ECLI:NL:RBOVE:2024:3177

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
18 juni 2024
Publicatiedatum
18 juni 2024
Zaaknummer
08-952232-17 (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplegen van bedrijfsmatige hennepteelt en diefstal van elektriciteit

Op 18 juni 2024 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van het medeplegen van bedrijfsmatige hennepteelt en diefstal van elektriciteit. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte samen met anderen op verschillende adressen hennep heeft geteeld en elektriciteit heeft gestolen door middel van braak. De verdachte is schuldig bevonden aan het medeplegen van deze feiten, die zich hebben voorgedaan tussen januari 2016 en april 2017. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 123 dagen, waarvan 120 dagen voorwaardelijk, en heeft hem verplicht tot het betalen van schadevergoeding aan Enexis Netbeheer B.V. voor de illegaal afgenomen elektriciteit. De rechtbank heeft in haar overwegingen rekening gehouden met de ernst van de feiten, de rol van de verdachte en zijn persoonlijke omstandigheden, waaronder een vastgestelde autismespectrumstoornis. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het telen van hennep op een professionele wijze, wat aanzienlijke risico's met zich meebracht voor de samenleving. De rechtbank heeft de vordering van de benadeelde partij gedeeltelijk toegewezen en de verdachte aansprakelijk gesteld voor de schade die door zijn handelen is veroorzaakt.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummer: 08-952232-17 (P)
Datum vonnis: 18 juni 2024
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1963 in [geboorteplaats 1] ,
wonende aan de [woonplaats] .

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van 10 juni 2021, 11 november 2021, 10 maart 2022, 9 juni 2022, 25 april 2023 en 4 juni 2024.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie
en van wat door verdachte en zijn raadsman mr. K. Kok, advocaat te Zwolle, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
feit 1: al dan niet samen met anderen in de uitoefening van een beroep of bedrijf op vier
adressen hennep heeft geteeld;
feit 2: al dan niet samen met anderen op drie adressen elektriciteit heeft gestolen door middel
van braak of verbreking.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
1
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 10 januari 2017 tot en met
4 april 2017 tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (telkens)
al dan niet in het kader van een beroep of bedrijf, opzettelijk heeft/hebben geteeld en/of
bereid en/of bewerkt en/of verwerkt, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft/hebben gehad,
- in of omstreeks de periode van 10januari 2017 tot en met 31januari 2017 te [plaats 1] ,
gemeente [plaats 1] , althans in Nederland, in een pand aan of nabij de [adres 1] ,
224 (tweehonderdvierentwintig) hennepplanten, en/of
- in of omstreeks de periode van 24 januari 2017 tot en met 4 april 2017 te [plaats 2] ,
gemeente [plaats 2] , althans in Nederland, in een pand aan of nabij de [adres 2] ,
448 (vierhonderdachtenveertig) hennepplanten, en/of
- in of omstreeks de periode van 7 maart 2017 tot en met 4 april 2017 te [plaats 2] ,
gemeente [plaats 2] , althans in Nederland, in een pand aan of nabij de [adres 3] ,
3524 (vijfendertighonderdvierentwintig) hennepplanten (waarvan ongeveer 2900
(negenentwintighonderd) hennepstekken), en/of
- in of omstreeks de periode van 28 maart 2017 tot en met 4 april 2017 te [plaats 3] ,
gemeente [plaats 3] , althans in Nederland, in een pand aan of nabij de [adres 4]
, 21 1 (tweehonderdelf) hennepplanten,
althans (telkens) een (groot) aantal hennepplanten en/of delen daarvan, in elk geval
(telkens) een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep,
zijnde hennep een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel
aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van die wet;
2
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 9 februari 2016 tot en met
4 april 2017 tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (telkens)
met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een hoeveelheid
elektriciteit, in elk geval enig goed,
- in of omstreeks de periode van 22 november 2016 tot en met 31januari 2017 te [plaats 1] ,
gemeente [plaats 1] , althans in Nederland, in een pand aan of nabij de [adres 1]
te [plaats 1] , en/of
- in of omstreeks de periode van 9 februari 2016 tot en met 4 april 2017 te [plaats 2] ,
gemeente [plaats 2] , althans in Nederland, in een pand aan of nabij de [adres 2]
te [plaats 2] , en/of
- in of omstreeks de periode van 9januari 2017 tot en met 4 april 2017 te [plaats 3] ,
gemeente [plaats 3] , althans in Nederland, in een pand aan of nabij de [adres 4]
te [plaats 3] ,
(telkens) geheel of ten dele toebehorende aan Enexis B.V., in elk geval aan een ander of
anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn
mededader(s) (telkens) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft
en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door
middel van braak en/of verbreking.

3.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot
kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en
dat er (thans) geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging. In het bijzonder overweegt de rechtbank als volgt.
3.1
Schorsing van de vervolging
Deze rechtbank heeft bij vonnis van 9 juni 2022, op grond van artikel 16 lid 1 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) de vervolging van de verdachte geschorst, omdat sprake was van een dusdanige ziekelijke stoornis van de geestesvermogens (te weten: katatonie) dat verdachte niet in staat was om het strafproces te volgen dan wel in voldoende mate de eventuele gevolgen van het proces kon overzien.
3.2
Opheffing schorsing van de vervolging
Op 15 mei 2024 heeft de officier van justitie gevorderd dat de schorsing van de vervolging van de verdachte wordt opgeheven. Hij heeft daartoe aangevoerd dat gelet op de observatieresultaten en de conclusies van psychiater dr. T.W.D.P. van Os (inmiddels) geen sprake (meer) is van katatonie, maar van een conversiestoornis dan wel een nagebootste stoornis (malingeren), waardoor er geen reden is dat hij niet in staat zou zijn de strekking van de tegen hem ingestelde vervolging te begrijpen.
Bij beslissing van 4 juni 2024 heeft de rechtbank de vordering van de officier van justitie tot opheffing van de schorsing van de vervolging van de verdachte toegewezen.

