9.De beslissing
- verklaart bewezen dat verdachte het onder 1 primair en 2 ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1 primair
het misdrijf: medeplegen van poging tot doodslag;
feit 2
het misdrijf: handelen in strijd met artikel 26, eerste lid van de Wet Wapens en Munitie, meermalen gepleegd;
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 1 primair en 2 bewezen verklaarde;
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
42 (tweeënveertig) maanden;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
- wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer] toe tot een bedrag van
€ 1.820,-- (bestaande uit € 320,-- materiële schade en € 1.500,-- immateriële schade);
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij van een bedrag van
€ 1.820,--, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 2 februari 2024;
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van het onder 1 primair bewezen verklaarde feit tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 1.820,--, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 2 februari 2024 ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 28 dagen kan worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- bepaalt dat de benadeelde partij voor een deel van € 8.500,-- niet-ontvankelijk is in de vordering, en dat de benadeelde partij de vordering voor dat deel slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.H. Meijer, voorzitter, mr. P.A.M. Miltenburg en
mr. I. Piksen, rechters, in tegenwoordigheid van M.M. Greven-Diepenmaat, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 10 september 2024.
Buiten staat
Mr. G.H. Meijer is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland met nummer ON2R024007 (Aldan24). Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer] van 2 februari 2024 (pag. 328 tot en met pag. 330 en de bijgevoegde afbeeldingen op pag. 331 tot en met pag. 334), onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 2 februari 2024 bevond ik mij in de woning aan de [adres 1] in [plaats 2] . Ik ging naar buiten om de fiets binnen te zetten. Ik zag een DHL bezorger en vroeg waar de man moest zijn. Hij zei ‘hier, bij nummer [nummer 1] . De bezorger ging zonder te vragen de woning in. Opeens begon hij vol te vechten met mij. Dat was een gevecht tussen hem en mij zonder wapens. Hij heeft mij geslagen en hij raakte mij een paar keer op mijn hoofd. De spiegel viel door de worsteling op de grond. Ik zag dat hij een stuk glasscherf van de spiegel pakte. Met dat stuk glasscherf stak hij mij in mijn hoofd, bij mijn slaap links.
Het proces-verbaal van aanvullend verhoor aangever [slachtoffer] van 3 juni 2024 (pag. 335 tot en met pag. 339), onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
De aangetroffen bivakmuts in de woning is van die jongen. Tijdens de worsteling probeerde hij wat uit zijn jaszak te pakken.
Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, onder 4° Sv, betreffende een forensische medische letselrapportage van forensisch arts N. Dankerluit van 31 mei 2024 (pag. 352 tot en met pag. 361 en de bijgevoegde bijlagen op pag. 362 tot en met pag. 370), onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
Letsel C
Ter hoogte van de linkerslaap bevindt zich een enkelvoudige, scherp begrensede, lineaire huiddoorbreking met korstvorming, roodbruin van kleur, voorzien van drie hechtingen, met een geschatte grootte van circa 3 cm bij 2 cm. Rondom deze huiddoorbreking is een, niet scherp begrensde, rode huidverkleuring.
3F.3. De forensische bespiegeling toegepast op de casus
In deze casus is het letsel gelokaliseerd aan de linkerzijde van het aangezicht t.h.v. de slaap, waarbij het scherpe of puntige geweld doorgedrongen is tot en met minstens de arteria temporalis. Deze geweldsinwerking heeft geleid tot een doorklieving van een middelgrote lichaamsslagader, namelijk de arteria temporalis. Het is belangrijk te vermelden dat dit traumamechanisme, veroorzaakt door puntig en/of scherprandig geweld, dieper kan doordringen en ook andere nabijgelegen structuren in het hoofd-halsgebied kan raken, zoals de nervus facialis, het oog of de halslagader. In dit geval is de arteria temporalis doorkliefd. Dat betekent dat een bloeding aan de arteria temporalis minder acuut of ernstig is dan een bloeding aan de arteria carotis. Echter hebben de ondergetekenden één casus gevonden in de literatuur waarbij een geïntoxiceerd slachtoffer is overleden aan dit type letsel.
Hoewel het zeldzaam is, is het mogelijk om te verbloeden als gevolg van letsel aan de arteria
temporalis, indien er niet tijdig of adequaat ingegrepen wordt.
Een proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 1] van 3 februari 2024 (pag. 318 - 319), onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 2 februari 2024 kreeg ik het verzoek te gaan naar de [adres 1] te [plaats 2] .
Toen ik ter plaatse kwam hoorde ik dat [slachtoffer] zei dat er iemand van DHL pakketbezorging aan de deur stond en opeens in de gang stond. Vervolgens zou de bezorger uit het niets zijn begonnen te vechten. Tijdens deze worsteling zou hij met een mes in zijn slaap zijn gestoken waarna hij hevig begon te bloeden.
