ECLI:NL:RBOVE:2024:2870

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
31 mei 2024
Publicatiedatum
31 mei 2024
Zaaknummer
05/028710-21 (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een man voor deelname aan een organisatie voor de productie van synthetische drugs

Op 31 mei 2024 heeft de Rechtbank Overijssel een 42-jarige man veroordeeld tot een gevangenisstraf van 48 maanden voor zijn betrokkenheid bij een organisatie die zich bezighield met de productie van synthetische drugs. De verdachte was betrokken bij drugslabs in Didam en Wildervank, waar hij samen met anderen amfetamine-olie produceerde. De rechtbank oordeelde dat de verdachte een essentiële rol speelde in de organisatie, waarbij hij verantwoordelijk was voor het aansturen van de werkzaamheden en het regelen van materialen en personeel. De rechtbank baseerde haar oordeel op een uitgebreid dossier, inclusief getuigenverklaringen, observaties en analyses van Encrochat-berichten. De verdachte had eerder al een strafblad voor drugsgerelateerde feiten, wat meegewogen werd in de strafmaat. De rechtbank benadrukte de ernst van de feiten en de impact van de drugshandel op de samenleving, en legde een onvoorwaardelijke gevangenisstraf op, met inachtneming van de overschrijding van de redelijke termijn in de procedure.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummer: 05/028710-21 (P)
Datum vonnis: 31 mei 2024
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1981 in [geboorteplaats] ,
wonende aan de [adres 1] .

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van 13 maart 2024 en 17 mei 2024.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. T. Feuth en van wat door verdachte en zijn raadsman mr. M. de Reus, advocaat in Rotterdam, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er na aanpassing omschrijving feiten van de tenlastelegging als bedoeld in artikel 314a van het Wetboek van Strafvordering (Sv) van 23 september 2021 en de wijziging van de tenlastelegging van 13 maart 2024, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan:
feit 1: het samen met anderen werkzaam zijn in een drugslab om amfetamine-olie te produceren in [plaats 1] ;
feit 2:het samen met anderen werkzaam zijn in een drugslab om amfetamine-olie te produceren in [plaats 2] ;
feit 3: het samen met anderen voorbereiden en bevorderen van feiten bedoeld in artikel 10, lid 4 of 5 van de Opiumwet;
feit 4: de deelname aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van Opiumwetmisdrijven en het voorbereiden en bevorderen van die misdrijven.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
1.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode 27 maart 2020 tot en met 10 april 2020 te Didam, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens) opzettelijk heeft bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of vervaardigd, in elk geval (telkens) opzettelijk aanwezig heeft gehad (ongeveer) 40,7 liter amfetamine-olie, in elk geval een (grote) hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine, zijnde amfetamine, (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
2.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode 11 juni 2020 tot en met 19 augustus 2020 te Wildervank, gemeente Veendam, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk heeft bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of ) afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of vervaardigd, in elk geval (telkens) opzettelijk aanwezig heeft gehad, (ongeveer) 135 liter amfetamine-olie, in elk geval een (grote) hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine, zijnde amfetamine, (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
3.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode 01 januari 2020 tot en met 19 augustus 2020 te Ede en/of Didam en/of Zwolle en/of Deventer en/of Borculo en/of I.oil en/of Wildervank, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (telkens) om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het (telkens) opzettelijk bereiden,
bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren en/of binnen het grondgebied van Nederland brengen van amfetamine, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine, zijnde amfetamine, een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I voor te bereiden en/of te bevorderen (telkens)
- een ander heeft getracht te bewegen om dat feit te plegen, te doen plegen, mede te plegen en/of uit te lokken, om daarbij behulpzaam te zijn en/of om daartoe gelegenheid, middelen en/of inlichtingen te verschaffen.
- zich en/of een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit heeft getracht te verschaffen,
- voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen, gelden en/of andere betaalmiddelen voorhanden heeft gehad, waarvan hij, verdachte, en/of diens mededaders, wist(en) of ernstige reden had(den) om te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van dat feit, door (telkens)
- een of meerdere locatie(s) in te richten als ware te gebruiken voor de productie van synthetische drugs en/of deze locatie(s) ook weer af te breken indien dit noodzakelijk was (Didam en/of Deventer en/of Wildervank) en/of
- een of meerdere stashplek(ken) voor de opslag van chemicaliën en/of ketel(s) en/of andere benodigdheden voor de productie van synthetische drugs (zoals hieronder genoemd), althans goederen, te gebruiken en/of beheren en/of aldaar (drugsgerelateerde) goederen te stallen en/of door een of meerdere ketel(s) in ontvangst te nemen (Ede en/of Zwolle en/of

Borculo en/of Loil) en/of

- een of meerdere goed(eren) te kopen ten behoeve van (de opbouw van) een of meerdere drugslab(s) (Didam en/of Deventer en/of Wildervank)en/of
- als chauffeur te fungeren voor het vervoeren van chemicaliën en/of ketel(s) en/of andere goederen ten behoeve van de productie van synthetische drugs (Didam en/of Deventer en/of Zwolle en/of Borculo en/of Loil en/of Wildervank) en/of
- een of meer anderen naar (een) locatie(s) te brengen alwaar ketel(s) gemaakt en/of gerepareerd moe(s)ten worden en/of waar drugs geproduceerd werd (Didam en/of Loil en/of Borculo en/of Wildervank) en/of
- een of meer anderen naar (een) locatie(s) te sturen alwaar synthetische drugs geproduceerd wordt (Wildervank) en/of
- een of meerdere transport(en) van (grote) hoeveelheden chemicaliën, (waaronder maar niet alleen) (ongeveer) 200 kilo APAAN en (ongeveer) 1200 kg APAAN, te verzorgen/uit te voeren (Zwolle en/of Deventer en/of Borculo en/of Loil en/of Wildervank) en/of
- een of meerdere stoffen en/of chemicaliën waaronder phosphoric acid en/of MAPA en/of caustic soda en/of mierenzuur en/of formamide en/of BMK(-glycidezuur) en/of fosfaatzout en/of N-formylalamfetamine en/of fosforzuur en/of methanol en/of aceton en/of tolueen en/of

waterstofgas en/of propaangas en/of isopropylalcohol (Didam en/of Wildervank) en/of

- een of meerdere ketel(s) voorhanden te hebben, waaronder (RX'S) destillatieketel(s) al dan niet met destillatiebuis(zen) en/of (RX'Slkoelerts), en/of (RVS) (druk)reactieketel(s) al dan niet met roerwerk en/of al dan niet met (reflux)buis/koeler en/of (RVS) stoomketel(s) en/of stoomgenerator(en) al dan niet gebruikt als reactievat voorhanden te hebben (Didam en/of Wildervank) en/of
- een of meer (andere) benodigdheden voor een synthetisch drugslab voorhanden te hebben, waaronder gaswasser(s) en/of IBC-bak(ken) en/of jerrycan(s) en/of klemdekselvat(en) en/of scheitrechter(s) en/of Au bain mariebak(ken) en/of gasfles(sen) en/of compressor(s) en/of

maatbeker(s) en/of gasbrander(s) en/of (RVS) koelhuizen en/of maatbeker(s) en/of gasslang(en) en/of gelaatsmasker(s) al dan niet met bijbehorende filter(s) en/of vacuumpomp(en) en/of veiligheidsbril(len) en/of koolstoffilter(s) en/of dopvat(en) (Didam en/of Wildervank);

