gelegen aan [adres 4] een hoeveelheid van 278 hennepplanten en
4 - in een pand gelegen aan de [adres 5] een hoeveelheid van 158 hennepplanten en
5 - in een pand gelegen aan de [adres 6] een hoeveelheid van 185 hennepplanten,
opzettelijk heeft geteeld, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, terwijl dit gepleegde feit (mede) betrekking heeft op een grote hoeveelheid van een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II;
3.
hij in de periode van 23 juli 2018 tot en met 25 juni 2019 in Nederland, heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten van verdachte en
[medeverdachte 1] en
[medeverdachte 2] en
[medeverdachte 3] en
[medeverdachte 4] en
[medeverdachte 5] ,
welke organisatie tot oogmerk had het plegen van een of meer misdrijven, te weten:
- misdrijven als bedoeld in artikel 11, derde en vijfde lid van de Opiumwet, het in de uitoefening van een beroep of bedrijf opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3 onder B en/of onder C van de Opiumwet gegeven verbod, te weten het telen, bewerken, verkopen, afleveren, verstrekken of vervoeren en/of aanwezig hebben van een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd in de bewezenverklaring. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

7.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in artikel 47 van het Wetboek van Strafrecht (Sr) en in de artikelen 3, 11 en 11b van de Opiumwet (Ow). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1
het misdrijf:
medeplegen van het in de uitoefening van een beroep of bedrijf opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd
en
medeplegen van het in de uitoefening van een beroep of bedrijf opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod, terwijl het feit betrekking heeft op een grote hoeveelheid van het middel, meermalen gepleegd;
feit 3
het misdrijf: deelnemen aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van een misdrijf als bedoeld in de artikelen 11, derde en vijfde lid, van de Opiumwet.

8.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezenverklaarde feiten.

9.De op te leggen straf of maatregel

9.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een taakstraf van 200 uren met aftrek van de tijd die verdachte in voorarrest heeft doorgebracht. De officier van justitie heeft daarnaast gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van vier maanden met een proeftijd van twee jaren.
9.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft primair verzocht om aan verdachte een taakstraf op te leggen, met aftrek van het voorarrest, eventueel met een voorwaardelijk deel met een proeftijd van een jaar. De raadsman heeft subsidiair verzocht om aan verdachte een gevangenisstraf gelijk aan de duur van het voorarrest op te leggen.
9.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij in het bijzonder het volgende van belang.
De ernst van de feiten
Verdachte heeft deelgenomen aan een criminele organisatie gericht op het op beroeps- of bedrijfsmatige schaal telen van (grote hoeveelheden) hennep. Hij had hierin een uitvoerende rol. De organisatie was verantwoordelijk voor de exploitatie van minimaal negen hennepkwekerijen. Verdachte was betrokken bij de exploitatie van vijf van deze kwekerijen. De hennepkwekerijen werden veelal gevestigd in de (sociale) huurwoningen van Syrische personen tegen de belofte van een geldbedrag. Zelfs in een complex van Humanitas, waar veel hulpbehoevenden, bejaarden en dementerenden woonden, werd een hennepkwekerij geëxploiteerd. Het getuigt van een gebrek aan respect voor deze voorzieningen en de mensen die daarvan afhankelijk zijn. Verdachte heeft enkel gehandeld uit financieel gewin en is voorbij gegaan aan het feit dat verdovende middelen zoals hennep schadelijk zijn voor de volksgezondheid en vaak leiden tot verschillende vormen van criminaliteit. Verdachte heeft bovendien gedurende het onderzoek op geen enkele wijze openheid van zaken gegeven of verantwoordelijkheid genomen voor zijn handelen. De rechtbank rekent dit alles verdachte aan.
De persoon van verdachte
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de Justitiële Documentatie van verdachte van 14 augustus 2024. Hieruit blijkt dat verdachte niet eerder is veroordeeld voor een soortgelijk strafbaar feit.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de over verdachte opgemaakte reclasseringsadviezen van 19 maart 2020 en 17 september 2024. Uit het meest recente advies van 17 september 2024 komt het volgende naar voren. Ten tijde van de onderhavige feiten had verdachte een flinke schuldenlast. De financiële situatie van verdachte werd als mogelijke risicofactor gezien. Verdachte heeft zijn schulden inmiddels echter afgelost en er is sprake van een gezonde financiële situatie. Ook op andere leefgebieden lijkt verdachte stabiliteit te ervaren. Verdachte beschikt over een steunend netwerk, werk, inkomen en stabiele huisvesting. De reclassering schat het risico op recidive, met enige voorzichtigheid, in als laag. De reclassering acht interventies of toezicht niet geïndiceerd en adviseert om bij een veroordeling een straf op te leggen zonder bijzondere voorwaarden.
De op te leggen straf
De rechtbank stelt voorop dat in artikel 6, eerste lid, van het EVRM het recht van iedere verdachte is gewaarborgd om binnen een redelijke termijn te worden berecht. Die termijn vangt aan op het moment dat vanwege de Nederlandse Staat jegens de betrokkene een handeling is verricht waaraan deze in redelijkheid de verwachting kan ontlenen dat tegen hem ter zake van een bepaald strafbaar feit door het Openbaar Ministerie een strafvervolging zal worden ingesteld. Een eindvonnis dient vervolgens in de regel binnen twee jaren te volgen, tenzij sprake is van bijzondere omstandigheden zoals de ingewikkeldheid van een zaak.
Verdachte is op 25 juni 2019 in verzekering gesteld. Op dat moment is de redelijke termijn aangevangen. Op 28 november 2024 wijst de rechtbank vonnis in de zaak van verdachte. Rekening houdende met de omvang van de zaak had naar het oordeel van de rechtbank een vonnis binnen drie jaren moeten volgen. Dit betekent dat dit vonnis ruim twee jaren na het verstrijken van de redelijke termijn wordt gewezen. De rechtbank is van oordeel dat deze aanzienlijke overschrijding van de redelijke termijn matiging van de hierna te vermelden op te leggen straf tot gevolg moet hebben.
Naar het oordeel van de rechtbank rechtvaardigen feiten als de onderhavige in beginsel zonder meer een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van langere duur dan het voorarrest. Echter, gelet op de geconstateerde overschrijding van de redelijke termijn zal de rechtbank geen onvoorwaardelijke gevangenisstraf opleggen van langere duur dan het aantal dagen dat verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht. De rechtbank zal aan verdachte wel een forse voorwaardelijke gevangenisstraf opleggen als stok achter de deur om niet opnieuw strafbare feiten te plegen. Gelet op de aard en de ernst van de bewezenverklaarde feiten en het kennelijke gemak waarmee verdachte zich met dit soort criminele activiteiten heeft ingelaten, is de rechtbank van oordeel dat daarnaast een onvoorwaardelijke taakstraf op zijn plaats is.
De rechtbank is alles overziend van oordeel dat een taakstraf van 160 uren en een gevangenisstraf voor de duur van 300 dagen, waarvan 256 dagen voorwaardelijk met aftrek van het voorarrest en met een proeftijd van twee jaren, passend en geboden is.

10.De schade van benadeelden

10.1
De vorderingen van de benadeelde partij
[adres 2]
Enexis Netbeheer BV heeft zich als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De benadeelde partij vordert verdachte te veroordelen om schadevergoeding te betalen tot een totaalbedrag van € 1.017,58, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment waarop de schade is ontstaan. De gevorderde materiële schade bestaat uit de volgende posten:
- administratiekosten ad € 384,31;
- netwerkkosten elektriciteit ad € 19,35;
- verbruik elektriciteit ad € 268,92;
- uurtarief (avond) ad € 345,--.
[adres 3]
Enexis Netbeheer BV heeft zich als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De benadeelde partij vordert verdachte te veroordelen om schadevergoeding te betalen tot een totaalbedrag van € 1.472,34, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment waarop de schade is ontstaan. De gevorderde materiële schade bestaat uit de volgende posten:
- administratiekosten ad € 384,31;
- netwerkkosten elektriciteit ad € 248,58;
- verbruik elektriciteit ad € 531,45;
- uurtarief (dag) ad € 308,--.
10.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vorderingen voor toewijzing vatbaar zijn.
10.3
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft, gelet op de bepleite vrijspraak, primair verzocht de benadeelde partij niet-ontvankelijk te verklaren in de vorderingen. Subsidiair heeft de raadsman zich op het standpunt gesteld dat de benadeelde partij niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in de vorderingen, omdat niet kan worden vastgesteld of de vordering is ingediend door een partij die de benadeelde partij op rechtsgeldige wijze vertegenwoordigt dan wel rechtsgeldig door haar CFO is gemachtigd om dit te doen.
10.4
Het oordeel van de rechtbank
De vorderingen hebben betrekking op het onder feit 2 ten laste gelegde. Omdat verdachte van dit feit wordt vrijgesproken, zal de rechtbank de benadeelde partij op de voet van artikel 361, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering (Sv) niet-ontvankelijk verklaren in de vorderingen.

11.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d en 57 Sr.

12.De beslissing

De rechtbank:
vrijspraak
- verklaart niet bewezen dat verdachte het onder feit 2 ten laste gelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het onder feit 1 en feit 3 ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feiten
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1, het misdrijf:
medeplegen van het in de uitoefening van een beroep of bedrijf opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd
en
medeplegen van het in de uitoefening van een beroep of bedrijf opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod, terwijl het feit betrekking heeft op een grote hoeveelheid van het middel, meermalen gepleegd;
feit 3
,het misdrijf: deelnemen aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van een misdrijf als bedoeld in de artikelen 11, derde en vijfde lid, van de Opiumwet;
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het bewezen verklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
300 (driehonderd) dagen;
- bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte van
256 (tweehonderdzesenvijftig) dagen niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de verdachte voor het einde van de
proeftijd van 2 (twee) jarende navolgende algemene voorwaarde niet is nagekomen:
- stelt als
algemene voorwaardedat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
- veroordeelt de verdachte tot een
taakstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid voor de duur van
160 (honderdzestig) uren;
- beveelt, voor het geval dat de verdachte de taakstraf niet naar behoren verricht, dat
vervangende hechteniszal worden toegepast voor de duur van
80 (tachtig) dagen;
vordering t.a.v. [adres 2]
- bepaalt dat de benadeelde partij
Enexis Netbeheer BV(feit 2) in het geheel niet-ontvankelijk is in de vordering, en dat de benadeelde partij de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door de verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, en begroot deze kosten op nihil;
vordering t.a.v. [adres 3]
- bepaalt dat de benadeelde partij
Enexis Netbeheer BV(feit 2) in het geheel niet-ontvankelijk is in de vordering, en dat de benadeelde partij de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door de verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, en begroot deze kosten op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.M.F. Schreurs, voorzitter, mr. P.A.M. Miltenburg en
mr. N.P. Heisterkamp, rechters, in tegenwoordigheid van mr. B.M. Hoek en
mr. B. Kleinlugtenbeld, griffiers, en is in het openbaar uitgesproken op 28 november 2024.
Buiten staat
De voorzitter is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.

