ECLI:NL:RBOVE:2024:5792

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
5 november 2024
Publicatiedatum
8 november 2024
Zaaknummer
10615694 \ CV EXPL 23-2843
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake non-conformiteit van een aangekochte pony met betrekking tot geschiktheid als sport- en wedstrijdpony

In deze zaak hebben [eiser 1] en [eiser 2] op 18 december 2022 een pony gekocht van [gedaagde] voor € 11.500,00, met de verwachting dat deze geschikt zou zijn als sport- en wedstrijdpony voor hun dochter. Na aankoop hebben zij echter geconstateerd dat de pony niet voldeed aan deze verwachtingen, wat leidde tot een rechtszaak. De rechtbank heeft een deskundigenonderzoek gelast om te bepalen of de pony op het moment van de verkoop al gezondheidsproblemen had die zijn geschiktheid als sport- en wedstrijdpony in gevaar zouden hebben gebracht. Het deskundigenrapport concludeerde dat er onvoldoende bewijs was dat de pony op het moment van de verkoop leed aan aandoeningen die hem ongeschikt maakten voor het beoogde gebruik. De rechtbank heeft de vorderingen van [eiser 1] en [eiser 2] afgewezen, omdat er geen bewijs was dat de pony niet voldeed aan de overeenkomst. De kantonrechter heeft de proceskosten aan [eiser 1] en [eiser 2] opgelegd, aangezien zij in het ongelijk zijn gesteld. Dit vonnis is uitgesproken op 5 november 2024.

Uitspraak

RECHTBANKOVERIJSSEL
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Zwolle
Zaaknummer: 10615694 \ CV EXPL 23-2843
Vonnis van 5 november 2024
in de zaak van

1.[eiser 1],

2.
[eiser 2],
beiden wonende te [woonplaats 1],
eisende partijen,
hierna samen te noemen: [eiser 1] en [eiser 2],
gemachtigde: mrs. I. Gerritsen en R.P. van den Broek,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonplaats 2],
gedaagde partij,
hierna te noemen: [gedaagde],
gemachtigde: mr. M. Luijendijk.

1.De zaak in het kort

1.1.
[eiser 1] en [eiser 2] hebben op 18 december 2022 van [gedaagde] de pony [naam] gekocht als sport- en wedstrijdpony voor hun dochter. De koopprijs was € 11.500,00. [eiser 1] en [eiser 2] menen dat [naam] niet voldoet aan wat zij van hem mochten verwachten. Gelet op het deskundigenbericht kan niet worden vastgesteld dat [naam] op 18 december 2022 niet geschikt was om te worden gebruikt als sport- en wedstrijdpony. De vorderingen worden afgewezen. De rechtbank legt dat hierna uit.

2.De procedure

2.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 5 maart 2024;
- het deskundigenbericht van 21 augustus 2024;
- de akte uitlating deskundigenonderzoek van 8 oktober 2024 van [eiser 1] en [eiser 2];
- de akte uitlating van 8 oktober 2024 van [gedaagde].
2.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

3.De verdere beoordeling

Het tussenvonnis van 16 januari 2024: [eiser 1] en [eiser 2] mochten verwachten dat [naam] geschikt was als sport- en wedstrijdpony
3.1.
In het tussenvonnis van 16 januari 2024 heeft de kantonrechter vastgesteld dat [eiser 1] en [eiser 2] mochten verwachten dat [naam] geschikt was om door hun dochter te worden gebruikt als sport- en wedstrijdpony. De kantonrechter had destijds onvoldoende informatie om vast te stellen of [naam] gebreken had op 18 december 2022 en welke dat dan zijn. Daarom zijn in het tussenvonnis van 5 maart 2024 deskundigen benoemd om de vraag te beantwoorden aan welke aandoening(en) [naam] lijdt, of hij daar ook op 18 december 2022 al last van had, en wat de gevolgen daar dan van zijn voor zijn geschiktheid als sport- en wedstrijdpony.
Het deskundigenbericht: Er zijn onvoldoende aanwijzingen om te concluderen dat [naam] op 18 december 2022 leed aan gezondheidsaandoeningen die hem ongeschikt maakten als sport- en wedstrijdpony.
3.2.
Algemeen uitgangspunt is dat als een deskundigenrapport dat is uitgebracht op verzoek van de rechtbank op een zorgvuldige wijze tot stand is gekomen, de conclusies van de deskundige deugdelijk zijn onderbouwd en deze voortvloeien uit de door hem in het rapport vermelde gegevens, de rechtbank het oordeel van de deskundige, die juist vanwege zijn specifieke deskundigheid op het terrein van het onderzoek is benoemd, niet snel naast zich zal neerleggen.
3.3.
De deskundigen hebben in dit geval het procesdossier met daarin de berichten van de dierenartsen van [eiser 1] en [eiser 2] en [gedaagde] bestudeerd. Ook zijn partijen in de gelegenheid gesteld nog aanvullende informatie toe te sturen aan de deskundigen. De deskundigen hebben ook van die informatie, zoals filmmateriaal, kennisgenomen. Ten slotte hebben de deskundigen [naam] zelf onderzocht in het bijzijn van partijen. Partijen hebben de gelegenheid gekregen om vragen te stellen en opmerkingen te plaatsen naar aanleiding van het conceptrapport. De deskundigen hebben naar het oordeel van de kantonrechter zorgvuldig onderzoek gedaan, de conclusies zijn deugdelijk onderbouwd en vloeien ook logisch voort uit het rapport. De kantonrechter neemt daarom de bevindingen en conclusies van de deskundige over.
3.4.
In het rapport van de deskundigen staat onder andere het volgende:

Conclusie: spinale ataxie en distale halspijn met een enkele lokale overvulling van een facetgewricht zonder dat er sprake is van facetgewrichtsartrose van de hals.
[…]
Vraag 3. Indien [naam] lijdt aan ataxie, artrose in de facetgewrichten en/of ruggenmergscompressie, kan/moet hieruit worden afgeleid dat de pony ten tijde van de levering op 18 december 2022 aan deze aandoeningen leed?
Antwoord 3. Dat kan niet zo gesteld worden. In de periode voorafgaand aan de levering en bij de levering zelf op 18 december 2022 is er geen enkele onderbouwde informatie dat de pony problemen had. In de periode na de levering heeft de pony al vrij snel problemen ontwikkeld maar of de pony in de eerste periode na 18 december 2022 ook al atactisch was met dysfunctioneel ruggenmerg in het halsgedeelte van de wervelkolom, valt niet uit de veterinaire rapporten te destilleren eerder dan 3-7 maart 2023 toen voor het eerst melding werd gemaakt van ataxie zonder overigens een onderliggend rapport van een neurologisch onderzoek. Van artrose in de facetgewrichten kan op 18 december 2022 geen sprake zijn aangezien deze op 25 juni 2024 ook niet zichtbaar was op de röntgenfoto’s wetend dat artrose, als dat eenmaal röntgenologisch zichtbaar is, niet meer verdwijnt.”
[…]
Wij kunnen deze casus als volgt samenvatten: er is geen enkele onderbouwde aanwijzing vanuit het dossier dat de pony [naam] voorafgaand aan de levering problemen zou hebben gehad. De pony heeft geen facetgewrichtsartrose. Ataxie en ruggenmergscompressie kunnen van het ene op het andere moment o.a. door trauma ontstaan en zijn beide niet te antedateren.
3.5.
De deskundigen concluderen dus dat [naam] op het moment van het onderzoek (25 juni 2024) leed aan spinale ataxie met als gevolg onder andere disfunctioneren van het ruggenmerk en problemen in coördinatie, proprioceptie, en in de aansturing van de spieren van de voor- en achterbenen. [naam] leed ten tijde van het onderzoek niet aan artrose. Door deze aandoening was [naam] ten tijde van het onderzoek niet geschikt als sport- en wedstrijdpony. In deze zaak is echter bepalend of [naam] ten tijde van de levering al leed aan deze aandoeningen waardoor hij toen al niet geschikt was voor het doel waarvoor [eiser 1] en [eiser 2] hem kochten. De deskundigen concluderen dat er onvoldoende aanwijzingen zijn om vast te stellen dat [naam] ook ten tijde van de levering al leed aan deze aandoeningen en dus ook onvoldoende aanwijzingen om vast te stellen dat [naam] ten tijde van de levering niet geschikt was als sport- en wedstrijdpony. De aandoeningen waar [naam] aan lijdt kunnen van het ene op het andere moment ontstaan en zijn niet te antedateren.
3.6.
[eiser 1] en [eiser 2] hebben gesteld dat op beelden van voor de levering en van vlak na de levering te zien is dat [naam] kreupel is en dat de kreupelheid op zichzelf [naam] al ongeschikt maakte voor het gebruik waarvoor hij door hen was aangeschaft. Uit de beelden zou dus blijken dat [naam] niet aan de overeenkomst beantwoordde. [eiser 1] en [eiser 2] hebben deze stellingen ook voorgelegd aan de deskundigen als reactie op het conceptrapport. De deskundigen hebben naar aanleiding van de vragen van [eiser 2] en [eiser 1] uitgelegd dat kreupelheid op zichzelf niet de conclusie rechtvaardigt dat [naam] ten tijde van de levering niet beantwoordde aan de overeenkomst. Kreupelheid is namelijk een uiting van een aandoening. De onregelmatigheid op de beelden voorafgaand aan de levering kan worden veroorzaakt door het in disbalans brengen van [naam] door de dochter van [eiser 2] en [eiser 1] die toen op [naam] reed. Dat hun dochter slechts 35 kilo woog, maakt niet dat zij [naam] niet in disbalans kon brengen, aldus de deskundigen. In het rapport staat verder:

Allereerst merken wij nog een keer op dat op 9 december 2022 de pony onder het zadel gereden wordt en er dus een ruiterinvloed kan zijn op de beweging. Vanuit deze video kunnen dus geen conclusies getrokken worden of de pony voor de koop/verkoop een ware onregelmatigheid/kreupelheid liet zien, dan wel dat deze door de amazone geïnduceerd is en dat de geconstateerde onregelmatigheid mogelijk dus op een valse onregelmatigheid berust. Alle andere videofragmenten tonen de pony na de koop. Wij hebben vraag 9 bewust als zodanig geformuleerd, want het gaat nl. om een onderbouwing van datgene wat gesteld wordt en die onderbouwing kan niet gegeven worden. Dat de pony 1 dag na de levering kreupel is geconstateerd aan het rechter voorbeen is natuurlijk heel vervelend voor de koper en ja, met een kreupele pony kan niet gereden worden, maar er zijn legio oorzaken waardoor een paard/pony van het ene op het andere moment (en dus ook na de levering) acuut kreupel kan worden en waarbij de kreupelheid kan persisteren. Zolang er alleen naar symptomen (i.c. kreupelheid) gekeken/gerefereerd wordt en er geen diagnose als oorzaak gesteld wordt waarmee de onderbouwing geleverd wordt, kunnen wij niet anders dan de conclusie trekken zoals we die getrokken hebben.
De conclusie van de deskundigen is dat niet is gebleken dat [naam] ten tijde van de levering een aandoening had waardoor hij niet geschikt was als sport- en wedstrijdpony. De kantonrechter begrijpt dat dit een bijzonder onbevredigende uitkomst is voor [eiser 1] en [eiser 2], omdat zij [naam] feitelijk nooit voor het doel dat zij voor ogen hadden hebben kunnen gebruiken. De kantonrechter heeft echter geen reden te twijfelen aan de juistheid van de conclusies van de deskundigen.
3.7.
Aangezien er onvoldoende aanwijzingen zijn dat [naam] ten tijde van de levering al ziek was, is niet komen vast te staan dat [naam] ten tijde van de levering gebrekkig was en niet voldeed aan wat zij mochten verwachten.
Gevolgen voor de vorderingen van [eiser 1] en [eiser 2]
3.8.
Gelet op het voorgaande kan de kantonrechter niet vaststellen dat [naam] niet beantwoordde aan de overeenkomst. De vorderingen van [eiser 1] en [eiser 2] zullen daarom worden afgewezen.
3.9.
[eiser 1] en [eiser 2] worden in het ongelijk gesteld en moeten daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van [gedaagde] worden begroot op:
- salaris gemachtigde
1.015,00
(2,5 punt × € 406,00)
- nakosten
67,50
(plus de kosten van betekening zoals vermeld in de beslissing)
Totaal
1.082,50
3.10.
[eiser 1] en [eiser 2] hebben het voorschot voor de kosten van het deskundigenonderzoek betaald. Aangezien zij in het ongelijk worden gesteld, krijgen zij dat bedrag niet vergoed. Zij hebben destijds € 5,55 te veel overgemaakt aan de rechtbank. Dit bedrag staat bij de rechtbank in depot en zal na dit vonnis aan hen worden terugbetaald.
4.
De beslissing
De kantonrechter
4.1.
wijst de vorderingen van [eiser 1] en [eiser 2] af,
4.2.
veroordeelt [eiser 1] en [eiser 2] in de proceskosten van € 1.082,50, te betalen, binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met de kosten van betekening als [eiser 1] en [eiser 2] niet tijdig aan de veroordelingen voldoen en het vonnis daarna wordt betekend,
4.3.
verklaart het bepaalde onder 4.2. uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Scheeper en in het openbaar uitgesproken op 5 november 2024.