9.De beslissing
- verklaart niet bewezen dat verdachte het onder feit 2 primair ten laste gelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart bewezen dat verdachte het onder feit 1 primair, feit 2 subsidiair, feit 3, feit 4 en feit 5 primair ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1 primair, het misdrijf: diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van inklimming;
feit 2 subsidiair en feit 5 primair, telkens, het misdrijf: opzetheling;
feit 3, het misdrijf: diefstal;
feit 4, het misdrijf: diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak.
- verklaart verdachte strafbaar voor het bewezen verklaarde;
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
15 (vijftien) maanden;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
- wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] (feit 4) af tot een bedrag van € 17.500,00;
- wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] (feit 4) toe tot een bedrag van € 798,35 (bestaande uit materiële schade);
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] (feit 4) van een bedrag van
€ 798,35(te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 15 maart 2024);
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde onder feit 4 tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 798,35 (zegge: zevenhonderdachtennegentig euro en vijfendertig eurocent), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 15 maart 2024 ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 15 (vijftien) dagen kan worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- bepaalt dat de benadeelde partij voor een deel van € 7.201,65 niet-ontvankelijk is in de vordering, en dat de benadeelde partij de vordering voor dat deel slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Dit vonnis is gewezen door mr. H.J. Berends, voorzitter, mr. P.M.F. Schreurs en mr. D. van den Berg, rechters, in tegenwoordigheid van mr. B. Kleinlugtenbeld, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 6 augustus 2024.
Buiten staat
Mr. Schreurs is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland met nummer PL0600-2024172487. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
1.
Het proces-verbaal van de terechtzitting van 23 juli 2024, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van de verdachte:
De voorzitter houdt mij voor dat het dossier gesprekken tussen [naam 1] en [verdachte] bevat. De voorzitter vraagt mij of ik de persoon ben die wordt aangeduid als [verdachte] . Daarop antwoord ik dat dat klopt.
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 2] van 11 april 2024, pagina 31 e.v., voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van aangeefster:
Op woensdag 10 april omstreeks 22:15 uur ben ik van huis weggegaan richting mijn werk. Ik heb mijn voordeur en achterdeur met slot en sleutel afgesloten. Mijn achterdeur heb ik ook met twee dievenklauwen afgesloten. Ik kwam op donderdag 11 april omstreeks 8:00 uur thuis. Ik zag dat mijn hele woonkamer overhoop lag. Ik heb op woensdag 10 april voordat ik naar mijn werk ging nog gedoucht. Ik heb toen het raam van de badkamer dat leidt naar de achtertuin opengezet. Ik weet niet zeker of ik dat raam heb afgesloten voordat ik mijn woning verliet.
Toen er politie ter plaatse was hebben wij samen gekeken naar wat er allemaal weg was
genomen. Ik benoem het hieronder:
- televisie, merk: Samsung
- telefoon, merk: Samsung
- telefoon, merk: Samsung
- Airpods Pro, merk: Apple
- portemonnee, geld: een biljet van 50, twee biljetten van 20 en een biljet van 10 en erg veel muntgeld;
- hoofdtelefoon, merk: Fresh 'n Rebel
- draadloze oortjes, merk: Urban Ears
- Playstation 4, merk: Sony
Dit heeft degene die in mijn woning is geweest allemaal weggenomen.
3.
Het proces-verbaal van aanhouding van verdachte van 11 april 2024 opgemaakt door verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] , pagina 161 e.v., voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van die verbalisanten:
Op donderdag 11 april 2024 om 09:45 uur werd [verdachte] door ons als verdachte aangehouden op de locatie [adres 5] .