13.Bijlage bewijsmiddelen

Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland met nummer Arcadia/ON2R018076. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Elk bewijsmiddel wordt – ook in zijn onderdelen – slechts gebruikt tot bewijs van dat bewezenverklaarde feit, of die bewezenverklaarde feiten, waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.
1.
Het proces-verbaal aantreffen hennepkwekerij van 6 juni 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 2] ) 18 e.v.:
Op het adres [adres 2] werd op dinsdag 7 mei 2019, omstreeks
18:21 uur, ter opsporing en inbeslagneming op grond van artikel 9, lid 1 onder b, van de
Opiumwet en artikel 96 van het Wetboek van Strafvordering, binnengetreden.
Kweekruimte 1
Eigenlijke woonkamer. In totaal stonden er 281 hennepplanten.
In totaal hingen er in de kweekruimte 15 assimilatielampen.
In de kweekruimte bevonden zich 2 koolstoffilters.
De luchtverversing en luchtafvoer werd geregeld door een aan- en afzuiginstallatie.
Kweekruimte 2
Eigenlijke slaapkamer. In totaal stonden er 182 hennepplanten.
In totaal hingen er in de kweekruimte 9 assimilatielampen.
In de kweekruimte bevonden zich 1 koolstoffilters.
De luchtverversing en luchtafvoer werd geregeld door een aan- en afzuiginstallatie.
Vaststelling hennep
Ik, verbalisant, constateerde op grond van mijn kennis en ervaring, opgedaan bij eerdere ontmantelingen van hennepkwekerijen, dat het hennepplanten waren.
Stroomvoorziening
De stroomvoorziening van de hennepkwekerij is onderzocht door [fraude-inspecteur] , fraude-inspecteur bij de netwerkbeheerder Enexis, in aanwezigheid van mij, verbalisant. Hierbij werd geconstateerd dat de stroomvoorziening ten behoeve van de hennepkwekerij illegaal werd afgenomen.
Verdachten
Als verdachte zijn aangemerkt:
Verdachte 1: [naam 1]
Reden verdenking: huurder van de woning
Gegevens verdachte 1
Achternaam: [naam 1]
Voornamen: [naam 1]
2.
Het proces-verbaal van bevindingen van 11 juli 2019, in onderling verband en samenhang bezien met het proces-verbaal van relaas van 25 februari 2020, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina’s (ZD [adres 2] ) 10 en 106:
Tijdens de actiedag van Arcadia op 25 juni 2019 werd in de woning aan de [adres 7]
, waar de verdachte [medeverdachte 1] werd aangehouden, de hieronder afgebeelde sleutelbos aangetroffen. Bij het passen van de sleutels van deze sleutelbos kon de voordeur van de woning, gevestigd aan de [adres 2] , worden geopend.
3.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en de gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer 12] (sessie 5694) van 27 maart 2019 om 11:58 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 2] ) 121 e.v.:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 3] [naam 11] ( [afkorting 2] )
[afkorting 2] Zou je mij een arbeidscontract voor [naam 1] kunnen regelen.
[afkorting 1] Ik zal het vanavond voor je klaarmaken.
4.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] (sessie 7430) van 8 april 2019 om 19:40 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 2] ) 127:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) WGD [nummer 4] ( [afkorting 3] )
[afkorting 3] Ik ben nu in het huis van het meisje. Wat wil je doen, de kamer en de woonkamer, alleen maar de woonkamer of alleen maar de kamer?
[afkorting 1] De kamer en de woonkamer.
5.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen de gebruiker van telefoonnummer 06-87527996 en [medeverdachte 1] (sessie 9440) van 20 april 2019 om 15:07 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 2] ) 131:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) WGD [nummer 5] ( [afkorting 4] )
[afkorting 1] ik wil je vragen om aan het meisje, [naam 1] , 500 te geven.
6.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [verdachte] (sessie 10158) van 24 april 2019 om 16:35 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 2] ) 133:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 6] [verdachte] ( [afkorting 5] )
[afkorting 1] Ik wil dat jullie iets van 20 kommen pakken en daarmee naar boven gaan. Laat hem ze horizontaal en verticaal bij elkaar leggen zodat de man zit mij te bellen, zodat ik kan zien hoeveel stuks ik moet halen. Laat hem mij maar vertellen hoeveel stuks horizontaal en hoeveel stuks verticaal, in beide kamers.
[afkorting 1] Laat hem ze verticaal en horizontaal bij elkaar leggen, [naam 2] weet wel ehhhhh.
[afkorting 5] Hier, heb je hem, hier is [naam 2] .
7.
Het (overzichts-)proces-verbaal hennepkwekerij Enschede [adres 2] van 2 augustus 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 2] ) 111 e.v.:
24-04-2019 16.57u Historische verkeersgegevens [verdachte] en [medeverdachte 3]
Op genoemde datum en tijd hebben [verdachte] en [medeverdachte 3] telefonisch contact met elkaar. Het nummer van [verdachte] peilt uit op de telefoonmast aan de [adres 14] . Dit is hemelsbreed binnen 200 meter van de [adres 2] .
24-04-2019 tussen 17.00 en 17.24 uur peilbaken VW Transporter aan [adres 2]
Op genoemde dag tussen 17.00 uur en 17.24 bevindt zich het baken van de VW Transporter aan de [adres 2] .
[afbeelding]
25-04-2019 14.13u Historische verkeersgegevens [medeverdachte 2]
Te zien is dat met dit nummer ( [telefoonnummer 8] ) op 25-04-2019 14.13u een gesprek wordt gevoerd waarbij de mastlocatie [adres 2] betreft.
26-04-2019 14.24u Mastgegevens [verdachte] [adres 2]
Ten tijde van bovengenoemd gesprek straalt het betreffende telefoonnummer dat in gebruik is [verdachte] aan op de telefoonmast aan de [adres 2] .
26-04-2019 15:47 u Aankomst [medeverdachte 1] op [adres 9]
Gezien werd dat [medeverdachte 1] uitstapte en in de richting van [adres 9] liep, het woonadres van [medeverdachte 5] .
26-04-2019 16.14u Mastgegevens [verdachte]
Ten tijde van bovengenoemd gesprek straalt het betreffende telefoonnummer dat in gebruik is bij [verdachte] aan op de telefoonmast aan [adres 15] . Hemelsbreed is dit zo'n 1,5 kilometer van de woning aan de [adres 9] verwijderd.
26-04-2019 19.13u Mastgegevens [verdachte]
Ten tijde van bovengenoemd gesprek straalt het telefoonnummer dat in gebruik is bij [verdachte] aan op de telefoonmast [adres 2] .
[afbeelding]
27-04-2019 14.15u en 14.23u Mastgegevens [verdachte]
Ten tijde van bovengenoemd gesprek straalt het betreffende telefoonnummer dat in gebruik is bij [verdachte] aan op de telefoonmast [adres 14] . Dit is hemelsbreed binnen 200 meter van de [adres 2] .
[verdachte] probeert om 14.23u te bellen met [naam 2] waarbij het nummer aanstraalt op de mast aan de [adres 2] . Zie hieronder:
[afbeelding]
27-04-2019 tussen 13.52 en 14.05 uur peilbaken VW Transporter aan [adres 2]
Op genoemde dag tussen 13.52 uur en 14.05 uur bevindt zich het baken van de VW Transporter aan de [adres 2] .
[afbeelding]
29-04-2019 13.06u Mastgegevens [medeverdachte 1] en [medeverdachte 4]
Uit historische verkeersgegevens van het nummer van [medeverdachte 4] blijkt dat zijn nummer aanstraalt op de telefoonmast: [omschrijving] . Deze mast blijkt na bevraging gevestigd te zijn op een flatgebouw gelegen aan de [adres 10] t/m [adres 11] . Ik zag dat de telefoon, in gebruik bij [medeverdachte 1] , tijdens dit telefoongesprek dezelfde zendmast gebruikte als de telefoon van [medeverdachte 4] .
[afbeelding]
[afbeelding]
29-04-2019 17.08u [medeverdachte 1] belt [medeverdachte 3] dat hij aan het werk gaat, [medeverdachte 2] is er ook
De mastlocatie is op dat moment net zoals hierboven [adres 2] .
8.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 4] (sessie 10197) van 24 april 2019 om 20:39 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 2] ) 135:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 7] [naam 2] ( [afkorting 3] )
[afkorting 1] Chef, zeg maar niet dat je ze niet geteld hebt want de man zit al vanaf de ochtend op mijn telefoontje te wachten en ik had jullie vanochtend al gebeld. Op hoeveel stuks kom je daar uit?
[afkorting 3] de spullen liggen allemaal op de grond en we konden niet ehhh, we hebben een lading
naar boven gebracht en we waren vervolgens weer naar beneden gegaan.
[afkorting 1] Broeder, het kost niet veel moeite, maar twee minuten, leg ze maar hier en leg ze maar daar, en dat is het.
[afkorting 1] Ga jij maar snel samen met [medeverdachte 3] .
9.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] (sessie 10274) van 25 april 2019 om 13:27 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 2] ) 141:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 8] [medeverdachte 3] ( [afkorting 6] )
[afkorting 1] Hoeveel stuks moet ik nu bestellen?
[afkorting 6] Bestel maar 440 en reken maar op Gods hulp.
[afkorting 1] Goed, 450, is goed.
10.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 5] (sessie 10281) van 25 april 2019 om 13:33 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 2] ) 145:
[nummer 2] bum [nummer 9] (wordt [medeverdachte 5] genoemd)
[nummer 2] zegt dat 4 uur beter is en dat het er 450 moeten zijn
[medeverdachte 5] zegt dat hij het opgeschreven heeft.
11.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] (sessie 10305) van 25 april 2019 om 14:59 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 2] ) 148:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) WGD [nummer 4] ( [afkorting 2] )
[afkorting 1] Ik bel je om tegen je te zeggen dat je het bord overdag niet moet aansluiten.
[afkorting 1] Ehhh, hoogstwaarschijnlijk is de reden geweest bij [naam 3] , die opgepakt werd, dat we het overdag hadden aangesloten.
12.
Het geschrift, te weten sms-verkeer tussen [medeverdachte 5] en [medeverdachte 1] (sessie 10427) van 26 april 2019 om 14:00 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 2] ) 150:
Inhoud SMS:
4 uur bij mij gr
13.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [verdachte] (sessie 10431) van 26 april 2019 om 14:24 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 2] ) 152:
[afkorting 1] [verdachte] , onze afspraak met de man is om vier uur, ik ga nu.
[afkorting 1] Goed, je zult mij daar ontmoeten, ik wacht op je.
[afkorting 5] Goed, stuur mij maar het adres.
[afkorting 1] Goed, vertrek maar alvast richting [plaats 1] en ik zal je zo dadelijk het adres sturen.
14.
Het proces-verbaal van observatie vrijdag 26 april 2019 van 29 april 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 2] ) 183 e.v.:
Wij hebben op vrijdag, 26 april 2019, tussen 14.00 uur en 20.00 uur geobserveerd en daarbij
hebben wij de volgende waarnemingen, bevindingen gedaan en/of handelingen verricht:
Omstreeks Omschrijving bevindingen
15.47
Ik zag dat de [medeverdachte 1] de Volkswagen, [kenteken 1] parkeerde aan de [adres 9] . Dit was ter hoogte van perceel 33. Ik zag dat [medeverdachte 1] uitstapte en weg liep in de richting van perceel [adres 9] .