4.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode 01 januari 2020 tot en met 19 augustus 2020 te Ede en/of Didam en/of Zwolle en/of Deventer en/of Borculo en/of Loil en/of Wildervank, althans in Nederland, heeft deelgenomen aan een organisatie,
bestaande uit een samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten
(onder andere) [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 4] en/of [medeverdachte 5] en/of [medeverdachte 6] en/of [medeverdachte 7] , en/of [medeverdachte 8] en/of [medeverdachte 9] en/of [medeverdachte 10] en/of een of meer anderen, welke organisatie tot oogmerk had het plegen van een of meer misdrijven als bedoeld in artikel 10 derde, vierde, vijfde lid, artikel 10a eerste lid, artikel 11 derde, vierde, vijfde lid en/of artikel 1 la Opiumwet.
3. De bewijsmotivering [1]
3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat alle ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend kunnen worden bewezen.
3.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft met betrekking tot de feiten 1 en 2 verzocht verdachte vrij te spreken van het verkopen, afleveren, verstrekken en vervoeren van amfetamine-olie, nu daarvoor het bewijs ontbreekt. De raadsman heeft daarbij de beperkte rol van verdachte bij het ten laste gelegde onder 1 en 2 benadrukt. Wat betreft het derde feit heeft de raadsman aangevoerd dat verdachte heeft ontkend opbouwwerkzaamheden te hebben verricht in Didam en tevens heeft ontkend dat hij chemicaliën heeft vervoerd. De raadsman heeft verzocht verdachte voor deze onderdelen vrij te spreken. Wat betreft het onder 4 ten laste gelegde heeft de raadsman aangevoerd dat verdachte slechts een uitvoerende rol heeft gehad.
3.3
Het oordeel van de rechtbank
Hierna stelt de rechtbank op grond van het dossier en het onderzoek ter terechtzitting de feiten en omstandigheden vast. De rechtbank overweegt verder, al dan niet in reactie op gevoerde verweren, waarom zij op basis van die feiten en omstandigheden tot conclusies en beantwoording van de bewijsvraag komt.
Leeswijzer
Gelet op de samenhang tussen de strafzaken van verdachte en zijn medeverdachten zal, met het oog op de leesbaarheid van het vonnis, verdachte hierna telkens worden aangeduid met verdachte of [verdachte] . De medeverdachten [medeverdachte 9] , [medeverdachte 10] , [medeverdachte 12] , [medeverdachte 13] , [medeverdachte 14] , [medeverdachte 15] , [medeverdachte 6] , [medeverdachte 5] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 7] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 11] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] zullen aangeduid worden met hun achternamen.
Inleiding en aanleiding onderzoek
In verschillende districten van de politie-eenheid Oost Nederland hebben in 2020 meerdere onderzoeken gelopen, waarbij telkens dezelfde verdachten in wisselende samenstelling betrokken leken te zijn. De verdenking bestond steeds uit het produceren van synthetische drugs en/of bezig zijn met het transport en de opslag van goederen voor het produceren van synthetische drugs.
Dit betreffen de onderzoeken in:
[plaats 1], productielocatie/laboratorium, onderzoek genaamd ‘Berkel’;
[plaats 3], opslaglocatie hardware en grondstoffen, onderzoek genaamd ‘Hawk’;
[plaats 4], transport van 1200 kilo grondstoffen, onderzoek genaamd ‘Coquille’;
[plaats 5], voorbereidingen voor productielocatie/laboratorium, onderzoek genaamd ‘Elrits’;
waaraan, gedurende het onderzoek, zijn toegevoegd:
[plaats 2], productielocatie/laboratorium, onderzoek genaamd ‘Elrits’,
[plaats 6] (België),productielocatie/laboratorium, onderzoek genaamd ‘Gruutlab’.
Op 13 juli 2020 worden deze onderzoeken samengevoegd en ondergebracht bij de Dienst Regionale Recherche en start het regionaal onderzoek ‘Elrits’.
3.3.1
Identificatie Encrochat/SKY-ECC-accounts, telefoonnummers en bijnamen
Het dossier van het onderzoek Elrits bevat vele chats. Deze chats werden uitgewisseld via encrypted telefoons met Encrochat-accounts, telkens met een door de gebruiker al dan niet zelfgekozen naam, en door middel van SKY-ECC accounts, met een cijfer/lettercombinatie. De inhoud van de chats en de data en tijdstippen van verzenden van de chats vormen een substantieel deel van de bewijsvoering van het Openbaar Ministerie. De politie heeft onderzoek gedaan naar de identiteit van de Encrochat- en SKY-ECC gebruikers en heeft in processen-verbaal van bevindingen de redengevende feiten en omstandigheden opgenomen op grond waarvan een verdachte aan een bepaalde account kan worden gekoppeld. Datzelfde geldt voor verschillende bijnamen die voor een aantal verdachten werd gebruikt en voor telefoonnummers die door de verdachten zijn gebruikt. Uit de processen-verbaal blijkt dat de politie onder meer heeft gekeken naar de onderlinge verbanden tussen de inhoud van de chatberichten, het taalgebruik, zendmastgegevens van de encrypted telefoons en van andere mobiele telefoons, de inhoud van telefoontaps, tijdstippen van chatberichten, observaties, stem-identificaties, verstuurde foto’s en de persoonlijke omstandigheden van de in het onderzoek naar voren gekomen verdachten. Op grond van de inhoud van de diverse processen-verbaal dienaangaande, in onderling verband en samenhang bezien, heeft de rechtbank geen enkele reden om te twijfelen aan de conclusies die de politie in de proces-verbalen trekt.
De politie heeft de volgende accounts en door verdachten gebruikte bijnamen geïdentificeerd.
- [medeverdachte 3] gebruikte de accounts [gebruikersnaam 1] en [gebruikersnaam 2] en wordt aangeduid met de bijnamen ‘ [alias 1] / [alias 2] / [alias 3] / [alias 4] ’. [2] [medeverdachte 3] wordt door middel van stemidentificatie door de politie gekoppeld aan diverse telefoonnummers. [3]
- [verdachte] gebruikte het account [gebruikersnaam 3] en heeft als bijnamen onder andere ’ [alias 24] / [alias 2] / [alias 5] ’. [4] [verdachte] wordt door middel van stemidentificatie door de politie gekoppeld aan de telefoonnummers [telefoonnummer 1] , [telefoonnummer 2] [5]
- [medeverdachte 11] gebruikte het account [gebruikersnaam 4] en heeft als bijnamen onder andere ‘ [alias 6] / [alias 7] / [alias 8] ’. [6]
- [medeverdachte 8] gebruikte het account [gebruikersnaam 5] en heeft als bijnamen ‘ [alias 9] / [alias 10] ’. [7] De politie koppelt de telefoonnummers [telefoonnummer 3] en [telefoonnummer 4] op basis van stemidentificatie aan [medeverdachte 8] . [8]
- [medeverdachte 13] gebruikte het account [gebruikersnaam 6] en heeft als bijnaam ‘ [alias 11] ’ [9]
- [medeverdachte 7] gebruikte het account [gebruikersnaam 7] en heeft als bijnamen ‘ [alias 12] / [alias 13] / [alias 14] ’. [10]
- [medeverdachte 4] gebruikte het account [gebruikersnaam 9] en heeft als bijnamen ‘ [alias 15] / [alias 16] ’. [11]
- [medeverdachte 10] gebruikte het account [gebruikersnaam 10] of [gebruikersnaam 11] en heeft als bijnaam ‘ [alias 17] ’. [12]
- [medeverdachte 9] gebruikte het account [gebruikersnaam 12] en heeft als bijnaam ‘ [alias 11] / [alias 18] ’. [13]
- [medeverdachte 1] gebruikte het account [gebruikersnaam 13] en heeft als bijnamen ‘ [alias 4] / [alias 19] ’. [14]
- [medeverdachte 12] gebruikte als account [gebruikersnaam 14] en heeft als bijnamen ‘ [alias 20] / [alias 21] / [alias 22] ’. [15]
- [medeverdachte 3] gebruikte een SKY-account met de naam [gebruikersnaam 15] , [medeverdachte 1] gebruikte de SKY-accounts [gebruikersnaam 16] en [gebruikersnaam 17] en [medeverdachte 11] gebruikte een SKY-account met de accountnaam [gebruikersnaam 18] . [16]
Onderstaande verdachten maken alleen gebruik van een reguliere telefoon:
[medeverdachte 5] maakt gebruik van de telefoonnummers [telefoonnummer 5] , [telefoonnummer 6] en [telefoonnummer 7] [17] en telefoonnummer [telefoonnummer 8] en is door middel van stemidentificatie door de politie gekoppeld aan deze verschillende telefoonnummers. [18] [medeverdachte 5] wordt aangeduid met de bijnaam ‘ [alias 20] / [alias 23] ’. [19]
- [medeverdachte 14] maakt gebruik van telefoonnummer [telefoonnummer 9] . [20]
- [medeverdachte 6] maakt gebruik van de telefoonnummers [telefoonnummer 10] en [telefoonnummer 11] . [21]
De rechtbank hanteert (volgens vaste jurisprudentie) als uitgangspunt dat een Encrochat – en/of SKY-ECC account in beginsel – behoudens expliciete aanwijzingen voor het tegendeel – door één persoon wordt gebruikt en dat die gebruiker ook bekend was bij de andere partij in een chat/conversatie.
Verklaring verdachte
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij degene is die het account ‘ [gebruikersnaam 3] ’ gebruikte. [22]
3.3.2
Ten aanzien van feit 1: [plaats 1]
Aantreffen amfetaminelaboratorium
Op 10 april 2020 krijgt de politie een melding om naar de [adres 2] te gaan, in verband met een woningbrand. De melder ruikt een chemische lucht en ziet rook uit het dak komen. Ook de verbalisant die ter plaatse komt ruikt een penetrante anijslucht. [23] In het pand treffen experts van de Landelijke Faciliteit Ontmantelen (hierna: LFO) diverse ruimtes aan die in gebruik zijn als opslag- en/of productieruimte ten behoeve van de productie van BenzylMethylKeton (hierna: BMK) en amfetamine. In de ruimtes wordt onder meer het volgende aangetroffen: een drukreactieketel met een inhoud van 240 liter, twee reactieketels met koeler met een inhoud van respectievelijk 1.000 en 140 liter, een reactieketel voorzien van koeler en roermotor met een inhoud van 960 liter en een destillatieketel met destillatiebuis en aangesloten stoomgenerator. Daarnaast worden diverse verpakkingen aangetroffen met daarin formamide, mierenzuur, caustic soda, fosforzuur, methanol, isopropylalcohol, zout, MAPA en waterstofgas, propaangas en lachgas. [24] Tevens worden twee aantekeningbladen aangetroffen met daarop aantekeningen die te relateren zijn aan de vervaardiging van amfetamine volgens de Leuckart methode. [25]
In het proces-verbaal van de LFO is opgenomen dat een deel van het productieproces in werking is geweest. Dit wordt afgeleid uit het feit dat de reactieketel, waarvan de koeler werd gekoeld en de roermotor draaide, op het moment van betreden van het laboratorium een hoeveelheid van circa 400 liter vloeistof (geur BMK) met een temperatuur van 54 graden Celcius bevatte. Tevens was de luchtafzuiging ingeschakeld. In de scheidingsruimte is 40,6 liter amfetamine-olie aangetroffen. [26] Het LFO heeft monsters genomen van goederen en stoffen. [27] Onderzoek van het NFI naar deze monsters bevestigt het vermoeden van de aanwezigheid van een amfetaminelaboratorium, in die zin dat het onderzochte materiaal onder meer formamide, fosforzuur, mierenzuur, BMK-glycidezuur, amfetamine, MAPA, BMK in fosforzuur en N-formyl-amfetamine bevat, zijnde grondstoffen voor de productie van amfetamine en daadwerkelijk amfetamine. [28] Na de instap worden meerdere personen op- en buiten heterdaad aangehouden, onder andere: [naam 1] (hierna [naam 1] ) en [naam 2] (hierna [naam 2] ).
Tussenconclusie
Op grond van bovenstaande feiten en omstandigheden stelt de rechtbank vast dat op het adres [adres 2] sprake is geweest van een locatie voor de productie van amfetamine. De rechtbank stelt vast dat sprake is geweest van een actief productieproces waarin daadwerkelijk amfetamine(olie) is geproduceerd.
Betrokkenheid verdachten
Om de betrokkenheid van de verdachten te kunnen vaststellen heeft de politie gebruik gemaakt van informatie uit onderzoek ‘Proet’, getapte telefoongesprekken en berichten, observaties en analyses van Encrochatgesprekken met betrekking tot het drugslab in [plaats 1] . Hieruit blijkt het volgende.
