ECLI:NL:RBOVE:2024:2859

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
31 mei 2024
Publicatiedatum
31 mei 2024
Zaaknummer
05/052758-21 en 08/178070-22 (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplegen van drugshandel en deelname aan criminele organisatie met betrekking tot amfetamineproductie

Op 31 mei 2024 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van meerdere feiten gerelateerd aan de productie en handel in amfetamine. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van drugshandel, deelname aan een criminele organisatie, en het voorhanden hebben van vuurwerk en goederen ten behoeve van een hennepkwekerij. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van negen jaren. De rechtbank oordeelde dat de verdachte een leidende rol had in de organisatie die zich bezighield met de productie van synthetische drugs op industriële schaal. De organisatie had een gestructureerde samenwerking en was gericht op het plegen van misdrijven als bedoeld in de Opiumwet. De rechtbank heeft de ernst van de feiten en de rol van de verdachte in de organisatie zwaar laten wegen bij de strafoplegging. De verdachte heeft geen verantwoordelijkheid genomen voor zijn daden en heeft zich grotendeels beroepen op zijn zwijgrecht. De rechtbank heeft ook rekening gehouden met de overschrijding van de redelijke termijn van de procedure, wat heeft geleid tot een korting van zes maanden op de opgelegde straf.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummer: 05/052758-21 en 08/178070-22 (P)
Datum vonnis: 31 mei 2024
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1989 in [geboorteplaats] ,
wonende aan de van [woonplaats] .

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van 28 maart 2024 en 17 mei 2024.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie en van wat door verdachte en zijn raadslieden mr. Y. Ameziane en mr. M.A.W. Nillesen, beiden advocaat in 's-Hertogenbosch, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er na wijziging van de tenlastelegging met parketnummer 05/052758-21 als bedoeld in artikel 314a van het Wetboek van Strafvordering (Sv) van 23 september 2021 en de wijziging tenlastelegging van 28 februari 2022, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan:
Parketnummer 05/052758-21
feit 1:het samen met anderen werkzaam zijn in een drugslab om amfetamine-olie te produceren in [plaats 1] ;
feit 2: het samen met anderen werkzaam zijn in een drugslab om amfetamine-olie te produceren in [plaats 2] ;
feit 3:.het samen met anderen voorbereiden en bevorderen van feiten bedoeld in artikel 10, lid 4 of 5 van de Opiumwet;
feit 4: de deelname, als leider/oprichter, aan een organisatie, die tot oogmerk heeft het plegen van Opiumwetmisdrijven en het voorbereiden en bevorderen van die misdrijven;
feit 5: het voorhanden hebben van vuurwerk;
feit 6:het samen met anderen voorbereiden en bevorderen van feiten bedoeld in artikel 11, lid 3 en 5 van de Opiumwet.
Parketnummer 08/178070-22
feit 1: het samen met anderen werkzaam zijn in een drugslab om amfetamine-olie te produceren in [plaats 3] (België);
feit 2: het samen met anderen voorbereiden en bevorderen van feiten bedoeld in artikel 10, lid 4 of 5 van de Opiumwet.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
Parketnummer 05/052758-21

1 .

hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode 27 maart 2020 tot en met 10 april 2020 te [plaats 1] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens) opzettelijk heeft bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of vervaardigd, in elk geval (telkens) opzettelijk aanwezig heeft gehad (ongeveer) 40,7 liter amfetamine-olie, in elk geval een (grote) hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine, zijnde amfetamine, (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst 1, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;

2.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode 11 juni 2020 tot en met 19 augustus 2020 te [plaats 2] , gemeente Veendam, althans in Nederland, |
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk
heeft bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of vervaardigd, in elk geval (telkens) opzettelijk aanwezig heeft gehad,
(ongeveer) 135 liter amfetamine-olie, in elk geval een (grote) hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine, zijnde amfetamine,(
telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst 1, dan we1 aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
3.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode 01 januari 2020 tot en met 19 augustus 2020 te [plaats 4] en/of [plaats 1] en/of Zwolle en/of Deventer en/of [plaats 5] en/of [plaats 6] en/of [plaats 2] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (telkens) om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel

10 van de Opiumwet, te weten het (telkens) opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren en/of binnen het grondgebied van Nederland brengen van amfetamine, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende

amfetamine, zijnde amfetamine, een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst 1 voor te bereiden en/of te bevorderen (telkens)

- een ander heeft getracht te bewegen om dat feit te plegen te doen plegen, mede te plegen en/of uit te lokken, om daarbij behulpzaam te zijn en/of om daartoe gelegenheid, middelen en/of inlichtingen te verschaffen,
- zich en/of een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit heeft getracht te verschaffen,
- voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen, gelden en/of andere betaalmiddelen voorhanden heeft gehad, waarvan hij, verdachte, en/of diens mededaders, wist(en) of ernstige reden had(den) om te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van dat feit,

door (telkens)

