Uitspraak
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen
[verzoeker], uit [woonplaats], verzoeker
het college van burgemeester en wethouders van Olst-Wijhe
[bedrijf] B.V. uit [vestigingsplaats] (gemachtigde: mr. C. van Deutekom)
Rechtbank Overijssel
In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, wordt een verzoek om een voorlopige voorziening behandeld. Dit verzoek is ingediend door een verzoeker die zich verzet tegen de omgevingsvergunning die op 26 oktober 2022 door het college van burgemeester en wethouders van Olst-Wijhe aan een derde-partij is verleend voor de realisatie van zes appartementen. De verzoeker heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit, dat op 27 augustus 2024 door het college is gegrond verklaard, waarna de omgevingsvergunning opnieuw is verleend. De verzoeker heeft op 2 oktober 2024 beroep ingesteld tegen dit besluit, geregistreerd onder nummer AWB 24/3551, en tegelijkertijd een verzoek om voorlopige voorziening ingediend.
Tijdens de zitting op 18 november 2024 heeft de voorzieningenrechter de zaak behandeld, waarbij de verzoeker en zijn gemachtigde, alsook de gemachtigde van het college en de derde-partij aanwezig waren. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de bouw van de appartementen bijna is voltooid en dat de verzoeker pas in een laat stadium om schorsing heeft verzocht. De voorzieningenrechter oordeelt dat er geen acuut en actueel belang is voor het treffen van een voorlopige voorziening, aangezien de bouw al voor 70% is gerealiseerd en er al bewoners in de gerenoveerde woning verblijven. De zorgen van de verzoeker over mogelijke overlast van zijn bedrijf voor de nieuwe bewoners zijn onvoldoende om een spoedeisend belang aan te nemen.
De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, waardoor de derde-partij de omgevingsvergunning mag blijven gebruiken. Er is geen aanleiding voor vergoeding van griffierecht of proceskosten. De uitspraak is gedaan door mr. A.T. de Kwaasteniet, in aanwezigheid van griffier C. Kuiper, en is openbaar uitgesproken.