4.3.2Feiten en omstandigheden
De rechtbank stelt op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen de navolgende feiten en omstandigheden vast.
Ten aanzien van de hennepkwekerij en de diefstal van elektriciteit aan de [adres 1] in [plaats 1]
Op 29 november 2016 ontving de politie een melding dat het dak van de woning aan de
[adres 1] was ontdooid, terwijl de daken van andere woningen in de straat bedekt
waren met een laagje ijs. Met behulp van een warmtebeeldcamera werd op 16 januari 2017
waargenomen dat het dak van de woning aan de [adres 1] aanzienlijk meer warmte
uitstraalde dan soortgelijke omliggende objecten. Naar aanleiding van die informatie is de politie op 31 januari 2017 de woning aan de [adres 1] binnengetreden.
Op zolder werd een in werking zijnde hennepkwekerij aangetroffen, waar in totaal 224
hennepplanten stonden van ongeveer twee â drie weken oud. Ook zijn er omstandigheden
gebleken die duiden op één eerdere oogst.
Enexis heeft geconstateerd dat de hennepkwekerij werd voorzien van illegaal afgenomen
stroom. De deksel van de aansluitkast was geopend en er was een illegale aansluiting
geplaatst op de bovenzijde van de zekeringhouders. Ook was de hoofdbeveiliging ten
behoeve van de elektrische installatie verzwaard. Door de manipulatie werd afgenomen
elektriciteit ten behoeve van de hennepkwekerij niet geregistreerd door de elektriciteitsmeter.
In totaal is volgens berekeningen van Enexis minimaal 9.863 kWh illegaal afgenomen.
Medeverdachte [medeverdachte 4] , afkomstig uit Birma, stond ingeschreven in de woning aan de
[adres 1] . Hij heeft verklaard dat de hennepkwekerij is opgezet door een man aan
wie hij de zolder had verhuurd. [medeverdachte 4] heeft verklaard dat hij zelf de hennepplanten water heeft
gegeven en de planten eruit heeft getrokken.
Medeverdachte [medeverdachte 5] heeft verklaard dat hij voor verdachte een aantal meterkasten heeft
omgebouwd, waardoor de stroom buiten de meter om liep. Dat was onder andere in een
woning in [plaats 1] . Hij ontving daarvoor per keer 500 euro contant van verdachte. [medeverdachte 5] heeft
ook verklaard dat er soms een vrouw met verdachte mee was, waarvan hij vermoedde dat het
zijn partner was.
Door de politie is op 8 maart 2017 gezien dat er een witte bestelbus op de oprit van de
woning stond. Bij de bus stonden twee personen, die verbalisanten herkenden als verdachte
en [medeverdachte 1] . Zij verklaarde toen tegen de politie dat zij kwamen helpen om de hennepkwekerij op te ruimen en dat zij het afval naar de Rova zouden brengen
.Door de politie werd waargenomen dat de bestelbus richting Zwolle reed en op het industrieterrein aan de [adres 6] te [plaats 5] stopte voor een bedrijfspand. De Volvo van verdachte is ook op 17, 21, 22, 24, 27, 30 en 31 maart 2017 aan de [adres 6] gezien.
Op 4 april 2017 is de garagebox aan de [adres 6] , waarvan verdachte de sleutel tot zijn
beschikking had, doorzocht. Bij het openen van de garagebox roken de verbalisanten een
hennepgeur en werd een zak hennep en meerdere hennepgerelateerde goederen aangetroffen.
Medeverdachte [medeverdachte 1] heeft verklaard dat zij en verdachte de garagebox hadden gehuurd
voor de opslag van de spullen van de hennepkwekerij. Daarnaast heeft [medeverdachte 1] verklaard dat zij betrokken is bij de hennepkwekerijen waar zij is gezien en dat zij schuldig is.
Ten aanzien van de hennepkwekerij en de diefstal van elektriciteit aan de [adres 2] in [plaats 2]
De hennepkwekerij aan de [adres 2] is aangetroffen op 4 april 2017. In de slaapkamer
op de eerste etage bevond zich een in werking zijnde hennepkwekerij met 196 planten van
ongeveer 60 centimeter hoogte. Op de zolder bevond zich een in werking zijnde
hennepkwekerij, achter een houten afgetimmerde muur, met 252 hennepplanten van ongeveer 60 centimeter.
Er zijn omstandigheden gebleken dat vijf keer eerder is geoogst. Naast de aangetroffen
planten zijn er onder meer gedroogde hennepresten, kalkafzetting, stof op voorwerpen, lege
strijkzakken en verkleurde netten aangetroffen. Dat de hennepkwekerij daar al langer was,
kan ook worden afgeleid uit de melding van 23 februari 2016 dat het had gesneeuwd en het
dak van de [adres 2] niet bevroren was en de andere daken wel.