Op 3 februari 2020 vindt een telefoongesprek plaats tussen [medeverdachte 3] en [medeverdachte 6] , waarin [medeverdachte 6] meldt dat hij iemand kent die iets heeft van 5 bij 5. [29] Later, op 18 februari 2020 tijdens een telefoongesprek, meldt [medeverdachte 6] dat hij íets ‘anders’ heeft. Diezelfde dag vindt een ontmoeting plaats tussen [medeverdachte 3] , [medeverdachte 6] , [verdachte] en [naam 2] bij de Burger King in Zevenaar. [30] Op 28 februari 2020 instrueert [medeverdachte 3] [medeverdachte 6] om versluierde taal te gebruiken door over ‘auto’s’ te spreken als het over locaties gaat:
“Ik heb gezien dat je een auto te koop had in [plaats 1] ”. [31] Op 17 en 18 maart 2020 blijkt uit telefooncontacten van [medeverdachte 6] en [medeverdachte 5] dat ze in de buurt van Azewijn en Didam zijn en belt [medeverdachte 6] naar zijn vriendin dat ‘die [alias 25] ’ (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 5] ) bij ‘die schele’ is en dat er geen ‘vierkanten’ (de rechtbank begrijpt IBC-containers) zijn. [32] Op 18 maart 2020 regelt [medeverdachte 6] op verzoek van [verdachte] dat [medeverdachte 5] om 13:50 uur op het station in [plaats 1] is. [medeverdachte 5] moet eerst wachten en brengt later [medeverdachte 6] op de hoogte van de problemen in het lab. Om 21:38 uur belt [medeverdachte 6] met [medeverdachte 5] . [medeverdachte 5] zegt dat ze niet verder zijn gegaan en dat er dan ook niets weg moest. De nachtdienst is niet doorgegaan omdat de apparatuur niet goed was. [33] De volgende dag bellen [medeverdachte 6] , [verdachte] en [medeverdachte 5] met elkaar over een jongen die moet worden opgehaald van het station. Uit de mastgegevens van de telefoon van [medeverdachte 6] blijkt dat deze op 18 en 19 maart 2020 in de buurt van het station in [plaats 1] is geweest. [34] Op 21 maart 2020 belt [medeverdachte 6] naar [medeverdachte 5] en zegt dat er nog iets draaiende is en dat het nog niet is afgelopen. [35] [medeverdachte 6] belt op 24 maart 2020 met [medeverdachte 5] en [medeverdachte 5] zegt dat er afgelopen nacht iemand met een kale kop nachtdienst heeft gehad. [36]
Op 27 maart 2020 belt [medeverdachte 3] met [naam 2] en zegt dat hij de enige is die geld inlegt. [medeverdachte 3] wil op een andere plek met [naam 2] verder. [37] Op 31 maart 2020 zijn er weer problemen en vinden er vanaf 13.06 uur besprekingen plaats bij [medeverdachte 3] , waarbij [verdachte] , [medeverdachte 6] , [naam 2] en [naam 1] aanwezig zijn. [38]
Om 17.36 uur belt [medeverdachte 6] met [naam 2] en zegt dat [medeverdachte 3] ‘zal zeggen hoe het moet’. Hij zegt dat ‘ [alias 2] ’(de rechtbank begrijpt [verdachte] ) iets aan het halen is wat erop gelast moet worden en spullen en een lasser zal regelen. [naam 2] reageert door te zeggen dat het materiaal het probleem is. [39] Op 1 april 2020 belt [medeverdachte 6] naar [verdachte] . [verdachte] zegt dat hij er mee wil stoppen omdat het een drama is. [40] Uit de gesprekken van [medeverdachte 6] , [naam 2] en [medeverdachte 3] , blijkt dat de problemen de dagen er na nog niet zijn opgelost. [41] [naam 2] stuurt op 1 april 2020 een sms-bericht naar [medeverdachte 3] met de tekst:
“Heer ik heb 6 liter lemon troebel met nol zou correctie ma niet gdaan zijn 2 vschil” [42]
[medeverdachte 3] bericht op 1 april 2020 aan een persoon in [plaats 7] of hij 5 liter vacuüm olie kan halen voor een pomp en een perslucht nippel. [43] Op 2 april 2020 stuurt [naam 2] een sms-bericht naar [medeverdachte 3] met de vraag of de machine olie er nog komt. [44] [medeverdachte 3] vraagt [naam 2] of hij de autoclaaf heeft, omdat ‘ [alias 20] ’ (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 12] ) anders die avond niets kon doen. [45] Op 7 april 2020 belt [medeverdachte 6] met [medeverdachte 5] en [medeverdachte 5] zegt dat hij nog van twee keer geld moet ontvangen. [46]
Op 9 april 2020 belt [naam 2] naar [medeverdachte 6] en zegt dat er ruzie is tussen de directieleden. Een van de directieleden wil pas weer geld investeren als hij er iets uithaalt. [naam 2] zegt dat ‘ [alias 4] ’ (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 3] ) een dikke onvoldoende krijgt en dat het niet goed is gegaan door ‘ [alias 20] ’ en ‘ [alias 9] ’ (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 12] en [medeverdachte 8] ) en dat ‘ [alias 26] ’ (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 13] ) weer snel is weggegaan. [47] Op 10 april 2020 belt [naam 2] naar [medeverdachte 6] en zegt dat [medeverdachte 8] er niets van kan: “
Hij zat ook maar wat een de knoppen te draaien en te doen. Nou en het werd niet beter.” [48]
Uit de historische verkeersgegevens van de telefoon van [naam 2] blijkt dat hij op de genoemde data gebruik heeft gemaakt van het basisstation [adres 3] . Dit basisstation heeft de locatie van het drugslaboratorium binnen zijn bereik. [49] [medeverdachte 3] heeft op 16 en 20 maart 2020 gebruik gemaakt van het basisstation [adres 3] door middel van dataverbindingen. [50] [medeverdachte 6] heeft op
18 en 19 maart 2020 [51] en [verdachte] heeft op 28, 29 maart en 6, 8 en 9 april 2020 gebruik gemaakt van genoemd basisstation. [52] [verdachte] is voorts tijdens observaties gezien, terwijl hij de lablocatie aan de Endepoelstraat te [plaats 1] binnen ging op 1 april 2020 [53] en 9 april 2020. [54]
Uit het proces-verbaal analyse Encrochats komt naar voren dat de organisatie van [medeverdachte 3] in [plaats 1] samenwerkt met de organisatie van [naam 1] . [naam 1] stuurt [medeverdachte 3] de volgende berichten, waarin ze praten over afspraken over de winst, het aansturen van mensen en het leveren van materialen:
  • “Zorg er maar voor dat iedereen die gaat werken hier 13:00 uur is want dan kunnen ze meteen doorwerken”
  • “En mijn investering dan, de ketel, stomer en locatie is dat geen inverstering?”
  • “Gister 100 ap gesmolten”
  • “3 ton verloren in 6 maanden tijd, ik ga zelf ook de keuken in duiken om te redden wat te redden valt, zodat die andere gwn mdma kan maken”
  • “ik zei dat de eerste winst naar ons gaat tot de 70 kop, daarna weer 75 lietr voor ons, rest voor jou, meer hoeven ze niet te weten.”
[medeverdachte 3] antwoordt onder meer:
“Kijk je moet het zo zien vn die app 200 vsn jou en die b olie geen probleem.” [55]
Op 10 april 2020 stuurt [medeverdachte 3] een foto naar [gebruikersnaam 19] van het persbericht dat het drugslab in [plaats 1] is opgerold door de politie. [gebruikersnaam 19] vroeg of hij daar geen gezeik mee had en [medeverdachte 3] antwoordt:
“ja wel bri, maar heb er 3 he :), deze was over ze houdbaar heid datum”. [56]
Uit een Encrochat-conversatie van [medeverdachte 8] met [medeverdachte 3] op 31 maart en 1 april 2020 blijkt dat [medeverdachte 8] fungeerde als kok in het drugslab in [plaats 1] en druk was met de apparatuur die daar stond opgesteld en met de verschillende stoffen. De foto’s die [medeverdachte 8] aan [medeverdachte 3] stuurt, blijken later overeen te komen met het drugslab in [plaats 1] . [57] Op 31 maart 2020 stuurt [medeverdachte 8] een foto naar [medeverdachte 3] met daarop een ketel met vuur eronder en daaronder de tekst:
“Kampvuur hahaha.” [58]
[medeverdachte 3] bericht op Encrochat aan een derde over [verdachte] :
“das de jonge van mij die alle tp overal naar toe regeld, chaf, bussen etc. die doet de distributie eigen is hij onze concierge.” [59]
Uit Encrochat-berichten van [medeverdachte 13] met [naam 1] blijkt dat zij in de periode tussen 27 maart 2020 en 9 april 2020 veelvuldig met elkaar communiceerden over werkzaamheden in een drugslab. Er wordt onder meer overlegd over de werkwijze. [medeverdachte 13] bericht:
“100k 200 fos en een kan erbij of 2 maar die pomp je bij andere 200k strax tog weer terug”en
“maar dan gaat ie al een beetje roken omdat te vermeiden 50 is beter”. Daarbij worden foto’s gestuurd die overeenkomen met foto’s van het drugslab in [plaats 1] . [60] [medeverdachte 13] communiceert met [medeverdachte 8] over het productieproces in de nacht van 31 maart 2020. [medeverdachte 8] zegt dat hij er al 8 dagen staat. [61]
Uit berichtenverkeer via Encrochat tussen [medeverdachte 13] en [verdachte] op 9 april 2020 blijkt dat [medeverdachte 13] aan [verdachte] opdracht geeft om ‘alles op te halen’. [verdachte] moet tellen hoeveel liters er zijn. In de avonduren van 9 april 2020 vraagt [medeverdachte 13] aan [verdachte] ‘
en maat, was de oli mooi of had jr niet gekeken’,waarop [verdachte] reageert
: ‘... tint en appel ... Heb alles meegenomen ...”waarna [verdachte] foto’s zend van twee witte jerrycans met de opschriften ‘tint 10’ en ‘appel 11.2’. [62]
[medeverdachte 12] stuurt [medeverdachte 8] op 3 april 2020 een bericht door wat hij eerder verzond aan ‘ [alias 2] ’: dat ‘ [alias 2] ’ moet zorgen dat ‘Turk’ moet wegblijven uit de keuken zodat zij hun werk kunnen blijven doen. [63] Op 3 en 4 april 2020 bericht [medeverdachte 12] dat er iets is fout gegaan en dat er drab uit de smalle ketel komt. Hij stuurt vervolgens foto’s die overeenkomen met de politiefoto’s van het drugslab in [plaats 1] . [64] Op 10 april bericht [medeverdachte 12] aan [medeverdachte 8] dat ‘hok [plaats 1] weg is’. [65] Na forensisch onderzoek zijn er in het lab in [plaats 1] DNA-sporen veiliggesteld, die zijn aangetroffen op de binnenzijde van een volgelaatsmasker en de binnenzijde van een werkhandschoen. [66] Na onderzoek door het NFI blijken de DNA-profielen overeen te komen met het DNA-profiel van [medeverdachte 12] . [67] Over Reijen wordt verder bericht door [medeverdachte 3] :
“vooral [alias 20] . Moet er zijn om aan te wijzen wat hij gelast wilt hebben” [68] en
“maar als ik ice kok regel dan, doet [alias 20] m en die andere ice” [69] en
“en de m ja daar zitten we ook met.frans enz in en [alias 20] natuurlijk dus dat moet gewoon gedeeld worden”. [70]
[verdachte] en [medeverdachte 8] hebben contact op 10 april 2020 na de instap in [plaats 1] . [medeverdachte 8] bericht:
“ik ben daar binen geweest snapje, weekenr (de rechtbank begrijpt: een weekend) lang”. En [verdachte] stuurt terug:
“Ja ik ook maat, laatste paar dagen vaker.” [71]
Verklaring verdachte
Verdachte heeft bij de politie en ter terechtzitting verklaard dat hij betrokken was bij het drugslab in [plaats 1] . Hij heeft verklaard dat hij materialen en personen heeft gebracht naar het laboratorium in [plaats 1] . [72]
Beoordeling
De rechtbank is van oordeel dat uit de bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, ondubbelzinnig naar voren komt dat [verdachte] een essentiële rol heeft gehad in de organisatie van het drugslaboratorium in [plaats 1] . Hij is aanwezig tijdens belangrijke overleggen als er problemen in de productie zijn, hij regelt spullen, haalt (eind)producten op van de locatie en is daarnaast diverse keren aanwezig op de locatie. Hij wordt door [medeverdachte 3] niet voor niets een ‘conciërge’ genoemd. De rol die [verdachte] heeft vervuld bij de opzet en het laten draaien van het drugslaboratorium was belangrijk en onmisbaar en van zodanig gewicht dat deze kan worden aangemerkt als medeplegen van de productie van amfetamine gedurende de gehele ten laste gelegde periode. De rechtbank acht het onder 1 ten laste gelegde dan ook wettig en overtuigend bewezen.
3.3.3
Ten aanzien van feit 2: [plaats 2]
Aantreffen amfetaminelaboratorium
