In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Overijssel op 1 augustus 2024 uitspraak gedaan in een kort geding over de ontruiming van een sociale huurwoning. De eisende partij, Woningstichting De Woonplaats, vorderde ontruiming van de woning van [naam], die illegale prostitutie had toegestaan in de huurwoning. De kantonrechter oordeelde dat het hebben van bedrijfsmatige illegale prostitutie in een sociale huurwoning een ernstige tekortkoming is in de nakoming van de huurovereenkomst. Ondanks dat de illegale activiteiten kort hebben geduurd, was het feit dat deze plaatsvonden voldoende reden om de huurovereenkomst te ontbinden. De kantonrechter hield rekening met de kwetsbare mentale gezondheidstoestand van [naam] en bepaalde een ontruimingstermijn van drie maanden in plaats van de gebruikelijke veertien dagen. De kosten van de procedure werden toegewezen aan de gedaagde partij, [bewindvoerder], in zijn hoedanigheid van bewindvoerder over [naam].