Enexis heeft geconstateerd dat de hennepkwekerij werd voorzien van illegaal afgenomen
stroom. Er was een illegale aftakking gemaakt (binnen) op de aansluitleiding van Enexis. De
illegale aftakking liep buiten de meetinrichting van Enexis om naar de installatie en de
daarop aangesloten apparatuur in de woning en voorzag deze van elektriciteit. Door buiten
de meetinrichting om aan te sluiten, is er meer vermogen beschikbaar gesteld dan
contractueel was overeengekomen. In totaal is volgens berekeningen van Enexis 32.918 kWh
weggenomen.
Medeverdachte [medeverdachte 6] , afkomstig uit Birma, is de huurder van de woning aan de
[adres 2] . [medeverdachte 6] heeft verklaard dat medeverdachte [medeverdachte 3] een sleutel van zijn woning
had en dat [medeverdachte 3] hem heeft overgehaald om een hennepkwekerij te beginnen en dat ook heeft
geregeld.
Zoals hiervoor besproken, heeft [medeverdachte 5] verklaard dat hij een aantal meterkasten heeft
opgebouwd voor verdachte en dat hij daarvoor 500 euro contant per keer kreeg. Dat was
onder andere ook in een woning in de omgeving [plaats 6] in [plaats 2] .
De Volvo van verdachte is aan de [adres 2] gezien op 7, 14, 21 en 29 maart 2017 en
1 april 2017. Daarnaast is door de politie op 4 april 2017 gezien dat verdachte en [medeverdachte 1] - na een bezoek aan de [adres 3] - de woning aan de [adres 2] betraden. Zij zijn die dag samen met medeverdachten [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] aangehouden op de eerste verdieping van de woning. Verdachte had een knipschaar in zijn hand en ze hadden beide een witte overall aan.
Na de aanhouding is op 4 april 2017 het bedrijfspand aan de [adres 7] in [plaats 4] doorzocht. Door de politie is gezien dat verdachte en [medeverdachte 1] het bedrijfspand eerder, op 20 februari 2017, betraden. In het bedrijfspand werden twee zakken met gedroogde henneptoppen en meerdere hennepgerelateerde goederen aangetroffen, waaronder drie jerrycans met groeimiddel, een koolstoffilter en een schakelkast.
Verdachte heeft verklaard dat hij de bedrijfsruimte aan de [adres 7] huurde. Medeverdachte [medeverdachte 1] heeft verklaard dat zij op 4 april 2017 aan de [adres 2] was om te helpen met de wietplantjes. Zij ging één keer per week naar de woning van [medeverdachte 6] , die zij kende via de Birmaanse gemeenschap. Tevens heeft [medeverdachte 1] verklaard dat [medeverdachte 3] daar dan ook altijd was. Zij had hem leren kennen op een bijeenkomst. Op 4 april 2017 had zij hem gevraagd om naar de [adres 2] te komen om te helpen, aldus [medeverdachte 1] .
Ten aanzien van de hennepkwekerij aan de [adres 3] in [plaats 2]
Op 4 april 2017 heeft de politie in de woning aan de [adres 3] een ingerichte hennepstekkerij met in totaal 2.964 hennepstekken aangetroffen en een in werking zijnde
hennepkwekerij met 600 hennepplanten (moederplanten). Van de 600 moederplanten werden
250 moederplanten geschat tussen de vier weken en tien weken oud. De overige moederplanten waren maximaal vier weken oud geschat. Tevens werd in de woning hennepafval van volgroeide hennepplanten aangetroffen dat erop duidt dat één keer eerder is
geoogst van totaal 600 moederplanten. Tot slot werd in de woning een rekening aangetroffen
van coffeeshop ‘ [bedrijf 1] ’ gevestigd aan de [vestigingsplaats] . Op de rekening
stond dat er op 13 maart 2017 om 15.53 uur meerdere goederen waren verkocht, waaronder
stekblokjes. Gebleken is dat het voertuig van verdachte op diezelfde dag tussen 15.20 uur en 16.14 uur op de [vestigingsplaats] stond.
Medeverdachte [medeverdachte 7] , afkomstig uit Birma, stond ingeschreven in de woning aan de
[adres 3] . Hij heeft verklaard veelal in [plaats 7] te verblijven. Ook heeft [medeverdachte 7] verklaard dat
hij en medeverdachte [medeverdachte 3] een sleutel van de woning hadden en dat [medeverdachte 3] de hennepkwekerij
heeft opgezet.