Op 19 augustus 2020 krijgt de politie een melding dat er een verduisterd voertuig zou staan bij een loods op het terrein aan de [adres 4] . De verbalisanten zien op die locatie een bezweet persoon met besmeurde kleding naar buiten komen. In de loods ruikt de verbalisant een weeïge, zoete geur en hij ziet gasflessen en blauwe vaten liggen. [73] In het pand treffen de experts van de LFO meerdere ruimtes aan, waarin goederen en chemicaliën aanwezig zijn die passen bij de omzetting van een pre-precursor met een sterk zuur naar BMK en de vervaardiging van amfetamine met de Leuckart methode op industriële schaal. Er worden jerrycans, gasflessen, RVS-koelers, caustic soda, dopvaten, klemdekselvaten en een afzuigunit aangetroffen. Ook worden lege verpakkingen met MAPA en lege jerrycans met het etiket ‘Phosphoric Acid’ aangetroffen, hetgeen past bij de omzetting naar BMK. Op een kar staan twee witte 30-liter jerrycans en twee rode 25-liter jerrycans gevuld met een bruine basische vloeistof. Naast de kar staat een rode 25-liter jerrycan gevuld met een bruine basische vloeistof. De jerrycans zijn ruim boven de 30 graden Celsius. In de loods bevinden zich twee ronde reactieketels van 935 liter en drie vierkante reactieketels van 893 liter. Daarnaast is een destillatieketel van 893 liter aangetroffen. In de aangetroffen bestelbus worden nog drie koelbuizen en een destillatiebuis aangetroffen. De koelbuizen pasten op de reactieketels in de productieruimte. De destillatiebuis paste precies op de destillatieketel. Er worden tijdens het onderzoek door de LFO monsters genomen van goederen en stoffen. [74] Onderzoek van het NFI naar deze monsters bevestigt het vermoeden van de aanwezigheid van een amfetaminelaboratorium, in die zin dat het onderzochte materiaal onder meer MAPA, amfetamine, BMK gerelateerde syntheseverontreinigingen, N-formylamfetamine, formamide, mierenzuur en fosforzuur bevat, zijnde grondstoffen voor de productie van amfetamine en daadwerkelijk amfetamine. [75] Bij de instap worden [medeverdachte 5] en (een gewonde) [medeverdachte 4] op heterdaad aangehouden. [76]
Tussenconclusie
Op grond van bovenstaande feiten en omstandigheden stelt de rechtbank vast dat op het adres [adres 4] sprake is geweest van een locatie voor productie van amfetamine. De rechtbank stelt vast dat sprake is geweest van een actief productieproces waarin daadwerkelijk amfetamine(olie) is geproduceerd.
Betrokkenheid verdachten
Om de betrokkenheid van de verdachten te kunnen vaststellen heeft de politie gebruik gemaakt van informatie uit onderzoek ‘Elrits’ en onderzoek ‘Coquille’, getapte telefoongesprekken en berichten, observaties en analyses van Encrochat- en SKY-ECC gesprekken met betrekking tot het drugslab in [plaats 2] .
[medeverdachte 1] bericht aan [medeverdachte 3] op 12 juni 2020, nadat het in aanbouw zijnde drugslab in [plaats 5] ontruimd is, dat hij al een nieuwe locatie heeft, een boerderij in [plaats 8] . [77] Op 20 juli 2020 worden [medeverdachte 3] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 11] gezien op een terras in [plaats 5] , waar ze met twee anderen mogelijk een ‘werkbespreking’ hebben. [78] Een dag later, op 21 juli 2020, stuurt [verdachte] om 14.25 uur een sms dat ‘hij er bijna is en alles even uit zet’. Om 22.07 uur, diezelfde dag, straalt de telefoon van [verdachte] een telefoonmast in [plaats 2] aan. [79]
Op 23 juli 2020 komen [verdachte] en [medeverdachte 8] bij de woning van [medeverdachte 3] , waar ze goederen in een bedrijfsauto laden, om vervolgens via een tussenstop in Borculo de loods aan de [adres 4] binnen te rijden. [80] Op 29 juli 2020 vervoeren [verdachte] en [medeverdachte 5] vanaf een boerderij in [plaats 9] drie roestvrijstalen ketels naar de loods in [plaats 2] . [81] Op 8 augustus 2020 hebben [verdachte] en [medeverdachte 3] telefonisch contact en gaat het over personele problemen en met name over [medeverdachte 8] . [verdachte] zegt: “
die tatoe (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 8]
) stond met zijn kaak te trekken en loopt te zeiken.” [medeverdachte 3] reageerde hierop: “
dat doet ie één keer, dat doet hij EEN keer.... hoeft hij nooit meer te komen...”. [82] Op 9 augustus 2020 bespreken [medeverdachte 3] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 11] in een groepsapp de werkzaamheden. [medeverdachte 11] zegt dat ze al drie weken onderweg zijn. [medeverdachte 3] zegt dat er altijd opstartproblemen zijn, maar dat er deze dag olie was. Vervolgens zegt hij
dat [alias 9] en [alias 16] (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 4] ) er van de week ook waren. [83]
Op 10 augustus 2020 rijdt [verdachte] naar een garagebox van [medeverdachte 3] , hij heeft een ontmoeting met [medeverdachte 10] en [medeverdachte 5] , waarna [verdachte] en [medeverdachte 5] grote rode flessen Acetyleen kopen in Rhenen en deze naar Noord Nederland brengen (de gasflessen worden bij de inval op 19 augustus 2020 aangetroffen in het lab in [plaats 2] ). [84] ’s Avonds informeert [verdachte] bij [medeverdachte 5] ‘hoe het stond, omdat mensen zich ongerust maken’. [medeverdachte 5] vertelt dat ‘die met vijf minuten weg was’ (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 8] ) en ‘elke keer als het zwaar wordt en er iets gedaan moet worden dan is die er niet en staat hij er alleen voor’. [85]
Op 11 augustus 2020 bericht [verdachte] [medeverdachte 5] dat 'ze gewoon moeten luisteren'. [medeverdachte 5] vindt dat ook, [verdachte] is, nu [medeverdachte 3] op vakantie is, ‘degene is die alles regelt, dus dan moet men ook naar [verdachte] luisteren’. [86]
Ze spreken vervolgens over hoe [medeverdachte 7] , [medeverdachte 8] en [medeverdachte 4] naar binnen kunnen in de loods in [plaats 2] . [87] [verdachte] geeft vervolgens aan [medeverdachte 8] door wat hij heeft afgesproken met [medeverdachte 7] en zegt dat ze het samen moeten oplossen. [medeverdachte 8] geeft dan aan dat hij gewond is aan zijn voet, omdat ‘die koffie overal lag’. [88] Op 12 augustus 2020 lijkt [medeverdachte 8] mogelijk onwel en paranoïde te zijn geworden, hij ziet ‘allemaal lichtjes’. Hij bericht [medeverdachte 5] :
‘de pisstraal is goed en ze zijn al aan het plassen’. [89] In hun groepsapp op Sky hebben [medeverdachte 3] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 11] veel contact op 11 en 12 augustus 2020. Ze praten over [medeverdachte 4] die er een puinhoop van maakt en [medeverdachte 7] die orde op zaken moet stellen. [medeverdachte 11] is boos dat een deel van de olie naar ‘ [naam 3] ’ gaat en hij vraagt of [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] wel in de gaten hebben van wie ‘het hok’ is. [90] Op 13 augustus 2020 is er weer contact tussen [medeverdachte 3] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 11] in de groepsapp. Het gaat over apaan die die dag moet komen, [alias 15] en [alias 9] , waarvan [medeverdachte 3] zegt dat hij ze niet meer vertrouwt, [verdachte] die dingen moet regelen en de investeringen van het drietal die gedaan zijn, waarna de winst moet worden gedeeld door vier, omdat [medeverdachte 3] een frisse start wil gaan maken met ‘die Marokkaan’. [91]
Op 14 augustus 2020 gaan [medeverdachte 8] , [medeverdachte 7] en [medeverdachte 5] weer naar [plaats 2] . [verdachte] haalt IBC-containers en een kannetje methanol en vraagt [medeverdachte 5] waarom ze alweer van ‘die [alias 2] dingen’ (de rechtbank begrijpt gasflessen) moeten hebben, omdat ‘ze niets hebben gedaan’. [92] [medeverdachte 3] chat op de Sky-app op 14 augustus 2020 dat er drie man in het lab zijn en dat er aan het einde van de dag olie is en hij vraagt [medeverdachte 1] en [medeverdachte 11] of ze straks een klant hebben. [medeverdachte 3] bericht dat hij gaat regelen dat de spullen worden opgehaald en naar [medeverdachte 1] / [medeverdachte 11] worden gebracht, zodat zij het kunnen mixen en wegbrengen. [93]
Op 15 augustus 2020 zegt [medeverdachte 7] dat hij er 55 liter uit heeft gehaald. Zowel [medeverdachte 8] als [medeverdachte 7] hebben last van de dampen en kunnen slecht uit hun woorden komen. [94] [medeverdachte 3] appt naar [medeverdachte 1] en [medeverdachte 11] en rekent voor dat ze deze week per man 25 [alias 15] even zo hebben overgehouden. [medeverdachte 1] stuurt foto’s van jerrycans met een vloeibare stof en laat het gewicht zien. [95]
Op 17 augustus 2020 treffen [verdachte] en [medeverdachte 5] elkaar en vervolgens koopt [medeverdachte 5] twee gasflessen bij een bedrijf in Rhenen en brengt deze met [verdachte] naar de garagebox van [medeverdachte 3] . [96] [medeverdachte 3] chat op Sky op 17 augustus 2020 dat het niet loopt zoals hij wil en dat hij naar een andere plek wil samen met de kok die er nu staat. [97]
Op 18 augustus 2020 gaat [medeverdachte 5] naar [plaats 2] en hij bericht [medeverdachte 3] dat hij ook [verdachte] heeft gesproken en vertelt dat hij niet wist of ze moe of ‘wappie’ waren, maar ze zagen er niet nuchter uit. [medeverdachte 4] had helemaal niets gezegd. [medeverdachte 5] zegt dat alles er nog staat, ook binnen bij de ketels was alles hetzelfde. [medeverdachte 3] , [medeverdachte 11] en [verdachte] hebben een overleg in Zevenaar en praten over maskers en over ‘die [alias 15] ’ (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 4] ). [medeverdachte 5] rijdt op diezelfde dag vanaf de woning van [medeverdachte 3] naar [plaats 2] en pikt onderweg [medeverdachte 9] op. In [plaats 2] wordt gezien dat [medeverdachte 9] met een gele Jumbotas en handschoenen aan uit de loods komt, de tas in de caravan zet en de loods weer ingaat. Na een aantal uren vertrekt enkel [medeverdachte 5] weer uit de loods. [98]
[medeverdachte 3] bericht op de chat op18 augustus 2020 dat hij er 20 had opgehaald en de volgende ochtend weer een lading gaat halen. Hij had nu 12 blank en 20 licht geel staan en de volgende dag komt weer. [99]
Op 19 augustus 2020 vertrekt [medeverdachte 7] uit [plaats 2] omdat hij hoort dat de politie onderweg is. [verdachte] stuurt [medeverdachte 5] naar [plaats 2] , die daar alleen [medeverdachte 4] nog aantreft. [verdachte] draagt [medeverdachte 5] op de locatie te ontmantelen. [100]
Door het forensisch onderzoeksteam zijn na de instap monsters genomen van mogelijke sporen op gebruiksvoorwerpen en deze zijn veiliggesteld. [101] Door het NFI is onderzoek gedaan. Uit de bemonstering met SIN-nummer AALX0118NL#01 is een DNA-profiel verkregen, met een matchkans van kleiner dan één op één miljard. Het DNA-profiel van [medeverdachte 7] komt overeen met dit DNA-profiel. De rechtbank concludeert hieruit dat [medeverdachte 7] de donor is van het celmateriaal op de drinkrand van een waterflesje op de werkbank. Uit de bemonstering met SIN-nummer AANW4494NL#01 is een DNA-profiel verkregen, met een matchkans van kleiner dan één op één miljard. Het DNA-profiel van [medeverdachte 4] komt overeen met dit DNA-profiel. De rechtbank concludeert hieruit dat [medeverdachte 4] de donor is van het celmateriaal op de binnenzijde van de handschoen. [102]
Verklaring verdachte
Verdachte heeft bij de politie en ter terechtzitting verklaard dat hij betrokken was bij het drugslab in [plaats 2] . Hij heeft spullen/materialen en personen vervoerd naar het laboratorium in [plaats 2] . [103]
Beoordeling
De rechtbank is van oordeel dat uit de bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, ondubbelzinnig naar voren komt dat [verdachte] een essentiële rol heeft gehad in de organisatie van het drugslaboratorium in [plaats 2] . Hij regelt diverse spullen, heeft contacten met medeverdachten over het drugslab, geeft opdrachten aan anderen en is daarnaast diverse keren aanwezig op de locatie. De rol die [verdachte] heeft vervuld bij de opzet en het laten draaien van het drugslaboratorium was belangrijk en onmisbaar en van zodanig gewicht dat deze kan worden aangemerkt als medeplegen van de productie van amfetamine gedurende de gehele ten laste gelegde periode. De rechtbank acht het onder 2 ten laste gelegde dan ook wettig en overtuigend bewezen.
3.3.4
Ten aanzien van feit 3: voorbereidingshandelingen
Hiervoor heeft de rechtbank vastgesteld dat verdachte betrokken is geweest bij drugslabs in [plaats 1] en [plaats 2] . Uit het dossier blijken verder onder meer de volgende feiten en omstandigheden.
3.3.4.1 Andere locaties
Transport (nep)apaan [plaats 4]
