ECLI:NL:RBOVE:2024:4700
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vaststelling van de wijze van verdeling van de nalatenschap tussen erfgenamen
In deze zaak, die voor de Rechtbank Overijssel is behandeld, gaat het om de verdeling van de nalatenschap van de ouders van partijen, waarbij [partij A] en [partij B] als erfgenamen optreden. De ouders zijn beiden overleden en de nalatenschap is positief. Partijen hebben de nalatenschap van hun vader zuiver aanvaard, maar zijn er niet in geslaagd om de nalatenschap in onderling overleg te verdelen. De rechtbank heeft eerder tussenvonnissen gewezen en na deskundigenonderzoek is nu een eindvonnis gewezen waarin de wijze van verdeling wordt gelast.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de nalatenschap twee panden omvat, gelegen aan [adres 1] en [adres 2]. Partijen zijn het erover eens dat deze panden afzonderlijk in de verdeling moeten worden betrokken. De rechtbank heeft de waarde van de panden vastgesteld op respectievelijk € 267.000,00 en € 183.000,00. Daarnaast zijn er vorderingen van de nalatenschap op beide partijen vastgesteld, waaronder een gebruiksvergoeding voor de oogmeetkamer die door [partij A] wordt gebruikt en een lening van [partij B] aan de nalatenschap.
De rechtbank heeft de wijze van verdeling gelast, waarbij het pand aan [adres 1] aan [partij B] wordt toebedeeld en het pand aan [adres 2] aan [partij A]. De kosten van de splitsing en de notariële akte komen voor rekening van beide erfgenamen. De proceskosten worden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. Dit vonnis is gewezen door D.N.R. Wegerif en is openbaar uitgesproken op 4 september 2024.