Een proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 2] van 3 februari 2024 (pag. 321), onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 2 februari 2024 was ik ter plaatse bij de [adres 1] . Ik werd gewenkt door een man. Hij had een man voorbij zien rennen in een rood/roze jas wat leek op de DHL. Hij vertelde dat hij had gezien dat de man in een Toyota stapte met kenteken [kenteken] .
Een proces-verbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 3] en [verbalisant 4] van
3 februari 2024 (pag. 322 tot en met pag. 324), onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
Wij, verbalisanten, hebben het voertuig met kenteken [kenteken] een stopteken gegeven. Wij hielden aan als verdachten: [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [code 2] .
Een proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 5] van 5 februari 2024 (pag. 53 en een afbeelding op pag. 54), onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ik, verbalisant, heb [code 2] geïdentificeerd als [verdachte] , geboren te [geboorteplaats 1] op [geboortedatum 1] 2002 en wonende [woonplaats] .
Een proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 6] van 2 februari 2024 (pag. 326), onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ik, verbalisant, heb na de aanhouding in het voertuig Toyota en type Yaris in de kleur
grijs, met het kenteken [kenteken] gekeken. Ik zag dat op de achterbank een tweetal telefoons lagen. Ik verbalisant zag dat op de grond bij de passagiersplek een jas of vest lag met de kleuren rood, geel en zwart. Ik verbalisant herkende dit als zijnde de kleuren van de
bezorgdienst van DHL.
Een proces-verbaal forensisch onderzoek voertuig (Toyota [kenteken] ) van verbalisanten [verbalisant 7] en [verbalisant 8] van 27 februari 2024 (pag. 557 tot en met 562 en afbeeldingen pag. 563 tot en met 571), onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
Wij, verbalisanten, zagen dat het een grijze Toyota Yaris betrof met kentekenplaten
[kenteken] . Wij zagen voor de stoel van de bijrijder kledingstukken liggen. Wij troffen twee zwarte handschoenen aan. Wij zagen een rode substantie op de bovenzijde. Tevens lag hier een jas met de kleuren en de reclame van DHL. Op de as zaten meerdere rode vlekken. In de rechterzak troffen wij een vuurwapen aan. Aan de linkerzijde van de loop lazen wij de tekst “Blow mini 22ibi.says. 04-2200573 cal. 9mm. P.A.K.”.
Onder de bijrijdersstoel zagen wij een leren tasje. In dit tasje troffen wij een vuurwapen aan. Aan de linkerzijde van de loop van dit vuurwapen lazen wij de tekst: “Zoraki MOD 914-TD AUTO ZRCW103 2007-00277. In het tasje zat onder andere een ROC pas op naam van [verdachte] .
Een proces-verbaal vooronderzoek lab van verbalisanten [verbalisant 9] en [verbalisant 10], van 18 maart 2024 (pag. 603 tot en met 614 en afbeeldingen pag. 615 tot en met 618), onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
Onderzoek vuurwapen met SIN [code 3]
Tijdens het ingestelde onderzoek werd door ons het navolgende bevonden en waargenomen:
Wij zagen dat het een zilverkleurig/zwart gekleurd op een vuurwapen gelijkend voorwerp van het merk 'BLOW' en met de indrukken 'MINI 9' en 'Cal. 9mm. P.A.K.' betrof, vanaf heden vuurwapen genoemd.
Ik, verbalisant [verbalisant 10], heb de trekker bloedontwijkend bemonsterd op humane
biologische sporen. Ik, verbalisant [verbalisant 9], heb het spoor veiliggesteld, gewaarmerkt met SIN [code 1] , verpakt en verzegeld.
Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, onder 4° Sv, een rapport DNA-onderzoek naar aanleiding van een steekincident in [plaats 2] op 2 februari 2024 van ing. [verbalisant 11] van 1 mei 2024 (pag. 622 tot en met 629), onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
[Afbeelding]
SIN [code 1] #01 bloedontwijkend trekker (tb-)
[code 1] #01 (bloedontwijkend trekker (tb- )
Voor deze bemonstering is de bewijskracht ten aanzien van verdachte [verdachte] en ten aanzien van [naam 1] berekend. Hierbij is aangenomen dat de bemonstering DNA bevat van twee personen.
Ten aanzien van verdachte [verdachte]
DNA-mengprofiel [code 1] #01 is meer dan 1 miljard keer waarschijnlijker wanneer het DNA afkomstig is van verdachte [verdachte] en een willekeurige onbekende persoon, dan wanneer het DNA afkomstig is van twee willekeurige onbekende personen.