16.3
Ik zag dat [medeverdachte 1] bij de Volkswagen, [kenteken 1] kwam lopen. Ik zag dat hij instapte en reed naar perceel [adres 9] . Ik zag dat er geen dozen op de achterbank en kofferbank van de Volkswagen, [kenteken 1] lagen.
16:39 Ik zag dat [medeverdachte 1] met de Volkswagen Passat [kenteken 1] vertrok vanaf de oprit van perceel [adres 9] . Ik zag dat op de achterbank en kofferbak meerdere bruine dozen lagen.
15.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [verdachte] (sessie 10437) van 26 april 2019 om 16:14 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 2] ) 154:
[afkorting 1] Lieverd, waar blijf je?
[afkorting 5] Voor de deur.
[afkorting 1] Wat in het busje?
[afkorting 5] Voor de deur, de deur.
[afkorting 1] Aha, je bent dus gearriveerd, is goed, ok.
16.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [verdachte] en [medeverdachte 1] (sessie 10451) van 26 april 2019 om 19:13 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 2] ) 158:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) WGD [nummer 6] [verdachte] ( [afkorting 5] )
[afkorting 5] Ehhhh, we hebben de spullen al naar boven gebracht.
[afkorting 1] Hebben jullie de dozen geopend?
[afkorting 5] Ja natuurlijk.
[afkorting 1] Want ik heb spullen in de auto liggen en die moet ik in het busje zetten, het zijn de
zuigers.
[afkorting 1] Waar is het busje dan? ligt er wat in?
[afkorting 5] Ja, er ligt er wat in. We hebben daarvandaan wat spullen naar beneden gebracht,
transformatoren en zoiets.
17.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [verdachte] en [medeverdachte 1] (sessie 10543) van 27 april 2019 om 14:15 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 2] ) 160:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) WGD [nummer 6] [verdachte] ( [afkorting 5] )
[afkorting 5] Luister even, we hebben de kommen naar boven gebracht, hoor je mij, [medeverdachte 1] ?
[afkorting 1] Hebben ze de zeil gelegd?
[afkorting 5] Nee, nog niet, ze zijn ermee bezig.
[afkorting 5] Goed. Voor het geval dat er iets gebeurd, dat we dan niet alle vier tegelijkertijd beneden zouden zijn/niet alle vier tegelijkertijd opgepakt worden.
[afkorting 1] Ok maar jullie hebben 450 naar boven gebracht, net zoals ik het aan hem heb verteld, toch?
[afkorting 5] Ja, ja, ja en meer zelfs.
18.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 4] (sessie 10750) van 29 april 2019 om 13:06 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 2] ) 162:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 7] [naam 2] ( [afkorting 3] )
[afkorting 1] [naam 2] , hebben jullie een motor en waterslangen hierheen/naar boven gebracht of niet?
[afkorting 1] Goed, maar ik wil aan het werk gaan en ik heb een vat, een gele waterslang, een
sproeier/gieter en een rode waterslang nodig.
[afkorting 3] is goed, we zijn nu bij je aangekomen, over een minuut zijn we bij je aangekomen.
[afkorting 3] Goed, we komen naar je toe.
[afkorting 3] Goed, dag. Hallo, [medeverdachte 1] , blijf even aan de lijn zodat je de deur voor ons kan doen.
[afkorting 3] [medeverdachte 1] , doe de deur voor ons open.
[afkorting 1] Hoezo, heb je hier de stroom losgekoppeld?
[afkorting 3] Nee, nee, ik heb het niet losgekoppeld.
[afkorting 1] Ik zit te drukken.
[afkorting 3] Je moet goed indrukken, [medeverdachte 1] , want soms blijft het hangen.
19.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] (sessie 10782) van 29 april 2019 om 17:08 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 2] ) 165:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 8] [medeverdachte 3] ( [afkorting 7] )
[afkorting 1] Ik heb spullen gehaald en ik ben onderweg om te gaan werken, thuis, hier.
[afkorting 1] Nee, nee, ik maak een grapje, het klopt wat je zegt, ik heb 450 gehaald en zo klopt de berekening helemaal.
[afkorting 1] Waar is [medeverdachte 2] .
[afkorting 6] [medeverdachte 2] , ehhh, ik weet het niet ehhh hij wilde alleen nog de zeker (NT. vermoedelijk de zekering) plaatsen en hij zou daarna gaan.
[afkorting 1] Is goed, ik ga naar hem toe/ik loop naar boven bij hem.
[afkorting 6] [medeverdachte 2] is boven, hij is de ehhh de zeker (NT. vermoedelijk de zekering) aan het plaatsen.
[afkorting 1] Is goed, ik ga naar hem toe, ik ga werken en zodra ik klaar ben kom ik naar jullie toe.
20.
Het proces-verbaal van de terechtzitting van 7 oktober 2024, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van de verdachte:
Het klopt dat [medeverdachte 1] mij had gevraagd om mee te gaan naar [plaats 2] . Hij zei dat hij iets moest ophalen. Ik ben die kant op gereden in mijn eigen auto. Ik heb dozen in ontvangst genomen en dozen weggebracht naar [medeverdachte 1] .
21.
Het proces-verbaal van aantreffen hennepkwekerij van 13 juni 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 3] ) 9 e.v.:
Controle GBA
Op het adres [adres 3] , binnen de gemeente Hengelo
(O), staat de volgende persoon ingeschreven:
Achternaam: [naam 5]
Voornamen: [naam 5]
Binnentreden woning
In voornoemde woning werd op vrijdag 24 mei 2019, omstreeks 13:00 uur, ter opsporing en inbeslagneming op grond van artikel 9, lid 1 onder b, van de Opiumwet en artikel 96 van het Wetboek van Strafvordering, binnengetreden.
Kweekruimte
De kweekruimte bevond zich in de grote slaapkamer aan de voorzijde van de woning.
In de kweekruimte stond 214 hennepplanten van ongeveer 7 weken oud. De planten
stonden in vierkante kweekpotten van 24 bij 24 cm Boven de planten hingen 12
assimilatielampen a 600 watt, twee slakkenhuizen van 320 en 816 watt en een
koolstoffilter.
Vaststelling hennep
Wij, verbalisanten, constateerden op grond van onze kennis en ervaring, opgedaan bij eerdere ontmantelingen van hennepkwekerijen, dat het hennepplanten waren.
Stroomvoorziening
De stroomvoorziening van de hennepkwekerij is onderzocht door [fraude-inspecteur] , fraude-inspecteur bij de netwerkbeheerder Enexis B.V, in aanwezigheid van ons, verbalisanten. Hierbij werd geconstateerd dat de stroomvoorziening ten behoeve van de hennepkwekerij illegaal werd afgenomen. Het bleek dat, er waren 2 fases onbeperkt illegaal aangesloten.
22.
Het proces-verbaal van bevindingen en fotoblad van 27 mei 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 3] ) 13 e.v.:
Perceel [adres 3] betreft een huurwoning. De woning waarin de kwekerij werd aangetroffen ligt op de 4e etage in een woon-zorgcomplex van Humanitas.
23.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] (sessie 2587) van 23 februari 2019 om 17:26 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 3] ) 113:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) WGD [nummer 12] [medeverdachte 2] ( [afkorting 8] )
[afkorting 8] Ik ben klaar. Stuur mij het adres van die ene man.
[afkorting 1] Hij is niet dichtbij jou, hij ehh, kijk, als je vanuit je huis komt en Hengelo net binnenrijdt, bij het laatste stoplicht, net voordat je Hengelo inrijdt, staan er tegenover je twee gebouwen, één rechts en één links. Hij zit in het rechter gebouw, het hoge.
[afkorting 8] Dat op de hoek staat?
[afkorting 1] Ja, dat op de hoek staat.
24.
Het proces-verbaal van bevindingen van 10 april 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 3] ) 89 e.v.
Gesprek 1:
Uit de inhoud van een geregistreerd telefoongesprek van zaterdag 23 februari 2019 te 17:26:47 uur kon blijken dat verdachte [medeverdachte 1] , met telefoonaansluiting [telefoonnummer 1] , een gesprek voert met de gebruiker van telefoonaansluiting [telefoonnummer 8] . Ik, verbalisant, heb middels bovenstaande onderzoek gedaan naar het adres van het gebouw waar verdachte [medeverdachte 1] in “gesprek 1” over spreekt. Hieruit is het volgende gebleken:
[afbeelding]
Uit voorgenoemde onderzoek is gebleken dat het adres, waar verdachte [medeverdachte 1] over spreekt, zich moet bevinden aan de “ [adres 3] ”.
Gegevens peilbaken Volkswagen Transporter Bestel [kenteken 2]
[afbeelding]
Gegevens peilbaken Volkswagen Passat [kenteken 1] :
[afbeelding] [afbeelding]
25.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] (sessie 5392) van 25 maart 2019 om 12:33 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 3] ) 121:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 4] [medeverdachte 2] ( [afkorting 8] )
[afkorting 8] Ehhh, luister ehh, bij [naam 5] , wat is de maat van de televisie van ehhh, van de zuiger?
[afkorting 8] Datgene dat de geur naar buiten zuigt.
[afkorting 1] Ja, ja, datgene dat de geur naar buiten zuigt 2500, laat het maar klein zijn.
[afkorting 8] En datgene dat het naar binnen zuigt?
[afkorting 1] Datgene dat het naar binnen zuigt ehhh, doe maar 1500, het allerkleinste.
[afkorting 8] Ga je een zuiger van 2500 plaatsen ofehhh, dit betekent dat je maar één zuiger gaat plaatsen.
[afkorting 1] Ja, ja, alleen maar één, één filter en één zuiger. Is goed, 2500 en de filter is al 2500, dit gaat dan wel.
[afkorting 1] Zijn jullie naar de man gegaan?
[afkorting 8] Ik ben nu bij hem.
26.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] (sessie 5840) van 28 maart 2019 om 10:08 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 3] ) 126:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 4] [medeverdachte 2] ( [afkorting 8] )
[afkorting 1] Goed, ik, ga naar [naam 5] toe om hem te zien.
[afkorting 8] Kijk maar wat je gaat doen en maak maar via mobiel foto's voor mij en vertel me vervolgens wat ik waar moet zetten en waar ik de opening moet maken, en als de opening jou niet zal bevallen, zal ik dit dan veranderen. Ik ga nu namelijk verder afmaken ehhh, over een uur komt [medeverdachte 3] mij ophalen en ik zal het bij [naam 6] af gaan maken en ik zal vervolgens ons gereedschap daar weghalen en dit naar [naam 5] toe brengen.
27.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [naam 5] (sessie 5856) van 28 maart 2019 om 12:13 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 3] ) 128:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 10] [naam 5] ( [afkorting 9] )
[afkorting 1] [naam 5] , op welke verdieping zit jij? Help mij even herinneren.
[afkorting 9] De vierde, [adres 3] .
[afkorting 1] is goed, ik kom naar je toe.