- een of meerdere loods(en) en/of gebouw(en), althans locatie(s) te
regelen alwaar men svnthetische drugs kon produceren ( [plaats 1] en/of
Deventer en/of [plaats 2] ) en/of
- anderen aan te sturen om deze locatie(s) in te richten als ware te
gebruiken voor de productie van svnthetische drugs en/of deze locatie(s)
ook weer af te breken indien dii noodzakelijk was ( [plaats 1] en/of
Deventer en/of [plaats 2] ) en/of
- een of meer personen aan te sturen die op deze locatie (s) de svnthetische drug(s) rnoe(s)ten produceren ( [plaats 1] en/of Deventer en/of [plaats 2] ) en/of
- een of meerdere stashplek(ken) voor de opslag van chemicaliën en/of ketel(s) en/of andere benodigdheden voor de productie van svnthetische drugs (zoals hieronder genoemd), althans goederen, te regelen en/of te huren en/of te gebruiken ( [plaats 4] en/of Zwolle en/of [plaats 5] en/of [plaats 6] ) en/of
- geld te investeren om de benodigde goederen en/of benodigdheden voor dit/deze svnthetische drugslabs aan te schaffen ) [plaats 1] en/of Zwolle en/of Deventer en/of [plaats 2] ) en/of
- een of meerdere aankopen en/of transport(en) van (grote) hoeveelheden chemicaliën, (waaronder maar niet alleen) (ongeveer) 200 kilo APAAN en (ongeveer) 1200 kg APAAN te organiseren en/of aan te sturen (Zwolle en/of Deventer en/of [plaats 5] en/of [plaats 2] )
- een of meerdere stoffen en/of chemicaliën waaronder phosphoric acid en/of MAPA en/of caustic soda en/of mierenzuur en/of formamide en/of BMK(-glycidezuur) en/of fosfaatzout en/of N-formylalamfetamine en/of fosforzuur en/of methanol en/of aceton en/of tolueen en/of waterstofgas en/of propaangas en/of isopropylalcohol ( [plaats 1] en/of Deventer en/of [plaats 2] ) en/of
- een of meerdere ketel(s) voorhanden te hebben, waaronder (RVS) destillatieketel(s) al dan niet met destillatiebuis(zen) en/of (RVS)koeler(s), en/of (RVS) (druk)reactieketel(s) al dan niet met roerwerk en/of al dan niet met (refluxjbuis/koeler en/of (RVS) stoomketel(s) en/of

stoomgenerator (en) al dan niet gebruikt als reactievat voorhanden te hebben ( [plaats 1] en/of Deventer en/of [plaats 2] / [plaats 6] / [plaats 5] ) en/of

- een of meer (andere) benodigdheden voor een synthetisch drugslab voorhanden te hebben, waaronder gaswasser(s) en/of IBC-bak(ken) en/of jerrycan(s) en/of klemdekselvat(en) en/of scheitrechter(s) en/of Au bain mariebak(ken) en/of gasfles(sen) en/of compressor(s) en/of

maatbeker(s) en/of gasbrander(s) en/of (RVS) koelhuizen en/of maatbeker(s) en/of gasslang(en) en/of gelaatsmasker(s) al dan niet met bijbehorende filter(s) en/of vacuumpomp(en) en/of veiligheidsbril(len) en/of koolstoffilter(s) en/of dopvat(en) ( [plaats 1] en/of Deventer en/of [plaats 2] );

4.
hij in de periode 01 januari 2020 tot en met 19 augustus 2020 in Nederland, heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten
(onder andere) [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 4] en/of [medeverdachte 5] en/of [medeverdachte 6] en/of [medeverdachte 7] ' en/of [medeverdachte 8] en/of [medeverdachte 9] en/of [medeverdachte 10] en/of een of meer anderen, welke organisatie tot oogmerk had het plegen van een of meer misdrijven als bedoeld in artikel 10 derde, vierde, vijfde lid, artikel 10a eerste lid, artikel 11 derde, vierde, vijfde lid en/of artikel 1 la Opiumwet, terwijl hij, verdachte, leider en/of oprichter (in die periode ) was/is geweest;
5.
hij op omstreeks 25 mei 2020 te [plaats 4] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging, althans alleen, al dan niet (telkens) opzettelijk professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, te weten
- 5, althans een of meer shell(s) (mortierbommen, 10 inch), (COV rapport pag 9 t/m 13), en/of
- 4, althans een of meer shell(s) (mortierbommen, naam D6, artikelnr D6-B0225) (COV rapport pag 14 t/m 19), en/of
- 31, althans een of meer shell(s) (mortierbommen, naam DS04, artikelnr FR4158) (COV rapport pag 20 t/m 22), en/of
- 58, althans een of meer shell(s) (mortierbommen, naam D3, artikelnr A0008) (COV rapport pag 23 t/m 28), en/of
- 1 stuk Batterij Enkelschotsbuizen (Flowerbed, naam 88 shots cake, artikelnr. AFAC88) (COV rapport pag 29 t/m 32), en/of
- 3, althans een of meer stuks knalvuurwerk (cobra 6, artikelnr 006 C CE) (COV rapport pag 33 t/m 36), en/of
- 2, althans een of meer stuks knalvuurwerk (retorno 100, artikelnr TIG4) (COV rapport pag 37 t/m 40), en/of
- 4, althans een of meer stuks knalvuurwerk (Joker why so serious, artikel
nr. TIC3) (COV' rapport pag 41 t/m 46), en/of
heeft opgeslagen en/of voorhanden heeft gehad in een loods gelegen aan de, althans in de nabijheid van, de [adres 1] ;

