ECLI:NL:RBOVE:2024:4472

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
9 augustus 2024
Publicatiedatum
21 augustus 2024
Zaaknummer
C/08/317450 / FA RK 24-1672
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toestemming voor verhuizing van kinderen en inschrijving op scholen in nieuwe woonplaats

In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 9 augustus 2024 uitspraak gedaan in een verzoek van de moeder om vervangende toestemming voor verhuizing met haar kinderen naar een nieuwe woonplaats. De rechtbank verleent de moeder toestemming om te verhuizen, maar wijst het verzoek om vervangende toestemming voor de inschrijving van de kinderen op scholen in de nieuwe woonplaats af. De rechtbank overweegt dat de ouders, na hun echtscheiding, samen de zorg voor de kinderen hebben en dat de verhuizing niet in het belang van de kinderen is, gezien de afstand tot de vader en de impact op de zorgregeling. De moeder heeft onvoldoende overleg gepleegd met de vader over de verhuizing en de schoolkeuze, wat de rechtbank als problematisch beschouwt. De rechtbank benadrukt het belang van goede communicatie tussen de ouders en het belang van de kinderen in deze situatie. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad, wat betekent dat de moeder met de kinderen mag verhuizen, ook als de vader in hoger beroep gaat tegen deze beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Familierecht
locatie Zwolle
zaaknummer: C/08/317450 / FA RK 24-1672
Beschikking van 9 augustus 2024
in de zaak van:
[de moeder] ,
wonende in [woonplaats 1] ,
hierna te noemen: de moeder,
verzoekster,
advocaten mr. M.E.R. van Herpen en mr. J.H. Evekink,
tegen
[de vader] ,
wonende in [woonplaats 2] ,
hierna te noemen: de vader,
verweerder,
advocaat mr. R.H. Broeksema.

1.De procedure

1.1.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de volgende stukken:
  • het verzoekschrift van de moeder met bijlagen, binnengekomen op 5 juli 2024;
  • de brief van mr. Van Herpen met bijlagen, binnengekomen op 1 augustus 2024;
  • de brief van mr. Broeksema met bijlagen, binnengekomen op 1 augustus 2024;
  • de brief van mr. Broeksema met bijlagen, binnengekomen op 2 augustus 2024;
1.2.
Het verzoek is besproken tijdens de mondelinge behandeling achter gesloten deuren op 6 augustus 2024. Daarbij waren aanwezig:
  • de moeder, bijgestaan door haar advocaten,
  • de vader, bijgestaan door zijn advocaat,
  • M. Bruggink, namens de raad voor de kinderbescherming (hierna: de raad).
1.3.
De rechtbank heeft op 5 augustus 2024 afzonderlijk van elkaar met [minderjarige 1] en [minderjarige 2] gesproken.

2.De feiten

2.1.
De ouders zijn met elkaar getrouwd geweest. De rechtbank heeft bij beschikking van
8 februari 2024 de echtscheiding tussen de ouders uitgesproken. Bij die beschikking is de inhoud opgenomen van het door beide partijen ondertekende echtscheidingsconvenant, ouderschapsplan en de van het echtscheidingsconvenant afwijkende afspraken zoals vermeld in de mailwisselingen van partijen.
2.2.
Op 27 februari 2024 is de echtscheiding van de ouders ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand van de gemeente Olst-Wijhe.
2.3.
De ouders hebben samen de volgende kinderen:
[minderjarige 1], geboren te
[geboorteplaats 1]op [geboortedatum 1] 2012,
[minderjarige 2], geboren te
[geboorteplaats 2]op [geboortedatum 2] 2014.
2.4.
[minderjarige 1] en [minderjarige 2] hebben hun hoofdverblijfplaats bij de moeder.
2.5.
De ouders hebben samen het gezag over [minderjarige 1] en [minderjarige 2] . Dat betekent dat zij samen de belangrijke beslissingen over de kinderen moeten en mogen nemen.