De politie ontvangt op 12 mei 2020 een MMA-melding dat er een witte bestelbus merk Renault met kenteken [kenteken] is vertrokken uit Breda met in het voertuig honderden kilo’s apaan bestemd voor de productie van amfetamine. De bestelbus wordt gesignaleerd door een ANPR-camera en er wordt gezien dat de bus een loods aan de [adres 5] binnenrijdt. [104] De politie doet een inval in de loods en treft daar de bestelbus aan met in de laadruimte drie pallets met daarop 60 kartonnen dozen. [105] De dozen werden in beslaggenomen en er werden monsters genomen van de inhoud. [106] Het NFI heeft onderzoek gedaan naar de samenstelling van de monsters. Het onderzoeksmateriaal blijkt voornamelijk zetmeel te bevatten met daarin lage concentraties MAPA en APAAN. [107]
Stashlocatie [plaats 3]
Op 25 mei 2020 wordt na TCI-informatie en een MMA-melding dat zich mogelijk een opslaglocatie voor drugs zou bevinden op het adres [adres 6] , door de politie een inval gedaan op genoemd adres. [108] In de loods worden door de politie hennepgerelateerde goederen aangetroffen. Daarnaast worden er harddrugsgerelateerde goederen aangetroffen, zoals een 200-liter vat met schroefdeksel, een zwarte emmer, jerrycans, een maatbeker en een metalen drum. Het LFO heeft de laatstgenoemde goederen onderzocht en van de aangetroffen sporen monsters genomen en verzonden naar het NFI. [109] Door het NFI is vastgesteld dat zich in de jerrycans sporen van amfetamine bevonden en dat zich in de zwarte emmer MAPA bevond. [110]
Drugslab in voorbereiding [plaats 5]
Uit telefoontaps, observaties en informatie verkregen door middel van Encrochatberichten blijkt dat er vanaf 26 april 2020 een pand in [plaats 5] is gevonden. [111] Vanaf 14 mei wordt gesproken over het bouwen en inrichten van een loods aan de [adres 7] . [112] De foto’s van de binnenzijde van de loods die in de Encrochatberichten worden verstuurd [113] komen overeen met de loods zoals de politie die later aantreft. [114] Op 11 juni 2020 is alles gereed om te starten met de productie van harddrugs. [medeverdachte 4] bericht [medeverdachte 3] :
“Stroom: check. Alles doet t”en [medeverdachte 3] zegt:
“morgen levering stoffen” [115] Op 12 juni 2020 bericht [medeverdachte 1] [medeverdachte 3] dat het hok kan worden afgebroken omdat mensen het hebben gezien
, [116] Diezelfde dag geeft [medeverdachte 3] aan [medeverdachte 4] door dat hij kan gaan afbreken en opruimen:
“Jullie zijn gezien. Mensen geven al tips en al in Deventer.” [117]
Verklaring verdachte
Verdachte heeft bij de politie en ter terechtzitting verklaard dat hij spullen heeft gebracht en gehaald naar en van de locatie in [plaats 3] , dat hij was betrokken bij het transport van (nep)apaan naar [plaats 4] en dat hij heeft geholpen met de voorbereidingen van de opbouw van het laboratorium in [plaats 5] . [118]
3.3.4.2 Betrokkenheid verdachte bij voorbereidingshandelingen
De betrokkenheid van verdachte bij de ten laste gelegde handelingen blijkt, naast het hiervoor reeds genoemde, specifiek uit de volgende feiten en omstandigheden.
-
Locaties inrichten:Op 23 juli 2020 wordt gezien dat [verdachte] en [medeverdachte 8] goederen in een gehuurde bedrijfsauto laden en vervolgens met een tussenstop in [plaats 10] naar de loods in [plaats 2] rijden. [119] Op 29 juli 2020 wordt waargenomen dan [verdachte] onder meer drie roestvrijstalen ketels inlaadt en van Loil naar [plaats 2] rijdt. [120] [medeverdachte 3] en [medeverdachte 11] bespreken op 7 juni 2020 dat er in het lab in [plaats 5] ook een rol was weggelegd voor " [alias 2] " (de rechtbank begrijpt: [verdachte] ) voor wat betreft het bouwen van het lab, want [alias 2] bouwt top zegt [medeverdachte 3] . Ook moet [alias 2] de stroom regelen. [121] Op 10 juni 2020 bespreken [medeverdachte 3] en [medeverdachte 11] dat [verdachte] , [medeverdachte 8] en [medeverdachte 4] nog dik twee dagen nodig hebben om het lab operationeel te krijgen. [122]
-
Stashplekken gebruiken:In januari 2020 plaatsen [verdachte] en [medeverdachte 3] een grote ketel in de loods in [plaats 3] . [123] Op 30 juni wordt gezien dat [medeverdachte 14] en [verdachte] samen een lasapparaat in de loods in [plaats 10] binnen brengen. [124] [verdachte] heeft bij de politie verklaard dat hij in [plaats 9] spullen gelost heeft en een lasser ontvangen heeft. [125]
-
Goederen kopen voor opbouw lab:Uit tapinformatie blijk dat [verdachte] materialen, zoals roestvrijstalen platen nodig heeft om te lassen. Ook heeft hij flexibele afzuigbuizen besteld. [126] Op 14 augustus 2020 regelt [verdachte] IBC-containers en methanol. [127] [verdachte] heeft bij de politie ook verklaard dat hij diverse goederen geregeld heeft voor de locaties in [plaats 1] en [plaats 2] . [128]
-
Chauffeur:[verdachte] wordt tussen 23 maart en 1 april 2020 meerdere keren gezien als hij spullen komt halen/brengen in/uit de loods te [plaats 3] . [129]
-
Personeel sturen:[verdachte] beweegt [medeverdachte 5] om op 18 augustus 2020 naar [plaats 2] te gaan. [130]
-
Transporten chemicaliën:Op 12 mei 2020 vindt een gesprek plaats tussen [medeverdachte 3] en [medeverdachte 11] waaruit blijkt dat er een bus op weg is naar Zwolle. [medeverdachte 3] zegt tegen [medeverdachte 11] dat hij ‘ [gebruikersnaam 3] ’ (de rechtbank begrijpt [verdachte] ) moet toevoegen, want die is de chauffeur. Hij rijdt nu bij Ewijk en is op weg naar Zwolle. [131] Eerder die middag vraagt [medeverdachte 3] aan [medeverdachte 1] : waar moet die apaan heen? En [medeverdachte 1] zegt Zwolle. [132] Op 12 mei 2020 heeft [verdachte] contact met [medeverdachte 3] over het transport. [medeverdachte 3] vraagt of [verdachte] net 182.000 betaald heeft. [verdachte] antwoordt: ‘ja, dat heb ik’. [133]
Op grond van de bewijsmiddelen van de feiten 1 en 2 in onderling verband en samenhang bezien, stelt de rechtbank verder vast dat verdachte gedurende de ten laste gelegde periode chemische stoffen, ketels en andere benodigdheden ten behoeve van een synthetisch drugslaboratorium voorhanden heeft gehad.
Uit het bovenstaande, in samenhang bezien met de overige bewijsmiddelen, blijkt dat [verdachte] zich samen met anderen bezig hield met het treffen van voorbereidingshandelingen voor productie van amfetamine. De rechtbank stelt verder op grond van de bewijsmiddelen vast dat alle verdachten zich in de voor medeplegen vereiste bewuste en nauwe samenwerking met deze handelingen hebben bezig gehouden. De rechtbank acht het onder 3 ten laste gelegde dan ook wettig en overtuigend bewezen.
3.3.5
Ten aanzien van feit 4: deelname aan een criminele organisatie
Aan verdachte is ten laste gelegd dat hij heeft deelgenomen aan een criminele organisatie als bedoeld in artikel 11b van de Opiumwet (Ow), een organisatie die zich specifiek bezig houdt met drugshandel. Dit betreft een zogenoemde lex specialis van artikel 140 van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Van een organisatie in de zin van deze artikelen is sprake bij een samenwerkingsverband tussen verdachte en ten minste één andere persoon met een zekere duurzaamheid en structuur. Een dergelijk samenwerkingsverband bestaat wanneer sprake is van een onderlinge verdeling van werkzaamheden of onderlinge afstemming van activiteiten van deelnemers binnen de organisatie met het oog op het bereiken van het gemeenschappelijke doel van de organisatie. De samenstelling van het samenwerkingsverband hoeft niet steeds hetzelfde te zijn en niet is vereist dat een deelnemer aan de organisatie samenwerkt of bekend is met alle andere personen die deel uitmaken van de organisatie. Het oogmerk van de organisatie moet gericht zijn op het plegen van misdrijven als bedoeld in de Opiumwet. De gedragingen van de deelnemers kunnen bestaan uit het (mede)plegen van die misdrijven, maar ook het verrichten van hand- en spandiensten (die op zichzelf niet strafbaar zijn) kan daaronder vallen. Voor een bewezenverklaring is voldoende dat het plegen van misdrijven door de organisatie wordt beoogd en dat de verdachte weet dat de organisatie dat oogmerk heeft. In het bestanddeel deelneming aan een organisatie ligt tevens het opzet van verdachte besloten.
Beoordeling
De rechtbank is van oordeel dat uit de opgenomen bewijsmiddelen naar voren komt dat tussen diverse verdachten sprake was van een duurzaam en gestructureerd samenwerkingsverband dat tot oogmerk had het plegen van misdrijven, in die zin dat de organisatie zich bezig hield met het initiëren, opzetten en coördineren van productielocaties van amfetamine(olie). Dit samenwerkingsverband was dus gericht op het produceren, verwerken en afleveren van synthetische drugs en het voorbereiden en bevorderen van die productie. De rechtbank overweegt daartoe als volgt.
Er bestonden twee productielocaties ( [plaats 1] en [plaats 2] ) waar het verhandelbare eindproduct amfetamine werd gemaakt. In [plaats 5] is een drugslab ingericht, maar niet in gebruik genomen en op locaties in [plaats 3] , [plaats 10] en [plaats 9] bevonden zich opslagplaatsen/loodsen waarin grondstoffen en hardware werden bewaard. [134] Uit de (encrypted) gesprekken tussen de verdachten in het onderzoek Elrits blijkt dat verschillende verdachten hierbij steeds gezamenlijk betrokken zijn geweest. Er wordt in de chats gesproken over het fabriceren, vervoeren en verhandelen van drugs en precursoren van drugs en er vinden regelmatig overleggen plaats. De rechtbank leidt uit de gesprekken af dat sprake was van een duurzame organisatiestructuur. Verdachten gingen een zakelijke relatie aan die ongeveer vijf maanden duurde, onderhielden bijna dagelijks contact en werkten intensief samen. Er was sprake van continuïteit, een vaste kern met aansturing vanuit eigen leden en contacten met andere organisaties.
De samenwerking in de top van de organisatie blijkt onder meer uit de volgende chats.
Op 27 maart 2020 stuurt [medeverdachte 1] een bericht naar [medeverdachte 11]
:”hok gaan we door 3en doen, dus hij en wij. Je hebt 126 flappen in de week kwijt aan spullen gedeelt door 3, elke week draaien. Dan moeten wij 84 ruggen trekken in de week. Krijgen we 66%. Morgen afspraak met [alias 1] ”(de rechtbank begrijpt [medeverdachte 3] ). [medeverdachte 11] antwoordt:
“krijgen we 300 L. olie terug, pak je 110 ruggen ongeveer per x”. [135] Op 5 april 2020 zegt [medeverdachte 3] tegen [medeverdachte 1] in een chat:
“we moeten nog ff praten, ik maak ff lijst wat alles kost, praten met elkaar en financielen etc. doorspreken. Duidelijke afspraken maken.” [136] Op 6 mei 2020 bericht [medeverdachte 3] [medeverdachte 11] :
“ff zitten jij, ik en [alias 4] ”(de rechtbank begrijpt [medeverdachte 1] ). [137] Op 18 mei 2020 zegt [medeverdachte 3] tegen [medeverdachte 1] in een chat:
“dacht we gaan samen ff goeie afspraken maken, we gaan wel een samenwerking aan.”[medeverdachte 1] antwoordt:
“vertrouw jou, en twijfel ap je me, wij hebben de kok wie het kan, hij de plek.” [138]
Er wordt in de chats verder veel gesproken over betalingen en investeringen.
[medeverdachte 1] chat met [medeverdachte 11] op 25 april 2020:
‘die [alias 11] (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 13]
) heb jij vorog week niet betaald, moest [alias 17] (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 10]
) dat geven van jou? Betalen plek voor 4 liter olie. Hebben nu 1 plek nodig voor speed en hasj en bende. En dan heb [alias 17] er nog 3. Plek van [alias 11] is voor inpakken. Maandag wel ff zitten, zet ff 15 meijer stash op papier.” [139] Op 5 mei 2020 bericht [medeverdachte 3] [medeverdachte 1] :
“vrijdag ff cash bij mekaar doen voor de eerste 1200 broer”en
“vrijdag ook even de res damen afrekenen, heb bonnetjes gemaakt van die extra ketels, chauffeurskosten, kosten filters, palletwagen, steekwagen, gasflessen, wokbranders, zuurpomp, die wand, etc. [140] Op
9 juni 2020 zegt [medeverdachte 3] tegen [medeverdachte 11] in een chat:
zou je [naam 4] kennen sturen voor de laatste dingen, pakt allemaal iets anders uit. Was het drukvat voor stomer vergeten. 1950 de man.” [141] [medeverdachte 11] bericht [medeverdachte 3] op 10 juni 2020:
“maat ik zit hier ff met [alias 4] wij zijn hier ook alles aan het betalen, panden en lasser en kok.” [142]
Uit de inhoud van de chats blijkt dat [medeverdachte 3] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 11] zich bezig hielden met het aansturen van de anderen. [medeverdachte 1] bericht [medeverdachte 3] op 7 mei 2020:
“en kok zet ik 17u in”. [143] Op 8 mei 2020 chat [medeverdachte 3] :
maat, kan je je neef bereiken? Hij is al 1,5 uur onderweg van ede naar [plaats 11] . Die gasten staan daar met apaan en hij pakt de telefoon niet op”. [144]
[medeverdachte 3] bericht [medeverdachte 11] op 12 mei 2020:
“stuur jij anders ff mannetje die gaat ruiken broer”en [medeverdachte 11] antwoordt:
“ga ff [alias 17] zenden” [145] [medeverdachte 1] vraagt [medeverdachte 3] op 14 mei 2020 in een chat:
“wie ga je laten kijken?”en [medeverdachte 3] antwoordt:
“uhm ja zeg maar die [alias 11] ”. [146] [medeverdachte 3] bericht [medeverdachte 1] op 10 juni 2020:
“ik haal even electraspullen en [alias 2](de rechtbank begrijpt [verdachte] )
maakt het.” [147]
Op 12 juni 2020 bericht [medeverdachte 1] [medeverdachte 3] :
“Breek alles maar weer af, we gaan weer weg daar [148] en [medeverdachte 3] geeft de opdracht door aan [medeverdachte 4] :
“Breek alles maar af, ben nu met [alias 4] .” [149]
Uit de berichten volgt dat sprake was van een duidelijke hiërarchie en taakverdeling. Naast de drie verdachten die zich aan de top van de organisatie bevinden ( [medeverdachte 3] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 11] ), onderscheidt zich een middenkader dat functioneert tussen de top van de organisatie en de werkvloer ( [verdachte] ). Daaronder bevinden zich de verdachten die werkzaam zijn op de vloer, als kok, bouwer, klusjesman, chauffeur of manusje-van-alles ( [medeverdachte 6] , [medeverdachte 5] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 7] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 10] en [medeverdachte 9] ). De rechtbank stelt op basis van het dossier de onderlinge rolverdeling als volgt vast.
[medeverdachte 3]
heeft samen met [medeverdachte 1] en [medeverdachte 11] een leidinggevende rol in de organisatie, hij is investeerder, hij gaat over de verdeling van de winst en stuurt mensen aan om werkzaamheden uit te voeren. Daarnaast verricht hij uitvoerende taken. Hij bestelt materiaal, hij regelt personeel en expertise in de rol van koks, lassers en elektriciëns en voorziet de locaties van grondstoffen. Hij is actief in het zoeken en regelen van locaties en is regelmatig in overleg met [medeverdachte 1] en [medeverdachte 11] .
[medeverdachte 1]
heeft een aansturende rol in de organisatie en is daarnaast investeerder. Hij werkt nauw samen en heeft veel overleg met [medeverdachte 3] en [medeverdachte 11] , waarbij het gaat over betalingen en investeringen, het verdelen van de winst en het regelen en aansturen van mensen. Hij bepaalt waar de locaties komen en wanneer deze weer moeten worden ontmanteld. Zo geeft hij op 12 juni 2020 de opdracht aan [medeverdachte 3] om ‘het hok’ in [plaats 5] weer af te breken. [150]
[medeverdachte 11]
heeft een aansturende rol in de organisatie en is daarnaast investeerder. Hij werkt nauw samen en heeft veel overleg met [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] , waarbij het gaat over betalingen en investeringen, de verdeling van de winst en het regelen en aansturen van mensen. [medeverdachte 11] regelt ook een ‘stashlocatie’ voor een grote hoeveelheid apaan. [medeverdachte 11] gaat zelf niet naar de drugslabs, maar stuurt van afstand anderen aan.
[medeverdachte 5]
is een uitvoerder in de organisatie. Hij houdt zich bezig met het transport van goederen en mensen en wordt aangestuurd om locaties te bekijken en te controleren. Als er problemen zijn op een locatie wordt hij gestuurd om er te gaan kijken en de boel te regelen. Hij vervoert meerdere keren het eindproduct. Op 19 augustus 2020 wordt [medeverdachte 5] naar het lab in [plaats 2] gestuurd om dit lab te ontmantelen.
[medeverdachte 6]
verricht hand- en spandiensten en zoekt naar geschikte locaties voor de organisatie. Zo zegt hij op 18 juni 2020 in een bericht aan [medeverdachte 5] :
“Bij mij in het dorp heb ik iets gezien dat zal perfect zijn voor hun… je ziet aan de omgeving van die mensen dat er armoede is. het is ooit een groot bedrijf geweest maar dat is het lang niet meer. Ze zitten precies op een dood punt: je kan erin en eruit en niemand die het ziet”. [151]
[verdachte]
is het manusje-van-alles in de organisatie en behoort tot de ‘vaste kern’ Hij regelt praktische zaken, hij rijdt als chauffeur en doet de distributie van materiaal en grondstoffen en is bij veel overleggen aanwezig. [verdachte] neemt waar voor [medeverdachte 3] , als [medeverdachte 3] op vakantie gaat. [152] Hij legt op meerdere momenten rechtstreeks verantwoording af aan [medeverdachte 1] . [medeverdachte 3] zegt over [verdachte] :
“das de jonge van mij die alle tp overal naar toe regeld, chaf, bussen etc. die doet de distributie eigen is hij onze concierge.” [153]
[medeverdachte 4]
heeft een uitvoerende rol, hij is kok en bouwer. Op 12 mei 2020 wordt hij voor het eerst genoemd in zijn rol van kok in chatgesprekken tussen [medeverdachte 1] , [medeverdachte 11] en [medeverdachte 3] . [154] Later zegt [medeverdachte 4] in een chat dat hij ook ‘gewoon dingen kan aanpassen’ en diezelfde dag wordt door [medeverdachte 3] een chat van [medeverdachte 4] doorgestuurd, waarin [medeverdachte 4] zegt:
“Nou heb nog meer slecht nieuws die app van 1400 is kuist verbrand”. [155] In [plaats 5] heeft [medeverdachte 4] meegeholpen met de opbouw van het lab [156] en ook met het ontmantelen daarvan. [157] [medeverdachte 4] wordt gewond aangetroffen bij het drugslaboratorium in [plaats 2] op de dag van de inval, omdat hij in aanraking is gekomen met chemicaliën en is daar aangehouden door de politie.
[medeverdachte 8]
heeft een uitvoerende rol in de organisatie. Hij is kok, uitvoerder, chauffeur en bouwer. Op 31 maart 2020 stuurt [medeverdachte 8] foto’s vanuit het laboratorium in [plaats 1] , waar hij op dat moment bezig is met het chemische proces. [158] Op 10 juni 2020 zegt [medeverdachte 3] tegen [medeverdachte 11] dat [medeverdachte 8] nog twee dagen nodig heeft om het laboratorium in [plaats 5] operationeel te krijgen. [159] werkte ook als kok in het lab in [plaats 2] . [160]
[medeverdachte 10]
beheert locaties voor [medeverdachte 1] en [medeverdachte 11] , daarnaast is hij chauffeur en manusje-van-alles. Hij is betrokken geweest bij de opbouw van de locatie in [plaats 5] . Op 25 april 2020 stuurt [medeverdachte 11] een opsomming van [medeverdachte 10] werkzaamheden voor de organisatie naar [medeverdachte 1] . [161]
[medeverdachte 7]
heeft een uitvoerende rol in de organisatie als kok. Hij ingevlogen om bij te springen in de productie in het laboratorium in [plaats 2] . [162]
[medeverdachte 9]
heeft een uitvoerende rol onder in de organisatie. Hij heeft toegang tot meerdere stashlocaties van de organisatie, hij transporteert drugs, hij moet escorts regelen en hij transporteert geld en personen in opdracht van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 11] . Zo krijgt hij op 9 april via [medeverdachte 10] te horen dat hij van [medeverdachte 1] twee mannen in Hellevoetsluis moet ophalen. Een van deze mannen blijkt [medeverdachte 4] te zijn. [163] Hij vraagt om loon bij [medeverdachte 1] en [medeverdachte 11] . [164]
Wetenschap verdachte van het oogmerk van de organisatie
Uit de betrokkenheid van verdachte bij de productie van de synthetische drugs, de inhoud van de chats en berichten, telefoontaps en observaties, leidt de rechtbank af dat verdachte wist dat de organisatie waar hij deel van uitmaakte tot oogmerk had de productie van synthetische drugs en het voorbereiden en bevorderen van die productie.
Conclusie
Op grond van het bovenstaande concludeert de rechtbank dat verdachte wetenschap had van het oogmerk van de organisatie, behoorde tot het samenwerkingsverband binnen die organisatie en met zijn handelingen heeft bijgedragen aan het criminele oogmerk van de organisatie gedurende de periode van 1 januari 2020 tot en met 19 augustus 2020.
De rechtbank acht het onder 4 ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen.
3.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de opgegeven bewijsmiddelen waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat:
1.
hij in of omstreeks de periode 27 maart 2020 tot en met 10 april 2020 te Didam , tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk heeft bereid en bewerkt en verwerkt en vervaardigd, (ongeveer) 40,7 liter amfetamine-olie, zijnde amfetamine, een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
2.
hij in de periode 11 juni 2020 tot en met 19 augustus 2020 te Wildervank , gemeente Veendam, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk heeft bereid en bewerkt en verwerkt en vervaardigd, (ongeveer) 135 liter amfetamine-olie, zijnde amfetamine, een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
3.
hij in de periode 1 januari 2020 tot en met 19 augustus 2020 in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk bereiden,
bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, van amfetamine, zijnde amfetamine, een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I voor te bereiden en/of te bevorderen (telkens)
- zich en een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit heeft getracht te verschaffen,
- voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen, gelden en/of andere betaalmiddelen voorhanden heeft gehad, waarvan hij, verdachte, en diens mededaders, wisten dat zij bestemd waren tot het plegen van dat feit, door telkens
- locaties in te richten als ware te gebruiken voor de productie van synthetische drugs en een van deze locaties ook weer af te breken (Deventer en Wildervank ) en
- stashplekken voor de opslag van chemicaliën en/of ketels en/of andere benodigdheden voor de productie van synthetische drugs (zoals hieronder genoemd), te gebruiken en beheren en aldaar (drugsgerelateerde) goederen te stallen en door ketels in ontvangst te nemen ( Ede en Zwolle en Borculo en Loil) en
- goederen te kopen ten behoeve van (de opbouw van) drugslabs ( Didam en Deventer en Wildervank )en
- als chauffeur te fungeren voor het vervoeren van chemicaliën en ketels en andere goederen ten behoeve van de productie van synthetische drugs ( Didam en Deventer en Zwolle en Borculo en Loil en Wildervank ) en
- anderen naar locaties te brengen alwaar ketels gemaakt en/of gerepareerd moesten worden en/of waar drugs geproduceerd werd ( Didam en Loil en Borculo en Wildervank ) en/
- anderen naar een locatie te sturen alwaar synthetische drugs geproduceerd wordt ( Wildervank ) en
- een transport van chemicaliën, waaronder APAAN uit te voeren (Zwolle) en
- stoffen en/of chemicaliën voorhanden te hebben en
- ketels voorhanden te hebben ( Didam en Wildervank ) en
- benodigdheden voor een synthetisch drugslab voorhanden te hebben ( Didam en Wildervank );
4.
hij in de periode 1 januari 2020 tot en met 19 augustus 2020 in Nederland, heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] en [medeverdachte 6] en [medeverdachte 7] , en [medeverdachte 8] en [medeverdachte 9] en [medeverdachte 10] , welke organisatie tot oogmerk had het plegen van een of meer misdrijven als bedoeld in artikel 10 vierde lid, artikel 10a eerste lid van de Opiumwet.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd in de bewezenverklaring. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