6 .

hij op of omstreeks 25 mei 2020 te [plaats 4] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (telkens) stoffen en/of voorwerpen heeft bereid, bewerkt, verwerkt, te koop aangeboden, verkocht, afgeleverd, verstrekt, vervoerd, vervaardigd of voorhanden gehad, te weten (telkens) een of meerdere hennepcutter(s) en/of transformator(en) en/of assimilatielamp(en) en/of droognet(ten) en/of afzuigslang(en) en/of koolstoffilter(s) en/of slakkenhuis(zen) en/of ventilator(en) en/of temperatuurventilatieregelaar(s) en/of kachel(s) en/of groeimiddel(len) en/of groeitent(en) en/of armatu(u)r(en) en/of tijdschakelaar(s) en/of (water-, beluchting-, dompel)pomp(en),
dan wel vervoermiddelen, ruimten, gelden, andere betaalmiddelen en/of gegevens voorhanden heeft gehad, te weten (telkens) een loods aan de [adres 1] te [plaats 4] gehuurd om de voornoemde spullen, althans spullen ten behoeve van een hennepkwekerij, op te slaan waarvan hij en zijn mededader(s) wist(en) of ernstige reden had(den)
te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van een van de in artikel 11, derde en vijfde lid van de Opiumwet strafbaar gestelde feiten;
Parketnummer 08/178070-22
1
hij op een of meerdere tijdstip(pen) in de periode van 18 mei 2020 tot en met 21 mei
2020 te [plaats 3] (België), althans in België en/of in Zevenaar en/of Oss, in elk geval in
Nederland tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
meermalen (telkens) opzettelijk heeft bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of
vervaardigd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad een 'grote' hoeveelheid
van een materiaal bevattende amfetamine(olie), zijnde amfetamine, een middel als
bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het
vijfde lid van artikel 3a van die wet;
2
hij op een of meerdere tijdstip(pen) in de periode van 18 mei 2020 tot en met 21 mei
2020 te [plaats 3] (België), althans in België en/of in Zevenaar en/of in Oss, in elk geval in
Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
(telkens) om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de
Opiumwet, voor te bereiden en/of te bevorderen te weten het (telkens) opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren en/of binnen het grondgebied van Nederland brengen van amfetamine, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal/ stof bevattende amfetamine, zijnde amfetamine, een middel vermeld op de bij de
Opiumwet behorende lijst I dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van
de Opiumwet
- een ander heeft getracht te bewegen om dat feit te plegen, te doen plegen, mede te
plegen en/of uit te lokken, om daarbij behulpzaam te zijn en/of om daartoe
gelegenheid, middelen en/of inlichtingen te verschaffen en/of
- zich en/of een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van

dat feit heeft getracht te verschaffen en/of door

- het maken van afspraken omtrent de samenwerking tussen één of meerdere

medeverdachten en/of omtrent de verdeling en/of betalingen en/of locaties en/of

- werkers voor in het lab (bedoeld voor de productie van amfetamine en/of BMK
(olie)) te regelen en/of contact met deze personen te onderhouden en/of deze
personen aan te sturen en/of
- het regelen van transport van en naar de productielocatie van de werkers en/of

materialen en/of grondstoffen en/of

- het faciliteren en/of (laten) aanleveren van de benodigde grondstoffen ten
behoeve van de productie van amfetamine en/of BMK(olie), waaronder caustic
soda en/of fosforzuur en/of mierenzuur en/of het maken van afspraken ten
behoeve van de levering van grondstoffen ten behoeve van de productie en/of
- het (laten) faciliteren en/of aanleveren van materialen (bedoeld voor de productie