3.Het verzoek

3.1.
De moeder verzoekt de rechtbank om bij beschikking, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
a. aan de moeder vervangende toestemming te verlenen voor de verhuizing van [minderjarige 1]
, geboren op [geboortedatum 1] 2012 te [geboorteplaats 1] (12 jaar) en [minderjarige 2] , geboren op
[geboortedatum 2] 2014 te [geboorteplaats 2] (9 jaar) met de moeder naar [plaats 1] , en de kinderen aldaar in de gemeente [gemeente] in te schrijven, waarbij de uitspraak van de rechtbank in de
plaats treedt van de toestemming van de vader indien zijn medewerking uitblijft binnen 48 uur na datum van afgifte van de beschikking;
aan de moeder vervangende toestemming te verlenen voor de inschrijving van [minderjarige 1]
op [locatie 1] te [plaats 1] en [minderjarige 2] op de [locatie 2] te [plaats 1] ,
waarbij de uitspraak van de rechtbank in de plaats treedt van de toestemming van de vader indien zijn medewerking uitblijft binnen 48 uur na datum van afgifte van de beschikking.
3.2.
De moeder voert daartoe, kort samengevat, aan dat zij inmiddels anderhalf jaar een duurzame relatie met haar partner heeft. Haar partner heeft drie kinderen. Hun moeder woont in [plaats 1] en zij gaan in [plaats 1] naar school. Als de moeder en haar partner samen in [plaats 1] gaan wonen kan haar partner 50 procent in plaats van de huidige 40 procent van de zorg voor de kinderen op zich nemen. Zowel [minderjarige 1] als [minderjarige 2] moeten na de zomervakantie van school wisselen. In de omgeving van [plaats 1] heeft de moeder goede en passende scholen voor de kinderen gevonden. De zorgregeling tussen de vader en de kinderen hoeft door de verhuizing niet te veranderen. De afstand tussen de vader en de kinderen wordt slechts met tien minuten vergroot. De kinderen kunnen hun huidige vriendjes en vriendinnen blijven zien omdat de afstand tot [woonplaats 1] beperkt is, de moeder zal daarin faciliteren. Door de verhuizing heeft de moeder een groter sociaal vangnet en ook is de woning in [plaats 1] financieel voordeliger voor haar. [minderjarige 1] en [minderjarige 2] kijken er naar uit om meer tijd door te brengen met de kinderen van haar partner en zij zijn blij met het grotere huis, aldus de moeder.

4.Het verweer

4.1.
De vader is het hier niet mee eens. Hij vindt dat de verzoeken van de moeder moeten worden afgewezen.
4.2.
De vader voert daartoe, kort samengevat, aan dat de verhuizing niet in het belang van de kinderen is. Er is sinds de scheiding al veel veranderd in het leven van de kinderen. Zij zijn kwetsbaar en een bijkomende verhuizing is schadelijk voor hen. De kinderen zijn geworteld in [woonplaats 1] en willen daar blijven. [minderjarige 2] krijgt in [plaats 1] geen eigen kamer. Daarnaast maakt de verhuizing de wens van de vader om in de toekomst co-ouderschap te hebben onmogelijk als de kinderen in [plaats 1] wonen en daar naar school gaan. Het is al langer bekend dat het ook een wens van de kinderen is om de vader vaker te zien. De verhuizing is niet noodzakelijk en niet goed doordacht. De communicatie tussen partijen is uitermate broos. De moeder heeft niet met de vader overlegd over de verhuizing en passeert hem vaker als gezaghebbende ouder.
4.3.
Over de scholen waren al andere afspraken gemaakt. [minderjarige 1] zou in [plaats 2] naar school gaan, waar ook bekenden van hem naar toe gaan. Dit was ook al met [minderjarige 1] besproken. [minderjarige 2] zou naar de [locatie 3] in [plaats 3] gaan, de voormalige school van [minderjarige 1] . Met de scholen in [plaats 1] is het voor de vader niet mogelijk de huidige zorgregeling te handhaven en in de toekomst uit te breiden.

5.De mening van [minderjarige 1] en [minderjarige 2]

5.1.
[minderjarige 1] en [minderjarige 2] hebben aan de rechtbank verteld dat zij liever niet willen verhuizen. [minderjarige 1] zou een week-op-week-af-regeling met de vader en de moeder het fijnst vinden. Hij vindt het jammer dat het door de verhuizing niet doorgaat dat hij in [plaats 2] naar school gaat. [minderjarige 2] vindt het jammer dat zij in het nieuwe huis haar kamer moet delen met de dochter van de nieuwe partner van haar moeder.

