9.De beslissing
- verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
het misdrijf:met iemand van wie hij weet dat zij in staat van verminderd bewustzijn verkeert, handelingen plegen die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam;
- verklaart verdachte strafbaar voor het bewezen verklaarde;
- veroordeelt verdachte tot een
jeugddetentievoor de duur van
92 (tweeënnegentig) dagen;
- bepaalt dat van deze jeugddetentie een gedeelte van
90 (negentig) dagen niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de verdachte voor het einde van de
proeftijd van 2 (twee) jarende navolgende algemene voorwaarde niet is nagekomen:
- stelt als
algemene voorwaardedat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
De rechter kan de tenuitvoerlegging ook gelasten indien de verdachte gedurende de
proeftijd van 2 (twee) jarende navolgende bijzondere voorwaarden niet is nagekomen:
- stelt als
bijzondere voorwaardendat verdachte:
- op geen enkele wijze – direct of indirect – contact zal opnemen, zoeken of hebben met [slachtoffer] , geboren op [geboortedatum 2] 2005, ook niet als deze persoon contact met verdachte zoekt of laat zoeken, zo lang de reclassering dit nodig acht;
- draagt de reclassering op om toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
daarbij gelden als voorwaarden van rechtswege dat de verdachte:
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, Sr, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht daaronder begrepen;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
- veroordeelt de verdachte tot een
werkstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid voor de duur van
160 (honderdzestig) uren;
- beveelt, voor het geval dat de verdachte de werkstraf niet naar behoren verricht, dat
vervangende jeugddetentiezal worden toegepast voor de duur van
80 (tachtig) dagen;
- wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer] toe tot een bedrag van
€ 3.000,-- (immateriële schade);
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer] van een bedrag van € 3.000,--, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 4 september 2022;
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit en tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 3.000,--, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 4 september 2022 ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 60 dagen kan worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- bepaalt dat de benadeelde partij: [slachtoffer] , voor een deel van € 3.750,-- niet-ontvankelijk is in de vordering, en dat de benadeelde partij de vordering voor dat deel slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.H. Peper, voorzitter, mr. A.J. de Loor en
mr. I.M. Schaafsma - Roukema, rechters, in tegenwoordigheid van mr. H.J. Seuters, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 1 augustus 2024.
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland, dienst regionale recherche, team zeden, met onderzoeksnummer ONRBC22058/ SPEEDSTER. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
1.
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer] van 14 oktober 2022, pagina’s 9 tot en met 18, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van aangeefster:
Ik ben meestal degene die als eerst helemaal zat word. Ik had 4 shotjes en iets van 2 of 3 mixdrankjes ofzo gehad. Ik kan mij nog herinneren dat ik toen mijn laatste shotje had en toen was ik wat draaierig. Ik kan me herinneren dat ik mijn shaggie liet vallen en toen boog ik
voorover en viel ik. Mijn vrienden zeiden toen dat ik even rustig aan moest doen met
drinken, want we moesten nog terugfietsen.
Ik kan me bijvoorbeeld niet herinneren hoe ik op het station ben gekomen, alleen dat ik daar was. Toen zei [verdachte] : “Ik breng je wel naar huis”. Ik kan mij herinneren dat ik met hem in de fietsenstalling stond. Ik snap nog steeds niet hoe ik op de fiets ben gekomen en hoe ik op het station ben gekomen, want ik was best lam. Dat hele stuk tot het station is één groot gat.
Ik kan me herinneren dat we voor het poortje stonden op station Steenwijk.
Ik weet dat hij me toen stevig vastpakte en toen gingen we samen door de poortjes.
Ik weet dat hij me als een soort pop alle kanten op douwde ofzo. Ik weet dat als ik dronken ben, ik niet echt richtinggevoel heb ofzo. Ik kan me herinneren dat hij zelf geen shirt aan had, maar ik weet niet wanneer hij die heeft uitgedaan. Ik kan me nog herinneren dat ik op zijn schoot zat, op de grond. En dat er op ooghoogte een spiegel of een shiny muur was. Dat ik een silhouet van mezelf zag. Ik heb een tijdje op mijn rug gelegen. Ik kan me herinneren dat hij me vaak vastpakte en me als een soort pop op een bepaalde positie neerlegde. Toen had hij helemaal geen kleding meer aan. Je weet als je lichaam een fight of flight reactie heeft, dat je dan ineens zo’n wakker moment hebt. Hij pakte me dus bij mijn haar vast en ik kan me nog herinneren dat hij mijn hoofd bij zichzelf op en neer douwde. Ik kan me nog herinneren dat hij dat heel ruig deed en dat ik een soort van stikte, dat ik bijna geen adem meer kreeg. Ik denk dat mijn hersenen daarop reageerde omdat ik bijna geen adem meer kreeg. Mijn lichaam wou niet meewerken, het was alsof alles in slow motion ging. Ik had op dat moment dat ik een paar momenten even sober was, toen probeerde ik hem weg te douwen, maar dat lukte niet echt want ik was heel zwak.