van amfetamine en/of BMK(olie)en/of

- grondstoffen waaronder een hoeveelheid BMK(olie) voorhanden heeft gehad,
waarvan verdachte en/of medeverdachte(n) wist(en) of ernstig reden had(den) te
vermoeden, dat deze bestemd waren tot het plegen van die feiten.
3. De bewijsmotivering [1]
3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat alle ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend kunnen worden bewezen.
3.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat verdachte integraal dient te worden vrijgesproken. De PGP-berichten zijn incompleet en kunnen alleen worden gebruikt als ze worden geplaatst in de context en aldus worden geïnterpreteerd, maar deze context ontbreekt. De PGP-berichten dienen bovendien ondersteuning te vinden in andere bronnen en die zijn in dit dossier schaars. Dat betekent dat de PGP-berichten niet kunnen worden aangemerkt als betrouwbaar bewijs.
Wat betreft de feiten 1 en 3 met parketnummer 05/052758-21 merkt de raadsman op dat er geen amfetamine-olie is geproduceerd, maar dat slechts sprake was van de productie van b-olie. Wat betreft de locatie [plaats 2] heeft de raadsman aangevoerd dat het dossier te weinig bewijs bevat om verdachte te linken aan die locatie. Op de locatie Zwolle heeft verdachte slechts hand- en spandiensten verricht. Verdachte heeft niet ontkend dat hij gebruik heeft gemaakt van de loods in [plaats 4] , maar hij heeft verklaard dat de aangetroffen goederen en het vuurwerk eigendom zijn van [medeverdachte 12] . De contacten die verdachte had met de medeverdachten zijn verder dermate ad-hoc dat ze onvoldoende zijn om in het geval van verdachte van deelname aan een duurzame organisatie te kunnen spreken. De raadsman heeft dan ook verzocht verdachte van alle feiten onder parketnummer 05/052758-21 vrij te spreken.
Wat betreft de Belgische feiten heeft de raadsman gesteld dat in het lab in [plaats 3] alleen b-olie is geproduceerd en geen amfetamine of amfetamine-olie. Verder bevindt zich in het dossier onvoldoende bewijs dat verdachte degene is geweest die in die periode de gebruiker is geweest van het PGP-account ‘ [accountnaam 1] ’. Verdachte dient dan ook eveneens van deze feiten te worden vrijgesproken, aldus de raadsman.
3.3
Het oordeel van de rechtbank
Hierna stelt de rechtbank op grond van het dossier en het onderzoek ter terechtzitting de feiten en omstandigheden vast. De rechtbank overweegt verder, al dan niet in reactie op gevoerde verweren, waarom zij op basis van die feiten en omstandigheden tot conclusies en beantwoording van de bewijsvraag komt.
Leeswijzer
Gelet op de samenhang tussen de strafzaken van verdachte en zijn medeverdachten zal, met het oog op de leesbaarheid van het vonnis, verdachte hierna telkens worden aangeduid met verdachte of [verdachte] . De medeverdachten [medeverdachte 9] , [medeverdachte 10] , [medeverdachte 11] , [medeverdachte 12] , [medeverdachte 13] , [medeverdachte 14] , [medeverdachte 6] , [medeverdachte 5] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 7] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 15] zullen aangeduid worden met hun achternamen.
Inleiding en aanleiding onderzoek
In verschillende districten van de politie-eenheid Oost Nederland hebben in 2020 meerdere onderzoeken gelopen, waarbij telkens dezelfde verdachten in wisselende samenstelling betrokken leken te zijn. De verdenking bestond steeds uit het produceren van synthetische drugs en/of bezig zijn met het transport en de opslag van goederen voor het produceren van synthetische drugs.
Dit betreffen de onderzoeken in:
[plaats 1], productielocatie/laboratorium, onderzoek genaamd ‘Berkel’;
[plaats 4], opslaglocatie hardware en grondstoffen, onderzoek genaamd ‘Hawk’;
Zwolle, transport van 1200 kilo grondstoffen, onderzoek genaamd ‘Coquille’;
Deventer, voorbereidingen voor productielocatie/laboratorium, onderzoek genaamd ‘Elrits’;
waaraan, gedurende het onderzoek, zijn toegevoegd:
[plaats 2], productielocatie/laboratorium, onderzoek genaamd ‘Elrits’,
[plaats 3] (België),productielocatie/laboratorium, onderzoek genaamd ‘Gruutlab’.
Op 13 juli 2020 worden deze onderzoeken samengevoegd en ondergebracht bij de Dienst Regionale Recherche en start het regionaal onderzoek ‘Elrits’.
3.3.1
Identificatie Encrochat/SKY-ECC-accounts, telefoonnummers en bijnamen