4.De bewijsoverwegingen

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de onder 1 en 2 ten laste
gelegde feiten wettig en overtuigend bewezen kunnen worden verklaard.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman refereert zich ten aanzien van de bewezenverklaring aan het oordeel van de rechtbank.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
4.3.1
Inleidend [1]
Naar aanleiding van onder meer het aantreffen van een hennepkwekerij aan de
[adres 1] in [plaats 1] is de politie een strafrechtelijk onderzoek gestart, genaamd Civic.
Het onderzoek richtte zich op verdachte en zijn partner, medeverdachte [medeverdachte 1] (hierna: [medeverdachte 1] ), wonende aan de [adres 5] in [plaats 4] . Zij zouden zich bezighouden met het
verzorgen en onderhouden van verschillende hennepkwekerijen in de regio van [plaats 4] .
Gedurende het onderzoek zijn er tegen verdachte en [medeverdachte 1] bijzondere opsporingsmiddelen ingezet. Zo hebben er (stelselmatige) observaties plaatsgevonden en er is een plaatsbepalend baken onder het voertuig van verdachte geplaatst.
Op 4 april 2017 is in een woning aan de [adres 2] te [plaats 2] een inwerking
zijnde hennepkwekerij aangetroffen, en zijn verdachte, zijn partner [medeverdachte 1] en medeverdachten [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] aangehouden. Op diezelfde dag zijn ook hennepkwekerijen in woningen aan de [adres 3] te [plaats 2] en de [adres 4] te [plaats 3] aangetroffen. Tevens hebben op 4 april 2017 doorzoekingen plaatsgevonden in de woning van verdachte en [medeverdachte 1] , een garagebox aan de [adres 6] te [plaats 5] en een bedrijfspand aan de [adres 7] te [plaats 4] , waarbij diverse goederen in beslag zijn genomen. Tot slot werd
ook de Volvo met kenteken [kenteken 1] , op naam van verdachte, inbeslaggenomen. [2]
4.3.2
Feiten en omstandigheden
De rechtbank stelt op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen de navolgende feiten en omstandigheden vast.
Ten aanzien van de hennepkwekerij en de diefstal van elektriciteit aan de [adres 1] in [plaats 1]
Op 29 november 2016 ontving de politie een melding dat het dak van de woning aan de
[adres 1] was ontdooid, terwijl de daken van andere woningen in de straat bedekt
waren met een laagje ijs. Met behulp van een warmtebeeldcamera werd op 16 januari 2017
waargenomen dat het dak van de woning aan de [adres 1] aanzienlijk meer warmte
uitstraalde dan soortgelijke omliggende objecten. Naar aanleiding van die informatie is de politie op 31 januari 2017 de woning aan de [adres 1] binnengetreden.
Op zolder werd een in werking zijnde hennepkwekerij aangetroffen, waar in totaal 224
hennepplanten stonden van ongeveer twee â drie weken oud. Ook zijn er omstandigheden
gebleken die duiden op één eerdere oogst.
Enexis heeft geconstateerd dat de hennepkwekerij werd voorzien van illegaal afgenomen
stroom. De deksel van de aansluitkast was geopend en er was een illegale aansluiting
geplaatst op de bovenzijde van de zekeringhouders. Ook was de hoofdbeveiliging ten
behoeve van de elektrische installatie verzwaard. Door de manipulatie werd afgenomen
elektriciteit ten behoeve van de hennepkwekerij niet geregistreerd door de elektriciteitsmeter.
In totaal is volgens berekeningen van Enexis minimaal 9.863 kWh illegaal afgenomen.
Medeverdachte [medeverdachte 4] , afkomstig uit Birma, stond ingeschreven in de woning aan de
[adres 1] . Hij heeft verklaard dat de hennepkwekerij is opgezet door een man aan
wie hij de zolder had verhuurd. [medeverdachte 4] heeft verklaard dat hij zelf de hennepplanten water heeft
gegeven en de planten eruit heeft getrokken.
Medeverdachte [medeverdachte 5] heeft verklaard dat hij voor verdachte een aantal meterkasten heeft
omgebouwd, waardoor de stroom buiten de meter om liep. Dat was onder andere in een
woning in [plaats 1] . Hij ontving daarvoor per keer 500 euro contant van verdachte. [medeverdachte 5] heeft
ook verklaard dat er soms een vrouw met verdachte mee was, waarvan hij vermoedde dat het
zijn partner was.
Door de politie is op 8 maart 2017 gezien dat er een witte bestelbus op de oprit van de
woning stond. Bij de bus stonden twee personen, die verbalisanten herkenden als verdachte
en [medeverdachte 1] . Zij verklaarde toen tegen de politie dat zij kwamen helpen om de hennepkwekerij op te ruimen en dat zij het afval naar de Rova zouden brengen
.Door de politie werd waargenomen dat de bestelbus richting Zwolle reed en op het industrieterrein aan de [adres 6] te [plaats 5] stopte voor een bedrijfspand. De Volvo van verdachte is ook op 17, 21, 22, 24, 27, 30 en 31 maart 2017 aan de [adres 6] gezien.
Op 4 april 2017 is de garagebox aan de [adres 6] , waarvan verdachte de sleutel tot zijn
beschikking had, doorzocht. Bij het openen van de garagebox roken de verbalisanten een
hennepgeur en werd een zak hennep en meerdere hennepgerelateerde goederen aangetroffen.
Medeverdachte [medeverdachte 1] heeft verklaard dat zij en verdachte de garagebox hadden gehuurd
voor de opslag van de spullen van de hennepkwekerij. Daarnaast heeft [medeverdachte 1] verklaard dat zij betrokken is bij de hennepkwekerijen waar zij is gezien en dat zij schuldig is.
Ten aanzien van de hennepkwekerij en de diefstal van elektriciteit aan de [adres 2] in [plaats 2]
De hennepkwekerij aan de [adres 2] is aangetroffen op 4 april 2017. In de slaapkamer
op de eerste etage bevond zich een in werking zijnde hennepkwekerij met 196 planten van
ongeveer 60 centimeter hoogte. Op de zolder bevond zich een in werking zijnde
hennepkwekerij, achter een houten afgetimmerde muur, met 252 hennepplanten van ongeveer 60 centimeter.
Er zijn omstandigheden gebleken dat vijf keer eerder is geoogst. Naast de aangetroffen
planten zijn er onder meer gedroogde hennepresten, kalkafzetting, stof op voorwerpen, lege
strijkzakken en verkleurde netten aangetroffen. Dat de hennepkwekerij daar al langer was,
kan ook worden afgeleid uit de melding van 23 februari 2016 dat het had gesneeuwd en het
dak van de [adres 2] niet bevroren was en de andere daken wel.
Enexis heeft geconstateerd dat de hennepkwekerij werd voorzien van illegaal afgenomen
stroom. Er was een illegale aftakking gemaakt (binnen) op de aansluitleiding van Enexis. De
illegale aftakking liep buiten de meetinrichting van Enexis om naar de installatie en de
daarop aangesloten apparatuur in de woning en voorzag deze van elektriciteit. Door buiten
de meetinrichting om aan te sluiten, is er meer vermogen beschikbaar gesteld dan
contractueel was overeengekomen. In totaal is volgens berekeningen van Enexis 32.918 kWh
weggenomen.
Medeverdachte [medeverdachte 6] , afkomstig uit Birma, is de huurder van de woning aan de
[adres 2] . [medeverdachte 6] heeft verklaard dat medeverdachte [medeverdachte 3] een sleutel van zijn woning
had en dat [medeverdachte 3] hem heeft overgehaald om een hennepkwekerij te beginnen en dat ook heeft
geregeld.
Zoals hiervoor besproken, heeft [medeverdachte 5] verklaard dat hij een aantal meterkasten heeft
opgebouwd voor verdachte en dat hij daarvoor 500 euro contant per keer kreeg. Dat was
onder andere ook in een woning in de omgeving [plaats 6] in [plaats 2] .
De Volvo van verdachte is aan de [adres 2] gezien op 7, 14, 21 en 29 maart 2017 en
1 april 2017. Daarnaast is door de politie op 4 april 2017 gezien dat verdachte en [medeverdachte 1] - na een bezoek aan de [adres 3] - de woning aan de [adres 2] betraden. Zij zijn die dag samen met medeverdachten [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] aangehouden op de eerste verdieping van de woning. Verdachte had een knipschaar in zijn hand en ze hadden beide een witte overall aan.
Na de aanhouding is op 4 april 2017 het bedrijfspand aan de [adres 7] in [plaats 4] doorzocht. Door de politie is gezien dat verdachte en [medeverdachte 1] het bedrijfspand eerder, op 20 februari 2017, betraden. In het bedrijfspand werden twee zakken met gedroogde henneptoppen en meerdere hennepgerelateerde goederen aangetroffen, waaronder drie jerrycans met groeimiddel, een koolstoffilter en een schakelkast.
Verdachte heeft verklaard dat hij de bedrijfsruimte aan de [adres 7] huurde. Medeverdachte [medeverdachte 1] heeft verklaard dat zij op 4 april 2017 aan de [adres 2] was om te helpen met de wietplantjes. Zij ging één keer per week naar de woning van [medeverdachte 6] , die zij kende via de Birmaanse gemeenschap. Tevens heeft [medeverdachte 1] verklaard dat [medeverdachte 3] daar dan ook altijd was. Zij had hem leren kennen op een bijeenkomst. Op 4 april 2017 had zij hem gevraagd om naar de [adres 2] te komen om te helpen, aldus [medeverdachte 1] .
Ten aanzien van de hennepkwekerij aan de [adres 3] in [plaats 2]
Op 4 april 2017 heeft de politie in de woning aan de [adres 3] een ingerichte hennepstekkerij met in totaal 2.964 hennepstekken aangetroffen en een in werking zijnde
hennepkwekerij met 600 hennepplanten (moederplanten). Van de 600 moederplanten werden
250 moederplanten geschat tussen de vier weken en tien weken oud. De overige moederplanten waren maximaal vier weken oud geschat. Tevens werd in de woning hennepafval van volgroeide hennepplanten aangetroffen dat erop duidt dat één keer eerder is
geoogst van totaal 600 moederplanten. Tot slot werd in de woning een rekening aangetroffen
van coffeeshop ‘ [bedrijf 1] ’ gevestigd aan de [vestigingsplaats] . Op de rekening
stond dat er op 13 maart 2017 om 15.53 uur meerdere goederen waren verkocht, waaronder
stekblokjes. Gebleken is dat het voertuig van verdachte op diezelfde dag tussen 15.20 uur en 16.14 uur op de [vestigingsplaats] stond.
Medeverdachte [medeverdachte 7] , afkomstig uit Birma, stond ingeschreven in de woning aan de
[adres 3] . Hij heeft verklaard veelal in [plaats 7] te verblijven. Ook heeft [medeverdachte 7] verklaard dat
hij en medeverdachte [medeverdachte 3] een sleutel van de woning hadden en dat [medeverdachte 3] de hennepkwekerij
heeft opgezet.
Het voertuig van verdachte is aan de [adres 3] gezien op 7, 10, 13, 14, 18, 21, 25 en 29 maart
2017 en 1 april 2017. Daarnaast is door de politie gezien dat [medeverdachte 1] op 4 april 2017 de woning in ging en dat verdachte, na een bezoek aan de Jumbo, ook de woning inliep met een bruin doosje in zijn handen. Even later kwamen hij en [medeverdachte 1] naar buiten met een doosje dat was afgeplakt. Verdachte stopte het doosje in de kofferbak van de Volvo en beiden stapten vervolgens de auto in.