Toen had ik nog een wakker moment, dat was toen ik ergens van schrok. Want er stonden mensen buiten de deur, die gingen bonzen op de deur. Voor mijn gevoel was het in de verte, ik hoorde het alsof het uit de verte kwam.
Die vrienden hebben dus uiteindelijk de deur open gekregen. Ze kregen hem open
en ik weet nog dat ik op de grond op zijn schoot lag en dat hij met zijn voet de deur
weer dicht deed. Ik weet nog dat hij kleren naar mij toe gooide. Ik weet nog dat er een spiegel was, want ik zag mezelf dat ik mijn broek probeerde aan te doen. Dat ging niet heel goed.
Het proces-verbaal van de terechtzitting van 18 juli 2024, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van verdachte:
Op 4 september 2022 was ik in [café] in [plaats] en [slachtoffer] was daar ook. [slachtoffer] had genoeg gedronken en wilde naar huis. Ik heb toen aangeboden om haar thuis te brengen. een maal in de toiletruimte hebben we ons uitgekleed en het begon met een vingeren en beetje aftrekken. We hebben alles gedaan, gezoend, volledige seks en ook gepijpt en gebeft.
3.
Het proces-verbaal van bevindingen camerabeelden station Steenwijk van verbalisant
[verbalisant] van 20 oktober 2022, pagina’s 47 tot en met 49, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als relaas van die verbalisant:
lk zag dat de ontvangen beelden van zondag 4 september 2022, tussen 00:05 en 00:34 zijn.
Op de beelden zag ik het volgende:
Na 02:58 minuten: Ik herken slachtoffer [slachtoffer] , met wie ik diezelfde dag een informatief gesprek heb gehad. Ik zag dat zij gezamenlijk met een onbekende, blanke jongen naar de OV-poortjes liep. In dit proces-verbaal zal ik haar verder [slachtoffer] noemen en de onbekende jongen, NNman1.
Na 03:00 minuten: NNman1 heeft zijn rechterarm om [slachtoffer] heen en met zijn linkerhand, kennelijk middels een OV-pas, opent hij de OV-poorten van het uiterst rechter OV-poortje.
Na 03:03 minuten: [slachtoffer] staat onvast ter been en NNman1 leidt haar mee door het OV-poortje.
Na 03:05 minuten: NNman1 loopt direct in de richting van het toilet, waarvan de deuren rechts in beeld staan.
Na 03:11 minuten: NNman1 betaalt kennelijk met zijn telefoon om zich de toegang tot het toilet te geven.
4.
Het proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 4] van 7 juni 2023, pagina 93, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van die getuige:
Ik had de avond van 3 september 2022 afgesproken met [verdachte] om een laatste drankje te doen in [café] in [locatie 1] . Ik kwam daar met mijn ex. Toen wij aankwamen, ging ik naar [verdachte] toe en hij zei dat hij eerst een meisje weg ging brengen. Hij zei dat ze hartstikke dronken was en dat hij haar daarom weg moest brengen.
Ik heb dat meisje gezien bij [café] en ik zag dat ze niet normaal op haar benen kon staan.
Het proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 1] van 16 februari 2023, pagina’s 67 en 68, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van die getuige:
Toen we bij [café] zaten, zaten we buiten. [slachtoffer] was daar ook. Ze kon niet meer op haar benen staat, ze viel gewoon om. En als ze zat dan moest ze wel met haar rug tegen de rugleuning aan zitten want als ze naar voren zat dan viel ze voorover. Ook qua spraak kwam ze niet helder over. Ik heb haar niet 1 op 1 gesproken maar als er een onderwerp in de groep was dan reageerde ze wel eens ergens op maar dan sprake ze met een dubbele tong. Toen ze wegfietste, fietste ze wel een beetje slingerend.
6.
Het proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 2] van 2 maart 2023, pagina 73, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van die getuige:
Die meid die aangifte heeft gedaan was echt wel dronken. Ze kon niet meer zitten, zo dronken was ze. Ze lag telkens op de grond en viel dan weer voorover en dan weer achterover.
7.
Het proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 3] van 2 maart 2023, pagina 93, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van die getuige:
Ik kon zien dat [slachtoffer] dronken was omdat ze niet meer recht kon lopen.