Het dossier van het onderzoek Elrits bevat vele chats. Deze chats werden uitgewisseld via encrypted telefoons met Encrochat-accounts, telkens met een door de gebruiker al dan niet zelfgekozen naam, en door middel van SKY-ECC accounts, met een cijfer/lettercombinatie. De inhoud van de chats en de data en tijdstippen van verzenden van de chats vormen een substantieel deel van de bewijsvoering van het Openbaar Ministerie. De politie heeft onderzoek gedaan naar de identiteit van de Encrochat- en SKY-ECC gebruikers en heeft in processen-verbaal van bevindingen de redengevende feiten en omstandigheden opgenomen op grond waarvan een verdachte aan een bepaalde account kan worden gekoppeld. Datzelfde geldt voor verschillende bijnamen die voor een aantal verdachten werd gebruikt en voor telefoonnummers die door de verdachten zijn gebruikt. Uit de processen-verbaal blijkt dat de politie onder meer heeft gekeken naar de onderlinge verbanden tussen de inhoud van de chatberichten, het taalgebruik, zendmastgegevens van de encrypted telefoons en van andere mobiele telefoons, de inhoud van telefoontaps, tijdstippen van chatberichten, observaties, stem-identificaties, verstuurde foto’s en de persoonlijke omstandigheden van de in het onderzoek naar voren gekomen verdachten. Op grond van de inhoud van de diverse processen-verbaal dienaangaande, in onderling verband en samenhang bezien, heeft de rechtbank geen enkele reden om te twijfelen aan de conclusies die de politie in de proces-verbalen trekt.
De politie heeft de volgende accounts en door verdachten gebruikte bijnamen geïdentificeerd.
- [verdachte] gebruikte de accounts [e-mailadres 1] en [e-mailadres 2] en wordt aangeduid met de bijnamen ‘ [accountnaam 2] ’. [2] [verdachte] wordt door middel van stemidentificatie door de politie gekoppeld aan diverse telefoonnummers. [3]
- [medeverdachte 3] gebruikte het account [e-mailadres 3] en heeft als bijnamen onder andere ’ [accountnaam 3] ’. [4] [medeverdachte 3] wordt door middel van stemidentificatie door de politie gekoppeld aan de telefoonnummers [telefoonnummer 1] , [telefoonnummer 2] [5]
- [medeverdachte 2] gebruikte het account [e-mailadres 4] en heeft als bijnamen onder andere ‘ [accountnaam 4] ’. [6]
- [medeverdachte 8] gebruikte het account [e-mailadres 5] en heeft als bijnamen ‘ [accountnaam 5] ’. [7] De politie koppelt de telefoonnummers [telefoonnummer 3] en [telefoonnummer 4] op basis van stemidentificatie aan [medeverdachte 8] . [8]
- [medeverdachte 12] gebruikte het account [e-mailadres 6] en heeft als bijnaam ‘ [accountnaam 6] ’ [9]
- [medeverdachte 7] gebruikte het account [e-mailadres 7] en heeft als bijnamen ‘ [accountnaam 7] ’. [10]
- [medeverdachte 4] gebruikte het account [e-mailadres 8] en heeft als bijnamen ‘ [accountnaam 8] ’. [11]
- [medeverdachte 10] gebruikte het account [e-mailadres 9] of [e-mailadres 10] en heeft als bijnaam ‘ [accountnaam 9] ’. [12]
- [medeverdachte 9] gebruikte het account [e-mailadres 11] en heeft als bijnaam ‘ [accountnaam 10] ’. [13]
- [medeverdachte 1] gebruikte het account [e-mailadres 12] en heeft als bijnamen ‘ [accountnaam 11] ’. [14]
- [medeverdachte 11] gebruikte als account [e-mailadres 13] en heeft als bijnamen ‘ [accountnaam 12] ’. [15]
- [verdachte] gebruikte een SKY-account met de naam [accountnaam 13] , [medeverdachte 1] gebruikte de SKY-accounts [accountnaam 14] en [accountnaam 15] en [medeverdachte 2] gebruikte een SKY-account met de accountnaam [accountnaam 16] . [16]
Onderstaande verdachten maken alleen gebruik van een reguliere telefoon:
[medeverdachte 5] maakt gebruik van de telefoonnummers [telefoonnummer 5] , [telefoonnummer 6] en [telefoonnummer 7] [17] en telefoonnummer [telefoonnummer 8] en is door middel van stemidentificatie door de politie gekoppeld aan deze verschillende telefoonnummers. [18] [medeverdachte 5] wordt aangeduid met de bijnaam ‘ [accountnaam 17] ’. [19]
- [medeverdachte 13] maakt gebruik van telefoonnummer [telefoonnummer 9] . [20]
- [medeverdachte 6] maakt gebruik van de telefoonnummers [telefoonnummer 10] en [telefoonnummer 11] . [21]
De rechtbank hanteert (volgens vaste jurisprudentie) als uitgangspunt dat een Encrochat – en/of SKY-ECC account in beginsel – behoudens expliciete aanwijzingen voor het tegendeel – door één persoon wordt gebruikt en dat die gebruiker ook bekend was bij de andere partij in een chat/conversatie.
Betrouwbaarheidsverweer en bewijsminimum