Het voertuig van verdachte is aan de [adres 3] gezien op 7, 10, 13, 14, 18, 21, 25 en 29 maart
2017 en 1 april 2017. Daarnaast is door de politie gezien dat [medeverdachte 1] op 4 april 2017 de woning in ging en dat verdachte, na een bezoek aan de Jumbo, ook de woning inliep met een bruin doosje in zijn handen. Even later kwamen hij en [medeverdachte 1] naar buiten met een doosje dat was afgeplakt. Verdachte stopte het doosje in de kofferbak van de Volvo en beiden stapten vervolgens de auto in.
De Volvo van verdachte is op 4 april 2017 inbeslaggenomen en op 6 april 2017 doorzocht. In het voertuig werd een kartonnen doosje met daarin 32 hennepstekken aangetroffen. Ook werden er twee jerrycans met ongeveer vijf liter groeimiddel in het voertuig aangetroffen.
Medeverdachte [medeverdachte 1] heeft verklaard dat zij betrokken is bij de hennepkwekerijen waar zij is gezien en dat zij schuldig is.
Ten aanzien van de hennepkwekerij en de diefstal van elektriciteit aan de [adres 4] in [plaats 3]
Op 4 april 2017 werd in de woning aan de [adres 4] een ingerichte hennepkwekerij met 211 hennepplanten aangetroffen. De planten waren ongeveer één week
oud en 15 cm hoog. Er zijn omstandigheden gebleken die duiden op één eerdere oogst.
Enexis heeft geconstateerd dat de hennepkwekerij werd voorzien van illegaal afgenomen
stroom. Er was een illegale aansluiting na de hoofdbeveiliging gemaakt in de
hoofdaansluitkast. Ook was een elektriciteitskabel aangelegd die buiten de elektriciteitsmeter
om liep en de elektrische installatie in de woning voorzag van elektriciteit.
In totaal is volgens berekeningen van Enexis 8.751 kWh illegaal afgenomen.
Blijkens de bakengegevens is de Volvo van verdachte op 14, 18, 21, 22, 24 en 25 maart 2017
aan de [adres 4] geweest. Daarnaast is door de politie op 21 maart 2017
waargenomen dat de Volvo van verdachte bij de woning stond geparkeerd. Omstreeks 13:40
uur kwam een Suzuki Alto met het kenteken [kenteken 2] aangereden en deze parkeerde voor de
deur van de woning. De woning werd vervolgens geopend en gesloten. Omstreeks 15:20 uur
verlieten twee personen, die de verbalisanten herkenden als verdachte en [medeverdachte 1] , de woning en zij stapten in de Volvo van verdachte. Vervolgens reed de Suzuki Alto voor de Volvo uit. Uit onderzoek bleek dat de Suzuki Alto op naam stond van medeverdachte [medeverdachte 5] .
Zoals reeds vastgesteld heeft [medeverdachte 5] verklaard dat hij een aantal meterkasten voor verdachte
heeft omgebouwd en dat hij hier 500 euro voor kreeg en dat verdachte soms een vrouw bij
zich had, van wie hij vermoedde dat het zijn partner was. Het ombouwen van een meterkast
heeft hij ook gedaan in de woning aan de [adres 4] .
[medeverdachte 7] , geboren in Birma, stond ingeschreven aan de [adres 4] . Medeverdachte [medeverdachte 1] heeft verklaard dat zij [medeverdachte 7] kende en dat hij haar de sleutel van zijn woning had gegeven voordat hij op vakantie ging. Ook heeft zij verklaard dat zij in de woning is geweest, omdat er iemand kwam voor het aansluiten van de elektriciteit. [medeverdachte 1] ging altijd samen met verdachte naar de [adres 4] . ‘Waar hij gaat, ga ik ook’, aldus [medeverdachte 1] .
4.3.3Bewijsoverwegingen en conclusies
De vraag die aan de rechtbank ter beantwoording voorligt is of verdachte, kort samengevat, als (mede)pleger betrokken is geweest bij de hiervoor genoemde hennepkwekerijen (feit 1) en de diefstal van elektriciteit ten behoeve van drie van deze hennepkwekerijen (feit 2). De rechtbank overweegt daartoe als volgt.
Medeplegen hennepteelt en de diefstal van elektriciteit
De rechtbank stelt voorop dat de betrokkenheid aan een strafbaar feit als medeplegen kan
worden bewezenverklaard, indien is komen vast te staan dat bij het begaan daarvan sprake is
geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking. Daarbij moet de van
medeplegen verdachte persoon aan de totstandkoming van het delict een wezenlijke bijdrage
hebben geleverd, waaruit blijkt van opzet op zowel de samenwerking als het plegen van het
strafbare feit. Bij de beoordeling of daaraan is voldaan, kan rekening worden gehouden met
onder meer de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol in de
voorbereiding, de uitvoering of de afhandeling van het delict en het belang van de rol van de
verdachte, diens aanwezigheid op belangrijke momenten en het zich niet terugtrekken op een
daartoe geëigend tijdstip.