Op donderdag 11 april 2024 waren wij ter plaatse aan de [adres 1] in verband met een woninginbraak gepleegd tussen 10 april 2024 om 22:15 en 11 april 2024 om 8:00 uur. Wij hoorden de vriendin van aangever vertellen dat de Apple Airpods, welke waren weggenomen bij de woninginbraak, van haar zijn. Zij vertelde tevens dat zij via haar mobiele telefoon een locatie kon krijgen van de Airpods. Wij zagen dat de Airpods uitstraalden aan de [adres 5] ter hoogte van het [locatie 2] . Wij zijn ter plaatse gegaan naar de [adres 5] . Wij zagen duidelijk dat de airpods ter hoogte van perceel [adres 5] uitstraalden. Ik, verbalisant [verbalisant 3] , klopte aan en zag dat er een man de deur opende. Wij vertelden dat wij op zoek waren naar Apple Airpods en dat die mogelijk in de kamer liggen van de man. De man liep zijn kamer in en overhandigde ons Apple Airpods. Hierop hebben wij nogmaals het geluid afgespeeld van Airpods. Wij zagen en hoorden dat dit de desbetreffende Airpods waren. Wij zagen dat er nog meer goederen, welke waren weggenomen bij de woninginbraak, in de kamer lagen van de verdachte.
Het proces-verbaal van bevindingen opgemaakt door verbalisant [verbalisant 4] van 16 april 2024, pagina 106 e.v., voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van die verbalisant:
In het huidige onderzoek is op de telefoon van verdachte [naam 1] een Whatsapp gesprek
aangetroffen tussen verdachte [verdachte] en [naam 1] . In dit gesprek zegt verdachte [verdachte]
tegen [naam 1] om 02:51 uur: "Ik ga zo die tv nog ophalen" en om 02:58 uur "Laat maar
weten ik ga die tv halen". Daarna deelt verdachte [verdachte] om 04:15 uur een foto van de
apparaat gegevens van de televisie. Op deze foto is onder ander het serienummer van
de televisie te zien dit betreft: " [serienummer 5] ". Dit zelfde serienummer werd aangetroffen op de televisie die in de kamer van verdachte [verdachte] werd aangetroffen en daar in beslag genomen.
5.
Het proces-verbaal van bevindingen van 14 april 2024, met bijlage te weten een fotoblad met proces-verbaalnummer 2024164219, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 5] , pagina 65 e.v., voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van die verbalisant:
[verdachte] en [naam 1] hebben op donderdag (11 april 2024) een gesprek waarin [verdachte] het
gesprek begint met de vraag of [naam 1] wakker is. Hij zegt vervolgens: 'Ik ben al weer
binnen hoor. Ga zo alleen nog terug voor de tv." [verdachte] verstuurd vervolgens een foto
van een flat screen tv. [verdachte] vraagt of [naam 1] nog iemand weet voor de tv. Ook stuurt
[verdachte] een foto van twee mobiele telefoons.
[afbeelding]
[afbeelding]
[afbeelding]
[afbeelding]
6.
Het proces-verbaal van bevindingen 21 april 2024, opgemaakt door verbalisanten [verbalisant 4] en [verbalisant 6] , pagina 116 e.v., voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van die verbalisanten:
Wij vroegen aan aangeefster of zij toevallig ook buitenlands geld miste na de inbraak. Aangeefster gaf aan dat het heel goed kon dat men tijdens de inbraak ook geld had weggenomen dat afkomstig was uit Bali (Indonesië).
In een audiobericht, aangetroffen op de telefoon van verdachte [naam 1] , een persoon onder de naam " [verdachte] " wordt het volgende gezegd:
"Ik heb twee telefoons, ik heb een nieuwe Samsung Tab, ik heb een playstation, Ik heb
euh tierelantijntjes en euh bier. Ik heb wat 40 euro los geld. Ik ga zo nog die tv
ophalen. Heb hier nog Indonesisch geld, wat ik niet weet wat het waard is. Ik heb nog
een hele mooie set met euhm ja volgens mij is dat fijn proeverij van Whiskey of zo,
Tasting collection, lijkt me een heel duur dingetje. Ik, verbalisant [verbalisant 6] , heb het audio bericht tevens beluisterd en herkende alle genoemde goederen in het audiobericht. Ik herkende de goederen als precies die goederen die zijn aangetroffen bij verdachte [verdachte] in de woning en die zijn teruggegeven aan aangeefster [slachtoffer 2] .
1.
Het proces-verbaal van de terechtzitting van 23 juli 2024, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van de verdachte:
De schuurmachines heb ik gekocht voor zestig euro. Ik wist niet zeker of de schuurmachines van diefstal afkomstig waren. De voorzitter vraagt mij of ik daar wel vermoedens van had. Je weet van wie je het koopt hè. Ik heb niet gevraagd waar de spullen vandaan kwamen. Dat doe ik nooit.