De raadsman heeft aangevoerd dat verdachte dient te worden vrijgesproken nu de PGP-berichten niet als betrouwbaar kunnen worden aangemerkt en bovendien nauwelijks steun vinden in ander bewijs. De rechtbank begrijpt dit laatste verweer zo dat de verdediging stelt dat niet wordt voldaan aan het bewijsminimum.
De rechtbank is van oordeel dat de verkregen EncroChat- en SkyECC-data voldoende betrouwbaar zijn om te kunnen worden gebruikt voor het bewijs. Dat in de onderschepte data berichten kunnen ontbreken maakt naar het oordeel van de rechtbank niet dat de berichten die wel onderschept zijn daardoor onbetrouwbaar zijn. Gelet op de gesprekken die in het dossier zijn opgenomen, stelt de rechtbank vast dat de communicatie tussen de verschillende gebruikers niet onbegrijpelijk of in een onlogische volgorde is verlopen. De verdediging heeft ook geen concrete punten aangevoerd op grond waarvan getwijfeld moet worden aan de volledigheid en daarmee de betrouwbaarheid van de data. Bovendien is verdachte geconfronteerd met de Encrochat- en SKY-ECC-berichten die het Openbaar Ministerie belastend heeft uitgelegd, zodat hij de mogelijkheid heeft gehad om op deze informatie te reageren en/of de inhoud daarvan te betwisten. Verdachte heeft dit niet gedaan. De rechtbank gaat dan ook uit van de betrouwbaarheid van de data en verwerpt het verweer van de raadsman.
Met betrekking tot de vraag of is voldaan aan het bewijsminimum overweegt de rechtbank als volgt. Verdachte heeft zowel berichten via de berichtendienst SkyECC verstuurd als via de berichtendienst EncroChat. Het verweer van de verdediging gaat daarom in zijn algemeenheid al niet op. Daarnaast is in deze zaak sprake van meerdere bewijsmiddelen, zoals tapgesprekken en observaties, die op specifieke punten de inhoud van de PGP berichten ondersteunen. Ook de toetsing aan de hand waarvan de PGP-toestellen en de daaraan gekoppelde accounts op basis van de inhoud van de daarop gevoerde gesprekken worden (zoals bijvoorbeeld aan de hand van verjaardagen en andere life-events in de familie) gelinkt aan de diverse verdachten onderbouwt de betrouwbaarheid van die gesprekken. De rechtbank stelt daarmee vast dat het dossier voldoende wettig bewijs bevat om te komen tot een bewezenverklaring en verwerpt het verweer.
Parketnummer 05/052758-21
3.3.2
Ten aanzien van feit 1: [plaats 1]
Aantreffen amfetaminelaboratorium
Op 10 april 2020 krijgt de politie een melding om naar de [adres 2] in [plaats 1] te gaan, in verband met een woningbrand. De melder ruikt een chemische lucht en ziet rook uit het dak komen. Ook de verbalisant die ter plaatse komt ruikt een penetrante anijslucht. [22] In het pand treffen experts van de Landelijke Faciliteit Ontmantelen (hierna: LFO) diverse ruimtes aan die in gebruik zijn als opslag- en/of productieruimte ten behoeve van de productie van BenzylMethylKeton (hierna: BMK) en amfetamine. In de ruimtes wordt onder meer het volgende aangetroffen: een drukreactieketel met een inhoud van 240 liter, twee reactieketels met koeler met een inhoud van respectievelijk 1.000 en 140 liter, een reactieketel voorzien van koeler en roermotor met een inhoud van 960 liter en een destillatieketel met destillatiebuis en aangesloten stoomgenerator. Daarnaast worden diverse verpakkingen aangetroffen met daarin formamide, mierenzuur, caustic soda, fosforzuur, methanol, isopropylalcohol, zout, MAPA en waterstofgas, propaangas en lachgas. [23] Tevens worden twee aantekeningbladen aangetroffen met daarop aantekeningen die te relateren zijn aan de vervaardiging van amfetamine volgens de Leuckart methode. [24]
In het proces-verbaal van de LFO is opgenomen dat een deel van het productieproces in werking is geweest. Dit wordt afgeleid uit het feit dat de reactieketel, waarvan de koeler werd gekoeld en de roermotor draaide, op het moment van betreden van het laboratorium een hoeveelheid van circa 400 liter vloeistof (geur BMK) met een temperatuur van 54 graden Celcius bevatte. Tevens was de luchtafzuiging ingeschakeld. In de scheidingsruimte is 40,6 liter amfetamine-olie aangetroffen. [25] Het LFO heeft monsters genomen van goederen en stoffen. [26] Onderzoek van het NFI naar deze monsters bevestigt het vermoeden van de aanwezigheid van een amfetaminelaboratorium, in die zin dat het onderzochte materiaal onder meer formamide, fosforzuur, mierenzuur, BMK-glycidezuur, amfetamine, MAPA, BMK in fosforzuur en N-formyl-amfetamine bevat, zijnde grondstoffen voor de productie van amfetamine en daadwerkelijk amfetamine. [27] Na de instap worden meerdere personen op- en buiten heterdaad aangehouden, onder andere: [medeverdachte 16] (hierna [medeverdachte 16] ) en [medeverdachte 17] (hierna [medeverdachte 17] ).