Ten aanzien van [naam 1]
DNA-mengprofiel [code 1] #01 is meer dan 1 miljard keer waarschijnlijker wanneer het DNA afkomstig is van [naam 1] en een willekeurige onbekende persoon, dan wanneer het DNA afkomstig is van twee willekeurige onbekende personen.
Een proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 12] van 12 februari 2024 (pag. 648 tot en met pag. 656), onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 12 februari 2024 heb ik onderzoek verricht aan een, in beslag genomen, Apple iPhone
13 mini. Deze Apple iPhone 13 mini werd op 3 februari 2024 in beslag genomen onder verdachte: [medeverdachte 2] , geboren op [geboortedatum 2] 2005 te [geboorteplaats 2].
De gebruiker van de Apple iPhone 13 mini, op vrijdag 2 februari 2024 omstreeks 19:34 uur, de afrit Shell A1 [locatie 2] nam en, voorbij het pompstation, omstreeks 19:35 uur tot stilstand kwam. De gebruiker van de Apple iPhone 13 mini, ongeveer 7 minuten, stil stond voorbij het pompstation. De gebruiker van de Apple iPhone 13 mini, op vrijdag 2 februari 2024 omstreeks 19:42, uur weer in beweging kwam en de toerit naar de A1 nam. De gebruiker van de Apple iPhone 13 mini, op vrijdag 2 februari 2024 omstreeks 20:20 uur, de afrit
A35 richting de Deldenerstraat te Hengelo (O) nam.
De gebruiker van de Apple iPhone 13 mini zich, op vrijdag 2 februari 2024 omstreeks 20:36 uur, rondom het plaats delict, gelegen aan de [adres 1] bevond.
Een proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 13] van 6 februari 2024 (pag. 660 tot en met pag. 662 met bijlagen pag. 663 tot en met pag. 762), onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 6 februari 2024, was ik belast met het onderzoek naar de telefoon van verdachte [medeverdachte 1] . Het onderzoek vond plaats aan de volgende telefoon: Samsung Galaxy A13.
In de telefoon is een snapchat groep te zien, welke werd opgericht op 2 februari 2024 om 16:34 uur. In de snapchat groep zitten de volgende deelnemers:
[accountnaam 2]
[accountnaam 3]
[accountnaam 1]
[accountnaam 4] (oprichter) [medeverdachte 1]
[accountnaam 5]
Verdachte [medeverdachte 1] maakt gebruik van snapchat onder de volgende naam: [accountnaam 4] .
Pagina 7 en 8:
[accountnaam 2] 2-2-2024 16:44 uur vraagt: wie gaat die “P”, “Die boy” gaat ophalen.
Pagina 31:
[accountnaam 1] 2-2-2024 17:16 uur stuurt de volgende locatie: “ [adres 2] [plaats 1] ”. Hij zegt vervolgens: “Kom daar, is tanki op snellie".
Pagina 70:
[accountnaam 1] 2-2-2024 18:40 uur: “ [adres 1] [plaats 2] ”
Pagina 71:
[accountnaam 2] 2-2-2024 18:40 uur: "Daar moet die naartoe”?
[accountnaam 1] 7 2-20-2024 18:40 uur: “Ja”.
Alle bovenstaande tijdstippen zijn gebaseerd op de tijdzone UTC+0. Dit houdt in dat er bij alle bovenstaande tijdstippen +1 uur moet worden gerekend.
Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 14] van 18 maart 2024 (pag. 831 tot en met pag. 842), onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
Door mij, verbalisant is tussen vrijdag 15 maart 2024 en maandag 18 maart 2024 onderzoek gedaan naar de data welke is veiliggesteld van het navolgende goed:
Apple iPhone 11 met Imeinummer [nummer 2]. Deze Apple iPhone werd op 7 maart 2024 in beslag genomen onder verdachte [naam 1] .
Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 15] van 28 februari 2024 (pag. 823 tot en met 829), zakelijk weergegeven, inhoudende:
Onderzoek gebruiker [accountnaam 1]
In de groeps-chat uit de telefoon van [naam 5] blijkt dat 1 van de chat-leden ‘ [accountnaam 1] ’ genaamd is. De letters en cijfers van deze naam komen overeen met de identiteitsgegevens van [naam 1] , geboren op [geboortedatum 3] 2001.
