Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.Het onderzoek op de terechtzitting
2.De tenlastelegging
,- één of meer bestellingen bij [bedrijf 2] GmbH te doen en daarbij gebruik te maken van (valse) bestelformulieren met daarop de bedrijfsnaam van [bedrijf 5] U.A. (waardoor bij [bedrijf 2] GmbH de indruk werd gewekt dat er bestellingen door [bedrijf 5] U.A. werden gedaan) en/of- daarbij het afleveradres te gebruiken/te wijzigen in [adres 2] (in plaats van [adres 3] zijnde het adres van [bedrijf 5] U.A.);feit 2:
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 21 februari 2018 tot en met 07 maart 2018 te Zutphen, en/of Schiphol althans in Nederland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [bedrijf 1] en/of [bedrijf 3] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten de afgifte van goederen te weten- SSD schijven (Samsung)- mobiele telefoons van het merk Apple,- mobiele telefoons van het merk Samsung en/of- mobiele telefoons van het merk OnePlus(met een totale waarde van 855.610 euro)door zich en/of een of meer mededader(s) zich- in het contact met [bedrijf 1] en/of [bedrijf 3] voor te doen als [naam] , wie zou werken voor [bedrijf 4] (terwijl die [naam] daar niet werkzaam was),- gebruik te maken van de (valse) website [internetsite] en/of een (vals) emailadres[e-mailadres]
, ),),- één of meer bestellingen bij [bedrijf 1] en/of [bedrijf 3] te doen en daarbij gebruik te maken van (valse) bestelformulieren met daarop de bedrijfsnaam van [bedrijf 5] U.A. (waardoor bij [bedrijf 1] en/of [bedrijf 3] de indruk werd gewekt dat er bestellingen door [bedrijf 5] U.A. werden gedaan) en/of- daarbij het afleveradres te gebruiken/te wijzigen in [adres 2] (in plaats van [adres 3] zijnde het adres van [bedrijf 5] U.A.).
3.De bewijsvraag
4.De schade van benadeelde partijen
5.De beslissing
spreekt hem daarvan vrij;
[bedrijf 2] GmbH, (feit 1): in het geheel
niet-ontvankelijkin de vordering tot schadevergoeding, en bepaalt dat de benadeelde partij de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
[bedrijf 1], (feit 2): in het geheel
niet-ontvankelijkin de vordering tot schadevergoeding, en bepaalt dat de benadeelde partij de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;