De Volvo van verdachte is op 4 april 2017 inbeslaggenomen en op 6 april 2017 doorzocht. In het voertuig werd een kartonnen doosje met daarin 32 hennepstekken aangetroffen. Ook werden er twee jerrycans met ongeveer vijf liter groeimiddel in het voertuig aangetroffen.
Medeverdachte [medeverdachte 1] heeft verklaard dat zij betrokken is bij de hennepkwekerijen waar zij is gezien en dat zij schuldig is.
Ten aanzien van de hennepkwekerij en de diefstal van elektriciteit aan de [adres 4] in [plaats 3]
Op 4 april 2017 werd in de woning aan de [adres 4] een ingerichte hennepkwekerij met 211 hennepplanten aangetroffen. De planten waren ongeveer één week
oud en 15 cm hoog. Er zijn omstandigheden gebleken die duiden op één eerdere oogst.
Enexis heeft geconstateerd dat de hennepkwekerij werd voorzien van illegaal afgenomen
stroom. Er was een illegale aansluiting na de hoofdbeveiliging gemaakt in de
hoofdaansluitkast. Ook was een elektriciteitskabel aangelegd die buiten de elektriciteitsmeter
om liep en de elektrische installatie in de woning voorzag van elektriciteit.
In totaal is volgens berekeningen van Enexis 8.751 kWh illegaal afgenomen.
Blijkens de bakengegevens is de Volvo van verdachte op 14, 18, 21, 22, 24 en 25 maart 2017
aan de [adres 4] geweest. Daarnaast is door de politie op 21 maart 2017
waargenomen dat de Volvo van verdachte bij de woning stond geparkeerd. Omstreeks 13:40
uur kwam een Suzuki Alto met het kenteken [kenteken 2] aangereden en deze parkeerde voor de
deur van de woning. De woning werd vervolgens geopend en gesloten. Omstreeks 15:20 uur
verlieten twee personen, die de verbalisanten herkenden als verdachte en [medeverdachte 1] , de woning en zij stapten in de Volvo van verdachte. Vervolgens reed de Suzuki Alto voor de Volvo uit. Uit onderzoek bleek dat de Suzuki Alto op naam stond van medeverdachte [medeverdachte 5] .
Zoals reeds vastgesteld heeft [medeverdachte 5] verklaard dat hij een aantal meterkasten voor verdachte
heeft omgebouwd en dat hij hier 500 euro voor kreeg en dat verdachte soms een vrouw bij
zich had, van wie hij vermoedde dat het zijn partner was. Het ombouwen van een meterkast
heeft hij ook gedaan in de woning aan de [adres 4] .
[medeverdachte 7] , geboren in Birma, stond ingeschreven aan de [adres 4] . Medeverdachte [medeverdachte 1] heeft verklaard dat zij [medeverdachte 7] kende en dat hij haar de sleutel van zijn woning had gegeven voordat hij op vakantie ging. Ook heeft zij verklaard dat zij in de woning is geweest, omdat er iemand kwam voor het aansluiten van de elektriciteit. [medeverdachte 1] ging altijd samen met verdachte naar de [adres 4] . ‘Waar hij gaat, ga ik ook’, aldus [medeverdachte 1] .
4.3.3
Bewijsoverwegingen en conclusies
De vraag die aan de rechtbank ter beantwoording voorligt is of verdachte, kort samengevat, als (mede)pleger betrokken is geweest bij de hiervoor genoemde hennepkwekerijen (feit 1) en de diefstal van elektriciteit ten behoeve van drie van deze hennepkwekerijen (feit 2). De rechtbank overweegt daartoe als volgt.
Medeplegen hennepteelt en de diefstal van elektriciteit
De rechtbank stelt voorop dat de betrokkenheid aan een strafbaar feit als medeplegen kan
worden bewezenverklaard, indien is komen vast te staan dat bij het begaan daarvan sprake is
geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking. Daarbij moet de van
medeplegen verdachte persoon aan de totstandkoming van het delict een wezenlijke bijdrage
hebben geleverd, waaruit blijkt van opzet op zowel de samenwerking als het plegen van het
strafbare feit. Bij de beoordeling of daaraan is voldaan, kan rekening worden gehouden met
onder meer de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol in de
voorbereiding, de uitvoering of de afhandeling van het delict en het belang van de rol van de
verdachte, diens aanwezigheid op belangrijke momenten en het zich niet terugtrekken op een
daartoe geëigend tijdstip.
Uit de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen leidt de rechtbank met betrekking tot de
betrokkenheid van verdachte bij het ten laste gelegde het volgende af.
Verdachte is op 4 april 2017 samen met medeverdachten [medeverdachte 1] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 2]
aangehouden in de woning aan de [adres 2] . Hij had een overall aan en een knipschaartje in zijn hand. Medeverdachte [medeverdachte 1] heeft verklaard dat zij heeft geholpen met de wietplanten en dat zij medeverdachte [medeverdachte 3] had gevraagd om te komen helpen. De rechtbank concludeert op basis van die omstandigheden dat 4 april 2017 een ‘knipdag’ was en dat verdachte daar was om te helpen met het knippen van hennep.
Verdachte was niet alleen betrokken bij het knippen. Hij was samen met [medeverdachte 1] ook betrokken bij het vervoeren en de opslag van hennepstekken, (gedroogde) hennepplanten en
hennepgerelateerde goederen. Zo zijn verdachte en [medeverdachte 1] op 4 april 2017 bij de [adres 3]
49 gezien, terwijl verdachte met een bruin doosje in zijn handen liep. Diezelfde dag is in de Volvo een soortgelijk doosje aangetroffen met daarin 32 hennepstekken en twee jerrycans
met groeimiddel. Ook in de garagebox aan de [adres 6] en het bedrijfspand aan de
[adres 7] , waar verdachte en [medeverdachte 1] veelvuldig zijn gezien, zijn hennep en
hennepgerelateerde goederen aangetroffen. Tot slot hielpen zij ook bij het leeghalen van de hennepkwekerij aan de [adres 1] .
Uit de observaties en de bakengegevens is gebleken dat verdachte en [medeverdachte 1] ook veelvuldig zijn gezien in en rondom de woningen waar hennepkwekerijen zijn aangetroffen. In de woningen verbleven personen van Birmese afkomst. Medeverdachte [medeverdachte 1] , eveneens van Birmese afkomst, kende al deze personen. Ook had zij de beschikking over de sleutel van de woning aan de [adres 4] en daarmee directe toegang tot de woning. [medeverdachte 1] heeft verklaard in de woning aan de [adres 4] te zijn geweest, omdat iemand zou komen voor het
aansluiten van de elektriciteit. Dat moet medeverdachte [medeverdachte 5] zijn geweest. [medeverdachte 5] heeft
verklaard dat hij voor verdachte meterkasten heeft omgebouwd in de woningen in [plaats 1] ,
[plaats 2] en [plaats 3] , waaronder aan de [adres 4] . Hij ontving daarvoor 500
euro contant per keer van verdachte.
Op grond van bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat de voor medeplegen vereiste
voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en de medeverdachten is
komen vast te staan. In het bijzonder overweegt de rechtbank over de rol van verdachte nog als volgt.
Verdachte werkte nauw samen met zijn partner [medeverdachte 1] , zij waren gezamenlijk betrokken bij de
voorbereiding (het regelen van geschikte woningen), de uitvoering (het knippen, vervoeren
en opslaan van hennep) en de afhandeling (het leeghalen van de kwekerij) van de hennepteelt
en de diefstal van de benodigde elektriciteit ten behoeve van de hennepteelt. Het illegaal
aftappen van elektriciteit is immers een essentieel onderdeel voor het draaiende houden van
de hennepkwekerijen. De rechtbank acht daarom bewezen dat verdachte zich als
medepleger schuldig heeft gemaakt aan hennepteelt en de diefstal van elektriciteit.
Bedrijfsmatige hennepteelt
Tot slot concludeert de rechtbank op grond van de aangetroffen situatie in de
hennepkwekerijen en de factuur van coffeeshop ‘ [bedrijf 1] ’ in [plaats 5] dat de hennepstekkerij was bedoeld voor levering aan andere hennepkwekerijen die vervolgens leverden aan coffeeshops in de regio en dat er aldus sprake is geweest van het telen van hennep in het kader van een bedrijf.
Conclusie
De rechtbank acht op grond van voorgaande feiten en omstandigheden - in onderling verband
en samenhang bezien - wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft
gemaakt aan het medeplegen van bedrijfsmatige hennepteelt (feit 1) en het medeplegen van
diefstal van elektriciteit (feit 2).
4.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen, waarin zijn
vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt,
wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, met
dien verstande dat:
1
hij in de periode van 10 januari 2017 tot en met 4 april 2017 tezamen en in vereniging met
anderen, (telkens) in het kader van een bedrijf, opzettelijk hebben geteeld en bereid en
bewerkt en verwerkt,
- in de periode van 10 januari 2017 tot en met 31 januari 2017 te [plaats 1] , gemeente [plaats 1] , in een pand aan de [adres 1] , 224 (tweehonderdvierentwintig) hennepplanten, en
- in de periode van 24 januari 2017 tot en met 4 april 2017 te [plaats 2] , gemeente [plaats 2] , in een pand aan de [adres 2] , 448 (vierhonderdachtenveertig)
hennepplanten, en
- in de periode van 7 maart 2017 tot en met 4 april 2017 te [plaats 2] , gemeente
[plaats 2] , in een pand aan de [adres 3] , 3524 (vijfendertighonderdvierentwintig)
hennepplanten (waarvan ongeveer 2900 (negenentwintighonderd) hennepstekken), en
- in de periode van 28 maart 2017 tot en met 4 april 2017 te [plaats 3] , gemeente
[plaats 3] , in een pand aan [adres 4] , 211 (tweehonderdelf) hennepplanten,
zijnde hennep een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II;
2
hij in de periode van 9 februari 2016 tot en met 4 april 2017 tezamen en in vereniging met
anderen, (telkens) met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen
een hoeveelheid elektriciteit,
- in de periode van 22 november 2016 tot en met 31 januari 2017 te [plaats 1] , gemeente [plaats 1]
[plaats 4] , in een pand aan de [adres 1] te [plaats 1] , en
- in de periode van 9 februari 2016 tot en met 4 april2017 te [plaats 2] , gemeente
[plaats 2] , in een pand aan de [adres 2] te [plaats 2] , en
- in de periode van 9 januari 2017 tot en met 4 april 2017 te [plaats 3] , gemeente [plaats 3] , in een pand aan de [adres 4] te [plaats 3] ,
(telkens) geheel toebehorende aan Enexis B.V., waarbij verdachte en/of zijn mededaders
(telkens) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en de weg te
nemen goederen onder haar/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van verbreking.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd in de bewezenverklaring. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