2.
Het proces-verbaal van aangifte van [aangeefster] , namens [slachtoffer 3] , van 20 april 2024, pagina 46 e.v., voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van aangeefster:
Ik doe aangifte van een inbraak / diefstal vanuit mijn bestelbus. Deze bus is eigendom van mijn werkgever [slachtoffer 3] in [vestigingsplaats] . Op donderdag 28 maart
2024 omstreeks 16:30 uur heb ik de bestelbus geparkeerd op een parkeerplaats gelegen
aan de [adres 2] . Vervolgens heb ik mijn bestelbus daar onbeschadigd, afgesloten en in een goede staat achtergelaten. Op dinsdag 2 april 2024 uur ben ik vervolgens weer met de bus naar mijn werk toegereden en zag daar dat de linker achterruit van de bus kapot was. Toen ik in de bus keek bleek dat er een aantal machines ontbraken. Deze zijn dus gestolen. Dit betroffen twee schuurmachines elk in een koffer en een stofzuiger. Al deze
machines zijn van het merk: "Festool". De schuurmachines waren zogenaamde Rotex
schuurmachines.
Het proces-verbaal van bevindingen opgemaakt door verbalisant [verbalisant 4] van 15 april 2024, pagina 58 e.v., voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van die verbalisant:
Op maandag 15 april heb ik, verbalisant [verbalisant 4] , een onderzoek ingesteld naar de
herkomst van het bij verdachte [verdachte] , aangetroffen gereedschap van het merk Festool. Ik ontving enige tijd later een email afkomstig van de klantenservice van [bedrijf] B.V. In deze mail stond dat de machines met bijhorende serienummers op naam stonden van het bedrijf " [slachtoffer 3] . Ik heb vervolgens telefonisch contact gezocht met het bedrijf en sprak met betrokkene [naam 2] , eigenaar van het hierboven genoemde bedrijf. Hij vertelde mij dat twee tot drie weken geleden bij een medewerker van hem een ruit van zijn bedrijfsbus was ingeslagen. Uit deze bus zijn vervolgens een aantal goederen weggenomen, waaronder de twee schuurmachines welke zijn aangetroffen bij verdachte [verdachte] .
1.
Het proces-verbaal van de terechtzitting van 23 juli 2024, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van de verdachte:
De voorzitter houdt mij voor dat het dossier gesprekken tussen [naam 1] en [verdachte] bevat. De voorzitter vraagt mij of ik de persoon ben die wordt aangeduid als [verdachte] . Daarop antwoord ik dat dat klopt.
2.
Het proces-verbaal van aangifte van [aangever] , namens [slachtoffer 4] , van 12 maart 2024, pagina 149 e.v., voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van aangever:
Pleegdatum/tijd: tussen maandag 11 maart 2024 om 1:15 en maandag 11 maart 2024 om 2:00
"Ingebroken in bedrijfsauto. Gereedschappen en sleutels gestolen. Gestolen vanaf [adres 3] .
SLEUTELBOS
Aantal: 1 stuks
HAAKSE SLIJPER
Merk: MILWAUKEE
Aantal: 1 stuks
ACCU (GEREEDSCHAP)
Merk: MILWAUKEE
Aantal: 2 stuks
BLADBLAZER
Merk: MILWAUKEE
Aantal: 1 stuks
BOSMAAIER
Merk: MILWAUKEE
Aantal: 1 stuks
ACCU (GEREEDSCHAP)
Merk: MILWAUKEE
Aantal: 2 stuks
Kleur: ROOD
BOORMACHINE
Merk: MILWAUKEE
Aantal: 1 stuks
BOORMACHINE
Merk: MILWAUKEE
Aantal: 1 stuks
Het proces-verbaal van bevindingen opgemaakt door verbalisant [verbalisant 7] van 22 april 2024, pagina 119 e.v., voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van die verbalisant:
Ik, verbalisant, heb het Whatsapp gesprek tussen [verdachte] , [telefoonnummer 1] en verdachte
[naam 1] bekeken. Op 11 maart 2024 om 17.46 uur stuurt " [verdachte] " meerdere foto's van gereedschap, van onder andere Milwaukee. Te zien is dat er voor de foto's om 17.44 een spraakgesprek heeft plaatsgevonden van 2 minuten en daarna staat geschreven: "spul is nog niet verkocht man bel je zo even met een kwartiertje". Maar hier staat als tijdstip bij 17.25 uur. Ten aanzien van het Milwaukee gereedschap is te zien dat [verdachte] de foto's plaatst van
dit gereedschap is op 11 maart 2024 om 17.46 uur. Dit zijn gereedschappen en een viertal accu's. Na onderzoek in de politiesystemen blijkt dat er aangifte gedaan is van diefstal uit een bedrijfsbus welke aan de [adres 3] stond op 11 maart 2024 tussen 01.15 uur en 02.00 uur (2024114238) . De goederen die weggenomen zijn komen overeen met de goederen die op de foto's staan in het onderzochte appgesprek.
