3.5De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de opgegeven bewijsmiddelen, waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het primair ten laste gelegde feit heeft begaan, met dien verstande dat:
hij op 27 mei 2023 te Basse in de gemeente Steenwijkerland als verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto), komende vanuit de richting Oldemarkt en gaande in de richting van Steenwijkerwold, daarmee rijdende over de weg, de Oldemarktseweg, aanmerkelijk onvoorzichtig, onoplettend en onachtzaam heeft gereden, hierin bestaande dat verdachte,
- terwijl verdachte ter plaatse (zeer) bekend was en
- terwijl het donker was en
- terwijl het zicht van verdachte ter plaatse niet werd belemmmerd, beperkt of gehinderd, en
- terwijl hij reed op een (nagenoeg) recht weggedeelte van de Oldemarktseweg en tegemoetkomend verkeer reeds op korte afstand was genaderd en
- terwijl deze weg een (provinciale) N-weg was, waarbij de rijbanen van elkaar zijn gescheiden door een dubbele doorgetrokken streep
- onvoldoende heeft opgelet op het overige verkeer en
- een voor hem rijdende personenauto gevaarlijk heeft ingehaald en (namelijk)
- in strijd met artikel 3 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 niet aan zijn verplichting heeft voldaan zoveel mogelijk rechts te houden en
- in strijd met het gestelde in artikel 76 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (dubbele)doorgetrokken strepen, die zich niet langs de rand van de rijbaanverharding bevonden, heeft overschreden en zich met het door hem bestuurde voertuig gedeeltelijk links van die doorgetrokken strepen, heeft bevonden en
- gedeeltelijk rijdend op die voor het tegemoetkomend verkeer bestemde rijstrook van die weg (de Oldemarktseweg) in aanrijding is gekomen met een op die voor het tegemoetkomend verkeer bestemde rijstrook rijdend, toen dicht genaderd zijnde bestuurder van een motorrijtuig (motor) ,en aldus zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden waardoor aan een ander (te weten [slachtoffer]) zwaar lichamelijk letsel werd toegebracht.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.