5.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in artikel 311 van het Wetboek van Strafrecht
(Sr) en artikel 47 Sr in samenhang met de artikelen 3 en 11 van de Opiumwet (0w). Er zijn
geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten
uitsluiten. Het bewezen verklaarde levert op:
feit 1
het misdrijf:
medeplegen van het in de uitoefening van een bedrijf opzettelijk handelen
in strijd met een in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen
gepleegd;
feit 2
het misdrijf:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het
weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking,
meermalen gepleegd.

6.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezen verklaarde feiten.

7.De op te leggen straf of maatregel

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd om aan verdachte op te leggen een gevangenisstraf
van 123 dagen waarvan 120 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren en met
aftrek van de tijd die verdachte in voorarrest heeft vastgezeten.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft gepleit voor dezelfde straf zoals ook door de officier van justitie is geëist. Hij heeft aangevoerd dat bij de strafoplegging rekening moet worden gehouden met het tijdsverloop en de persoonlijke omstandigheden van verdachte.
7.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde
feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte zoals die
uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De
rechtbank acht daarbij in het bijzonder het volgende van belang.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het medeplegen van hennepteelt en diefstal van
stroom. Het is een feit van algemene bekendheid dat hennepteelt, zeker als daarbij stroom
illegaal wordt afgenomen, (brand)gevaar, schade en overlast veroorzaken.
De hennepteelt heeft op grootschalige en professionele wijze plaatsgevonden en verdachte
heeft hierdoor een aandeel geleverd in de handel in softdrugs. Het is een feit van algemene
bekendheid dat met deze handel aanzienlijke financiële belangen zijn gemoeid en grote
winsten worden behaald en dat deze niet zelden gepaard gaan met geweld, bedreigingen en
ripdeals. Aan dergelijke handel medewerking verlenen, op welke wijze dan ook, acht de
rechtbank kwalijk. Verdachte vond zijn eigen financiële situatie belangrijker dan
de belangen van de samenleving. Dat rekent de rechtbank verdachte zeer aan.
De rechtbank heeft rekening gehouden met het strafblad van verdachte van 26 april 2024,
waaruit blijkt dat hij niet eerder is veroordeeld voor soortgelijke delicten.
De rechtbank heeft ook acht geslagen op de pro Justitia rapportages van 28 maart 2022, 22 maart 2023, 28 november 2023 en 29 januari 2024 waarin over verdachte is gerapporteerd door psychiater/psychoanalyticus dr. T.W.D.P. van Os.
Uit de rapportages komt naar voren dat bij verdachte een autismespectrumstoornis is vastgesteld. Na het lezen van het strafdossier raakte hij ontregeld en werd vastgesteld dat sprake was van katatonie, een psychiatrisch toestandsbeeld dat gekenmerkt wordt door staren, zwijgen en bewegingsarmoede. Inmiddels is geen sprake meer van katatonie, maar van een conversiestoornis dan wel een nagebootste stoornis (malingeren). De psychiater concludeert dat verdachte in staat is om de strekking van de tegen hem ingestelde vervolging te begrijpen.
Tot slot heeft de rechtbank kennisgenomen van de over verdachte opgemaakte
reclasseringsadviezen van 1 april 2019, 21 oktober 2021, 3 maart 2022 en 7 mei 2024.
Uit laatstgenoemd rapport blijkt dat er geen inhoudelijk gesprek met verdachte is te voeren en dat er geen aanknopingspunten zijn voor het inzetten van interventies. De reclassering adviseert dan ook een straf zonder bijzondere voorwaarden aan verdachte op te leggen.
De rechtbank oordeelt dat - mede gelet op de ernst van de feiten, de rol van verdachte in het
geheel en de straffen die door deze rechtbank in vergelijkbare gevallen zijn opgelegd - in
beginsel een substantiële onvoorwaardelijke gevangenisstraf op zijn plaats is. Gelet op de
persoonlijke omstandigheden van verdachte en het feit dat de redelijke termijn van artikel 6
EVRM met meer dan twee jaar is overschreden, ziet de rechtbank echter aanleiding om
daarvan af te wijken.
Alles afwegende, zal de rechtbank aan verdachte opleggen de straf zoals gevorderd door de
officier van justitie, te weten een gevangenisstraf van 123 dagen waarvan 120 dagen
voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren en met aftrek van de tijd die verdachte in
voorarrest heeft vastgezeten.
7.4
De inbeslaggenomen voorwerpen
De rechtbank constateert dat op de voorwerpen zoals vermeld op de beslaglijst, te weten een zwart horloge en een geldbedrag ad € 5.607,00, zowel klassiek beslag als conservatoir beslag rust.
De rechtbank zal het klassieke beslag opheffen en de teruggave van de inbeslaggenomen voorwerpen aan verdachte gelasten. Aangezien tevens conservatoir beslag is gelegd op voornoemde voorwerpen, zullen deze feitelijk niet aan de verdachte worden teruggegeven.

8.De schade van benadeelde

8.1
De vordering van de benadeelde partij
Ten aanzien van de diefstal van stroom aan de [adres 1]
Enexis Netbeheer B.V. heeft zich als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De
materiële schade bedraagt € 1.192,00 euro en bestaat uit illegaal afgenomen elektriciteit,
arbeidskosten, materiaal en administratiekosten. Gelet op het feit dat er een betalingsregeling
met [medeverdachte 4] is getroffen en door hem € 900,00 euro is vergoed, vordert de benadeelde partij
verdachte te veroordelen om schadevergoeding te betalen tot een totaalbedrag van € 292,00,
te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment waarop de schade is ontstaan.
Ten aanzien van de diefstal van stroom aan de [adres 4]
Enexis Netbeheer B.V. heeft zich als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De
benadeelde partij vordert verdachte te veroordelen om schadevergoeding te betalen tot een
totaalbedrag van € 1.234,89, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment
waarop de schade is ontstaan. De gevorderde materiële schade bestaat uit illegaal
afgenomen elektriciteit, arbeidskosten, materiaal en administratiekosten.
8.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft verzocht om de vordering van de benadeelde partij – ten aanzien van de diefstal van stroom aan de [adres 1] – niet-ontvankelijk te verklaren. Ten aanzien van de diefstal van stroom aan de [adres 4] heeft hij verzocht om de vordering toe te wijzen tot een bedrag van € 863,68 euro, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 4 april 2027.
8.3
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich aangesloten bij het standpunt van de officier van justitie ten aanzien van de vordering tot schadevergoeding door Enexis.
8.4
Het oordeel van de rechtbank
Ten aanzien van de diefstal van stroom aan de [adres 1]
Door de gebezigde bewijsmiddelen en de behandeling op de terechtzitting is komen vast te
staan dat verdachte door het onder 2 bewezen verklaarde feit rechtstreeks schade heeft
toegebracht aan de benadeelde partij.
Uit de stukken blijkt dat er een betalingsregeling is getroffen en dat de benadeelde partij
verdachte vordert te veroordelen om een schadevergoeding te betalen tot een bedrag van
€ 292,00. Nu dit bedrag hoger is dan hetgeen de rechtbank ziet als rechtstreeks geleden
schade (kWh-meter, netwerkkosten, verbruik, uurtarief), zal zij de vordering van de
benadeelde partij Enexis B.V. niet-ontvankelijk verklaren en bepalen dat de benadeelde partij
de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Ten aanzien van de diefstal van stroom aan de [adres 4]
Door de gebezigde bewijsmiddelen en de behandeling op de terechtzitting is komen vast te
staan dat verdachte door het onder 2 bewezen verklaarde feit rechtstreeks schade heeft
toegebracht aan de benadeelde partij.
De rechtbank zal het gevorderde, met uitzondering van de administratiekosten, waarvan
onvoldoende is onderbouwd dat dat rechtstreekse schade is, toewijzen tot een bedrag van
€ 863,68, te vermeerderen met de verschuldigde wettelijke rente vanaf de datum waarop de
schade is ontstaan. De rechtbank zal de benadeelde partij in het overige deel van de
vordering niet-ontvankelijk verklaren en bepalen dat de benadeelde partij de vordering in
zoverre slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
De verdachte is naar burgerlijk recht, samen met zijn mededader en dus hoofdelijk, aansprakelijk voor deze schade.
8.5
De schadevergoedingsmaatregel
De benadeelde partij heeft verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen.
De rechtbank zal de maatregel als bedoeld in artikel 36f Sr opleggen, aangezien verdachte
jegens de benadeelde partij naar burgerlijk recht (mede) aansprakelijk is voor de schade die
door het feit is toegebracht. Als door de verdachte niet volledig wordt betaald, kan deze verplichting worden aangevuld met 17 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.
Nu verdachte naar civielrechtelijke maatstaven samen met medeverdachte [medeverdachte 1] hoofdelijk aansprakelijk is voor deze schade, zal de rechtbank bepalen dat verdachte de schadevergoeding niet meer aan de (Staat ten behoeve van de) benadeelde partij hoeft te betalen indien medeverdachte [medeverdachte 1] deze schadevergoeding al heeft betaald.

9.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 14a, 14b, 14c en 57 Sr.