28.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] (sessie 5861) van 28 maart 2019 om 13:03 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 3] ) 130:
Locatie beller:[adres 12] OV [nummer 11]
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 4] [medeverdachte 2] ( [afkorting 8] )
[afkorting 1] Ehh, ik ben hier, bij [alias] .
[afkorting 1] Als je komt, zal [alias] je de opening laten zien. Ik heb dit namelijk veranderd/verplaatst.
[afkorting 1] Bij de deur van het balkon, in de hoek, beneden, niet op de vloer, we hebben het zoveel mogelijk naar boven gehaald.
[afkorting 8] Ik mag eigenlijk niets op de vloer leggen/neerzetten want dit zal de lampen aanraken. De luchtslang is namelijk 25 centimeter.
[afkorting 1] Ja, geen probleem, dit kan ook maar wel op deze plek en waarom, want ik zei tegen hem dat het raam van de woonkamer of deze deur van de woonkamer, één van deze twee moet 24 uur lang open staan.
[afkorting 1] Maak jij maar de opening. Een ander ding is ehhh, de transformatoren ehhh, hij heeft een kast hier, op de vloer van de kamer waar jullie zullen gaan werken, deze moeten jullie naar de badkamer brengen en leg dan jullie transformatoren erop.
29.
Het proces-verbaal van observatie maandag 1 april 2019 van 3 april 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 3] ), 99 e.v.:
Wij hebben op maandag 1 april 2019 geobserveerd en daarbij hebben wij de volgende waarnemingen, bevindingen gedaan en/of handelingen verricht:
[afbeelding] [afbeelding] [afbeelding]
[afbeelding] [afbeelding] [afbeelding]
30.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [verdachte] en [medeverdachte 1] (sessie 6456) van 1 april 2019 om 18:34 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 3] ) 139:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) WGD [nummer 6] [verdachte] ( [afkorting 5] )
[afkorting 5] (de lijn ratelt. Klinkt als "ik heb 60 zakken voor je gehaald")
[afkorting 5] En nu gaan we terug. Wil je dat ik het busje bij [medeverdachte 3] achterlaat of bij de locatie waar ze aan het werk zijn?
[afkorting 1] Nee, parkeer het busje maar daar en laat de eigenaar/huurder van het huis, [naam 5] jou vertellen waar je het busje voor hem moet parkeren en geef hem de sleutel zodat hij ze beetje bij beetje, 's avonds/'s nachts eruit kan halen/naar boven brengt . Ik weet het niet maar laat hem het maar zelf regelen.
31.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [verdachte] (sessie 6886) van 4 april 2019 om 15:08 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 3] ) 141:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 6] [verdachte] ( [afkorting 5] )
[afkorting 5] Ik heb twee stuks van huid/zeil gehaald van 6 bij 4.
[afkorting 5] Voor de vloer.
[afkorting 5] Ze zullen bij [naam 5] terugkomen.
[afkorting 1] Is goed, jullie zijn dan klaar en weer teruggekomen.
32.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [naam 5] en [medeverdachte 1] (sessie 6895) van 4 april 2019 om 16:25 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 3] ) 143:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) WGD [nummer 10] [naam 5] ( [afkorting 9] )
[afkorting 1] De jongens hebben je gebeld. Ze wilden wat sullen naar je toe brengen. Hebben ze jou gesproken?
[afkorting 1] [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] zijn degenen die gaan werken, maar er zijn ook nog andere jongens die twee dozen naar je toe zullen brengen waar kommen in zitten.
[afkorting 1] Goed, wat is het huisnummer zodat ze bij je kunnen aanbellen voor het geval dat ehhh.
[afkorting 9] [adres 3] . [medeverdachte 2] zou ze inmiddels moeten hebben geleerd hoe ze binnen moeten komen.
33.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [verdachte] (sessie 6897) van 4 april 2019 om 16:26 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 3] ) 145:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 6] [verdachte] ( [afkorting 5] )
[afkorting 1] Hallo. De man, [naam 5] , is thuis gearriveerd en hij zit nu op jullie te wachten.
[afkorting 5] Goed, we zijn nu onderweg naar hem.
[afkorting 1] Zijn huisnummer is [adres 3] .
34.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [naam 5] (sessie 7788) van 10 april 2019 om 14:47 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 3] ) 147 e.v.:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 10] [naam 5] ( [afkorting 9] )
[afkorting 1] Maak me gerust. Hoe lopen de zaken?
[afkorting 1] Ik wil dat je vandaag meer stekkers gaat gebruiken. Het zijn er nu drie die aan het werk zijn. Maak daar maar vier van.
[afkorting 1] En naast die enen die je gisteren hebt getrakteerd, de ouden, pak even een stukje aarde met je hand en knijp deze even in en kijk of er nog water in zit.
[afkorting 1] Als het erin zit dan is het niet nodig. Zodra je ziet dat de aarde niet meer in te knijpen is, betekent dit dat het wel nodig is.
35.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] (sessie 12259) van 13 mei 2019 om 10:33 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 3] ) 161:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 12] [medeverdachte 2] ( [afkorting 10] )
[afkorting 1] Als je naar die ene gaat ehhhh, [naam 5] ehhh, ik denk niet dat de transformatoren zijn die het geluid veroorzaken. Ik denk dat het de klok/meter is die aan het zoemen is en soms als je die een klap geeft zal het minder gaan zoemen, snap je?
36.
Het proces-verbaal aantreffen hennepkwekerij van 11 juni 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 4] ) 70 e.v.:
Controle GBA
Op het adres [adres 4] , staat de volgende persoon ingeschreven:
Achternaam: [naam 7]
Voornamen: [naam 7]
Binnentreden woning
In voornoemde woning werd op maandag 3 juni 2019, omstreeks 09:15 uur, ter opsporing en inbeslagneming op grond van artikel 9, lid 1 onder b, van de Opiumwet en artikel 96 van het Wetboek van Strafvordering, binnengetreden.
Kweekruimte
Op de eerste verdieping was een slaapkamer aan de tuinzijde aanwezig die ingericht was als kwekerij. In totaal stonden er 278 hennepplanten. In totaal hingen er in de kweekruimte 22 assimilatielampen. Alle hennepplanten werden door middel van een irrigatiesysteem van een vloeistof voorzien. In de kweekruimte bevonden zich 2 koolstoffilters. De luchtverversing en luchtafvoer werd geregeld door een aan- en afzuiginstallatie.
Vaststelling hennep
Ik, verbalisant, constateerde op grond van mijn kennis en ervaring, opgedaan bij eerdere ontmantelingen van hennepkwekerijen, dat het hennepplanten waren.
Stroomvoorziening
De stroomvoorziening van de hennepkwekerij is onderzocht door M07, fraude-inspecteur
bij de netwerkbeheerder Liander, in aanwezigheid van mij, verbalisant. Hierbij werd
geconstateerd dat de stroomvoorziening ten behoeve van de hennepkwekerij illegaal
werd afgenomen. Het bleek dat, in de meterkast voor het teller gedeelte de toevoerkabel afgetapt te zijn. Van daaruit werd er een extra leiding naar de kwekerij geleid.
37.
Het geschrift, te weten het rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel hennepkwekerij ex art. 36e 2e lid Sr van 11 juni 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 4] ) 74 e.v.:
Op dinsdag 03 juni 2019 was de instap van de politie. Toen werden er 278 hennepplanten aangetroffen van 5 weken oud.
Er werden indicatoren aangetroffen die duiden op een eerdere oogst.
38.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte [naam 7] van 11 juli 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 4] ) 154:
[afkorting 11] Op welk telefoonnummer bent u bereikbaar?
A: [telefoonnummer 9] .
39.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte [naam 7] van 11 juli 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 4] ) 155 e.v.:
[afkorting 11] Wie wonen er allemaal in het pand als u er niet bent?
A: Ik heb mijn sleutel aan iemand gegeven die gezamenlijk met zijn partner (zwanger) in mijn woning wilde trekken.
[afkorting 11] Wie hebben er een sleutel van het pand?
A: De desbetreffende persoon heet [medeverdachte 1] .
40.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] (sessie 6911) van 4 april 2019 om 20:39 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 4] ) 34:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) WGD [nummer 8] [medeverdachte 3] ( [afkorting 6] )
[afkorting 6] Waarom heb je de grote vat naar mij laten brengen, [naam 8] ?
[afkorting 1] Deze gaat nooit lek. Telkens als ik er één haal gaat hij lek. Die van [naam 7] is twee keer lek gegaan en ik moet hem nu vervangen.
[afkorting 6] Ja, maar hoe lang staat die van [naam 7] er al?
[afkorting 1] Iets van acht maanden. Hij is vanzelf lek gegaan. Ik weet niet hoe.
41.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [verdachte] (sessie 7795) van 10 april 2019 om 16:09 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 4] ) 36:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 6] [verdachte] ( [afkorting 5] )
[afkorting 1] Het meisje, het meisje zal om vijf uur in het huis zijn, jullie moeten dan om tien over vijf of kwart over vijf het huis binnengaan.
42.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [naam 7] en [medeverdachte 1] (sessie 7815) van 10 april 2019 om 18:07 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 4] ) 38:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) WGD [nummer 13] ( [afkorting 11] )
[afkorting 1] Een moment, ik bel je zo weer terug want hij is een half uur gelden vertrokken, ik ga kijken waar hij blijft maar hij is er bijna.
[afkorting 1] Luister, hij heeft mij verzocht..."zodra ik gearriveerd ben"...je zou dan naar hem toe moeten gaan, naar het speelveld, om samen met hem te voet terug te lopen.
[afkorting 11] Wie is hij?
[afkorting 1] [verdachte] .
[afkorting 11] Is het [verdachte] , de tweelingbroer van [naam 12] .
[afkorting 1] Ja, hij is het, hij is de broer van [medeverdachte 3] .
43.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [naam 7] (sessie 7817) van 10 april 2019 om 18:09 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 4] ) 39:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 14] [naam 7] ( [afkorting 8] )
[afkorting 1] Over vijf minuten zal hij arriveren, ga maar naar het speelveld, goed, [naam 7] ?
[afkorting 8] Ok, goed, ik ga nu meteen, dag.
44.
Het proces-verbaal van bevindingen van 4 juni 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 4] ) 13 e.v.:
Gegevens peilbaken Volkswagen Passat [kenteken 1] :
[afbeelding]
Gegevens peilbaken Volkswagen Transporter Bestel [kenteken 2] :
[afbeelding]
Gesprek 7:
Uit de inhoud van een geregistreerd telefoongesprek van woensdag 10 april 2019 te 18:09:17 uur kon blijken dat verdachte [medeverdachte 1] , met telefoonaansluiting [telefoonnummer 1] , een gesprek voert met de gebruiker van telefoonaansluiting [telefoonnummer 9] .
Voetbalveld:
Uit voorgenoemde gesprekken "6" en "7" kon blijken dat er werd afgesproken bij een voetbalveld in de plaats Aalten. Uit de gegevens van het geplaatste peilbaken in zowel de Volkswagen Transporter, voorzien van kenteken [kenteken 2] , alsmede de Volkswagen Passat, voorzien van kenteken [kenteken 3] is gebleken dat dit onderstaand voetbalveld betreft, namelijk van voetbalvereniging [vereniging] , gelegen aan de [adres 13] .
