ECLI:NL:RBOVE:2024:4236

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
8 augustus 2024
Publicatiedatum
8 augustus 2024
Zaaknummer
08-009550-21
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de PIJ-maatregel voor een 19-jarige man na bewezenverklaring van doodslag en het verbergen van een lijk

Op 8 augustus 2024 heeft de Rechtbank Overijssel de PIJ-maatregel van een 19-jarige man verlengd met 18 maanden. Deze maatregel was eerder opgelegd door het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 20 juli 2022, na bewezenverklaring van de misdrijven medeplegen van doodslag en het wegvoeren en verbergen van een lijk. De PIJ-maatregel is ingegaan op 4 augustus 2022 en zou zonder verlenging eindigen op 3 augustus 2024. De rechtbank oordeelde dat de verlenging noodzakelijk is voor de veiligheid van anderen en voor de ontwikkeling van de betrokkene.

De rechtbank heeft kennisgenomen van verschillende stukken, waaronder het PIJ-verlengingsadvies van JJI Lelystad, opgesteld door gedragswetenschapper J. van der Spek en ondertekend door andere deskundigen. Dit advies wijst op een normoverschrijdende gedragsstoornis, ADHD, zwakbegaafdheid en andere problematiek. Ondanks positieve gedragsveranderingen binnen de JJI, zoals een afname van geweldsincidenten en een verbeterde communicatie over emoties, blijft het recidiverisico hoog. De rechtbank benadrukt dat de structuur en begeleiding in de JJI essentieel zijn voor de verdere ontwikkeling van de betrokkene.

De rechtbank heeft de vordering van het Openbaar Ministerie tot verlenging van de PIJ-maatregel met achttien maanden toegewezen, waarbij rekening is gehouden met de noodzaak om de behandeldoelen te blijven volgen en de weerbaarheid van de betrokkene verder te versterken. De beslissing is genomen door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee kinderrechters, en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Familie en Jeugd
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer : 08-009550-21
Datum : 8 augustus 2024
Beslissing op de vordering van het Openbaar Ministerie tot verlenging van de termijn van de plaatsing in een inrichting voor jeugdigen van:
[betrokkene] ,
geboren op [geboortedatum] 2005 in [geboorteplaats] ,
nu verblijvende in JJI Pluryn in Lelystad,
hierna te noemen: [betrokkene]

1.De aanleiding

De maatregel tot plaatsing in een inrichting voor jeugdigen (hierna: PIJ-maatregel) is bij arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 20 juli 2022, naast twaalf maanden jeugddetentie, opgelegd, na bewezenverklaring van de misdrijven:
  • medeplegen van doodslag, en
  • medeplegen van het wegvoeren en verbergen van een lijk met het oogmerk om het feit en de oorzaak van het overlijden te verhelen.
De PIJ-maatregel is ingegaan op 4 augustus 2022 en eindigt, als zij niet wordt verlengd, op 3 augustus 2024.

2.De stukken

De rechtbank heeft kennis genomen van de overgelegde stukken, te weten:
  • het PIJ-verlengingsadvies van JJI Lelystad van 31 mei 2024, opgesteld door J. van der Spek, gedragswetenschapper, en mede ondertekend door J. Nagtegaal, directeur zorg en behandeling, en M. Mohammedamin, directeur bedrijfsvoering;
  • het eerste perspectiefplan van 4 februari 2021, bevattende aantekeningen over de periode van 14 januari 2021 tot 4 februari 2021;
  • het tweede perspectiefplan van 12 juli 2021, bevattende aantekeningen over de periode 4 februari 2021 tot 15 april 2021;
  • het derde perspectiefplan van 24 augustus 2021, bevattende aantekeningen over de periode 15 april 2021 tot 27 augustus 2021;
  • het vierde perspectiefplan van 15 april 2022, bevattende aantekeningen over de periode 24 augustus 2021 tot 1 april 2022;
  • het vijfde perspectiefplan van 21 juni 2023, bevattende aantekeningen over de periode 2 april 2022 tot 21 maart 2023;
  • het verlofplan van 5 januari 2024, opgesteld en ondertekend door J. van der Spek, gedragswetenschapper.