Tussenconclusie
Op grond van bovenstaande feiten en omstandigheden stelt de rechtbank vast dat op het adres [adres 2] in [plaats 1] sprake is geweest van een locatie voor de productie van amfetamine. De rechtbank stelt vast dat sprake is geweest van een actief productieproces waarin daadwerkelijk amfetamine(olie) is geproduceerd.
Betrokkenheid verdachten
Om de betrokkenheid van de verdachten te kunnen vaststellen heeft de politie gebruik gemaakt van informatie uit onderzoek ‘Proet’, getapte telefoongesprekken en berichten, observaties en analyses van Encrochatgesprekken met betrekking tot het drugslab in [plaats 1] . Hieruit blijkt het volgende.
Op 3 februari 2020 vindt een telefoongesprek plaats tussen [verdachte] en [medeverdachte 6] , waarin [medeverdachte 6] meldt dat hij iemand kent die iets heeft van 5 bij 5. [28] Later, op 18 februari 2020 tijdens een telefoongesprek, meldt [medeverdachte 6] dat hij íets ‘anders’ heeft. Diezelfde dag vindt een ontmoeting plaats tussen [verdachte] , [medeverdachte 6] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 17] bij de Burger King in Zevenaar. [29] Op 28 februari 2020 instrueert [verdachte] [medeverdachte 6] om versluierde taal te gebruiken door over ‘auto’s’ te spreken als het over locaties gaat:
“Ik heb gezien dat je een auto te koop had in [plaats 1] ”. [30] Op 17 en 18 maart 2020 blijkt uit telefooncontacten van [medeverdachte 6] en [medeverdachte 5] dat ze in de buurt van Azewijn en [plaats 1] zijn en belt [medeverdachte 6] naar zijn vriendin dat ‘ [alias 2] ’ (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 5] ) bij ‘ [alias 3] ’ is en dat er geen ‘vierkanten’ (de rechtbank begrijpt IBC-containers) zijn. [31] Op 18 maart 2020 regelt [medeverdachte 6] op verzoek van [medeverdachte 3] dat [medeverdachte 5] om 13:50 uur op het station in [plaats 1] is. [medeverdachte 5] moet eerst wachten en brengt later [medeverdachte 6] op de hoogte van de problemen in het lab. Om 21:38 uur belt [medeverdachte 6] met [medeverdachte 5] . [medeverdachte 5] zegt dat ze niet verder zijn gegaan en dat er dan ook niets weg moest. De nachtdienst is niet doorgegaan omdat de apparatuur niet goed was. [32] De volgende dag bellen [medeverdachte 6] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 5] met elkaar over een jongen die moet worden opgehaald van het station. Uit de mastgegevens van de telefoon van [medeverdachte 6] blijkt dat deze op 18 en 19 maart 2020 in de buurt van het station in [plaats 1] is geweest. [33] Op 21 maart 2020 belt [medeverdachte 6] naar [medeverdachte 5] en zegt dat er nog iets draaiende is en dat het nog niet is afgelopen. [34] [medeverdachte 6] belt op 24 maart 2020 met [medeverdachte 5] en [medeverdachte 5] zegt dat er afgelopen nacht iemand met een kale kop nachtdienst heeft gehad. [35]
Op 27 maart 2020 belt [verdachte] met [medeverdachte 17] en zegt dat hij de enige is die geld inlegt. [verdachte] wil op een andere plek met [medeverdachte 17] verder. [36] Op 31 maart 2020 zijn er weer problemen en vinden er vanaf 13.06 uur besprekingen plaats bij [verdachte] , waarbij [medeverdachte 3] , [medeverdachte 6] , [medeverdachte 17] en [medeverdachte 16] aanwezig zijn. [37]
Om 17.36 uur belt [medeverdachte 6] met [medeverdachte 17] en zegt dat [verdachte] ‘zal zeggen hoe het moet’. Hij zegt dat ‘ [accountnaam 2] ’(de rechtbank begrijpt [medeverdachte 3] ) iets aan het halen is wat erop gelast moet worden en spullen en een lasser zal regelen. [medeverdachte 17] reageert door te zeggen dat het materiaal het probleem is. [38] Op 1 april 2020 belt [medeverdachte 6] naar [medeverdachte 3] . [medeverdachte 3] zegt dat hij er mee wil stoppen omdat het een drama is. [39] Uit de gesprekken van [medeverdachte 6] , [medeverdachte 17] en [verdachte] , blijkt dat de problemen de dagen er na nog niet zijn opgelost. [40] [medeverdachte 17] stuurt op 1 april 2020 een sms-bericht naar [verdachte] met de tekst:
“Heer ik heb 6 liter lemon troebel met nol zou correctie ma niet gdaan zijn 2 vschil” [41]