[naam 1] : afkorting van [naam 1]
: afkorting van vermoedelijk [naam 1]
[geboortedatum 3] : geboortedag.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 2] van 7 februari 2024 (pag. 161 tot en met 170), zakelijk weergegeven, inhoudende:
Ik werk als snorder en moest op 2 februari 2024 een ritje doen. Ik heb de man opgehaald bij het Tankstation [locatie 2] . Vlak voordat wij in [plaats 2] waren trok hij een jas aan.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 1] van 7 februari 2024 (pag. 227 tot en met 231), zakelijk weergegeven, inhoudende:
[medeverdachte 2] is een snorder en moest op 2 februari 2024 een rit doen. We hebben de man opgehaald bij een tankstation in [plaats 1]. De man moest naar [plaats 2] . Hij zat op de bijrijdersstoel. Hij had een tas en een jas bij zich. Op mijn telefoon is een snapchat groep aangetroffen. [medeverdachte 2] moest er in voor de locatie om daar naar toe te rijden. De [adres 1] in [plaats 2] . Hij heeft ingelogd op mijn telefoon sdvandeo. In de snapchat groep wordt gesproken over wie gaat die boy ophalen. Dat gaat over [verdachte] . Toen we [verdachte] ophaalden bij de parkeerplaats was hij met een dikkere man met een moedervlek bij zijn oog, en een beetje krullen. Hij was bruin. De man was daar met een witte Golf.
Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 16], van 30 april 2024, (pagina’s 843 tot en met 849), onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
De Apple Iphone 11 van [naam 1] is door verbalisanten van het onderzoek Bichon
inbeslaggenomen. Op 30 april 2024 heb ik de gegevens van de Apple Iphone 11 van [naam 1] onderzocht met hulp van het software programma Cellebrite Reader.
Vrijdag 2 februari 2024 van 19.21.51 uur t/m 19.43.25 uur (UTC +1)
De telefoon bevond zich aan parkeerplaats [locatie 2] aan de A1.
Een proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 16] van 31 mei 2024 (pag. 306, 850 tot en met 867), onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
Opmerking verbalisant
Tijdens het verhoor van [medeverdachte 1] op 4 februari 2024 te 11.00 uur werden hem een aantal vragen gesteld over het moment dat hij [verdachte] had opgehaald op de parkeerplaats.
[medeverdachte 1] verklaarde dat [verdachte] samen was met een wat dikkere man die een moedervlek bij zijn oog had, bruin was en een beetje krullen had. Dit komt overeen met het signalement
van [naam 1]
[Afbeelding]
Een proces-verbaal van verhoor getuige [betrokkene 1] van 26 februari 2024 (pag. 502 tot en met 506), onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ik heb op 2 februari 2024 een bivakmuts gevonden in mijn woning.
Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, onder 4° Sv, een rapport DNA-onderzoek naar aanleiding van een steekincident in [plaats 2] op 2 februari 2024 van ing. [verbalisant 11] van 8 mei 2024 (pag. 488 tot en met 491), onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, onder 4° Sv, een rapport onderzoek naar biologische sporen en DNA-onderzoek naar aanleiding van een steekincident in [plaats 2] op 2 februari 2024 van [verbalisant 17], MSc LLM van 16 mei 2024 (pag. 462 tot en met 469), onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
Forensische Opsporing Politie Eenheid Oost-Nederland heeft verzocht om schaar [code 4] te onderzoeken op de aanwezigheid van humane biologische sporen en DNA.
[Afbeelding]
[Afbeelding]
[Afbeelding]
[Afbeelding]
[Afbeelding]
[Afbeelding]
DNA-mengprofiel [code 4]#01 is meer dan 1 miljard keer waarschijnlijker wanneer het DNA afkomstig is van slachtoffer [slachtoffer] en een willekeurige onbekende persoon, dan wanneer het DNA afkomstig is van twee willekeurige onbekende personen.
Het proces-verbaal ter terechtzitting van 27 augustus 2024, voor zover, zakelijk weergegeven, inhoudende de verklaring van verdachte:
Op 2 februari 2024 heb ik eerst twee pakketten met elk een vuurwapen opgehaald. Toen ben ik bij het tankstation afgezet en ingestapt bij een snorder. Ik heb de twee vuurwapens meegenomen. Ik ben afgezet bij de [adres 1] in [plaats 2] . Ik had handschoenen aan en voordat ik naar de woning ben gelopen heb ik een DHL jas aangetrokken.
In de woning heeft er een worsteling plaatsgevonden tussen [slachtoffer] en mij. Ik heb [slachtoffer] gestoken met een scherf van de spiegel. Dat steken heb ik wel met kracht gedaan. Het was een grote scherf van duim tot wijsvinger (de rechtbank schat 10 centimeter). Ik ben gevlucht en ben weer bij de snorder gestapt.
Een proces-verbaal onderzoek wapen verbalisant [verbalisant 18] van 6 februari 2024 (pag. 572 en met afbeeldingen pag. 573 tot en met pag. 575);
Een proces-verbaal onderzoek wapen verbalisant [verbalisant 18] van 6 februari 2024 (pag. 576 tot en met pag. 577 en met afbeeldingen pag. 578 tot en met pag. 582);
De bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 27 augustus 2024.