3.De procedure

Het Openbaar Ministerie heeft op 19 juni 2024 een vordering ingediend tot verlenging van de PIJ-maatregel met achttien maanden.
De zitting is gehouden op 26 juli 2024.
De rechtbank heeft op de zitting gehoord:
  • [betrokkene] , bijgestaan door zijn raadsman mr. R. Oude Breuil, advocaat in Enschede;
  • de officier van justitie;
  • de deskundigen B.A. Zuure, GZ-psycholoog, en J.S. van der Spek, behandelcoördinator en gedragswetenschapper in de JJI Lelystad.
De officier van justitie heeft op de zitting verlenging van de PIJ-maatregel met achttien maanden gevorderd.
[betrokkene] en zijn raadsman hebben zich niet verzet tegen verlenging van de PIJ-maatregel met achttien maanden.

4.De beoordeling

De vordering is op tijd ingediend, namelijk op 19 juni 2024.
De rechtbank moet op grond van artikel 6:6:31 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) bepalen of de termijn van de PIJ-maatregel moet worden verlengd.
De rechtbank heeft daartoe kennis genomen van de inhoud van het verlengingsadvies van 31 mei 2024. Ter zitting hebben de deskundigen daarop een toelichting gegeven.
Het verlengingsadvies
Het verlengingsadvies houdt, zakelijk weergegeven, onder meer het volgende in.
Bij [betrokkene] is sprake van een normoverschrijdende-gedragsstoornis, ADHD, zwakbegaafdheid, een communicatiestoornis, een stoornis in cannabisgebruik en een bedreigde persoonlijkheidsontwikkeling met antisociale, borderline en narcistische trekken. In de JJI wordt dit beeld grotendeels herkend. Hoewel de stoornis in het cannabisgebruik binnen de JJI niet wordt herkend, kan het middelengebruik weer een rol gaan spelen op het moment dat [betrokkene] meer in aanraking komt met de buitenwereld. Binnen de behandeling van [betrokkene] is er aandacht voor het versterken van impulscontrole, inzien van oorzaak-gevolgrelaties, versterken van de emotieregulatie, versterken van probleemoplossende vaardigheden, versterken van sociale vaardigheden, adequaat vormgeven van loyaliteit naar naasten, versterken van weerbaarheid, versterken van het zelfbeeld, versterken van de identiteitsontwikkeling, versterken van het netwerk, omgaan met prikkels en het versterken van de morele ontwikkeling.
Gedurende de periode dat [betrokkene] op de LVB-langverblijfgroep Kuala Lumpur in JJI Lelystad verblijft heeft hij in zijn gedrag positieve ontwikkelingen laten zien. Het aantal fysieke geweldsincidenten en deelname aan groepsincidenten is in de afgelopen periode sterk afgenomen en is in de laatste zes maanden respectievelijk drie maanden teruggebracht naar nul. Ook wordt gezien dat [betrokkene] steeds meer het gesprek met behandelaren en zijn ouders voert over emoties, frustraties, spanningen, en gedachten, terwijl hij eerst een vermijdende copingstijl toepaste. Het lukt [betrokkene] om, vanuit zijn gevoelens van loyaliteit, empathie te tonen jegens personen en dieren die belangrijk voor hem zijn.
Omdat er in de behandeling van [betrokkene] voldoende gedragsverbeteringen worden geobserveerd, is overgegaan tot een aanvraag voor eendaags begeleid verlof. Sinds april 2024 heeft [betrokkene] een begeleide verlofstatus. De geconstateerde gedragsveranderingen zijn echter pril en dienen verstevigd te worden, zodat [betrokkene] de gedragsverandering vast kan houden. Ook het recidiverisico wordt nog ingeschat als hoog wanneer de kaders en de structuur van de JJI wegvallen. Gelet op de aard en de omvang van het recidiverisico is het noodzakelijk dat, in het belang van een zo gunstig mogelijke verdere ontwikkeling, [betrokkene] de komende periode verder gaat werken aan zijn behandeldoelen. Om voldoende aan die behandeldoelen te kunnen werken wordt minimaal een verlenging van de PIJ-maatregel van 18 maanden nodig geacht en geadviseerd. In die termijn is rekening gehouden met het stapsgewijs overgaan tot de fases van begeleid verlof, onbegeleid verlof en een scholings- en trainingsprogramma (STP) voor de duur van zes maanden per fase.
