ECLI:NL:RBOVE:2024:4678
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Loonsanctie opgelegd door UWV onterecht; werkgever niet correct vastgesteld
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, op 4 september 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen Payroll Select Retail Services B.V. en het UWV. Het UWV had eiseres, Payroll Select Retail Services B.V., een loonsanctie opgelegd omdat zij volgens het UWV niet had voldaan aan de re-integratieverplichtingen van haar (ex-)werknemer. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de loonsanctie ten onrechte aan eiseres was opgelegd, omdat zij niet de in artikel 25 van de Wet WIA bedoelde werkgever was van de werknemer. De werknemer was op het moment van zijn ziekmelding in dienst van Payroll Select Payroll B.V. (PSP), en niet van eiseres. De rechtbank heeft het beroep van eiseres gegrond verklaard, het bestreden besluit vernietigd en het primaire besluit van het UWV herroepen, waardoor de loonsanctie vervalt.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er sprake was van een administratieve en arbeidsrechtelijke scheiding tussen eiseres en PSP, ondanks dat beide bedrijven deel uitmaken van hetzelfde concern. De rechtbank oordeelde dat het UWV onvoldoende had onderbouwd dat eiseres de juiste werkgever was en dat de loonsanctie niet in stand kon blijven. De rechtbank heeft ook opgemerkt dat het UWV een onderzoeksplicht heeft ten aanzien van de als werkgever aan te schrijven rechtspersoon, vooral gezien het belastende karakter van het besluit.
De uitspraak heeft geleid tot de conclusie dat het UWV het griffierecht aan eiseres moet vergoeden en dat eiseres recht heeft op een vergoeding van haar proceskosten, die in totaal € 2.374,- bedraagt. De rechtbank heeft de beslissing openbaar uitgesproken en partijen geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.