[afbeelding]
• Gesprek 8:
In voorgenoemd "gesprek 8" van woensdag 10 april 2019 te 20:38:55 uur werd door de
gebruiker van telefoonaansluiting [telefoonnummer 1] ( [medeverdachte 1] ) aan [verdachte] , de gebruiker van
telefoonaansluiting [telefoonnummer 4] , gevraagd of de grond droog was. [verdachte] zegt hierop: "Nee,
het gaat". Uit de gegevens van het geplaatste peilbaken is gebleken dat de Volkswagen
Transporter Bestel zich ten tijde van voorgenoemd gesprek zich op de [adres 13]
bevond.
• Gesprek 10:
In voorgenoemd 'gesprek 90" van woensdag 10 april 2019 te 22:40:13 uur werd door de
gebruiker van telefoonaansluiting [telefoonnummer 1] ( [medeverdachte 1] ) gevraagd aan de gebruiker van
telefoonaansluiting [telefoonnummer 4] ( [verdachte] ) om de mussen beneden te laten in de woonkamer.
Uit de gegevens van het geplaatste peilbaken is gebleken dat de Volkswagen Transporter
Bestel zich ten tijde van voorgenoemd gesprek zich in de nabijheid van [adres 4]
bevond.
45.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [verdachte] en [medeverdachte 1] (sessie 7839) van 10 april 2019 om 20:38 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 4] ) 41:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) WGD [nummer 6] [verdachte] ( [afkorting 5] )
[afkorting 1] Luister even, was de aarde droog geworden?
[afkorting 5] Nee, niet echt, min of meer, het gaat wel.
[afkorting 1] Maak jullie het maar af want ik ehhhh, laat hem maar voor me kijken of de mussen het ook tot morgen kunnen volhouden.
[afkorting 5] Ik zal het hem nu vragen (NT. R vraagt een NNM bij hem op de achtergronden zegt tegen hem: "hij zegt..de mussen..bekijk ze even voor mij... kunnen ze het tot morgen volhouden"). Ok hij zal dit je later vertellen, goed?
46.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [verdachte] (sessie 7849) van 10 april 2019 om 22:38 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 4] ) 43:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 6] [verdachte] ( [afkorting 5] )
[afkorting 1] Ja, [verdachte] , zijn jullie klaar?
[afkorting 5] Nee, nog niet.
[afkorting 1] Goed, kijk ehhhh, het is nu donker geworden. Neem geen afval mee naar buiten, goed?
[afkorting 1] Laat me even weten hoe de toestand van de mussen is.
[afkorting 1] Luister, laat ze maar in de dozen staan, goed?
47.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [verdachte] (sessie 7850) van 10 april 2019 om 22:40 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 4] ) 45:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 6] [verdachte] ( [afkorting 5] )
[afkorting 1] Lieverd, vergeet niet om iets van 10 lampen en de ventilatoren aan te laten, goed?
[afkorting 1] En zet de mussen beneden neer.
48.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] (sessie 11371) van 4 mei 2019 om 15:43 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 4] ) 46:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) WGD [nummer 8] [medeverdachte 3] ( [afkorting 6] )
[afkorting 1] er is iets aan het gebeuren in het huis van [naam 7] waarover ik de mening heb gevraagd van de Nederlander die tegen mij zei: "want ehhhh..", die van [naam 7] zijn aan het groeien maar heel traag, de bloem daarvan is nog klein en groeit niet., Hij zei tegen mij: "omdat ze ’s avond/'s nachts kou vatten". Daarom moet de temperatuur boven de 15 staan. Onder de 15 mag niet.
49.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 5] (sessie 11368) van 4 mei 2019 om 14:11 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 4] ) 49 e.v.:
[nummer 2] bum [nummer 9] ng [medeverdachte 5]
[nummer 2] : ik zie dat, eh, is langzaam werken , heel erg langzaam, wat is..
[nummer 2] : okee, en weetje wat ik bedoel is, die bloem moet allang..
: oh, heb ik ook spul voor, heb ik ook voor.
[nummer 2] : Ja? Ja dat bedoel ik, wat moet ik geven nu eigenlijk?
: die heb ik maandag. Heb ik ook. Dat snel de toppen komen.
: ja, ja, ja ik heb spul. Ik breng wel twee kilo mee.
: je bedoelt voor topjes, voor topjes
[nummer 2] : Maar wat is de reden eigenlijk waarom zo gebeuren hier?
: misschien iets te koud. Kijk, ook een neerhangen, misschien als de lamp uit is, te koud, dan die topjes komen heel langzaam.
: misschien iets te koud. Kijk, ook een neerhangen, misschien als de lamp uit is, te koud, dan die topjes komen heel langzaam.
[nummer 2] : en wat voor voeding moet ik geven als die bloemen klein.
: nee, nee, nee, ik breng maandag, die is veertig (40) euro , twee kilo mee. Ik schrijf op watje moet doen.
[nummer 2] : maar goed ik heb jou gevraagd man, want ik weet niet wat moet ik doen.
: Maar ik denk te koud. Te koud, dan doet het eigenlijk, hij groeit heel langzaam, gaat te langzaam. Klopt.
: ja, ja, wanneer de lampen uit, kacheltje aan. Moet minimaal 16 graden, 15, 16 graden, minimaal.
50.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] (sessie 12936) van 19 mei 2019 om 16:08 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 4] ) 53 e.v.:
[medeverdachte 1] (SH) BUM [nummer 12]
[medeverdachte 1] zegt dat hij bij [naam 7] is, [medeverdachte 1] heeft veel moeite met het boord. Een schakel gaat steeds uit en alleen 6 lampen staan aan.
zegt dat [medeverdachte 1] moet hem een foto sturen om hetzelfde te kopen.
[medeverdachte 1] zegt dat de baby plantjes zijn nu 2 dagen zonder licht.
zegt dat dit vermoedelijk de reden dat de baby plantjes vorige keer kapot zijn gegaan.
51.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] (sessie 13022) van 20 mei 2019 om 16:33 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 4] ) 54:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 12] [medeverdachte 2] ( [afkorting 8] )
[afkorting 1] Er is ehhhhh, ik wil ehhhh, je zou het bord bij, hoe heet het alweer, bij [naam 7] moet vervangen.
[afkorting 8] Is goed.
52.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] (sessie 15322) van 3 juni 2019 om 11:16 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 4] ) 60 e.v.:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) WHD [nummer 8] [medeverdachte 3] ( [afkorting 7] )
[afkorting 1] Het huis van [naam 7] , [naam 7] zal het me zeker vertellen nadat zij klaar zou zijn met het onderzoek/verhoor en alles. Maar ik weet zeker dat men het huis van [naam 7] binnen is geweest en het (huis) heeft beroofd. En de sleutel ehh gewoon, ik liet hem (de sleutel) altijd in mijn auto achter. Ze zijn met een sleutel naar binnen geweest.
[afkorting 1] toen het nieuws over [alias 3] mij heeft bereikt, ben ik vanmorgen een cilinder gaan kopen om het slot van het huis te vervangen en toen werd ik daar verrast met de politie. De
politie was, hoogstwaarschijnlijk en dit is wat ik denk, was afgekomen op de geur die naar buiten kwam nadat men het huis heeft beroofd, weet je wel.
[afkorting 1] Ja, en hoogstwaarschijnlijk ehhhh, zodra [naam 7] klaar is met het onderzoek/verhoor zal het mij duidelijk worden of het huis beroofd is of niet want de politie hoort niet zomaar te komen. Ik bedoel, vandaag is de politie gekomen dat betekent dat het huis gisteren is beroofd en ze zijn met een sleutel erin gegaan en de sleutel ligt vaak in mijn auto. Het gaat dus niet om iemand die een vreemde is.
53.
Het proces-verbaal van aantreffen hennepkwekerij van 27 juni 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 5] ) 187 e.v.:
Controle GBA
Op het adres [adres 5] , binnen de gemeente [gemeente] , staat de volgende persoon ingeschreven:
Achternaam: [naam 9]
Voornamen: [naam 9]
Binnentreden woning
In voornoemde woning werd op dinsdag 25 juni 2019, omstreeks 12:33 uur, ter opsporing en inbeslagneming op grond van artikel 9, lid 1 onder b, van de Opiumwet en artikel 96 van het Wetboek van Strafvordering, binnengetreden.
Kweekruimte
In totaal stonden er 158 hennepplanten. In totaal hingen er in de kweekruimte 11 assimilatielampen. In de kweekruimte bevonden zich 2 koolstoffilters. De luchtverversing en luchtafvoer werd geregeld door een aan- en afzuiginstallatie. Drie ventilatoren van kunststof in de kweekruimte. Een (1) schakelbord in de berging onder de trap. Twee transformatoren. Twee slakkenhuizen. Een (1) kachel en een waterpomp
Vaststelling hennep
Ik, verbalisant, constateerde op grond van mijn kennis en ervaring, opgedaan bij eerdere ontmantelingen van hennepkwekerijen, dat het hennepplanten waren.
Stroomvoorziening
De stroomvoorziening van de hennepkwekerij is onderzocht door [fraude-inspecteur] , fraude-inspecteur bij de netwerkbeheerder Enexis, in aanwezigheid van mij, verbalisant. Hierbij werd geconstateerd dat de stroomvoorziening ten behoeve van de hennepkwekerij illegaal werd afgenomen. Het bleek dat, 2x 35 ampère bijgeplaatst 1x 35 verzwaard naar 1x 63 ampère. Alles was boven de hoofdverzekering voor de meter weggehaald.
54.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte [naam 9] van 22 augustus 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 5] ) 281 e.v.:
V: Op 25 juni 2019 is er een hennepkwekerij in jouw woning aangetroffen aan de [adres 5]
. In totaal stonden er 158 hennepplanten. Wat kan je daar over vertellen?
A: Het was niet van mij.
V: Van wie is het wel?
A: [medeverdachte 1] .
V: Wie verzorgde de kwekerij?
A: [medeverdachte 1] .
V: maar een kwekerij moet ook verzorgd worden, plantjes moeten water hebben. Wie deed dat?
A: [medeverdachte 1] .
O: Hier is de uitwerking van een telefoongesprek van 8 maart 2019 te 14:41:42 uur. Het gesprek werd gevoerd tussen jouw telefoonaansluiting, namelijk telefoonaansluiting [telefoonnummer 10] en [medeverdachte 2] , met telefoonaansluiting [telefoonnummer 8] .
V: Dus je hebt [medeverdachte 2] wel eens bij jou thuis gezien ?
A: Ja
V: Welke vier, daar heb je nog niet over gehad.
A: [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] en [verdachte] , dat zijn de vier personen die bij mij kwamen voor de
hennepkwekerij.
V: Wat is de achternaam van de tweeling?
A: ik ken de vader wel, abu [medeverdachte 3] .
O: En als wij de naam [verdachte] zeggen.
A: Dat klopt.
V: En [naam 2] zou bij jou komen slapen?
A: ja. [naam 2] is iemand die ook met hen werkt. [naam 2] is 1 of 2 keer bij mij geweest.