De toelichting van de deskundige ter zitting
Ter zitting heeft de deskundige Van der Spek een nadere toelichting op het rapport gegeven en het advies gehandhaafd. De deskundige heeft aanvullend verklaard, zakelijk weergegeven, dat het grootste risico op dit moment bestaat op het gebied van de weerbaarheid van [betrokkene] . Hoewel hij binnen de JJI beter leert omgaan met overprikkeling, zal hij ook zonder begeleiding op een goede manier hiermee moeten leren omgaan. Dit kan voor [betrokkene] nog lastig zijn. [betrokkene] is gemotiveerd om zich verder te ontwikkelen en heeft toekomstplannen wat betreft werk en sport. Daarnaast werkt hij gemotiveerd mee aan de aangeboden behandelingen en doet hij zijn best op school. De begeleide verloven zijn tot nu toe goed verlopen en door middel van kleine stappen kan worden toegewerkt naar een volgende verloffase.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank stelt vast dat de PIJ-maatregel op 20 juli 2022 aan [betrokkene] is opgelegd voor misdrijven die gericht zijn tegen of gevaar veroorzaken voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen. Het is daarom mogelijk om de PIJ-maatregel te verlengen.
De rechtbank is op basis van het verlengingsadvies en hetgeen de deskundige ter zitting heeft verklaard van oordeel dat de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen, de verlenging van de PIJ-maatregel eist, maar ook dat verlenging in het belang is van een zo gunstig mogelijke ontwikkeling van [betrokkene] .
De rechtbank stelt vast dat bij [betrokkene] sprake is van een normoverschrijdende-gedragsstoornis, ADHD, zwakbegaafdheid, een communicatiestoornis, een stoornis in cannabisgebruik en een bedreigde persoonlijkheidsontwikkeling met antisociale, borderline en narcistische trekken.
De afgelopen maanden heeft [betrokkene] hard gewerkt aan zijn ontwikkeling en is hij gemotiveerd voor behandelingen en activiteiten binnen de JJI. Dit heeft ertoe geleid dat [betrokkene] positieve gedragsveranderingen heeft laten zien. Zo heeft [betrokkene] zijn agressie beter onder controle, leert hij beter over gevoelens en emoties te praten en heeft hij laten zien weerbaarder te worden door zich afzijdig te houden van negatieve processen in binnen de groep.
Desondanks is het recidiverisico bij een verblijf buiten de JJI nog onvoldoende ingedamd. Dat recidiverisico wordt immers nog als hoog ingeschat. Daarnaast blijkt [betrokkene] gevoelig voor beïnvloeding en is zijn weerbaarheid nog van onvoldoende niveau, wat voor problemen kan zorgen wanneer [betrokkene] buiten de JJI zou verblijven. De regelmaat, structuur en begeleiding die in de JJI geboden worden zijn nodig voor [betrokkene] om de positieve lijn voort te zetten, zijn weerbaarheid te vergroten en stapsgewijs zijn verlofkader verder uit te breiden.
De rechtbank zal de PIJ-maatregel gelet op het voorgaande met achttien (18) maanden verlengen.

5.De beslissing

De rechtbank:
- verlengt de termijn van de PIJ-maatregel van
[betrokkene]met
achttien maanden.
Aldus gegeven door mr. B.T.C. Jordaans, voorzitter tevens kinderrechter, mr. M. Melaard en mr. R.G.J. Gehring, kinderrechters, in tegenwoordigheid van mr. E.A.B. Kroeze, griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 8 augustus 2024.