6.Het advies van de raad

6.1.
De raad heeft geadviseerd de verzoeken van de moeder af te wijzen. Er is veel veranderd in het leven van de kinderen. Zij zijn geconfronteerd met de breuk van hun ouders en vervolgens heel snel met de nieuwe partner van de moeder en zijn kinderen en inmiddels ook met de nieuwe partner van de vader en haar kinderen. De raad vraagt zich af waar het belang van de kinderen was in deze achtbaan. De kinderen zijn kwetsbaar. Met de verhuizing komt de behoefte aan meer contact met de vader onder druk. De raad vindt het daarom in het belang van de kinderen dat een pas op de plaats wordt gemaakt. De ouders moeten eerst investeren in hun onderlinge communicatie.

7.De beoordeling

7.1.
Op grond van artikel 1:253a lid 1 Burgerlijk Wetboek (BW) kan een geschil zoals dit, over de uitoefening van het gezamenlijke gezag, op verzoek van de ouders of van één van hen aan de rechter worden voorgelegd. De rechter neemt een zodanige beslissing als hem in het belang van het kind wenselijk voorkomt. Bij de beoordeling moet de rechter volgens vaste rechtspraak aan de hand van alle omstandigheden van het geval de belangen van alle betrokkenen in aanmerking nemen en afwegen. Het belang van het kind staat hierbij voorop. Dat neemt niet weg dat, afhankelijk van de omstandigheden, andere belangen zwaarder kunnen wegen.
7.2.
De rechtbank stelt voorop dat de wijze waarop de moeder de verhuizing en de communicatie daarover heeft aangepakt niet de schoonheidsprijs verdienen, hetgeen haar valt aan te rekenen. De moeder heeft samen met haar nieuwe partner eerst een nieuwe woning in [plaats 1] gekocht, dit vervolgens aan de kinderen verteld en pas hierna aan de vader medegedeeld. Met de wetenschap dat de vader zich tegen de verhuizing verzette, heeft de moeder het huis in [woonplaats 1] vervolgens verkocht. Gelet op het belang van de kinderen en vanuit haar rol als ouder met gezamenlijk gezag had anders van haar mogen worden verwacht. De aanpak van de moeder heeft ertoe geleid dat de kinderen zijn geconfronteerd met grote onzekerheid over waar zij gaan wonen en dat zij nu in de zomervakantie nog steeds niet weten waar zij na de vakantie naar school gaan. De rol van de vader als medebeslisser over de kinderen heeft de moeder miskend.
7.3.
De rechtbank neemt bij de verzoeken van de moeder in aanmerking dat het een verhuizing van [woonplaats 1] naar [plaats 1] betreft en dat de moeder wil dat de kinderen ook in [plaats 1] naar school gaan. De vader woont in [woonplaats 2] . De afstand van [woonplaats 1] naar [woonplaats 2] is ongeveer 20 autominuten, 15 kilometer. De afstand van [plaats 1] naar [woonplaats 2] is ongeveer 30 autominuten, 32 kilometer. Op dit moment geldt een zorgregeling waarbij de kinderen één weekend per veertiendagen en de helft van de vakanties en feestdagen bij de vader verblijven. De vader heeft de wens deze regeling uit te breiden. [minderjarige 1] heeft kort na de scheiding, en in deze procedure opnieuw, aangegeven dat hij vaker bij zijn vader wil zijn.
7.4.
De rechtbank kan vanuit het perspectief van de moeder begrijpen dat zij het belang heeft om samen met haar partner in [plaats 1] een gezinsleven op te bouwen. Zij heeft haar huis in [woonplaats 1] al verkocht en samen met haar partner een nieuwe woning in [plaats 1] gekocht.
7.5.
Met betrekking tot het belang van de man en de kinderen om regelmatig contact met elkaar te hebben en te behouden, overweegt de rechtbank dat op grond van artikel 1:247 lid 4 BW een kind recht heeft op een gelijkwaardige verzorging en opvoeding door beide gezagsouders, ook na het uiteengaan van de ouders. De vader en [minderjarige 1] hebben aangegeven de wens te hebben voor een meer gelijkwaardige verdeling. [minderjarige 1] wil vaker bij zijn vader zijn. De rechtbank acht de vrees van de man dat zijn rol in het leven van de kinderen met de verhuizing van de kinderen naar [plaats 1] , waarbij zij ook in [plaats 1] op school zullen zitten, gegrond. Te verwachten is dat in dat geval nakoming van de zorgregeling en uitbreiding daarvan op termijn steeds lastiger zal zijn. Nu al is onduidelijk of de vader de kinderen op maandagochtend nog wel naar hun scholen in [plaats 1] kan brengen. Naarmate de kinderen ouder worden zal hun (sociale) leven zich ook steeds meer in [plaats 1] gaan afspelen, ook voor wat betreft afspraken met vriendjes en sport- of hobbyactiviteiten.
7.6.