1.
Het proces-verbaal van de terechtzitting van 23 juli 2024, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van de verdachte:
De voorzitter houdt mij voor dat het dossier gesprekken tussen [naam 1] en [verdachte] bevat. De voorzitter vraagt mij of ik de persoon ben die wordt aangeduid als [verdachte] . Daarop antwoord ik dat dat klopt.
2.
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] van 16 maart 2024, pagina 152 e.v., voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van aangever:
Plaats delict: [adres 4]
Pleegdatum: tussen donderdag 14 maart 23:00 uur en vrijdag 14 maart 2024 9:00 uur.
Er is vannacht ingebroken in mijn garage, diverse gereedschappen zijn meegenomen. Ze zijn via de zijkant van het huis over de poort/schutting geklommen en hebben zo via de achtertuin de achterdeur van de garage losgebroken.
BOOR
Aantal: 4 stuks
Bijzonderheden: Meerdere complete borensets
HAAKSE SLIJPER
Merk: MAKITA
Aantal: 1 stuks
Kleur: GROEN
HANDGEREEDSCHAP (OVERIG)
Aantal: 25 stuks
Bijzonderheden: Koffer met diverse zgan handgereedschappen
BETONMIXER
Aantal: 1 stuks
Kleur: BLAUW
BOUWLAZER
Merk: LEVELFIX
Aantal: 2 stuks
TIG LASTOORTS PAKKET
Aantal: 1 stuks
Bijzonderheden: Tig las benodigdheden in tas.
SCHUURMACHINE
Merk: BLACK & DECKER
Aantal: 2 stuks
HASPEL
Aantal: 1 stuks
Bijzonderheden: Grote professionele kabelhaspel
HAAKSE SLIJPER
Merk: MAKITA
Aantal: 1 stuks
Kleur: GROEN
DREMEL
Aantal: 1 stuks
Bijzonderheden: Complete drempel set en losse gereedschap set
BETONMIXER
Merk: RUBI
Aantal: 1 stuks
Kleur: ROOD
ZAAGMACHINE
Merk: Makita Dls211
Kleur: groen
Het proces-verbaal van bevindingen opgemaakt door verbalisant [verbalisant 7] van 22 april 2024, pagina 119 e.v., voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van die verbalisant:
Ik, verbalisant, heb het Whats-app gesprek tussen [verdachte] , [telefoonnummer 1] en verdachte
[naam 1] bekeken. Op 14 maart 2024 omstreeks 22.27 uur appt [verdachte] het volgende: Ik ga nu de rest oo halen, maak ik foto". Vervolgens is omstreeks 23.10 uur een foto verstuurd door
[verdachte] waarop mogelijk gereedschap staat. Dan appt [verdachte] om 23:11 uur: "dit is nog
maar eerste gedeelte, ga nou die grote halen". Op 15 maart om 02.11 uur appt [verdachte] : "luister pik ik moet nu nog een x. wat ga je zo doen, ben met kwartier twintig minuten hier kun je zien wat ik heb". Op 15 maart 2024 om 02.53 uur wordt een foto verstuurd waarop een Makita zaagmachine op te zien is. En daarna nog enkele foto's met mogelijk gereedschap. Om 10.39 uur appt [verdachte] het volgende: "komt goed ik ga nu alkes aan de man brwgne". Op 15 maart om 10.39 uur stuurt [verdachte] nog een foto van ogenschijnlijk dezelfde
