Op 25 juni 2024 heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, een vonnis uitgesproken in de zaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van feitelijke aanranding van de eerbaarheid. De verdachte is schuldig bevonden aan het plegen van deze aanranding op 17 juni 2023, waarbij hij in de borsten van de aangeefster heeft geknepen tijdens een dorpsfeest in [plaats]. De rechtbank heeft het bewijs beoordeeld, waaronder de aangifte van de aangeefster en de verklaring van een getuige die het voorval heeft waargenomen. De rechtbank oordeelde dat de handeling van de verdachte als een ontuchtige handeling moet worden gekwalificeerd, in strijd met de sociaal-ethische normen. De verdachte ontkende de aanranding, maar de rechtbank achtte de verklaringen van de aangeefster en de getuige voldoende om tot een bewezenverklaring te komen.
De officier van justitie had een gevangenisstraf van zes weken geëist, maar de rechtbank oordeelde dat, gezien de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het gepleegd is, een gevangenisstraf van vier weken passend was. De rechtbank heeft ook rekening gehouden met het feit dat de verdachte niet eerder was veroordeeld. Het vonnis is openbaar uitgesproken en de rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier weken.