Sessienummer 13065
O: Hier is de uitwerking van een telefoongesprek van 21 mei 2019 te 01:04:29 uur. Het gesprek werd gevoerd tussen jouw telefoonaansluiting, namelijk telefoonaansluiting [telefoonnummer 10] , en [medeverdachte 1] , met telefoonaansluiting [telefoonnummer 1] .
A: Dit gaat over [medeverdachte 3] en [verdachte] . Ze zijn toen een keer gekomen, volgens mij wel.
[afkorting 11] Wat hebben ze toen gedaan?
A: Ze waren aan het knippen?
Sessienummer 14120
O: Hier is de uitwerking van een telefoongesprek van 27 mei 2019 te 17:06:17 uur. Het gesprek werd gevoerd tussen jouw telefoonaansluiting, namelijk telefoonaansluiting [telefoonnummer 10] , en [medeverdachte 1] , met telefoonaansluiting [telefoonnummer 1] .
Sessienummer 14120
O: [medeverdachte 1] zegt dat jullie vriend beneden staat.
V: Wie is dat?
A: ik weet niet meer wie er was gekomen, maar [medeverdachte 1] had hem wel de sleutel gegeven van de kamer. Hier kon ik niet in als [medeverdachte 1] er niet was. Ik moest die vriend binnen laten, ik weet zo niet meer wie dit was, 1 van die mannen die voor [medeverdachte 1] werkt. Die opende de kamer, ik moest de tas met de hennep pakken en aan die man geven en ging daarmee weg. De sleutel van de kamer gaf die persoon daarna aan mij.
V: Op welke manier was deze kamer afgesloten?
A: met een gewoon slot, beetje ouderwetse sleutel van een binnendeur.
Sessienummer 14153
O: Hier is de uitwerking van een telefoongesprek van 27 mei 2019 te 21:10:39 uur. Het gesprek werd gevoerd tussen jouw telefoonaansluiting, namelijk telefoonaansluiting [telefoonnummer 10] , en [medeverdachte 1] , met telefoonaansluiting [telefoonnummer 1] .
V: Waar gaat dit gesprek over?
A: dat [medeverdachte 3] een kilo moet meenemen uit die kamer.
V: wij denken dat dit over 1 kilo hennep gaat, klopt dat?
A: ja dat klopt.
55.
Het op ambtsbelofte opgemaakte proces-verbaal van [verbalisant 1] , Sociaal Rechercheur bij de afdeling Kwaliteit en Control van de gemeente Hengelo, tevens buitengewoon opsporingsambtenaar, van 4 juli 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 5] ) 278 e.v.:
Nadat ik de belanghebbende vertelde waarover ik hem wenste te spreken, verklaarde hij op mijn daartoe strekkende vragen het volgende:
Die man die de hennepkwekerij in mijn woning heeft gezet. Ik toon u het telefoonnummer van die man: [telefoonnummer 1] .
Er is inderdaad eerder geknipt. [verdachte] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 2] waren alle drie aanwezig tijdens het knippen de eerste oogst.
56.
Het proces-verbaal van bevindingen van 29 november 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (AD) 363:
Tijdens de actiedag van Arcadia werd in de woning aan de [adres 7] , waar de verdachte [medeverdachte 1] werd aangehouden, de hieronder afgebeelde sleutelbos aangetroffen. Met sleutels aan deze sleutelbos van [medeverdachte 1] kon worden geopend:
- de voordeur van de woning gevestigd aan de [adres 5] waar op 25 juni 2019 een hennepkwekerij werd aangetroffen.
57.
Het proces-verbaal van observatie maandag 21 januari 2019 van 28 januari 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 5] ) 182 e.v.:
Wij hebben op maandag 21 januari 2018 geobserveerd en daarbij hebben wij de volgende waarnemingen, bevindingen gedaan en/of handelingen verricht:
[afbeelding] [afbeelding]
58.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] (sessie 3666) van 12 maart 2019 om 13:51 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD De [adres 5] ) 26:
[medeverdachte 1] ( [nummer 2] ) (NG) BUM [medeverdachte 3] ( [nummer 8] ) (NG)
[afkorting 1] Ik wil dat iemand de vogels in Arnhem gaat ophalen.
[afkorting 6] Geen probleem. Ik ga ze voor je halen, als ik klaar ben met waar ik ermee bezig ben.
59.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] (sessie 3708) van 12 maart 2019 om 20:17 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD De [adres 5] ) 61:
NN: Ik ben aangekomen.
[afkorting 1] Bel maar aan.
NN: Mag ik aanbellen?
[afkorting 1] Ja, nummer 70.
60.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [naam 9] (sessie 3715) van 12 maart 2019 om 21:10 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD De [adres 5] ) 71:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 15] [naam 10] ( [afkorting 12] )
[afkorting 1] Er zal nu, hoe heet hij alweer, onze vriend komen en zodra ik tegen je zeg: "doe voor hem open", doe voor hem open zowel benden als boven . Hij komt je iets geven, goed?
[afkorting 1] Hij zal je iets geven, hij komt naar je toe en hij zal iets naar je brengen.
[afkorting 1] Nee, nee. Als hij bij je is hoef je alleen maar iets van hem over te nemen.
61.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [naam 9] en [medeverdachte 1] (sessie 3716) van 12 maart 2019 om 21:20 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD De [adres 5] ) 80:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) WGD [nummer 15] [naam 10] ( [afkorting 12] )
[afkorting 12] Ehhhh, [medeverdachte 3] heeft ze gebracht.
[afkorting 1] Is goed, goed. Kijk, laat de dozen maar open en zet ze op een warme plek neer.
62.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [naam 9] (sessie 4267) van 16 maart 2019 om 18:02 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD De [adres 5] ) 95:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 15] [naam 10] ( [afkorting 12] )
[afkorting 1] [naam 10] , ben je thuis?
[afkorting 12] Ja, ja, thuis, [medeverdachte 1] .
[afkorting 1] De jongens komen zo naar je toe om te werken, goed?
63.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 4] (sessie 4272) van 16 maart 2019 om 18:05 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD De [adres 5] ) 100:
NNM [nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 7] [naam 2] (SH, H)
[afkorting 3] Ik ben over twee minuten bij je in het theehuis/cafetaria.
[afkorting 1] Is goed, zodat jij en [alias 4] kunnen gaan.
64.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] (sessie 4273) van 16 maart 2019 om 18:16 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD De [adres 5] ) 101:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 4] [medeverdachte 2] ( [afkorting 8] )
[afkorting 1] Er liggen rollen vuilniszakken in....
[afkorting 8] IN het busje?
[afkorting 1] Ja, neem ze mee. De jongens zijn nu vertrokken.
[afkorting 8] Ze zijn nu vertrokken, waar zijn ze heen gegaan?
[afkorting 1] Naar [naam 10] .
65.
Het proces-verbaal van bevindingen van 10 januari 2020, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 5] ) 18:
In de bakengegevens van de Volkswagen Transporter, [kenteken 2] , is te zien dat het baken op 16 maart 2019 omstreeks 19:00 uur aan komt op de [adres 5] .
In de bakengegevens van de Volkswagen Passat, [kenteken 1] , is te zien dat het baken op 16 maart 2019 omstreeks 22:19 uur aan komt op de [adres 5] .
66.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [verdachte] en [medeverdachte 1] (sessie 4297) van 16 maart 2019 om 22:09 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD De [adres 5] ) 103:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) WGD [nummer 6] [verdachte] ( [afkorting 5] )
[afkorting 5] [naam 10] wil 50 euro hebben, zal ik het aan hem geven?
[afkorting 1] Laat hem nu even, wat moet je met hem, ik zal het later zelf aan hem geven.
67.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [naam 9] (sessie 4422) van 17 maart 2019 om 19:36 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD De [adres 5] ) 108:
[medeverdachte 1] : Luister, er is en zak, [medeverdachte 2] zegt dat hij deze onder de trap bij [naam 10]
achtergelaten heeft. Een zak met Rara, weetje wat rara is, deze is van onze werk?
[medeverdachte 1] : [alias 1] zal langs komen om deze bij jou op te halen.
68.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [naam 9] en [medeverdachte 1] (sessie 5560) van 26 maart 2019 om 17:24 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD De [adres 5] ) 110:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) WGD [nummer 15] [naam 10] ( [afkorting 12] )
[afkorting 12] [medeverdachte 1] , ik heb een probleem thuis.
[afkorting 12] Hetzelfde als de vorige keer.
[afkorting 1] [naam 10] toch, alsjeblieft, je moet niet aan ons werk komen, haal je stekker eruit.
[afkorting 1] ik kom nu naar je toe.
69.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [naam 9] (sessie 10460) van 26 april 2019 om 21:32 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD De [adres 5] ) 112:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 15] [naam 10] ( [afkorting 12] )
[afkorting 1] Vertel mij, hoe oud zijn die enen die nu bij je zijn?
[afkorting 12] de datum 18/3 is de eerste dag.
70.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [naam 9] (sessie 14118) van 27 mei 2019 om 16:47 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD De [adres 5] ) 129:
[medeverdachte 1] (NG) BUM [nummer 15]
[medeverdachte 1] : [alias 1] zal bij jou komen en de sleutel van de kamer aan jou geven. Je doet de kamer open. Daar is een tas met Harara. geef hem alleen de tas met Harara, niet vergeten, alleen de tas met Harara. Vervolgens doe je de kamer deur op slot en laat de sleutel bij jou.
: Goed, oké, oké.
71.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [naam 9] (sessie 14120) van 27 mei 2019 om 17:06 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD De [adres 5] ) 135:
[medeverdachte 1] : Doe open, onze vriend is beneden.
[medeverdachte 1] : Vergeet het niet. Je laat hem binnen, neem de sleutel van de kamer van hem. Je doet de kamer open, je pakt de tas met Harara en je geeft het aan hem en je doet de kamer op slot. Begrijp je hoe jij het moet doen.
72.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [naam 9] (sessie 14130) van 27 mei 2019 om 17:42 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD De [adres 5] ) 137:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 15] [naam 10] ( [afkorting 12] )
[afkorting 1] Lieverd, doe even de deur boven voor [medeverdachte 2] open. Hij staat nu boven bij je.
[afkorting 12] Boven?
[afkorting 1] Ja.
73.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [naam 9] (sessie 14153) van 27 mei 2019 om 21:10 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD De [adres 5] ) 143:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 15] [naam 10] ( [afkorting 12] )
[afkorting 1] Goed lieverd, luister, [medeverdachte 3] komt nog een keer bij je langs, doe de kamer voor hem open en laat hem maar één pakken, alleen maar één.
[afkorting 12] Één zak/tas?
[afkorting 1] Ja, één kilo, dat hij maar één pakt.
74.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 4] (sessie 14568) van 29 mei om 16:27 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (PD [medeverdachte 4] ) 94:
[medeverdachte 1] : Baas, ik wil datje in de komende twee dagen alles in het huis van [naam 6] en [naam 10] afronden. Tot de goederen verkocht worden, begrijp jij mij?
[medeverdachte 1] : Ik wil deze twee zaken van jou en [verdachte] , het is heel belangrijk. Omdat de Nederlander is akkoord gegaan, hij zal mij vogels geven en de betaling zal later plaats vinden
[nummer 7] : Belangrijk is dat jij geld voor mij regelt, ik heb het ook erg moeilijk.
