In deze uitspraak van de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, wordt het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar aanvraag voor Extra Kosten Thuis (EKT) op grond van de Wet langdurige zorg (Wlz) beoordeeld. De rechtbank oordeelt dat het zorgkantoor de aanvraag ten onrechte heeft afgewezen, omdat het bestreden besluit onzorgvuldig tot stand is gekomen en onvoldoende is gemotiveerd. De rechtbank stelt vast dat er onvoldoende duidelijkheid is over het (telefonisch) overleg dat volgens de regelgeving noodzakelijk is. Bovendien is het zorgkantoor in beroep op een nieuw standpunt gekomen dat niet eerder was ingenomen, wat de rechtbank als onbegrijpelijk beschouwt.
De rechtbank bepaalt dat het zorgkantoor een huisbezoek moet laten plaatsvinden om een nieuw besluit te nemen op het bezwaar, met inachtneming van de uitspraak. De rechtbank concludeert dat het bestreden besluit niet voldoet aan de eisen van zorgvuldigheid en motivering zoals vastgelegd in de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Eiseres heeft recht op vergoeding van het griffierecht en proceskosten, en de rechtbank adviseert partijen om te overwegen mediation in te schakelen voor een meer omvattende oplossing van het geschil.
De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldige besluitvorming door het zorgkantoor en de noodzaak om alle relevante informatie bij de beoordeling te betrekken. De rechtbank geeft het zorgkantoor twaalf weken de tijd om een nieuw besluit te nemen, tenzij partijen kiezen voor mediation.