10.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het onder 1 en 2 ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feiten
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1, het misdrijf:
medeplegen van het in de uitoefening van een bedrijf opzettelijk
handelen in strijd met een in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod,
meermalen gepleegd;
feit 2, het misdrijf:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige
het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking,
meermalen gepleegd;
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 1 en 2 bewezen verklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
123 (honderddrieëntwintig) dagen;
- bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte van
120 (honderdtwintig) dagen niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de verdachte voor het einde van de
proeftijd van 2 (twee) jarenzich schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in
verzekering heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in
mindering zal worden gebracht;
schadevergoeding
- wijst de vordering van de benadeelde partij
Enexis Netbeheer B.V (feit 2, ten aanzien
van [adres 4] ) toe tot een bedrag van
€ 863,68(achthonderd drieënzestig euro
en achtenzestig cent), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 4 april 2017;
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij
gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit
vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de
kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde
feit tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van
€ 863,68(achthonderd
drieënzestig euro en achtenzestig cent), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 4
april 2017, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet
mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van
17 dagenkan worden toegepast (een en
ander voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan). Tenuitvoerlegging
van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting
tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- bepaalt dat de benadeelde partij Enexis Netbeheer B.V. in
het overige niet-ontvankelijk
is in de vorderingen, en dat de benadeelde partij de vorderingen voor dat deel slechts bij
de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
de in beslag genomen voorwerpen
- gelast de
teruggaveaan verdachte van een zwart horloge (voorwerp 2) en een geldbedrag ad € 5.607,00 (voorwerp 3).
Dit vonnis is gewezen door mr. A. van Holten, voorzitter, mr. C.J. de Jong en mr. J.G.M. Fluttert, rechters, in tegenwoordigheid van mr. M.R. Vis, griffier en in het openbaar uitgesproken op 18 juni 2024.
Buiten staat
Mr. J.G.M. Fluttert is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland met nummer 2017261729. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Ten aanzien van de hennepkwekerii en diefstal van elektriciteit aan de [adres 1]

1. Het proces-verbaal aantreffen hennepkwekerij van verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] van 3 februari 2017, p. 698-700, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:

(...) Aanleiding onderzoek:

- Een melding van collega Raalte, dat zij op dinsdag 29 november 2016 omstreeks 08:49
uur zagen dat alle daken van woningen aan de [adres 1] in [plaats 1] bedekt waren met een
laagje ijs of rijp. Behalve het dak van de woning [adres 1] was volledig ontdooid.
- Een onderzoek met behulp van een warmtebeeldcamera op de woning [adres 1] ,
welke heeft plaatsgevonden op maandag 16 jan aan 2017. Hierbij werd waargenomen dat
het dak een meer dan aanzienlijke hoeveelheid warmte uitstraalde in vergelijking met
soortgelijke omliggende objecten.
(...) Op het genoemde adres [adres 1] [plaats 1] , binnen de gemeente [plaats 1]
[plaats 4] , staat de volgende persoon ingeschreven: Achternaam : [naam 1] . Geboorteplaats:
[geboorteplaats 2] in Burma.
(...) Het bleek dat op genoemd adres een hennepkwekerij met planten aanwezig was.
(...) Na het binnentreden zagen wij het volgende: een afgetimmerde zolderruimte met (...) 52
plantenbakken. (...) In deze plantenbakken stonden in totaal 224 planten. Deze planten waren
twee a drie weken oud.
(...) De stroomvoorziening van de hennepkwekerij is onderzocht door [naam 2] , fraude-inspecteur bij de netwerkbeheerder Enexis. (...) Hierbij werd geconstateerd dat de
stroomvoorziening ten behoeve van de hennepkwekerij illegaal werd afgenomen. (...)

2. Rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel hennepkwekerij ex art 36e

2e lid Sr van verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] van 23 maart 2017, p. 703-705,
voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) Wij, verbalisanten, troffen in de kwekerij indicatoren aan van een eerdere oogst. (...)
hennepresten (...) kalkafzetting (...) stof op koolstoffilters (...) stof op voorwerpen (...).

3. Aangifte Enexis B.V., p. 748-749, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:

(...) Het deksel, van de aansluitkast is ongeoorloofd open geweest. (...) Illegale aansluiting
op bovenzijde zekeringhouders (...) De eerdergenoemde fraude-inspecteur zag dat de
hoofdbeveiliging ten behoeve van de elektrische installatie verzwaard was. (...) Door de
manipulatie werd afgenomen elektriciteit ten behoeve van de hennepplantage niet correct via
de elektriciteitsmeter geregistreerd. (...) Naar aanleiding van deze inventarisatie en het door
Enexis B.V. ingestelde onderzoek is door mij een berekening gemaakt waaruit blijkt dat er
minimaal 9.863 kWh illegaal is afgenomen. (...)

4. Het proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 4] van 1 februari 2017, p. 772 en 776,

voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) V. Wie heeft de kwekerij die wij hebben aangetroffen aan de [adres 1] te [plaats 1]
opgezet? A. Ik ken hem niet, ik weet niet hoe hij heet. (...) Aan deze man heb ik de zolder
verhuurd. (...) Ik moest alleen maar water geven en planten eruit trekken. (...)

5. Het proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 5] van 18 oktober 2017, p. 74, 75 en

77, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) Ik heb voor [naam 3] een aantal meterkasten omgebouwd waardoor de stroom buiten de
meter om liep. V: U zegt u heeft enkele meterkasten gedaan, weet u nog welke? A: Dat was
in [plaats 1] , [plaats 4] . In [plaats 1] zat een ‘Indo’ type in. Het adres in [plaats 1] betrof een woning.
(...) V. U noemde het eerder een vriendendienst. Wat verdiende u er mee? A: Ik kreeg 500
euro per kast en ontving dit cash van [naam 3] .
(...) V. Was jij,, altijd alleen? A: Soms had hij een vrouw bij zich, ik vermoed dat dat zijn
vrouw was. (...)

6. Het proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 1] van 5 april 2017 en 6 april 2017, p. 89, 91 en 97, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:

(...) V: Ben je wel eens aan de [adres 6] in [plaats 5] geweest? A. (...) Ja. (...) Die hebben
we gehuurd voor de opslag van de spullen van de kwekerij in [plaats 1] .
(...) A: Ik neem alle schuld op mij. V. Waaraan dan? A: Ik heb alles gedaan. (...) V. Dus als
ik zeg van wie is de kwekerij? A: Dan heb ik dat gedaan.
(...) V: Op welke adressen kunnen we nog meer hennepkwekerijen aantreffen? A: Waar jullie
mij hebben gezien, daar was ik bij. (...)

7.Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 3] en [verbalisant 4]

[verbalisant 4] van 8 maart 2017, p. 483, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) Op woensdag 08 maart 2017 omstreeks 14:00 uur waren wij ter plaatse op de
[adres 1] te [plaats 1] . Aldaar zagen wij dat een witkleurige Volkswagen Crafter
bestelbus, gekentekend: [kenteken 3] , achteruit ingeparkeerd stond op de oprit van de
[adres 1] . Wij zagen dat de achterdeur geopend was en dat een man, die wij
herkenden als de verdachte [verdachte] , (...) bij de achterkant van de bus bezig
was. (...) Ik, verbalisant [verbalisant 4] , zag dat een vrouw bij de achterkant van de Volkswagen bus in
gesprek was met een man, De vrouw herkende ik als zijnde de verdachte: [medeverdachte 1] (...).
Ik hoorde [medeverdachte 1] resumerend het volgende vertellen in woorden van gelijke strekking: (...) Er
is een hennepplantage aangetroffen. Wij helpen hem nu om deze op te ruimen. Wij brengen
het afval naar de ROVA.” (...) Op genoemde dag en datum te 14:52 uur richting zagen wij
dat de Volkswagen bus richting Zwolle reed. Wij zagen dat hij te 15:15 uur aan kwam op het
industrieterrein de Marslanden, [adres 6] , alwaar verschillende
bedrijfspanden gevestigd zijn. (...) Ik zag dat de Volkswagen bus achteruit ingeparkeerd
stond voor een bedrijfspand. (...)

8.Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 5] en [verbalisant 6]

[verbalisant 6] van 6 april 2017, p. 375-376, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...,) Op dinsdag 4 april 2017 omstreeks 14.00 uur bevonden wij ons (...) op de [adres 6]
ter hoogte van nummer [nummer 1] waar de growshop [bedrijf 2] is gevestigd. Aan de achterzijde van deze growshop staan een aantal garageboxen in een L-vorm. Uit onderzoek Civic was gebleken dat verdachte [verdachte] de beschikking had over een van deze garageboxen. Na zijn aanhouding is verdachte [verdachte] na het geven van de cautie en het wijzen op bijstand van een raadsman, gevraagd naar de sleutel van deze garagebox. Hierbij gaf verdachte [verdachte] aan dat hij niet wist welke sleutel van de garagebox was. Uiteindelijk bleek een sleutel met een wit label met opschrift “4” te passen op een van de middelste garageboxen. Bij het openen van deze garagebox roken wij een hennepgeur. De volgende hennep-gerelateerde goederen hebben wij aangetroffen:

1. 1 lila plastic zak met daarin hennep

2. 1 blauwe stoffen tas met daarin verschillende blauwe schoenhoezen, nieuwe en gebruikte

scharen, kunststof bewaardoos met daarin scharen, sommige nog in verpakking, en tools. De
tas rook naar hennep.

