Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De vordering van de officier van justitie
2.De procedure
3.De standpunten
4.De beoordeling van de vordering
medeplegen van drugshandel, meermalen gepleegd, en medeplegen van witwassen in de periode van 7 oktober 2018 tot en met 27 oktober 2018.
‘ben ff bezig met wissel, laat app(zijnde [veroordeelde] )
zo geld bij je droppen ok?’.
‘Dus ik pak 3650(de rechtbank begrijpt:
- [alias 1] -rest [alias 2]’, waarna [medeverdachte 3] dit bevestigt in de chat
‘Ja klopt’. [3]
ontvangen 7 oktober 2018 € 1.550,--;
5.De wettelijke voorschriften
6.De beslissing
- stelt het bedrag waarop het door de veroordeelde wederrechtelijk verkregen voordeel wordt geschat vast op € 5.895,--;
- legt de veroordeelde de verplichting op tot betaling van € 5.895,-- aan de Staat ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel;
- bepaalt de duur van de gijzeling die met toepassing van artikel 6:6:25 van het Wetboek van Strafvordering ten hoogste kan worden gevorderd op 117 dagen.