Uitspraak
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen
VVE [verzoekster] ,
het college van burgemeester en wethouders van Hof van Twente, het college
[derde belanghebbende] B.V.uit [vestigingsplaats] en
Viverionuit Lochem.
Rechtbank Overijssel
In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Overijssel wordt het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Verzoekers, een Vereniging van Eigenaren, hebben bezwaar gemaakt tegen de omgevingsvergunning die is verleend aan [derde belanghebbende] B.V. voor de bouw van een appartementencomplex met 26 huurappartementen. De voorzieningenrechter heeft op 27 juni 2024 de zaak behandeld, waarbij de verzoekers en de gemachtigden van het college aanwezig waren. De voorzieningenrechter oordeelt dat de sloop van bestaande bouwwerken stil ligt vanwege onderzoek naar vleermuizen, maar dat de sloop en bouw snel kunnen worden hervat. De voorzieningenrechter stelt vast dat de aanvraag om omgevingsvergunning is ingediend voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet, waardoor de oude wetgeving van toepassing blijft.
De voorzieningenrechter overweegt dat de acceptatie van de sloopmelding geen besluit is in de zin van de Algemene wet bestuursrecht, en dat er geen rechtsmiddelen openstaan tegen deze acceptatie. De omgevingsvergunning is verleend voor de activiteit 'bouwen' en past grotendeels binnen het bestemmingsplan. Verzoekers hebben aangevoerd dat de vergunning in strijd is met het bestemmingsplan, maar de voorzieningenrechter oordeelt dat deze argumenten onvoldoende onderbouwd zijn.
De voorzieningenrechter concludeert dat er geen aanleiding is om de omgevingsvergunning te schorsen, omdat het belang van het college en de derde partijen om door te gaan met de bouw zwaarder weegt dan het belang van de verzoekers. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af en er is geen aanleiding voor proceskostenvergoeding.