3. 1 vierkante doos met daarin een nieuw koolstoffilter

4. 1 grote zwarte tas met daarin zwarte strijkzakken, droognetten (vierkant, ca 20x20cm,),

stellagebenodigdheden voor droognetten, doorzichtig verpakkingsmateriaal

5. 1 vierkant mdf- “doos”,“, zelfgemaakt met sticker 3250 m3

6. 1 zwarte luchtafvoerbuis

7. 1 grote zilveren afvoerbuis

8. 1 zilveren afvoerbuis in witte langwerpige doos

9. 1 groen krat met onder andere tijdschakelaars (nog in verpakking), knelkoppelingen

(groot), verlengsnoer met randaarde (nog in verpakking), elektriciteitssnoer

10. 1 rood krat met onder andere handschoenen (sommige nog in verpakking), multischep,

mondkapje, kabelbinders

11. 1 zwart krat met witte overalls, diverse maten (L, XL en XXLJ

12. 1 blauwe PrimaGaz- easyblue XL met daaraan gekoppeld een kacheltje, merk

Euromblower

13. witte droognetten, 1 in komo-vuilniszak, 1 in grote zwarte vuilniszak en 1 nog verpakking

14. 4 witte vierkante bakken (hennepgeur)

15. 1 kartonnen doos opdruk Alvita met zwarte flexibele afvoerbuis

16. 1 groen krat met onder andere grote knelkoppelingen en ringen

17. 1 groen krat met onder andere twee plastic zakken met daarin koppelstukken, waterslang

(Gardena), trolletjes, tie-rips, verschillende formaten gatzagen

18. 1 groen krat met ringen voor afvoerbuizen

19. 1 vuilniszak (komo) met stuurstroomkabel (zgn VTMB kabel)

20. 25 plastic zakken voor Zweedse houtkrulsnippers

21. 1 vuilniszak (komo) met daarin ringen voor afvoerbuizen

22. 1 groen dompelbak, gebruikt -kalkaanslag- met bewateringsbuizen en koppelstukken

23. 1 rood krat met onder andere stekkerdozen, gereedschap, stekkers, katrollen,

oprolsnoertjes (voor geleiden planten) (...)

9. Hel proces-verbaal bevindingen baken van verbalisant [verbalisant 7] van 4 april 2017, p. 285-288, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:

(...) vrijdag 17 maart 2017, 11:56 uur — 12:18 uur, 14:16 uur— 14:24 uur, [adres 6] te
[plaats 5] .
(...) dinsdag 21 maart 2017, 12:13 uur — 12:54 uur, [adres 6] te [plaats 5] .
(...) woensdag 22maart 2017 12:26 uur — 12:39 uur, 21.06 uur — 21.10 uur, [adres 6]
te [plaats 5] .
(...) vrijdag 24 maart 2017, 09:24 uur — 09:26 uur, [adres 6] te [plaats 5] .
(...) maandag 27 maart 2017, 14:15 uur — 14.17 uur, [adres 6] te [plaats 5] .
(...) donderdag 30 maart 2017, 17:08 uur — 17:09 uur, [adres 6] te [plaats 5] .
(...) vrijdag 31 maart 2017, 13:28 uur — 14:04 uur, [adres 6] te [plaats 5] . (...)
Ten aanzien van de hennepkwekerii en diefstal van elektriciteit aan de Ganzebloern 35

1. Het proces-verbaal van verhoor verdachte van 5 april 2017, p. 20, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:

(…) Ik huur de [adres 7] in [plaats 4] (…)

2. Het proces-verbaal aantreffen hennepkwekerij van verbalisanten [verbalisant 8] en [verbalisant 9]

[verbalisant 9] van 29 april 2017, p. 616, 617, 619, 620, 622, 625-633, voor zover inhoudende,
zakelijk weergegeven:
(...) Op 4 april 2017 zijn er vier verdachten aangehouden op het adres [adres 2]
[plaats 2] . Op het genoemde adres [adres 2] [plaats 2] , staat de
volgende persoon ingeschreven: [medeverdachte 6] (...) Geboorteplaats: [geboorteplaats 3] in Burma.
(...) In de slaapkamer op de eerste etage van de woning bevond zich een in werking zijnde
hennepkwekerij. De slaapkamer bevindt zich aan de voorzijde van de woning. In totaal
stonden er 196 hennepplanten in deze kweekruimte. De gemiddelde hoogte van de planten
was ongeveer 60 cm. (...) Na het binnentreden zagen wij het volgende: Dit betrof de zolder
op de tweede etage van de woning. De zolder is te bereiken via een vaste trap vanaf de eerste
etage. Boven aan de trap zat een houten luik en na het openen van dit luik bevond zich achter een houten afgetimmerde muur een in werking zijnde hennepkwekerij. Daar stonden in totaal
252 hennepplanten. De gemiddelde hoogte van de planten was ongeveer 60 cm.
(...) De stroomvoorziening van de hennepkwekerij is onderzocht door [naam 4] , fraude-inspecteur bij de netwerkbeheerder Enexis (...) Hierbij werd geconstateerd dat de
stroomvoorziening ten behoeve van de hennepkwekerij illegaal werd afgenomen.
(...) [medeverdachte 2] (...) [verdachte] (...) [medeverdachte 1] (...) [medeverdachte 3] (...) aangehouden in de
woning.
(...) Wij, verbalisanten, troffen omstandigheden aan die duiden op een of meer eerdere
opbrengsten uit de exploitatie van de aangetroffen hennepkwekerij: (...) hennepresten (...)
kalkresten (...) stof op koolstoffilters. (...) stof op voorwerpen (...) lege zwarte plastic
strijkzak (...) verkleurde plastic netten.
(...) Op 23 februari 2016 kreeg wijkagent [verbalisant 2] een melding van de
woningbouwvereniging ‘Beter Wonen’. Er was bij de woningbouwvereniging melding gedaan dat het dak aan de [adres 2] te [plaats 2] die morgen niet bevroren was. Van omliggende woningen waren de daken wel bevroren die ochtend. (...)

3. Rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel hennepkwekerij ex art 36e

2e lid Sr van verbalisanten [verbalisant 8] en [verbalisant 9] van 24 april 2017, p. 643, voor
zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) Tijdens het onderzoek naar de hennepkwekerij bleek dat er meerdere indicatoren
aanwezig waren die duidden op (...) 5 eerdere oogsten in beide kweekruimtes. (...)

3. Aangifte Enexis Netbeheer B.V, p. 677 en 695, voor zover inhoudende, zakelijk

weergegeven:
(...) Er was een illegale aftakking gemaakt, binnen, op de aansluitleiding van Enexis, de
leiding voorziet het betreffende pand van elektriciteit. De illegale aftakking liep buiten de
meetinrichting van Enexis om naar de installatie (‘en de daarop aangesloten apparatuur,) in
het bezochte pand en voorzag deze van elektriciteit. Door buiten de meetinrichting om aan te
sluiten is er meer vermogen beschikbaar dan contractueel is overeengekomen met de
contractant. (...) Verbruik Elektriciteit: 32.918KWH. (...)

4. Het proces-verbaal aanhouding verdachte van verbalisant [verbalisant 10] van 4 april

2017, p. 68, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) Op de eerste etage aangekomen zag ik, [verbalisant 10], de in dit proces-verbaal genoemde
verdachte op de overloop staan. Daarbij zag ik dat zij een witte overall droeg. (...)

5. Het proces-verbaal aanhouding verdachte [verdachte] van verbalisant [verbalisant 11]

van 4 april 2017, p. 3, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...). Ik zag dat de verdachte een witte overall half aan had getrokken en zag dat hij in zijn
linkerhand een klein schaartje vast (...)

6. Het proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 6] van 5 april 2017, p. 179-181,

voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) V: Waar woon je? A: [plaats 2] , op de [adres 2] . (...) een vriend van mij heeft
ook de sleutel van mijn woning. Dat is [medeverdachte 3] . (...) Die hennepkwekerij was in mijn
woning. Ik wilde graag wat bij verdienen, de hennepkwekerij is niet van mij. Hij is van een man die een ruimte in mijn woning van mij huurde en daar kreeg ik geld daar geld voor. Ik weet de naam van de man niet, mijn vriend gaf mij de tip om de ruimte te verhuren, hij heeft dat toen voor mij geregeld. (...) Mijn vriend [medeverdachte 3] heeft mij toen over gehaald om het te doen en heeft dit geregeld. (...)

7. Het proces-verbaal verhoor verdachte [medeverdachte 1] van 5 april 2017, p. 89, 90 en 92, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:

(...) V: U bent aangehouden in perceel [adres 2] te [plaats 2] . Wat deed u daar? A:
Ik wilde daarheen om te helpen met de plantjes. V. Wat voor plantjes? A: Wiet. V: Wat
bedoelt u met helpen? A: Eigenlijk ben ik gewoon schuldig.
(...) V. Wat is uw relatie met [medeverdachte 6] ? A: Gewoon landgenoot. V. Hoe heb je hem
leren kennen? A: Gewoon via de Birmaanse gemeenschap.
(...) V: Wie bevonden zich nog meer in de woning, [adres 2] te [plaats 2] , vandaag?
A: De jongen, een vriend van [medeverdachte 6]. Deze jongen heet [medeverdachte 3] . Hij was daar. Hij komt
daar altijd. (...) Hij is hier nu denk ik vijf jaar. Hij kwam ook wel eens bij die bijeenkomsten
met de monniken.
(...) V. Hoe vaak komen u en uw man bij [medeverdachte 6] ? A: Ik ga meestal een keer per
week.
(...) V: Dus [medeverdachte 3] was ook op de [adres 3] in [plaats 2] ? A: Ja. (...) Ik ben daar
even geweest, ik heb [medeverdachte 3] daar vertelt dat hij op de [adres 2] kon komen voor de hulp. Ik
heb gezegd kom maar even en verder. [naam 3] was even boodschappen wezen doen en daarna
zijn we naar deze plek toe gegaan. (...)