zaagmachine en zegt daaronder: "dat is die joekel, kreeg em hier bijna niet gek. En heb nog 20 aparaten of zo”. En op 16 maart 2024 vanaf 09.31 uur stuurt [verdachte] een grote hoeveelheid foto’s waar verschillende gereedschappen op te zien zijn. Vooraf aan deze foto's start [naam 1] om 06:26 uur met de vraag: "hej die schuurmachine nog. Om 09.29 uur reageert [verdachte] : ja watta". [naam 1] vraagt dan om een foto en prijs. [verdachte] reageert om 09.30 uur hierop: Ligr eraan wie vraagt dat. moet coorzichtig zij. komt uit he gelo". [naam 1] geeft aan dat het een Lameraad van hem is. Waarop [verdachte] reageert dat hij meer heeft. [verdachte] stuurt vervolgens 42 foto's van gereedschap en appt dan om 09.34 uur: "hier zoek maar raak voor knaak". Uit onderzoek blijkt dat er in de nacht van 14 op 15 maart 2024 een inbraak in garage heeft plaatsgevonden aan de [adres 4] . Daar is een grote hoeveelheid
gereedschap weggenomen waaronder een betonmixer van het merk Rubi, rood van kleur en
een betonmixer welke blauw van kleur was. Maar ook een Makita zaagmachine, type
Dls211 . Op de foto's van 16 maart 2024 vanaf 09.31 uur die verstuurd zijn door [verdachte]
staan onder andere drie gereedschappen die qua omschrijving voldoen aan het
gereedschap welke is weggenomen aan de [adres 4] .
1.
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 5] van 7 april 2024, pagina 43 e.v., voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van aangever:
Hierbij doe ik aangifte van diefstal uit mijn woning. Ik ben woonachtig aan de
[adres 6] . Ik ben gisteren, 6 april 2024, omstreeks 23.15 uur gaan slapen. Ik kwam vandaag, 07 april 2024, omstreeks 08.15 uur beneden en ik zag dat er meerdere
kasten waren geopend. Het raam van de bijkeuken is opengebroken en er zijn meerdere moeten zichtbaar in het kozijn.
Het proces-verbaal van bevindingen opgemaakt door [verbalisant 6] en [verbalisant 8] van 12 april 2024, pagina 39 e.v., voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van die verbalisanten:
Op vrijdag 12 april 2024, zijn wij, verbalisanten [verbalisant 8] en [verbalisant 6] , naar de [adres 5] gegaan. Omstreeks 11.20 uur kwamen wij ter plaatse aan de [adres 5] . Wij liepen de trap op naar de eerste verdieping en hebben een aan medebewoner om de sleutel van de kamer van [verdachte] gevraagd. Ik verbalisant [verbalisant 6] kreeg de sleutel overhandigd. Hierop zijn wij naar de tweede verdieping gegaan, op aanroepen werd er niet gereageerd en hebben de deur van de kamer van [verdachte] omstreeks 11.25 uur geopend en toegang tot de kamer verschaft. Wij zagen dat er een zwarte tas achter het bed lag. Wij zagen dat deze tas bovenop twee matrassen lag. Op de tas zagen wij de naam [slachtoffer 5] staan. Dit was met zilveren letters gedrukt op de onderkant van de tas. Wij zagen dat in de tas een label zat met een naam: [slachtoffer 5] en een telefoon nummer: [telefoonnummer 2] . Verbalisant [verbalisant 9] keek in de politie systemen en zocht op het telefoonnummer. Wij hoorden dat ze zei dat ene [slachtoffer 5] aangifte had gedaan van een woning inbraak op 7 april 2024 en dat daarbij een tas was weggenomen. Omstreeks 11.56 uur belde ik verbalisant [verbalisant 6] met aangever [slachtoffer 5] en vertelde hem dat ik hem belde omdat we een tas hadden aangetroffen met zijn telefoonnummer op een label. Ik vroeg hem hoe de tas er uit zag die weggenomen was bij de woning inbraak. Ik hoorde dat hij zei dat zijn naam er in stond en dat zijn naam gedrukt was op de tas zelf.