Aan de stelling van de moeder, dat een uitbreiding van de zorgregeling gelet op de geestesgesteldheid van de vader voorlopig niet aan de orde kan zijn, gaat de rechtbank voorbij. De moeder heeft dit onvoldoende onderbouwd. Ook overigens ziet de rechtbank daarvoor geen reden, te meer omdat de kinderen nu ook om het weekend en de helft van de vakanties bij de vader verblijven. Het is jammer dat de moeder bij de verhuizing naar [plaats 1] en het uitzoeken van de scholen in [plaats 1] wel oog heeft gehad voor de uitbreiding van de zorgregeling van haar partner en zijn kinderen, maar niet lijkt stil te hebben gestaan bij een mogelijke uitbreiding van de zorgregeling voor haar eigen kinderen en hun vader.
7.7.
Het belang van de kinderen om in [woonplaats 1] te blijven wonen vanwege het leven dat zij daar inmiddels hebben opgebouwd, weegt voor de rechtbank minder zwaar. De binding van de kinderen met hun omgeving is beperkt, ook omdat zij in andere plaatsen naar school gaan. Wel ziet de rechtbank dat het ingrijpend is voor de kinderen dat zij in korte tijd niet alleen hun moeder met een nieuwe partner en zijn kinderen moeten delen, maar ook hun woonplek en slaapkamers. In dat licht was de rust van een langer verblijf in hun eigen woning voor hen helpend geweest. De moeder heeft de woning echter al verkocht, zodat dit niet meer mogelijk is.
7.8.
De rechtbank weegt alle belangen af en komt daarbij tot de conclusie dat het verzoek van de moeder om vervangende toestemming voor de verhuizing van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] naar [plaats 1] kan worden toegewezen. Dit ligt anders voor het verzoek voor vervangende toestemming voor inschrijving op scholen in [plaats 1] , zoals hierna zal worden uiteengezet.
7.9.
De moeder mag met de kinderen naar [plaats 1] verhuizen. Zij krijgt zo de gelegenheid om daar een nieuw leven met haar partner op te bouwen. De rechtbank merkt daarbij op dat het naar haar oordeel in het belang van [minderjarige 2] is dat ook zij in het nieuwe huis een eigen kamer krijgt. Er is veel veranderd in haar leven en een eigen plek, die alleen voor [minderjarige 2] is, biedt rust en veiligheid.
7.10.
Het verzoek om vervangende toestemming voor de inschrijving van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] op de scholen in [plaats 1] zal worden afgewezen. De rechtbank is van oordeel dat deze beslissing daarmee recht doet aan zowel het belang van de moeder, als het belang van de vader en het belang van de kinderen.
7.11.
De rechtbank acht het namelijk niet in het belang van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] dat zij in [plaats 1] naar school gaan. Dit zou betekenen dat het grootste deel van hun leven in [plaats 1] plaatsvindt en dat een uitbreiding van het contact met de vader gelet op de afstand naar [woonplaats 2] bij voorbaat wordt bemoeilijkt. De kinderen en de vader hebben er recht op dat een uitbreiding van de zorgregeling mogelijk is en mogelijk blijft.
7.12.
De rechtbank acht het hierom in het belang van de kinderen dat de ouders zoeken naar scholen in ‘het midden’. De vader heeft op de zitting gezegd dat [minderjarige 1] bijvoorbeeld in Deventer (waar ook vriendjes naar school gaan) naar school kan gaan en [minderjarige 2] in [plaats 4] . Deze en andere opties zijn naar het oordeel van de rechtbank door de ouders nog onvoldoende onderzocht. Een locatie die vanuit beide ouders goed te bereizen is biedt in de toekomst de vrijheid en mogelijkheid om de zorgregeling naar behoefte, belang en de leeftijd van de kinderen aan te passen. Dit dient ook het belang van de vader en biedt hem de kans om in de toekomst een meer gelijkwaardige ouderrol te vervullen.
7.13.
De ouders moeten over de schoolkeuze met elkaar in overleg treden en samen zoeken naar nieuwe mogelijkheden. Bij de beoordeling van de verschillende mogelijkheden ‘in het midden’ is vanzelfsprekend ook de mening van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] van groot belang. De taak in deze ligt echter niet primair bij de kinderen, maar is een gezamenlijke ouderlijke verantwoordelijkheid. De vader en de moeder moeten als ouders samen de mogelijkheden ‘in het midden’ onderzoeken en bepalen, en daarna de mening van de kinderen vragen en hen bij de uiteindelijke beslissing betrekken.
7.14.
De rechtbank wil daarnaast met klem benadrukken dat het in het belang van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] noodzakelijk is dat de ouders hulp zoeken om hun onderlinge communicatie te verbeteren. De kinderen lijden onder de wijze waarop de ouders met elkaar, en daarmee met hen, omgaan. De ouders mogen hier geen genoegen mee nemen en slechts hopen dat het beter zal gaan, ook niet als zij moe zijn van de strijd. De ouders moeten niet naar elkaar wijzen, zij zijn en blijven hiervoor allebei verantwoordelijk. [minderjarige 1] en [minderjarige 2] verdienen beter.