8. Het proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 5] van 18 oktober 2017, p. 74, 75 en

77, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) Ik heb voor [naam 3] een aantal meterkasten omgebouwd waardoor de stroom buiten de
meter om liep.
(....) V: Wat voor adres nog meer? A: Een adres in [plaats 2] , [plaats 6] . Dit betrof
ook een woning. Ik weet niet wat voor mensen daar woonden. Dat adres betrof een
rijtjeswoningen van 4 woningen. Het betrof dan een tussenwoning.
(...) V: U noemde het eerder een vriendendienst. Wat verdiende u er mee? A: ik kreeg 500
euro per kast en ontving dit cash van [naam 3] .
(...) V: Was [naam 3] altijd alleen? A: Soms had hij een vrouw bij zich, ik vermoed dat dat zijn
vrouw was. (…)

9. Het proces-verbaal van observatie van verbalisant [verbalisant 12] van 4 april

2017, p. 277-281, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) Wij hebben op dinsdag 4 april 2017 geobserveerd (...) 11.39 uur. Wij zagen dat de Volvo [kenteken 1] stopte op de [adres 3] te [plaats 2] en wij zagen dat [medeverdachte 1] (...), die wij herkenden en nader te noemen [medeverdachte 1] , uitstapte. Wij zagen vervolgens dat de Volvo [kenteken 1], met [verdachte] , die wij herkenden, als bestuurder vertrok vanaf de [adres 3] te [plaats 2] .12.09 uur. Wij zagen dat [verdachte] en [medeverdachte 1] via de voordeur perceel [adres 3] te
[plaats 2] uit kwamen lopen.

12. 13 uur. Ik zag dat de Volvo [kenteken 1] geparkeerd werd op de [adres 2] te [plaats 2] ,

ter hoogte van perceel 35 en ik zag dat [verdachte] en [medeverdachte 1] uitstapten. Vervolgens zag ik dat [verdachte] en [medeverdachte 1] perceel [adres 2] te [plaats 2] binnengingen. (…)

10. Het proces-verbaal bevindingen baken van verbalisant, p. 284-286 en 288, voor

zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) dinsdag 7 maart 2017, 11:19 uur — 11:42 uur, [adres 2] te [plaats 2] .
(...) dinsdag 14 maart 2017, 11:59 uur — 12:20 uur, [adres 2] te [plaats 2] .
(...) dinsdag 21 maart 2017, 1 7:00 uur — 17:52 uur, [adres 2] te [plaats 2] .
(...) woensdag 29 maart 2017, 13:48 uur — 15:02 uur, [adres 2] te [plaats 2] .
(...) zaterdag 1 april 2017, 12.17 uur — 13.10 uur, [adres 2] te [plaats 2] . (...)

11.Het proces-verbaal van bevindingen doorzoeking [adres 7] te [plaats 4] van

verbalisant [verbalisant 13] van 5 april 2017, p. 345, voor zover inhoudende,
zakelijk weergegeven:
(...) Op dinsdag 4 april 2017 was ik, verbalisant [verbalisant 13] - [verbalisant 14], als
hulpofficier van justitie gemachtigd door officier van justitie mr. M [verbalisant 18], bevoegd het
bedrijfspand aan de [adres 7] te [plaats 4] te doorzoeken. Tevens troffen wij de volgende
goederen aan welke in beslag genomen zijn: (...) 3 Jerrycans groeimiddel (...) 2 Zakken met
daarin gedroogde henneptoppen (gewogen met gripzakje: 47 en 33 gram,) (...) 1
Koolstoffilter (...) 1 Schakelkast met betrekking tot het regelen van temperatuur (...)

12. Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 4] van 21 februari

2017, p. 490-491. Voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) Op maandag 20 februari 2017 (...) Ik zag te 12:02 uur dat het rolluik van het pand aan
de [adres 7] volledig geopend was. Ik zag in het pand twee (2) personen die ik
herkende als zijnde de bovengenoemde verdachten: [verdachte] en [medeverdachte 1] . Ik zag dat [verdachte]
en [medeverdachte 1] druk bezig waren met spullen aan het te verschuiven. Te 12:10 uur zag ik de Volvo
niet meer op de parkeerplaats staan. Vervolgens zag ik zag dat het pand was afgesloten. (...)
Ten aanzien van de hennepkwekerij aan de [adres 3]

1. Het proces-verbaal aantreffen hennepstekkerij van verbalisanten [verbalisant 9] en [verbalisant 8]

[verbalisant 8] van 8 mei 2017, p. 844, 846 en 847, voor zover inhoudende, zakelijk
weergegeven:
(...) Op dinsdag 4 april 2017 omstreeks 15:35 uur stelden wij (...) een onderzoek in op het
adres [adres 3] te [plaats 2] . (...) Hierbij bleek dat er een in werking zijnde
hennepstekkenkwekerij met moederplanten en hennepstekken aanwezig was.
Kweekruimte 1. (...) In totaal stonden er 1044 hennepstekken.
Kweekruimte 2: (...) Totaal stonden er 600 hennepplanten. Wij zagen dat de hennepplanten
moederplanten betroffen. (...) In twee inbouwkasten van de slaapkamer stonden verdeeld
over de beide inbouwkasten 448 hennepstekken. Verdeeld over de grond van de kweekruimte
stonden 1472 hennepstekken. (...)

2.Rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel hennepstekkerij

ex art 36e 2e lid Sr van verbalisanten [verbalisant 9] en [verbalisant 8] van 8 mei 2017, p. 855,
voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) Wij zagen dat van de 600 moederplanten 250 moederplantenplanten knipwonden
hadden. Deze moederplanten waren geschat tussen de 4 weken en 10 weken oud. Wij hebben
van 12 moederplanten het aantal knipwonden geteld. Gemiddeld hadden de 12
moederplanten 50 knipwonden. De overige 350 moederplanten hadden nog geen knipwonden
en waren geschat maximaal 4 weken oud.
(...) Gelet op het feit dat er in de gang en badkamer/douche hennepafval van volgroeide hennepplanten werd aangetroffen gaan wij er vanuit dat naast de 250 aangetroffen moederplanten met knipwonden er 1 volledig gerealiseerde oogst is geweest van totaal 600 moederplanten. (...)