[medeverdachte 1] : Zodra iets verkocht wordt zal ik met jullie als eerst afrekenen.
75.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [naam 9] (sessie 14932) van 31 mei 2019 om 17:32 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 5] ) 146:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 15] [naam 10] ( [afkorting 12] )
[afkorting 1] Goed, [naam 2] , die samen met de jongens heeft gewerkt, is nu bij me. Hij komt zo naar je toe om te werken, goed?
76.
Het proces-verbaal van bevindingen van 2 juli 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 5] ), 253 e.v.:
Op dinsdag 25 juni 2019 werd door mij assistentie verleend aan de collega’s [verbalisant 2] en [verbalisant 3] , beiden werkzaam bij de politie Oost-Nederland, District Twente, Cluster Midden, team Hengelo in verband met het aantreffen van een in werking zijnde hennepkwekerij in het perceel [adres 5] . Tijdens het ingestelde onderzoek werden een aantal sporendragers aangetroffen en veilig gesteld voor een nader onderzoek.
-1 stuk hittewerend folie, uitgesneden uit de zijwand van de kweekruimte
-1 stuk hittewerend folie, uitgesneden uit de zijwand van de kweekruimte
Goed(eren): PL0600-2019278696-2024989, bouw/installatiemateriaal, isolatie, Hittewerend, Nederland, bijzonderheden uitgesneden uit zijwand kweekruimte
PL0600-2019278696-2024990, bouw/installatiemateriaal, isolatie, Hittewerend, Nederland, bijzonderheden uitgesneden uit zijwand kweekruimte.
77.
Het proces-verbaal vooronderzoek lab van 4 oktober 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 5] ), 258 e.v.:
In verband met een vervaardigen softdrugs (lijst II) te Hengelo in de gemeente
Hengelo werd op verzoek van de Eenheid Oost-Nederland op vrijdag 4 oktober 2019
om 10:31 uur door mij, als forensisch onderzoeker, een forensisch onderzoek verricht
naar sporen aan onderstaande sporendragers.
[afbeelding] [afbeelding]
[afbeelding] [afbeelding]
78.
Het proces-verbaal individualisatie dactyloscopisch spoor, met bijlage, van 7 november 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 5] ), 261 e.v.:
79.
Het proces-verbaal individualisatie dactyloscopisch spoor van 7 november 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 5] ), 268 e.v.:
[afbeelding]
[afbeelding]
80.
Het proces-verbaal van aantreffen hennepkwekerij van 27 juni 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 6] ) 11 e.v.:
Controle GBA
Op het adres [adres 6] , staat de volgende persoon ingeschreven:
Achternaam: [getuige]
Voornamen: [getuige]
Binnentreden woning
In voornoemde woning werd op donderdag 27 juni 2019, omstreeks 09:17 uur, ter
opsporing en inbeslagneming op grond van artikel 9, lid 1 onder b, van de Opiumwet en
artikel 96 van het Wetboek van Strafvordering, binnengetreden.
Omschrijving pand
Halverwege de trap, zat een aftimmering. Achter deze aftimmering was de hennepkwekerij gevestigd op de zolderetage.
Kweekruimte
Na het binnentreden zag ik het volgende: In de hennepkwekerij stonden na telling 185
hennepplanten van ongeveer 6 weken oud. Er hingen 12 assimilatielampen, 1
koolstoffilter en er stond 1 slakkenhuis ten behoeve van de afzuiging van de vuile
lucht. Er stond 1 dompelvat met daarin een dompelpomp. Er lagen op het plateau boven
de trap, 12 transformatoren van 600 watt. Aan de wand hing een schakelbord.
Vaststelling hennep
Ik, verbalisant, constateerde op grond van mijn kennis en ervaring, opgedaan bij eerdere ontmantelingen van hennepkwekerijen, dat het hennepplanten waren.
81.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte [getuige] van 23 juli 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 6] ) 105 e.v.:
A: Het is begonnen in het café [café] , daar heb ik iemand leren kennen die [medeverdachte 1] heet. Ik kende hem niet en ik hoorde daar dat hij bezig is met dit soort werk, in de drugs business. Hij benaderd mij in het café. Daar vraagt hij of ik Syrisch ben en waar ik woonde.
Ik heb toen verteld dat ik een broer van [naam 13] ben, Syrisch ben en dat ik in [plaats 5] woon. Hij vroeg of ik hier naar toe wilde verhuizen. Ik wil graag dicht bij mijn broer wonen omdat wij familie zijn. Dat is prima, ik regel hier een woning voor je. Op één voorwaarde dat ik iets in je huis doe. Hij zei dat hij een wietplantage in mijn woning zou planten. Hij heeft mij uitgelegd, hoe en op welke manier. Hij had het er over dat hij plantenbakken met aarde in mijn woning zou zetten. Daar kwamen stekjes in en dit proces zou 2 maanden duren. Ik zou daar 1500 euro voor krijgen.
O: Wij hebben geruime tijd onderzoek gedaan naar [medeverdachte 1] en de mensen waarmee hij contact heeft gehad in die tijd. Zo hebben wij onder andere de telefoongesprekken van [medeverdachte 1] afgeluisterd. Hier is de uitwerking van het gesprek van 12 februari 2019 waarin [medeverdachte 1] spreekt met de mannelijke gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer 11] . Deze man wordt [getuige] genoemd. Wij, verbalisanten, toonden aan de verdachte de uitwerking van het telefoongesprek van taplijn TA0003 met sessienummer 6417.
A: Dat is mijn nummer.
V: De [medeverdachte 1] die je nu beschrijft is dat dezelfde [medeverdachte 1] als van het opgenomen gesprek van net wat wij besproken hebben?
A: Ja, ik ken alleen zijn achternaam niet.
V: Wie hadden de spullen gebracht?
A: [verdachte] een keer, [medeverdachte 1] een keer, [alias 2] een keer. Zij brachten de spullen met de bus. Dit gaat om de [verdachte] en [medeverdachte 3] waar wij het net over hadden, uit Irak.
V: Zijn er ook nog anderen geweest?
A: [medeverdachte 2] . Er waren ook nog anderen, er was nog een onbekend persoon.
V: Wie heeft alles aangesloten in de plantage?
A: In delen, bijna iedereen is geweest. De ene kwam de elektriciteit aansluiten en de andere was bezig met de plantenbakken.
A: [naam 2] kwam bijna nooit, die heb ik haast niet gezien. Deze vier die ik heb genoemd dat zijn ze. [medeverdachte 1] , [verdachte] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 2] .
V: Wie heeft planten verzorgd in de plantage?
A: Alleen [medeverdachte 1] . Hij controleert alles, als er iets mis was dan belt hij één van de jongens om het op te lossen.
Het proces-verbaal van bevindingen van 10 januari 2020, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 6] ) 103 e.v.:
Aantreffen sleutels woning [adres 7] en auto [medeverdachte 1] VW-Passat [kenteken 1]
Op 25 juni 2019 werd in de woning, gevestigd aan de [adres 7] aangehouden de verdachte [medeverdachte 1] , geboren op [geboortedatum 2] 1981. In de woning werd ook een autosleutel aangetroffen van het automerk Volkswagen. Met gebruik van deze sleutel trof ik, verbalisant, in de personenauto merk Volkswagen type Passat, voorzien van het kenteken [kenteken 1] en op naam van [medeverdachte 1] , welke op dat moment geparkeerd stond aan de [adres 7] , meerdere sleutels aan. Op een blauw kleurige sleutelhanger met daar aan bevestigd twee sleutels, stond de tekst ' [adres 6] " geschreven.
82.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] (sessie 11749) van 8 mei 2019 om 9:53 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 6] ) 48:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 12] [medeverdachte 2] ( [afkorting 8] )
[afkorting 8] Broeder, ik heb ze al een uur geleden gebeld, alsof ze helemaal vanuit Amsterdam hierheen moeten komen.
[afkorting 1] Wie zijn dat?
[afkorting 8] [alias 4] en [medeverdachte 3] . Bel ze maar op en vraag waar ze blijven.
[afkorting 8] Het busje is bij [alias 4] en [medeverdachte 3] heeft geen auto. Hij zei: "mijn auto is bij de vrouw van mij broer". We moeten nog naar Haaksbergen gaan om het gereedschap te halen.
[afkorting 1] Het is nu 10 uur. IK he tegen je gezegd ehhhh, de geur bij de man zal naar buiten komen.
83.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] (sessie 12260) van 13 mei 2019 om 10:34 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 6] ) 49:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 7] [naam 2] ( [afkorting 3] )
[afkorting 1] Kom maar, het werk is in Haaksbergen. Het duurt maar iets van twee uur, jij en [verdachte] , nieuwe aarde, jullie gaan vullen.
84.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [verdachte] (sessie 12263) van 13 mei 2019 om 11:26 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 6] ) 51:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 6] [verdachte] ( [afkorting 5] )
[afkorting 1] Kijk, je moet komen, ik ben hier ehhh [naam 2] zal over een kwartier komen en ik za jullie wat spullen geven, zodat jullie naar [plaats 4] gaan.
[afkorting 1] Jullie moeten gaan werken in [plaats 4] , jullie moeten datgene vullen want de jongens zijn klaar en ik heb de mussen daarvoor van gehaald.
85.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [verdachte] (sessie 12334) van 13 mei 2019 om 16:07 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 6] ) 57:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 6] [alias 4] ( [afkorting 5] )
[afkorting 1] Goed, dank jullie wel, zeg, hoeveel stuks is het op de grond geworden/hoeveel stuks lag er op de grond?
[afkorting 5] 169.’
[afkorting 1] Ja, ja, ik weet het, geen probleem. Vandaag kan ik niet komen. Morgen komen we of dat hij vandaag komt, ik weet het niet. In ieder geval, doe de dozen maar open.
[afkorting 5] Ze zijn al open.
[afkorting 1] Is goed, goed, leg ze maar ehhh, boven de pakjes en het moet een beetje warm zijn. Je moet daar niets voor aanzetten/inschakelen.
86.
Het proces-verbaal van bevindingen hennepkwekerij [adres 6] van 9 juli 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 6] ) 28 e.v.:
Aan de historische gegevens van het telefoonnummer in gebruik bij verdachte [verdachte] is te zien dat deze telefoon op 13 mei 2019 omstreeks 16.05 uur en omstreeks 17.07 uur een telefoonmast in [plaats 4] aanstraalt.
Bakengegevens [kenteken 1] :
Omstreeks 14.57 uur die dag (18 mei 2019) staat de Volkswagen Passat stil in [plaats 4] en omstreeks 15.19 uur rijdt deze weer. In die tussentijd staat de Volkswagen Passat stil ter hoogte van de [adres 16] en de [adres 17] beide te [plaats 4] , waar op de hoek van deze straten een supermarkt gevestigd is met enkele parkeervakken. De
[adres 6] is op circa 260 meter loopafstand van deze adressen.