Uit de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen leidt de rechtbank met betrekking tot de
betrokkenheid van verdachte bij het ten laste gelegde het volgende af.
Verdachte is op 4 april 2017 samen met medeverdachten [medeverdachte 1] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 2]
aangehouden in de woning aan de [adres 2] . Hij had een overall aan en een knipschaartje in zijn hand. Medeverdachte [medeverdachte 1] heeft verklaard dat zij heeft geholpen met de wietplanten en dat zij medeverdachte [medeverdachte 3] had gevraagd om te komen helpen. De rechtbank concludeert op basis van die omstandigheden dat 4 april 2017 een ‘knipdag’ was en dat verdachte daar was om te helpen met het knippen van hennep.
Verdachte was niet alleen betrokken bij het knippen. Hij was samen met [medeverdachte 1] ook betrokken bij het vervoeren en de opslag van hennepstekken, (gedroogde) hennepplanten en
hennepgerelateerde goederen. Zo zijn verdachte en [medeverdachte 1] op 4 april 2017 bij de [adres 3]
49 gezien, terwijl verdachte met een bruin doosje in zijn handen liep. Diezelfde dag is in de Volvo een soortgelijk doosje aangetroffen met daarin 32 hennepstekken en twee jerrycans
met groeimiddel. Ook in de garagebox aan de [adres 6] en het bedrijfspand aan de
[adres 7] , waar verdachte en [medeverdachte 1] veelvuldig zijn gezien, zijn hennep en
hennepgerelateerde goederen aangetroffen. Tot slot hielpen zij ook bij het leeghalen van de hennepkwekerij aan de [adres 1] .
Uit de observaties en de bakengegevens is gebleken dat verdachte en [medeverdachte 1] ook veelvuldig zijn gezien in en rondom de woningen waar hennepkwekerijen zijn aangetroffen. In de woningen verbleven personen van Birmese afkomst. Medeverdachte [medeverdachte 1] , eveneens van Birmese afkomst, kende al deze personen. Ook had zij de beschikking over de sleutel van de woning aan de [adres 4] en daarmee directe toegang tot de woning. [medeverdachte 1] heeft verklaard in de woning aan de [adres 4] te zijn geweest, omdat iemand zou komen voor het
aansluiten van de elektriciteit. Dat moet medeverdachte [medeverdachte 5] zijn geweest. [medeverdachte 5] heeft
verklaard dat hij voor verdachte meterkasten heeft omgebouwd in de woningen in [plaats 1] ,
[plaats 2] en [plaats 3] , waaronder aan de [adres 4] . Hij ontving daarvoor 500
euro contant per keer van verdachte.
Op grond van bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat de voor medeplegen vereiste
voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en de medeverdachten is
komen vast te staan. In het bijzonder overweegt de rechtbank over de rol van verdachte nog als volgt.
Verdachte werkte nauw samen met zijn partner [medeverdachte 1] , zij waren gezamenlijk betrokken bij de
voorbereiding (het regelen van geschikte woningen), de uitvoering (het knippen, vervoeren
en opslaan van hennep) en de afhandeling (het leeghalen van de kwekerij) van de hennepteelt
en de diefstal van de benodigde elektriciteit ten behoeve van de hennepteelt. Het illegaal
aftappen van elektriciteit is immers een essentieel onderdeel voor het draaiende houden van
de hennepkwekerijen. De rechtbank acht daarom bewezen dat verdachte zich als
medepleger schuldig heeft gemaakt aan hennepteelt en de diefstal van elektriciteit.
Bedrijfsmatige hennepteelt
Tot slot concludeert de rechtbank op grond van de aangetroffen situatie in de
hennepkwekerijen en de factuur van coffeeshop ‘ [bedrijf 1] ’ in [plaats 5] dat de hennepstekkerij was bedoeld voor levering aan andere hennepkwekerijen die vervolgens leverden aan coffeeshops in de regio en dat er aldus sprake is geweest van het telen van hennep in het kader van een bedrijf.
Conclusie
De rechtbank acht op grond van voorgaande feiten en omstandigheden - in onderling verband
en samenhang bezien - wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft
gemaakt aan het medeplegen van bedrijfsmatige hennepteelt (feit 1) en het medeplegen van
diefstal van elektriciteit (feit 2).