ECLI:NL:RBOVE:2024:5703

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
31 oktober 2024
Publicatiedatum
4 november 2024
Zaaknummer
11289553 EJ VERZ 24-242
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van salaris, vakantiegeld en transitievergoeding na beëindiging arbeidsovereenkomst tijdens proeftijd

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Overijssel op 31 oktober 2024 uitspraak gedaan in een verzoekschriftprocedure. Verzoeker, vertegenwoordigd door zijn bewindvoerder, heeft een vordering ingesteld tegen De Viszaak Stroinkslanden B.V. naar aanleiding van de beëindiging van zijn arbeidsovereenkomst tijdens de proeftijd. Verzoeker was op 1 mei 2024 in dienst getreden als bedrijfsleider, maar zijn arbeidsovereenkomst werd op 31 mei 2024 opgezegd door De Viszaak. Verzoeker vorderde betaling van zijn salaris over de maand mei, vakantiegeld, opgebouwde vakantiedagen en een transitievergoeding. De vorderingen zijn gespecificeerd en onderbouwd, waarbij rekening is gehouden met een eerder betaald voorschot van € 310,00 netto.

De procedure is gestart met een verzoekschrift dat op 30 augustus 2024 is ingediend. De zitting vond plaats op 21 oktober 2024, waarbij de verzoeker en zijn gemachtigde aanwezig waren, maar De Viszaak niet. De kantonrechter heeft vastgesteld dat De Viszaak ondanks herhaalde verzoeken van verzoeker en zijn bewindvoerder niet heeft gereageerd op de betalingsverzoeken. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de vorderingen van verzoeker gegrond zijn en heeft deze toegewezen. De Viszaak is veroordeeld tot betaling van de gevorderde bedragen, inclusief wettelijke rente en proceskosten. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

De kantonrechter heeft in zijn beoordeling benadrukt dat De Viszaak op de hoogte was van de financiële situatie van verzoeker en dat de vorderingen niet zijn betwist. De wettelijke verhoging is toegewezen vanwege de weigerachtige houding van De Viszaak en het feit dat de vordering zelf niet werd betwist. De beslissing van de kantonrechter is een bevestiging van de rechten van werknemers, vooral in situaties waarin zij onder bewind staan en afhankelijk zijn van tijdige betalingen.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Enschede
Zaaknummer : 11289553 EJ VERZ 24-242
Beschikking van de kantonrechter van 31 oktober 2024
in de zaak van
[bewindvoerder] , h.o.d.n. [bedrijf] ,
zaakdoende te [vestigingsplaats] , in de hoedanigheid van bewindvoerder van [verzoeker] ,
verzoekende partij, hierna te noemen [bewindvoerder] ,
gemachtigde: mr. M. Inan,
tegen
De Viszaak Stroinkslanden B.V.
gevestigd te Haaksbergen,
verwerende partij, verder te noemen De Viszaak,
niet verschenen.

1.De procedure

1.1.
[bewindvoerder] heeft een verzoekschrift met producties ingediend - ontvangen op
30 augustus 2024 - ingevolge artikel 7:686a lid 3 van het Burgerlijk Wetboek (BW).
1.2.
Het verzoek is behandeld op 21 oktober 2024 waar zijn verschenen: de heer
[bewindvoerder] in zijn hoedanigheid van bewindvoerder van [verzoeker] , de heer
[verzoeker] en mr. Inan, die het verzoek heeft toegelicht. Namens De Viszaak is niemand verschenen.

2.De feiten

2.1.
Bij beschikking van 22 januari 2024 zijn de goederen die toebehoren of zullen toebehoren aan [verzoeker] onder bewind gesteld; [bewindvoerder] is aangesteld als bewindvoerder.
2.2.
[verzoeker] , geboren op [geboortedatum] 1968, is op 1 mei 2024 in dienst getreden bij De Viszaak voor de duur van zeven maanden in de functie van bedrijfsleider, voor 40 uur per week. Het salaris bedraagt € 2.800,00 bruto exclusief 8% vakantietoeslag. De CAO Visdetailhandel is van toepassing op de arbeidsovereenkomst.
2.3.
Partijen zijn een proeftijd van één maand overeengekomen. De Viszaak heeft een beroep gedaan op dat beding en heeft de arbeidsovereenkomst op 31 mei 2024 opgezegd.
2.4.
Van het loon, vakantiegeld en transitievergoeding is alleen – als voorschot –
€ 310,00 netto betaald. Er is ondanks herhaald verzoek geen loonstrook verstrekt.
3. Het geschil
3.1.
Het verzoek
[bewindvoerder] verzoekt de kantonrechter om De Viszaak te veroordelen tot betaling van:
  • de transitievergoeding van € 84,00 bruto, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 juli 2024 tot aan de dag van betaling;
  • het netto equivalent van € 4.536,00 bruto minus de reeds € 310,00 netto betaalde voorschotten, voor salaris inclusief vakantiegeld en wettelijke verhoging ex artikel 7:625 lid 1 BW, te vermeerderen met rente;
  • het netto-equivalent van € 401,04 bruto voor opgebouwde vakantiedagen en de wettelijke verhoging daarover ex artikel 7:625 lid 1 BW, te vermeerderen met rente;
  • de buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met rente;
  • de kosten van deze procedure en de nakosten, te vermeerderen met rente.
Ter onderbouwing van het verzoek is het volgende aangevoerd. Ten tijde van de opzegging had [verzoeker] nog niet het salaris voor de maand mei ontvangen, afgezien van een voorschot van € 310,00 netto. Er is ook geen eindafrekening opgemaakt met vakantiegeld, uitbetaling vakantiedagen en transitievergoeding. Het was bij De Viszaak bekend dat [verzoeker] te maken heeft met schulden en dat hij onder bewind staat, en dat hij het salaris dus hard nodig heeft. Ondanks herhaalde verzoeken van [verzoeker] om betaling, zowel via
e-mail als whatsapp, kwam er geen reactie. Na een e-mail van de bewindvoerder heeft De Viszaak geantwoord
Ik wacht op de loonstrook voor de afhandeling salaris. Uiterlijk as dinsdag 18 juni zorg ik dat het geld er is!Op advies van het Juridisch Loket heeft [verzoeker] ook per aangetekende brief om betaling verzocht. De gemachtigde heeft op 16 juli 2024 sommaties gestuurd per mail, brief en aangetekende brief. Tijdens een telefoongesprek op 26 juli is toegezegd om binnen enkele dagen op de zaak terug te komen, maar dat is niet gebeurd. Verdere pogingen tot contact hadden geen resultaat.
In het verzoekschrift zijn de gevorderde bedragen voor de verschillende posten gespecificeerd en toegelicht.