4.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde is strafbaar gesteld in de artikelen 2, 10, 10a en 11b van de Opiumwet. Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezen verklaarde levert op:
feit 1 en feit 2
telkens het misdrijf:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder D van de Opiumwet gegeven verbod;
feit 3
het misdrijf:
om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet, tezamen en in vereniging met anderen, voor te bereiden of te bevorderen,
zich en een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit trachten te verschaffen
en
voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen, gelden of andere betaalmiddelen voorhanden hebben, waarvan hij weet dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit;
feit 4
het misdrijf:
deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 10 vierde lid en artikel 10a van de Opiumwet.

5.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezenverklaarde feiten.

6.De op te leggen straf of maatregel

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat aan verdachte wordt opgelegd een gevangenisstraf voor de duur van zeven jaren met aftrek van de tijd die verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht. De officier van justitie heeft daarbij gevorderd de schorsing van de voorlopige hechtenis op te heffen op de datum van de einduitspraak.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft verzocht verdachte een onvoorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen van 32 maanden, hetgeen inhoudt – rekening houdend met de voorwaardelijke invrijheidstelling – dat verdachte niet meer in detentie zal komen. Een alternatief zou kunnen zijn dat de rechtbank verdachte een gevangenisstraf zal opleggen voor de duur van 45 maanden, waarvan 24 maanden voorwaardelijk. De raadsman heeft daarbij verzocht bij einduitspraak het geschorste bevel van de voorlopige hechtenis op te heffen.
6.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij in het bijzonder het volgende van belang.
Aard en ernst van de feiten
Verdachte heeft zich gedurende een aanzienlijke periode, in georganiseerd verband, bezig gehouden met medeplegen van voorbereidingshandelingen die zagen op het produceren van synthetische harddrugs en de daadwerkelijke productie daarvan op twee verschillende locaties.
De organisatie waarvan verdachte deel uitmaakte heeft zich op professionele wijze en op haast industriële schaal bezig gehouden met het produceren van grote hoeveelheden amfetamine en BMK op wisselende locaties in Nederland. Het produceren van amfetamine is een lucratieve en specialistische bezigheid. Het spreekt voor zich dat een organisatie met als doelstelling het plegen van misdrijven als hiervoor genoemd een ernstige en ontoelaatbare ondermijning van de rechtsorde betekent. Door deel te nemen aan een dergelijke organisatie heeft verdachte geen oog gehad voor de maatschappelijke problemen die de productie van (en de daaruit logischerwijs voortvloeiende handel in) verdovende middelen met zich meebrengen. Het is algemeen bekend dat het gebruik van verdovende middelen grote gezondheidsrisico’s met zich meebrengt en kan leiden tot verslavingen, die de gebruikers dan vaak door diefstal of ander crimineel handelen trachten te bekostigen, hetgeen weer leidt tot overlast in de samenleving. Van de handel in verdovende middelen is bovendien algemeen bekend dat dit vaak gepaard gaat met verschillende vormen van andere criminaliteit.
Daarnaast schuilt in de productie van harddrugs direct gevaar voor schade aan het milieu, veroorzaakt door illegale dumpingen van vrijkomende chemische afvalstoffen in de natuur. Bovendien bestaat er ontploffingsgevaar, brandgevaar en gevaar voor het vrijkomen van giftige stoffen.
Persoon van de verdachte
De rechtbank heeft – in strafverzwarende zin - acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie betreffende verdachte van 13 februari 2024. Hieruit blijkt dat verdachte eerder is veroordeeld voor drugsgerelateerde feiten. Voorts blijkt uit het uittreksel justitiële documentatie een veroordeling die ligt na de pleegperiode van de onderhavige bewezen verklaarde feiten, waardoor toepassing gegeven dient te worden aan artikel 63 Sr. Het gaat daarbij om de veroordeling van 15 mei 2023 door de meervoudige strafkamer van de rechtbank Gelderland.
De rechtbank heeft voorts kennis genomen van een reclasseringsrapport van 26 februari 2024, waarin de reclassering verdachte beschrijft als een man die zijn criminele verleden achter zich wil laten en zich schuldig voelt over de gevolgen van zijn detentie voor zijn kinderen en ex-partner. Verdachte is gedeeltelijk bekennend, hij heeft verklaard over zijn eigen rol. Verdachte is gemotiveerd om een delictvrij leven te gaan leiden. Hij heeft zich in detentie ingezet om uit de schulden te komen, hij houdt zich aan alle afspraken in het kader van toezicht en behandelverplichting. Sinds zijn schorsing heeft hij duurzaam werk gevonden, woonruimte en een nieuw pro-sociaal netwerk. De reclassering acht de kans op recidive laag en heeft geadviseerd verdachte een (deels) voorwaardelijke straf op te leggen met als bijzondere voorwaarden een meldplicht en een ambulante behandeling.
Strafoplegging
Gezien de ernst van de gepleegde feiten kan niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank gekeken naar de oriëntatiepunten van het LOVS en acht geslagen op rechterlijke uitspraken in soortgelijke zaken.
De rechtbank overweegt bij het vaststellen van de hoogte van de straf dat verdachte weliswaar geen leidende rol had in de organisatie, maar een belangrijke spil in het middenkader van de organisatie was. Hij had als rechterhand van [medeverdachte 3] veel verantwoordelijkheden, waardoor hij zelfs de rol van [medeverdachte 3] overnam als deze op vakantie was. Verdachte was vaak degene die de mensen op de werkvloer aanstuurde en was daardoor van grote waarde voor de organisatie. In het nadeel van verdachte weegt tevens mee dat verdachte, nadat het drugslaboratorium in [plaats 1] werd opgerold en het laboratorium in [plaats 5] voortijdig moest worden ontmanteld, gewoon verder ging met het volgende laboratorium in [plaats 2] .
De rechtbank neemt bij de bepaling van de strafmaat de persoonlijke omstandigheden van verdachte mee. Hij heeft zijn best gedaan zijn leven weer op de rit te krijgen. Daarnaast heeft verdachte als een van de weinigen in enige mate opening van zaken gegeven en heeft een beeld geschetst van de organisatie waarvan hij deel uitmaakte. Verdachte heeft daarmee zijn verantwoordelijkheid genomen. De rechtbank waardeert dat en zal daar rekening mee houden bij het bepalen van de hoogte van de straf.
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat in beginsel een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 54 maanden passend en geboden zou zijn.
De rechtbank overweegt daarnaast dat er sprake is van een overschrijding van de redelijke termijn. Verdachte is in verzekering gesteld op 20 augustus 2020 en vanaf dat moment is de redelijke termijn gaan lopen. Dat betekent dat er, nu op 31 mei 2024 vonnis wordt gewezen tegen verdachte, sprake is van een overschrijding van de redelijke termijn van 21 maanden. De rechtbank zal dan ook, volgens vaste jurisprudentie van de Hoge Raad, de maximale korting van zes maanden op de straf in mindering brengen. De rechtbank zal verdachte een onvoorwaardelijke gevangenisstraf opleggen voor de duur van 48 maanden met aftrek van de tijd die verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht.
Voorlopige hechtenis
De voorlopige hechtenis van verdachte is door de rechtbank geschorst per 9 november 2022 gelet op het procesverloop, bezien in het licht van de verdenking en de persoonlijke situatie van verdachte. Het verhandelde ter zitting en de inhoud van het onderhavige vonnis vragen om een nieuwe beoordeling van de voorlopige hechtenis. Met het onderhavige vonnis zijn de ernstige bezwaren gegeven en ook de aan de voorlopige hechtenis ten grondslag liggende recidivegrond is onverkort van toepassing. De aan de eerder bevolen schorsing van de voorlopige hechtenis ten grondslag liggende omstandigheden zijn in het licht van dit vonnis naar het oordeel van de rechtbank van onvoldoende gewicht om het door laten lopen van de schorsing te rechtvaardigen. De persoonlijke belangen van verdachte bij schorsing van de voorlopige hechtenis wegen in de nieuwe situatie niet langer op tegen het strafvorderlijk belang bij hervatting van die voorlopige hechtenis. De rechtbank is daarom van oordeel dat de schorsing van de voorlopige hechtenis moet worden opgeheven.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat aan de verdachte voorwaardelijke invrijheidstelling wordt verleend als bedoeld in artikel 6:2:10 van het Wetboek van Strafvordering.

7.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 47, 55 en 57 Sr.