Brief aan de kinderen
Tegelijk met deze beschikking stuurtde rechtbank een brief aan de kinderen om uit te leggen wat de rechtbank heeft beslist. Dit is met de kinderen en met de ouders op zitting afgesproken. De volgende tekst wordt aan de kinderen verzonden.
Beste [minderjarige 2] en [minderjarige 1] ,
Afgelopen maandag heb ik met jullie gesproken op de rechtbank. [minderjarige 2] , jij hebt gevraagd of ik je in een brief wilde laten weten welke beslissing mijn collega’s en ik hebben genomen. [minderjarige 1] , jij vertelde dat je de beslissing graag via je vader wilde horen. Ik heb dat met je ouders besproken en dat vonden zij goed. Ik ga er dus vanuit dat als je deze brief leest, [minderjarige 1] , je al weet wat de beslissing is.
Jullie hebben me verteld dat jullie ouders nog niet zo lang geleden uit elkaar zijn gegaan. Daarna is er in jullie leven veel veranderd. Jullie woonden niet langer als gezin samen in 1 huis. Pappa verhuisde van [woonplaats 1] naar [woonplaats 2] en mamma kreeg een nieuwe vriend met 3 kinderen die bij jullie zijn in de weekenden waardoor jullie je kamers moeten delen. Pappa heeft ook een nieuwe vriendin die kinderen heeft en die bij jullie zijn als jullie bij pappa zijn. En na de vakantie gaan jullie naar een andere school.
Jullie vertelden mij dat jullie pappa graag wat vaker willen zien. [minderjarige 1] vertelde dat hij het liefst de ene week bij mamma is en de andere week bij pappa. Ook vertelden jullie het niet zo leuk te vinden om jullie slaapkamers te moeten delen met de andere kinderen en dat jullie het fijn vinden om een keer iets leuks samen met mamma te doen, zonder de anderen erbij. Ik zag dat jullie het spannend en verdrietig vinden om te verhuizen naar [plaats 1] . Jullie hebben daar nog geen vrienden gemaakt, en er woont ook geen familie. Ook is [plaats 1] weer iets verder rijden naar pappa in [woonplaats 2] .
Omdat pappa en mamma er samen niet uitkomen waar jullie naar school gaan en waar jullie mogen wonen als jullie bij mamma zijn, in [woonplaats 1] of in [plaats 1] , heeft de rechtbank afgelopen dinsdag met pappa en mamma gesproken op de rechtbank.
De rechtbank heeft besloten dat mamma met jullie mag verhuizen naar [plaats 1] , maar dat pappa en mamma samen moeten kijken naar welke school jullie gaan. De scholen in [plaats 1] lijken ons goede en leuke scholen, maar zijn verder weg van pappa’s huis. We denken dat er ook goede en leuke scholen voor jullie zijn die niet zo ver weg zijn van [woonplaats 2] , zodat jullie vanuit zowel mamma’s huis als pappa’s huis makkelijk naar school kunnen. We hopen dat pappa en mamma dan ook met elkaar en met jullie gaan praten over afspraken wanneer jullie bij pappa zijn en wanneer jullie bij mamma zijn. Jullie kunnen dan ook vertellen wat jullie het liefste willen, en daarna kunnen pappa en mamma samen bespreken of dat ook mogelijk is.
We begrijpen dat het lastig is om nu nog niet te weten naar welke school jullie na de vakantie gaan, maar we vinden heel belangrijk dat jullie samen een school kiezen op een plek waar jullie makkelijk naar mamma en naar pappa kunnen gaan. We snappen ook heel goed dat het verdrietig is om weg te gaan uit [woonplaats 1] , waar jullie je hele leven hebben gewoond en waar jullie vrienden hebben en sport. Maar we denken dat jullie ook in [plaats 1] snel weer nieuwe vrienden kunnen maken. Ook heeft mamma ons verteld dat jullie nog kunnen afspreken met vrienden uit [woonplaats 1] als jullie dat willen. Daar komt bij dat er sowieso al veel zou veranderen voor jullie, omdat jullie na de zomervakantie naar een andere school moeten. Ook als jullie niet zouden verhuizen.
Ik vind het fijn dat jullie op de rechtbank zijn geweest om met mij te praten. Ik wens jullie heel veel succes op jullie nieuwe school en bij de verhuizing naar [plaats 1] .
Hartelijke groeten,
De rechter
De uitvoerbaarheid bij voorraad
7.15.
De rechtbank zal de beslissing uitvoerbaar bij voorraad verklaren. Dat betekent dat de moeder met [minderjarige 1] en [minderjarige 2] mag verhuizen, ook als de man hoger beroep instelt tegen deze beslissing. De beslissing van de rechtbank geldt totdat het gerechtshof een andere beslissing over de verhuizing neemt.
De kosten van deze procedure
7.16.
De rechtbank zal bepalen dat de ouders als voormalig partners allebei hun eigen proceskosten moeten betalen.