4.De beoordeling

4.1.
De vorderingen voor salaris, vakantiegeld, opgebouwde niet uitbetaalde vakantiedagen en transitievergoeding zijn gespecificeerd en onderbouwd. Deze vorderingen, waarbij rekening is gehouden met de uitbetaling van een voorschot, zullen worden toegewezen.
Wat betreft de wettelijke verhoging is ter zitting nader toegelicht dat de maximale wettelijke vergoeding op zijn plaats is omdat De Viszaak ondanks maandenlange aanmaningen niet betaalt, terwijl de moeilijke financiële situatie van [verzoeker] bekend is en de vordering zelf niet wordt betwist.
[bewindvoerder] en [verzoeker] hebben gebeld, geappt, gemaild en brieven gestuurd. Er is op enig moment betaling toegezegd, maar vervolgens is er niets meer vernomen van De Viszaak. Doordat betaling uitbleef heeft [verzoeker] advies gevraagd bij het Juridisch loket en daarna bij zijn gemachtigde. Door de weigerachtige houding zijn [verzoeker] , de bewindvoerder en de gemachtigde dus al maanden bezig met het innen van het salaris waarvan niet wordt betwist dat het gewoon moet worden betaald.
Gezien deze onderbouwing, waartegen geen verweer is gevoerd, zal de wettelijke verhoging worden toegewezen zoals gevorderd.
De wettelijke rente wordt toegewezen over de transitievergoeding zoals gevorderd.
De wettelijke rente over het netto equivalent van € 4.536,00 bruto minus de reeds
€ 310,00 netto betaalde voorschotten, is toewijsbaar vanaf het moment van opeisbaarheid tot aan het moment van betalen.
De wettelijke rente over het netto equivalent van € 401,04 bruto is toewijsbaar vanaf het moment van opeisbaarheid tot aan het moment van betalen.
Tevens zijn toewijsbaar de incassokosten, bepaald op € 563,00, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 30 augustus 2024 tot aan het moment van betalen.
De Viszaak is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van [bewindvoerder] worden begroot op:
- griffierecht € 248,00
- salaris gemachtigde € 542,00 (2 punt x tarief € 271,00)
- nakosten
€ 135,00
Totaal € 925,00
De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten wordt toegewezen zoals vermeld in de beslissing.

5.De beslissing

Veroordeelt de Viszaak om aan [bewindvoerder] als bewindvoerder van [verzoeker] te betalen:
  • de transitievergoeding van € 84,00 bruto, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 juli 2024 tot aan de dag van betaling;
  • het netto equivalent van € 4.536,00 bruto minus de reeds € 310,00 netto betaalde voorschotten, voor salaris inclusief vakantiegeld en wettelijke verhoging ex artikel 7:625 lid 1 BW, vermeerderd met de wettelijke rente over het te betalen bedrag vanaf het moment van opeisbaarheid tot aan de dag van betaling;
  • het netto-equivalent van € 401,04 bruto voor opgebouwde vakantiedagen en de wettelijke verhoging daarover ex artikel 7:625 lid 1 BW, vermeerderd met de wettelijke rente over het te betalen bedrag vanaf het moment van opeisbaarheid tot aan de dag van betaling;
  • de buitengerechtelijke incassokosten van € 563,00, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 30 augustus 2024 tot aan de dag van betaling.
Veroordeelt De Viszaak in de proceskosten van € 925,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe. Als de Viszaak niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend, dan moet De Viszaak ook de kosten van betekening betalen.
Veroordeelt de Viszaak in de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 Burgerlijk Wetboek over de proceskosten als deze niet binnen veertien dagen na aanschrijving zijn voldaan.
Wijst af hetgeen meer of anders is gevorderd.
Verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. A. Louter, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken door mr. A.M.S. Kuipers, kantonrechter, op 31 oktober 2024.
(RS(O)