8.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het onder 1, 2, 3 en 4 ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feiten
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1 en feit 2
telkens het misdrijf:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder D van de Opiumwet gegeven verbod;
feit 3
het misdrijf:
om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet, tezamen en in vereniging met anderen, voor te bereiden of te bevorderen,
zich en een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit trachten te verschaffen
en
voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen, gelden of andere betaalmiddelen voorhanden hebben, waarvan hij weet dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit;
feit 4
het misdrijf:
deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 10 vierde lid en artikel 10a van de Opiumwet.
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 1, 2, 3 en 4 bewezen verklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
48 (achtenveertig) maanden;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
voorlopige hechtenis
- Heft de schorsing van de voorlopige hechtenis op.
Dit vonnis is gewezen door mr. D.E. Schaap, voorzitter, mr. G.H. Meijer en
mr. M.W. Eshuis, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A. de Bruin, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 31 mei 2024.
Buiten staat
Mr. M.W. Eshuis is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de politie eenheid Oost-Nederland, districtsrecherche IJsselland met onderzoeksnummer Elrits/ ON1R020059 en de aanvullingen 1 tot en met 6. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
2.Proces-verbaal chatidentificatie met betrekking tot imei [IMEI-nummer 1] [medeverdachte 3] , AD01, AH026, pagina 398 en AH165, AD01, pagina 259.
3.Proces-verbaal stemidentificatie mbt [medeverdachte 3] op [nummer] , AD01, AH180, pagina 91 ev.
4.Proces-verbaal chatidentificatie met betrekking tot imei [nummer] [verdachte] , AD01, AH044, pagina 405 en AMB.090, AD01, pagina 163.
5.Proces-verbaal stemherkenning [verdachte] , AD01, AH182, pagina 113 en 114.
6.Proces-verbaal chatidentificatie met betrekking tot imei [IMEI-nummer 2] [medeverdachte 11] , AD01, AH045, pagina 415.
7.Proces-verbaal chatidentificatie met betrekking tot imei [IMEI-nummer 3] [medeverdachte 8] , AD01, AH050, pagina 430 en AH051, AD01, pagina 174.
8.Proces-verbaal stemidentificatie [medeverdachte 8] , AD01, AH 037, pagina 82 ev.
9.Proces-verbaal identificatie [gebruikersnaam 6] , AD01, AH054, pagina 436.
10.Proces-verbaal [gebruikersnaam 7] , AD01, AH060, pagina 451 en AH166, AD01, pagina 298.
11.Proces-verbaal [gebruikersnaam 9] , AD01, AH061, pagina 457 en AH100, AD01, pagina 187.
12.Proces-verbaal chatidentificatie [gebruikersnaam 20] , AD01, AH099, pagina 476.
13.Proces-verbaal identificatie stableforce [medeverdachte 9] , AD01, AH192, pagina 492.
14.Proces-verbaal identificatie [gebruikersnaam 13] , AD01, AH200, pagina 496.
15.Proces-verbaal identificatie [gebruikersnaam 14] , aanv dossier AD07, AH210, pagina 15868 ev.
16.[medeverdachte 1] : proces-verbaal ter beschikkingstelling Argus data, AD01, pagina 552, [medeverdachte 3] : proces-verbaal bevindingen SKY-gebruik [medeverdachte 3] , AD01, pagina 556 ev., [medeverdachte 11] : proces-verbaal ID SKY account [gebruikersnaam 18] , AD01, pagina 562 ev.
17.Proces-verbaal van bevindingen [medeverdachte 5] gebruiker telefoonnummers [telefoonnummer 5] , [telefoonnummer 6] en [telefoonnummer 7] , ZD02, AMB.078, pagina 6320 ev.
18.Proces-verbaal stemidentificatie mbt [medeverdachte 5] op [telefoonnummer 8] , AD01, AH188, pagina 153 ev.
19.Proces-verbaal van bevindingen mbt bijnaam van [medeverdachte 5] is [alias 20] , AD01, AH140, pagina 213 ev.
20.Proces-verbaal restinformatie, ZD05, pagina 9065.
21.Proces-verbaal van bevindingen [medeverdachte 6] gebruiker [telefoonnummer 11] . ZD02, AMB.037, pagina 6459 en 6460.
22.Verklaring van verdachte ter terechtzitting d.d. 13 maart 2024.
23.Proces-verbaal van bevindingen, ZD02.01, pagina 5061.
24.Proces-verbaal LFO, ZD02.01, pagina 5318 en 5319.
25.Proces-verbaal LFO, ZD02.01, pagina 5346 en 5347.
26.Proces-verbaal LFO, ZD02.01, pagina 5318 en 5319.
27.Proces-verbaal LFO, ZD02.01, pagina 5365 ev.
28.Een geschrift zijnde een rapport van het NFI, drugsonderzoek aan materialen aangetroffen op 10 april 2020 op de locatie [adres 2] van 9 mei 2020, pagina 5357 ev.
29.Proces-verbaal samenvatting Proet, ZD02, AMB.091, pagina 6400.
30.Proces-verbaal samenvatting Proet, ZD02, AMB.091, pagina 6401.
31.Proces-verbaal samenvatting Proet, ZD02, AMB.091, pagina 6403.
32.Proces-verbaal samenvatting Proet, ZD02, AMB.091, pagina 6404.
33.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 5] in [plaats 1] , ZD02, AMB.077, pagina 6303.
34.Proces-verbaal van bevindingen rol [verdachte] in [plaats 1] , ZD02, AMB.094, pagina 6409 en proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 6] in [plaats 1] , ZD02, AMB069, pagina 6244 ev.
35.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 5] in [plaats 1] , ZD02, AMB.077, pagina 6304.
36.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 5] in [plaats 1] , ZD02, AMB.077, pagina 6304.
37.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 3] in [plaats 1] , ZD02, AMB.089, pagina 6356.
38.Proces-verbaal van observatie dinsdag 31 maart 2020, ZD02, PROET-200331-V, pagina 6619 en 6620.
39.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 6] in [plaats 1] , ZD02, AMB069, pagina 6247.
40.Proces-verbaal van bevindingen rol [verdachte] in [plaats 1] , ZD02, AMB.094, pagina 6411.
41.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 3] in [plaats 1] , ZD02, AMB.089, pagina 6355.
42.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 3] in [plaats 1] , ZD02, AMB.089, pagina 6358.
43.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 3] in [plaats 1] , ZD02, AMB.089, pagina 6359.
44.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 3] in [plaats 1] , ZD02, AMB.089, pagina 6359.
45.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 3] in [plaats 1] , ZD02, AMB.089, pagina 6359.
46.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 5] in [plaats 1] , ZD02, AMB.077, pagina 6304.
47.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 3] in [plaats 1] , ZD02, AMB.089, pagina 6355.
48.TA009, ZD02, pagina 6644.
49.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 3] in [plaats 1] , ZD02, AMB.089, vanaf pagina 6356.
50.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 3] in [plaats 1] , ZD02, AMB.089, pagina 6360.
51.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 6] in [plaats 1] , ZD02, AMB069, pagina 6245 en 6246.
52.Proces-verbaal van bevindingen rol [verdachte] in [plaats 1] , ZD02, AMB.094, pagina 6412.
53.Proces-verbaal van observatie, zesde aanvulling AD, Proet-200401-V, pagina 16199-16200.
54.Proces-verbaal van bevindingen, ZD02, AH175, pagina 6584-6586.
55.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10112 ev.
56.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10125. pagina 10123.
57.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10101 tot en met 10108.
58.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10105.
59.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10125.
60.Proces-verbaal van bevindingen Encrochatcontacten [medeverdachte 13] met [naam 1] , zesde aanvulling AD, AH232, pagina 16238 en 1257.
61.Proces-verbaal van bevindingen Encrochatcontacten [medeverdachte 13] met [medeverdachte 8] , zesde aanvulling AD, AH235, pagina 16358 ev.
62.Proces-verbaal van bevindingen Encrochatcontacten [medeverdachte 13] met [verdachte] , zesde aanvulling AD, AH235, pagina 16349 en 16350.
63.Proces-verbaal van bevindingen inhoudelijke chats Richpants, zesde aanvulling AD, AH211, pagina 1.876.
64.Proces-verbaal van bevindingen inhoudelijke chats Richpants, zesde aanvulling AD, AH211, pagina 15878.
65.Proces-verbaal van bevindingen inhoudelijke chats Richpants, zesde aanvulling AD, AH211, pagina 15885.
66.Proces-verbaal forensisch onderzoek plaats delict ( [adres 2] ), ZD02.01, pagina 5421 en 5427.
67.Een geschrift zijnde een rapport vergelijkend DNA-onderzoek naar aanleiding van een overtreding van de Opiumwet in [plaats 1] , pagina 15893 ev.
68.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10112.
69.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10116.
70.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10118.
71.Proces-verbaal rol [medeverdachte 8] in [plaats 12] vanuit encro, ZD02, pagina 6636.
72.Verklaring verdachte ter terechtzitting d.d. 13 maart 2024 en proces-verbaal verhoor verdachte, PD02, VE 002.12, pagina 1525.
73.Proces-verbaal aanhouding verdachte, ZD01, AH039.01, pagina 3357 en 3358.
74.Proces-verbaal LFO, ZD01.01, AH048, pagina 3382 ev.
75.Een geschrift zijnde een rapport van het NFI, drugsonderzoek aan materialen aangetroffen op 19 augustus 2020 op de locatie [adres 4] te [plaats 2] van 20 november 2020, pagina 3499 ev.
76.Proces-verbaal aanhouding verdachte, ZD01, AH039/40.01, pagina 3357 en 3359.
77.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10269.
78.Proces-verbaal van observatie 20 juli 2020, ZD01, T011, pagina 3573 ev.
79.Proces-verbaal van bevindingen, AH076, ZD01, pagina 3544
80.Proces-verbaal mbt [plaats 2] 20-29 juli 2020, ZD01, AH076, pagina 3547.
81.Proces-verbaal mbt [plaats 2] 20-29 juli 2020, ZD01, AH076, pagina 3552.
82.Proces-verbaal mbt [plaats 2] 8 augustus 2020, ZD01, AH081, pagina 3678.
83.Proces-verbaal van bevindingen mbt SKY-ECC informatie dd 8/9-08-2020,Coquille ON1R020049-320, pagina 4287 ev.
84.Proces-verbaal mbt [plaats 2] 10 augustus 2020, ZD01, AH083, pagina 3730.
85.Proces-verbaal mbt [plaats 2] 10 augustus 2020, ZD01, AH083, pagina 3757.
86.Proces-verbaal van bevindingen, 14 juni 2021, ZD01, AH084, pagina 3772.
87.Proces-verbaal mbt [plaats 2] 11 augustus 2020, ZD01, AH084, pagina 3766 en 3773.
88.Proces-verbaal mbt [plaats 2] 11 augustus 2020, ZD01, AH084, pagina 3771.
89.Proces-verbaal mbt [plaats 2] 12 augustus 2020, ZD01, AH085, pagina 3783.
90.Proces-verbaal van bevindingen mbt SKY-ECC informatie dd 11-08-2020,Coquille ON1R020049-311, pagina 4210 ev.
91.Proces-verbaal van bevindingen mbt SKY-ECC informatie dd 13/16-08-2020,Coquille ON1R020049-314, pagina 4226 ev.
92.Proces-verbaal mbt [plaats 2] 14 augustus 2020, ZD01, AH087, pagina 3879.
93.Proces-verbaal van bevindingen mbt SKY-ECC informatie dd 13/16-08-2020,Coquille ON1R020049-314, pagina 4227 ev.
94.Proces-verbaal bevindingen mbt [plaats 2] 15 augustus 2020, ZD01, AH088, pagina 3906.
95.Proces-verbaal van bevindingen mbt SKY-ECC informatie dd 13/16-08-2020,Coquille ON1R020049-314, pagina 4227 ev.
96.Proces-verbaal bevindingen rondom observatie op 17 augustus 2020, ZD01, AH090, pagina 3947.
97.Proces-verbaal van bevindingen mbt SKY-ECC informatie dd 17/19-08-2020,Coquille ON1R020049-319, pagina 4276 ev.
98.Proces-verbaal bevindingen mbt [plaats 2] 18 augustus 2020, ZD01, AH091, pagina 3992 ev.
99.Proces-verbaal van bevindingen mbt SKY-ECC informatie dd 17/19-08-2020,Coquille ON1R020049-319, pagina 4276 ev.
100.Proces-verbaal bevindingen mbt [plaats 2] 19 augustus 2020, ZD01, AH092, pagina 4053 ev.
101.Proces-verbaal forensisch onderzoek plaats delict [adres 4] te [plaats 2] , ZD01, AH049, pagina 3460 ev.
102.Proces-verbaal vooronderzoek lab, ZD01, AH049.03, pagina 3481 ev. en een geschrift zijn Rapport DNA-onderzoek van een maatwerkonderzoek in [plaats 2] op 19 augustus 2020 van 25 september 2020, pagina 3472 ev.
103.Verklaring verdachte ter terechtzitting d.d. 13 maart 2024 en proces-verbaal verhoor verdachte, PD02, VE 002.12, pagina 1525-1526.
104.Proces-verbaal onderzoek ANPR gegevens, ZD04.01, pagina 8068.
105.Proces-verbaal van bevindingen [adres 5] , ZD04.01, pagina 8054.
106.Proces-verbaal forensisch onderzoek voertuig,, ZD04.01, pagina 8058.
107.Een geschrift zijnde rapport NFI drugsonderzoek aan materialen aangetroffen op 12 mei 2020 in een vrachtwagen in [plaats 4] , ZD04.01, pagina 8118 ev.
108.Proces-verbaal van bevindingen doorzoekingsresultaten [adres 8] , ZD03, pagina 7068.
109.Proces-verbaal van bevindingen LFO, ZD03, pagina 7112 ev.
110.Een geschrift zijnde rapport NFI drugsonderzoek aan materialen aangetroffen op 25 mei 2020 op de locatie [adres 6] , ZD03, pagina 7120 ev.
111.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10136.
112.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10177.
113.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10251 ev.
114.Proces-verbaal van bevindingen loods [plaats 5] , ZD05, pagina 9236 ev.
115.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10251 ev.
116.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10268.
117.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10276.
118.Verklaring verdachte ter terechtzitting d.d. 13 maart 2024 en proces-verbaal verhoor verdachte, PD02, VE 002.12, pagina 1524-1528.
119.Proces-verbaal van bevindingen mbt [plaats 2] 20-29 juli 2020, ZD01, AH076, pagina 3543.
120.Proces-verbaal van bevindingen mbt [plaats 2] 20-29 juli 2020, ZD01, AH076, pagina 3543.
121.Proces-verbaal van bevindingen, ZD06, AH068, pagina 10226-10227.
122.Proces-verbaal van bevindingen, ZD06, AH068, pagina 10242.
123.Proces-verbaal van bevindingen samenvatting Proet, ZD03. AMB.091, pagina 7362 en 7363.
124.Proces-verbaal relaas [plaats 2] , ZD01, pagina 3214.
125.proces-verbaal verhoor verdachte, PD02, VE 002.12, pagina 1526..
126.TA012, sessienummer 129, ZD05, pagina 9354 en 9357.
127.Proces-verbaal van bevindingen mbt [plaats 2] 14 augustus 2020, ZD01, pagina 3879.
128.proces-verbaal verhoor verdachte, PD02, VE 002.12, pagina 1525-1526.
129.Proces-verbaal relaas [plaats 3] , ZD03, pagina 7221 ev.
130.Proces-verbaal van bevindingen, ZD01, map 3, AH092, pagina 4053.
131.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10170.
132.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina10168.
133.Analyse rapportage Coquille, ZD04, pagina 8551.
134.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10077 ev.
135.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10095.
136.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10110.
137.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10147.
138.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10184.
139.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10139 en 10140.
140.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10147.
141.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071 pagina 10233.
142.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10238.
143.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10151.
144.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10152.
145.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10162.
146.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10176.
147.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10241.
148.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10270.
149.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10276.
150.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10268.
151.Tapgesprek rol [medeverdachte 6] op 18-06-2020, TA008-892, ZD06, pagina 10627.
152.Proces-verbaal bevindingen mbt lab [plaats 2] op 11 augustus 2020, ZD01, AH084, pagina 3766.
153.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10125.
154.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10163 ev.
155.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10163 en 10169.
156.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10177.
157.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10276.
158.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10101 ev.
159.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10056.
160.Proces-verbaal relaas zaaksdossier 01 [plaats 2] , pagina 3270 en 3271
161.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10138.
162.Proces-verbaal van bevindingen, ZD01, AH088, pagina 3909-3910.
163.Proces-verbaal van bevindingen inhoud chats [medeverdachte 9] , ZD06, AH196, pagina 10368.
164.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10387 en 10397.