8.De beslissing

De rechtbank:
8.1.
verleent aan de moeder toestemming om met [minderjarige 1] en [minderjarige 2] te verhuizen naar [plaats 1] . Deze toestemming vervangt de toestemming van de vader;
8.2.
wijst het verzoek van de moeder om vervangende toestemming voor inschrijving van [minderjarige 1] op [locatie 1] te [plaats 1] en [minderjarige 2] op de [locatie 2] te [plaats 1] af;
8.3.
verklaart deze beslissing tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
8.4.
bepaalt dat de ouders allebei hun eigen proceskosten betalen.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.S. Metgod (voorzitter), mr. A.M. Mensink en
mr. E.F. Smeele, (kinder)rechters, in aanwezigheid van mr. F.M.E. Liebregt als griffier en in het openbaar uitgesproken op 9 augustus 2024.
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR HANDTEKENING SECRETARIS!
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR HANDTEKENING RECHTER!
De rechtbank stuurt een afschrift van deze beschikking naar de raad voor de kinderbescherming. De raad neemt de gegevens uit deze beschikking op in zijn registratie..
Tegen deze beschikking kan - uitsluitend door tussenkomst van een advocaat - hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden:
a.
door verzoeker en door degene(n) aan wie een afschrift van de beschikking (vanwege de griffier) is verstrekt of verzonden: binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
b.
door andere belanghebbenden: binnen drie maanden na betekening daarvan of nadat de beschikking hun op andere wijze bekend is geworden.
.
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR STEMPELS!