In deze zaak gaat het om een betalingsachterstand in het kader van een operational leaseovereenkomst tussen [eiser] N.V. en [gedaagde] B.V. [gedaagde] heeft diverse objecten geleased van [eiser], maar heeft de verschuldigde bedragen niet betaald. [eiser] heeft de overeenkomst op 17 november 2023 buitengerechtelijk ontbonden en vordert nu betaling van de achterstallige en toekomstige leasetermijnen, alsook de teruggave van de geleasede objecten. De kantonrechter heeft op 6 augustus 2024 uitspraak gedaan in deze zaak. De kantonrechter oordeelt dat [gedaagde] tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit de leaseovereenkomst, waardoor [eiser] het recht had om de overeenkomst te ontbinden. De kantonrechter wijst de vorderingen van [eiser] grotendeels toe, inclusief de betaling van de achterstallige huurtermijnen, wettelijke rente, contractuele boete en buitengerechtelijke incassokosten. Tevens wordt [gedaagde] veroordeeld om de geleasede objecten binnen zeven dagen terug te geven, op straffe van een dwangsom. De proceskosten worden ook aan [gedaagde] opgelegd.