[afbeelding]
Bakengegevens [kenteken 1] :
Uit onderstaande gegevens is te zien dat de Volkswagen Passat eigendom van en veelal in gebruik is bij verdachte [medeverdachte 1] , op 24 mei 2019 vanaf circa 10.07 uur wederom aan de [adres 17] staat en hier omstreeks 10.39 uur weer wegrijdt.
[afbeelding]
87.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] (sessie 12358) van 13 mei 2019 om 19:41 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 6] ) 59:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 12] [medeverdachte 2] ( [afkorting 8] )
[afkorting 8] Ik ben klaar bij hem. Ik heb alles voor je aangezet/in werking gesteld.
[afkorting 1] Goed, maar je moet niets boven de mussen aanzetten, laat de box uitgeschakeld staan.
88.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 4] (sessie 12419) van 14 mei 2019 om 11:55 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 6] ) 63:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 7] [naam 2] ( [afkorting 3] )
[afkorting 1] [naam 2] , ik wil je vragen, hebben jullie een vat meegenomen naar [getuige] , in [plaats 4] ?
[afkorting 3] Ehhh, nee.
89.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [verdachte] (sessie 12501) van 15 mei 2019 om 14:16 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 6] ) 65:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 6] [verdachte] ( [afkorting 5] )
[afkorting 1] Hallo, [verdachte] . Chef, wie heeft de kommen bij [getuige] gevuld, jij of [naam 2] ?
[afkorting 1] Wie heeft de kommen gevuld?
[afkorting 5] Ik en [naam 2] .
[afkorting 1] IK ging ze opnieuw vullen. IK heb dus jullie werk weer gedaan.
[afkorting 5] Waarom?
[afkorting 1] De kommen waren voor de helft gevuld.
[afkorting 5] Ehh, [naam 2] heeft ze gevuld.
90.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] (sessie 12518) van 15 mei 2019 om 22:14 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 6] ) 69:
[alias 1] zegt dat [medeverdachte 2] Naar [plaats 4] is gekomen, na onze vertrek heeft [medeverdachte 2] gesnoeid en geprikt.
[medeverdachte 1] vraagt of zij het in Haaksbergen afgerond hebben.
[alias 1] zegt dat het niet gelukt om de filter te verplaatsen, zij hebben geen brede Tyrex (FON) en bij Gamma hebben zij het niet kunnen vinden. Morgen gaan zij verder, Zij hebben de elektriciteit geregeld en de zeil bij de deur.
91.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [getuige] (sessie 12762) van 18 mei 2019 om 14:39 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 6] ) 76:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 16] [getuige] ( [afkorting 13] )
[afkorting 1] Ik ben over iets van tien minuten bij je, goed?
[afkorting 13] Welkom.
92.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [getuige] en [medeverdachte 1] (sessie 13281) van 22 mei 2019 om 16:10 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 6] ) 78:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) WGD [nummer 16] [getuige] ( [afkorting 13] )
[afkorting 13] Moet ik vandaag iets doen?
[afkorting 1] Vul er maar één vandaag, lauw water, zoals gebruikelijk en ik heb het medicijn naar je al gebracht.
[afkorting 1] Van nummer 2 neem je 450 gram nadat je de weegschaal hebt aangezet en de kom erop hebt gedaan.
[afkorting 1] Je reset het en dan doe je er 450 en je ...NTV het en daarna gooi je het in de vat en dan ga je in de bodem sproeien, alleen maar.
93.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [getuige] en [medeverdachte 1] (sessie 13449) van 24 mei 2019 om 9:48 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 6] ) 80:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) WGD [nummer 16] [getuige] ( [afkorting 13] )
[afkorting 1] Ik kom nu naar je toe. Ik moet iets doen, als je het goed vindt.
[afkorting 13] Goed, ik wacht op je , chef.
[afkorting 1] Dus over iets van 10 minuten, dag
94.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] (sessie 14504) van 29 mei 2019 om 12:05 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 6] ) 85:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) BUM [nummer 8] [medeverdachte 3] ( [afkorting 6] )
[afkorting 1] je moet ook [medeverdachte 2] naar [getuige] brengen en laat hem twee transformatoren en twee lampen meenemen. Hij moet wat gaan repareren, hij heeft een mankement daar.
95.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [getuige] en [medeverdachte 1] (sessie 17301) van 18 juni 2019 om 12:45 uur, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD [adres 6] ) 94:
[nummer 2] [medeverdachte 1] ( [afkorting 1] ) WGD [nummer 16] [getuige] ( [afkorting 13] )
[afkorting 13] Ik denk dat ze vandaag water moeten hebben.
[afkorting 1] Ja, daarom wil ik een kijkje gaan nemen.
[afkorting 13] En ik heb gisteren de lampen verminderd.
[afkorting 1] Hoeveel heb je nu aangesloten staan.
[afkorting 13] Ik heb 9 aangesloten.
[afkorting 1] Goed, als je ziet dat het buiten warm wordt moet je zelf gaan minderen. Als ik het vergeet te zeggen doe dit maar gewoon uit jezelf.
96.
Het proces-verbaal van bevindingen, betreffende destructief tactisch onderzoek, met bijlagen van 3 oktober 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (AD) 793 e.v.;
Op dinsdag 25 juni 2019 heeft de afdeling Team Digitale Opsporing (TDO) van de Politie, Oost-Nederland district Twente de gegevens van de telefoon met het telefoonnummer [telefoonnummer 5] , die bij verdachte [medeverdachte 5] in gebruik is overgenomen en opgeslagen op een hard-disk van het TDO.
Uit de tapgegevens blijkt dat er contact is geweest tussen [medeverdachte 5] en telefoonnummer + [telefoonnummer 1] . Uit de gegevens van de telefoon blijkt dit telefoonnummer overeenkomt met het telefoonnummer op naam van contact " [alias 5] ".
Het telefoonnummer + [telefoonnummer 1] is in gebruik bij [medeverdachte 1] .
Er is gebeld/ge-sms't in de periode van 3 maart 2018 tot en met 22 juni 2019.
Inhoud van de sms-en:
- 3 maart 2018 inkomend: 330 niet verget aub [alias 5]
- 19 oktober 2018 inkomend: 150 + 170 gr [alias 5]
- 19 juni 2019 inkomend: 370 volgend week 8 dagen Gr [alias 5]
Inkomend: 380 aub niet 370
- 22 juni 2019 afspraak voor een ontmoeting tussen [alias 5] en [medeverdachte 5] op 30 juni 2019.
97.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 5] van 21 februari 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD loodsen [adres 18] ) 47.
[nummer 2] bum [nummer 9] (wordt [medeverdachte 5] genoemd)
[nummer 2] zegt dat hij niet meer geld heeft, en dat ie mensen geld moet geven
[medeverdachte 5] zegt dat dat goed komt, en dat ie zo met hem gaat praten (niet te verstaan) tot het weggaat, 100%. [medeverdachte 5] zegt dat ie [nummer 2] sowieso in het weekend ziet, want [nummer 2] heeft die spullen nog besteld bij [medeverdachte 5] , die voeding, die heeft [medeverdachte 5] ook klaar gemaakt voor vandaag en hij is alweer vanaf 5 uur aan het werk.
[medeverdachte 5] zegt dat ie niet zoveel over de telefoon wil, en zegt dat ie [nummer 2] van het weekend ziet om rustig te praten, want [medeverdachte 5]
heeft weer een paar hele mooie, die hij gebracht heeft
[medeverdachte 5] zegt dat niet de jongens van [nummer 2] knippen, [medeverdachte 5] zegt dat hij gaat bouwen met iemand en verder niemand daar, want
dan steelt de broer van [nummer 2] , dan die en [medeverdachte 5] zegt dat ie daar gek van wordt
[nummer 2] zegt dat ie normaal heel voorzichtig is (niet te verstaan) en dat bij hem nog nooit zoiets is gebeurd
[medeverdachte 5] zegt dat alles tegenwoordig gek is, dat de politie continue achter ze aan zit, en overal. Ze willen overal die rotzooi pakken.
[medeverdachte 5] zegt dat (niet te verstaan) iemand gebeld heeft voor het geluid, omdat het geluid hard was, en dat ze dat ook anders moeten maken.
98.
Het geschrift, te weten een tapgesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 5] van 22 april 2019, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina (ZD loodsen [adres 18] ) 100.
[nummer 2] bum [nummer 9] ng [medeverdachte 5]
[nummer 2] : Hey [medeverdachte 5] , ik heb snel vragen over iets bij mij alsjeblieft. Ik heb die ding is beetje wakker, maar eh, van beneden en van boven beetje helemaal geel en branden. Geel branden. Waar komt dat van?
: Ja dan heb je te weinig, dan heb je te droog. Dan heb je te droog. Als ie geel wordt, dan eh, ja.
[nummer 2] : Okee, maar van boven nog steeds is goed, maar beneden paar van is verbranden, is dat erg? Kan ik die redden?
: Ja, goed nat maken.
[nummer 2] : gewoon goed nat, geen andere voeding of weet ik veel
: Nee. Goed natmaken
[nummer 2] : en als ik doe bij glas beetje van ..onverstaanbaar.. zeg maar, als ik doe die mat, gewoon ik wil weten wat van die voeding mat, als ik doe beetje, dan komt goed. Maar als ik helemaal druk naar beneden bij die glas, dan komt die voeding hoger. Wat moet ik doen ?
: Ja, ja, ja, alleen schoon water. Alleen schoon water.
[nummer 2] : alleen schoon water moet ik geven.
: ja, ja, ja.

Voetnoten

1.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte [medeverdachte 1] van 25 juni 2019, op pagina PD [medeverdachte 1] , 33
2.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte [medeverdachte 2] van 25 juni 2019, op pagina PD [medeverdachte 2] , 28
3.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte [medeverdachte 2] van 4 juli 2019, op pagina PD [medeverdachte 2] , 155 en 156
4.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte [verdachte] van 25 juni 2019, op pagina PD [verdachte] , 33
5.Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 4] , van 4 februari 2020, op pagina AD, 188
6.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte [medeverdachte 4] van 25 juni 2019, op pagina PD [medeverdachte 4] , 28
7.Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 4] , van 4 februari 2020, op pagina AD, 187
8.Een uittreksel van de RDW d.d. 8 april 2019, op pagina AD, 44
9.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte [medeverdachte 1] van 25 juni 2019, op pagina PD [medeverdachte 1] , 34
10.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte [medeverdachte 2] van 27 juni 2019, op pagina PD [medeverdachte 2] , 49
11.Het proces-verbaal van observatie dinsdag 16 april 2019, van 16 april 2019, op pagina AD, 311
12.Een uittreksel van de RDW van 8 april 2019, op pagina AD, 43
13.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte [medeverdachte 1] van 25 juni 2019, op pagina PD [medeverdachte 1] , 34
14.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte [medeverdachte 2] van 27 juni 2019, op pagina PD [medeverdachte 2] , 49
15.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte [verdachte] van 4 juli 2019, op pagina PD [verdachte] , 46-48
16.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte [medeverdachte 3] van 25 juni 2019, op pagina PD [medeverdachte 3] , 32
17.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte [medeverdachte 4] van 27 juni 2019, op pagina PD [medeverdachte 4] , 35-36
18.Een uittreksel van de Kamer van Koophandel, op pagina AD, 326