3.Het proces-verbaal bevindingen aangetroffen rekening en datum baken van

verbalisant [verbalisant 3] van 10 mei 2017, p. 870, voor zover inhoudende, zakelijk
weergegeven:
(...) Op 4 april 2017 is er een hennepkwekerij aangetroffen op de [adres 3] te
[plaats 2] . Tijdens het ontruimen van de kwekerij werd er door de politie een rekening
aangetroffen in deze woning. Deze rekening was uitgeschreven door growshop [bedrijf 1]
[vestigingsplaats] te [plaats 5]. Deze rekening geeft weer dat er op 13 maart 2017, om 15.53
uur de volgende goederen zijn gekocht: lx stekblokje voor 90 euro. (…)
4. Het proces-verbaal van observatie van verbalisant [verbalisant 12] van 4 april
2017, p. 277-281, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(…) Wij hebben op dinsdag 4 april 2017 geobserveerd (...)
11.39
uur. Wij zagen dat de Volvo [kenteken 1] stopte op de [adres 3] te [plaats 2] en wij zagen
dat [medeverdachte 1] , (...), die wij herkenden en nader te noemen [medeverdachte 1] , uitstapte. Wij zagen
vervolgens dat de Volvo [kenteken 1], met [verdachte] , die wij herken den, als bestuurder
vertrok vanaf de [adres 3] te [plaats 2] .
11.41
uur. Ik zag dat [medeverdachte 1] via de voordeur perceel [adres 3] te [plaats 2] binnenging.
11.43
uur. Ik zag dat de Volvo [kenteken 1] geparkeerd werd op de [adres 8] te
[plaats 2] (...) Ik zag dat [verdachte] uitstapte en ik zag dat hij een kleine bruine doos
in zijn linkerhand had. Ik zag vervolgens dat hij supermarkt Jumbo inliep.
11.51
uur. Ik zag dat [verdachte] uit de supermarkt (...) kwam. Ik zag dat hij een kleine
bruine doos in zijn ene (...) hand hield.
11.52
uur. Ik zag dat [verdachte] het kofferdeksel van de Volvo [kenteken 1], die op de [adres 8]
te [plaats 2] , ter hoogte van supermarkt Jumbo geparkeerd stond, opende. Ik
zag vervolgens dat hij daar (...) de kleine bruine doos inlegde. (…)
11.56
uur. Wij zagen dat de Volvo [kenteken 1] op de [adres 3] , Ier hoogte van de flat, waarin
perceel [adres 3] te [plaats 2] is gelegen, werd geparkeerd en wij zagen dat
[verdachte] uitstapte.
11.57
uur. Ik zag dat [verdachte] over de [adres 3] te [plaats 2] liep en ik zag dat hij
een kleine bruine doos in een van zijn handen had. Ik zag dat in die doos een map lag. Ik zag
vervolgens dat [verdachte] aanbelde bij de portiek, waarin perceel [adres 3] te
[plaats 2] is gelegen, waarna hij werd binnengelaten.
12.09
uur. Wij zagen dat [verdachte] en [medeverdachte 1] via de voordeur perceel [adres 3] te
[plaats 2] uit kwamen lopen. Ik, T26, zag dat [verdachte] en [medeverdachte 1] via de portiekdeur van
de flat waarin perceel [adres 3] te [plaats 2] is gelegen, de [adres 3] te [plaats 2]
opliepen en ik zag dat [verdachte] een bruine doos, in zijn linkerhand hield. Ik zag dat de
bruine doos dicht zat.
12.1
uur. Wij zagen dat [verdachte] het bruine doosje in de kofferbak van de Volvo
[kenteken 1] legde en vervolgens zagen wij dat [verdachte] als bestuurder en [medeverdachte 1] als passagier
in de Volvo [kenteken 1], die op de [adres 3] te [plaats 2] geparkeerd stond, stapten en
daarmee vertrokken. (...)
5. Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 15] en [verbalisant 16]
van 23 mei 2017, p. 379, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) Op donderdag 6 april 2017 omstreeks 13.30 uur, hebben wij, verbalisanten de
inbeslaggenomen Volvo personenauto, voorzien van het kenteken [kenteken 1], onderzocht.
Wij hebben uit deze auto de volgende goederen inbeslaggenomen; een kartonnen doosje met
daarin 32 hennepstekken (...) en (...) tweejerrycans met daarin ong. 5 liter aan zogenaamd groeimiddel. (...)
6. Het proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 7] van 11 april 2017, p. 192, 193 en
195, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) Geboorteland: Birma (...) V: Waar heb je verbleven want je verbleef niet op het adres
aan de [adres 3] te [plaats 2] . A: Ik verblijf in [plaats 7] omdat ik daar werk. (...) V: Je
staat ingeschreven op het adres [adres 3] in [plaats 2] . Wie hebben er een sleutel van
deze woning? A: Ik heb een sleutel en [medeverdachte 3] heeft er ook 1. (...)
7. Het proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 1] van 5 april 2017 en 6 april 2017, p. 91 en
97, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) A: Ik neem alle schuld op mij. V: Waaraan dan? A: Ik heb alles gedaan. (...) V. Dus als
ik zeg van wie is de kwekerij? A: Dan heb ik dat gedaan.
(...) V: Op welke adressen kunnen we nog meer hennepkwekerijen aantreffen? A: Waar jullie
mij hebben gezien, daar was ik bij. (...)
8. Het proces-verbaal bevindingen baken van verbalisant [verbalisant 7] van 4 april
2017, p. 284-286 en 288, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) dinsdag 7 maart 2017, 10:34 uur — 10:36, 11:13 uur — 11:16 uur, 11:45 uur — 11.52
uur, [adres 3] te [plaats 2] .
(...) vrijdag 10 maart 2017 09.29 uur — 09:31 uur, 10:25 uur — 11:01 uur, [adres 3] te
[plaats 2] .
(...) maandag 13 maart 20]17, 15:20 uur — 16:14 uur, [vestigingsplaats] te [plaats 5].
(…) dinsdag 14 maart 2017, 12:24 uur — 13:02 uur, [adres 3] te [plaats 2] .
(...) zaterdag 18 maart 2017, 05:15 uur — 05:48 uur, 12:04 uur — 12.26 uur [adres 3] te
[plaats 2] .
(...) dinsdag 21 maart 2017, 17:53 uur — 18:14 uur, [adres 3] te [plaats 2] .
(...) zaterdag 25 maart 2017, 10:50 uur — 11:31 uur [adres 3] te [plaats 2] .
(...) woensdag 29 maart 2017, 15:03 uur — 15.24 uur, [adres 3] te [plaats 2] .
(...) zaterdag 1 april 2017, 11.24 uur — 12:11 uur, [adres 3] te [plaats 2] . (…)
Ten aanzien van de hennepkwekerij en diefstal van elektriciteit aan de [adres 4]
1. Het proces-verbaal aantreffen hennepkwekerij van verbalisant [verbalisant 17] van 8
april 2017, p. 789-791, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) Op het genoemde adres [adres 4] [plaats 3] , staat de volgende
persoon ingeschreven: Achternaam : [medeverdachte 7] (...) Geboorteland: Birma.
(...) Het bleek dat op genoemd adres een hennepkwekerij met planten aanwezig was. (...)In totaal
stonden er 211 hennepplanten. De gemiddelde hoogte van de planten was ongeveer 15 cm.
(...) De stroomvoorziening van de hennepkwekerij is onderzocht door [naam 4] ,
fraude-inspecteur bij de netwerkbeheerder Enexis, in aanwezigheid van mij,
verbalisant. Hierbij werd geconstateerd dat de stroomvoorziening ten behoeve van de
hennepkwekerij illegaal werd afgenomen. (...)
2. Rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel hennepkwekerij ex art 36e
2e lid Sr van verbalisanten [verbalisant 18], [verbalisant 19] en [verbalisant 17] van 1juni
2017, p. 811 en 812, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) In de hierna vermelde berekening van het wederrechtelijk verkregen voordeel wordt
uitgegaan van 1 reeds eerder gerealiseerde oogst(en) in de kweekruimte. Uitgangspunt
hierbij is een gemiddelde kweekcyclus van tien weken per oogst. De vermelde eerdere
oogst(en,) is vastgesteld op basis van ingesteld onderzoek, waarbij de volgende
aanwijzingen bleken. Hennepresten (...) Kalkafzetting (...) Stof op koolstoffilters (...) Stof op
voorwerpen (...,) Schriftelijke bescheiden (...) Verpakkingsmaterialen (...)
3. Aangifte Enexis Netbeheer B.V., p. 825 en 841, voor zover inhoudende, zakelijk
weergegeven:
(...) Er was een illegale aansluiting na de hoofdbeveiliging gemaakt in de hoofdaansluitkast.
Er was een illegale elektriciteitskabel aangelegd die buiten de elektriciteitsmeter om naar de
installatie in het pand en voorzag de aangesloten installatie geheel of gedeeltelijk van
elektriciteit. (...) 8.751KWH (...)

4.Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 4] en [verbalisant 3]

[verbalisant 3] van 22 maart 2017, p. 485 en 486, voor zover inhoudende, zakelijk
weergegeven:
(...) Op dinsdag 21 maart 2017, omstreeks 13:30 uur zagen wij, verbalisanten, de Volvo
[nummer 2], gekentekend: [kenteken 1] , bij de woning aan de [adres 4] te [plaats 3]
geparkeerd staan. Vervolgens, omstreeks 13.40 uur, kwam er een paarskleurige Suzuki Alto,
gekentekend: [kenteken 2], aangereden en parkeerde voor de deur van bovengenoemde woning.
De deur van de bovengenoemde woning werd vervolgens geopend en gesloten. Wij zagen
omstreeks 15:20 uur de voordeur van de bovengenoemde woning open gaan en direct hierop volgend zagen wij twee personen naar de Volvo lopen, die wij herkenden als zijnde de
verdachten: [verdachte] (...) [medeverdachte 1] . (...) Wij zagen dat [medeverdachte 1] en [verdachte] de Volvo instapten.
Vervolgens reed de paarse Suzuki voor de Volvo uit en reden zij achter elkaar in de richting
van de Binnenweg te [plaats 3] . (...) Uit de gegevens van het Rijksdienst van Wegverkeer
(RDW) blijkt dat de paarskleurige Suzuki Alto, gekentekend: [kenteken 2], op naam staat van:
[medeverdachte 5] ( ...)

5. Het proces-verbaal bevindingen baken van verbalisant [verbalisant 7] van 4 april

2017, p. 285-287, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) dinsdag 14 maart 2017, 13:41 uur - 14:00 uur, [adres 4] te [plaats 3] .
(...) zaterdag 18 maart 2017, 05:15 uur - 05:48 uur, [adres 4] te [plaats 3] .
(...) dinsdag 21 maart 2017, 13:15 uur - 14.30 uur, [adres 4] te [plaats 3] .
(...) woensdag 22 maart 2017, 20.32 uur - 20:48 uur, [adres 4] te [plaats 3] .
(...) vrijdag 24 maart 2017, 09.24 uur - 09:2 6 uur, [adres 4] te [plaats 3] .
(...) zaterdag 25 maart 2017 12:18 uur - 13:22 uur [adres 4] te [plaats 3] . (...)

6. Het proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 1] van 6 april 2017, p. 97 en 98, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:

(...) V. Wat is uw relatie met [medeverdachte 7] ? A. Er zijn heel veel [medeverdachte 7]’s. V:Oke, en een [medeverdachte 7]
uit [plaats 3] ? A: Uit [plaats 3] ken ik een jongen, ik weet niet hoe oud hij is. Hij heeft mij
gevraagd met de papier, ik moet daarheen, iemand komt voor het aansluiten van de
elektriciteit. Hij was zelf niet thuis. (...) V. En hoe kwam je daar binnen? A: Ik heb nog een
sleutel van zijn woning.
(...) V: Gaat [naam 3] wel eens naar [adres 4]? A: Nee, we gaan altijd samen. Waar hij
gaat, ga ik ook. (...)

7. Het proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 5] van 18 oktober 2017, p. 74, 76 en

77, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(...) A: Ik heb voor [naam 3] een aantal meterkasten omgebouwd waardoor de stroom buiten de
meter om liep.
(...) V: U noemde het eerder een vriendendienst. Wat verdiende u er mee? A: Ik kreeg 500
euro per kast en ontving dit cash van [naam 3] .
(...) V: Wat heb jij in de woning aan het [adres 4] te [plaats 3] gedaan? In deze
woning is op 4 april 2017 een hennepkwekerij aangetroffen. Wal heb jij hiermee te maken?
A: Ik heb daar alleen de meterkast gedaan.
(...) V: Was [naam 3] altijd alleen? A: Soms had hij een vrouw bij zich, ik vermoed dat dat zijn
vrouw was. (...)

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s. zijn dit pagina’s uit het dossier van de politie eenheid
2.Het proces-verbaal relaas van verbalisant [verbalisant 3] van 20 juli 2017, blad 1-15.