[verdachte] bericht op 1 april 2020 aan een persoon in Duiven of hij 5 liter vacuüm olie kan halen voor een pomp en een perslucht nippel. [42] Op 2 april 2020 stuurt [medeverdachte 17] een sms-bericht naar [verdachte] met de vraag of de machine olie er nog komt. [43] [verdachte] vraagt [medeverdachte 17] of hij de autoclaaf heeft, omdat ‘ [alias 4] ’ (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 11] ) anders die avond niets kon doen. [44] Op 7 april 2020 belt [medeverdachte 6] met [medeverdachte 5] en [medeverdachte 5] zegt dat hij nog van twee keer geld moet ontvangen. [45]
Op 9 april 2020 belt [medeverdachte 17] naar [medeverdachte 6] en zegt dat er ruzie is tussen de directieleden. Een van de directieleden wil pas weer geld investeren als hij er iets uithaalt. [medeverdachte 17] zegt dat ‘ [alias 1] ’ (de rechtbank begrijpt [verdachte] ) een dikke onvoldoende krijgt en dat het niet goed is gegaan door ‘ [alias 4] ’ en ‘ [alias 5] ’ (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 11] en [medeverdachte 8] ) en dat ‘ [alias 6] ’ (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 12] ) weer snel is weggegaan. [46] Op 10 april 2020 belt [medeverdachte 17] naar [medeverdachte 6] en zegt dat [medeverdachte 8] er niets van kan: “
Hij zat ook maar wat een de knoppen te draaien en te doen. Nou en het werd niet beter.” [47]
Uit de historische verkeersgegevens van de telefoon van [medeverdachte 17] blijkt dat hij op de genoemde data gebruik heeft gemaakt van het basisstation [adres 3] te [plaats 1] . Dit basisstation heeft de locatie van het drugslaboratorium binnen zijn bereik. [48] [verdachte] heeft op 16 en 20 maart 2020 gebruik gemaakt van het basisstation [adres 4] in [plaats 1] door middel van dataverbindingen. [49] [medeverdachte 6] heeft op
18 en 19 maart 2020 [50] en [medeverdachte 3] heeft op 28, 29 maart en 6, 8 en 9 april 2020 gebruik gemaakt van genoemd basisstation. [51] [medeverdachte 3] is voorts tijdens observaties gezien, terwijl hij de lablocatie aan de [adres 5] te [plaats 1] binnen ging op 1 april 2020 [52] en 9 april 2020. [53]
Uit het proces-verbaal analyse Encrochats komt naar voren dat de organisatie van [verdachte] in [plaats 1] samenwerkt met de organisatie van [medeverdachte 16] . [medeverdachte 16] stuurt [verdachte] de volgende berichten, waarin ze praten over afspraken over de winst, het aansturen van mensen en het leveren van materialen:
  • “Zorg er maar voor dat iedereen die gaat werken hier 13:00 uur is want dan kunnen ze meteen doorwerken”
  • “En mijn investering dan, de ketel, stomer en locatie is dat geen inverstering?”
  • “Gister 100 ap gesmolten”
  • “3 ton verloren in 6 maanden tijd, ik ga zelf ook de keuken in duiken om te redden wat te redden valt, zodat die andere gwn mdma kan maken”
  • “ik zei dat de eerste winst naar ons gaat tot de 70 kop, daarna weer 75 lietr voor ons, rest voor jou, meer hoeven ze niet te weten.”
[verdachte] antwoordt onder meer:
“Kijk je moet het zo zien vn die app 200 vsn jou en die b olie geen probleem.” [54]
Op 10 april 2020 stuurt [verdachte] een foto naar [e-mailadres 14] van het persbericht dat het drugslab in [plaats 1] is opgerold door de politie. Hupsakee vroeg of hij daar geen gezeik mee had en [verdachte] antwoordt:
“ja wel bri, maar heb er 3 he :), deze was over ze houdbaar heid datum”. [55]
Uit een Encrochat-conversatie van [medeverdachte 8] met [verdachte] op 31 maart en 1 april 2020 blijkt dat [medeverdachte 8] fungeerde als kok in het drugslab in [plaats 1] en druk was met de apparatuur die daar stond opgesteld en met de verschillende stoffen. De foto’s die [medeverdachte 8] aan [verdachte] stuurt, blijken later overeen te komen met het drugslab in [plaats 1] . [56] Op 31 maart 2020 stuurt [medeverdachte 8] een foto naar [verdachte] met daarop een ketel met vuur eronder en daaronder de tekst:
“Kampvuur hahaha.” [57]
[verdachte] bericht op Encrochat aan een derde over [medeverdachte 3] :
“das de jonge van mij die alle tp overal naar toe regeld, chaf, bussen etc. die doet de distributie eigen is hij onze concierge.” [58]
Uit Encrochat-berichten van [medeverdachte 12] met [medeverdachte 16] blijkt dat zij in de periode tussen 27 maart 2020 en 9 april 2020 veelvuldig met elkaar communiceerden over werkzaamheden in een drugslab. Er wordt onder meer overlegd over de werkwijze. [medeverdachte 12] bericht:
“100k 200 fos en een kan erbij of 2 maar die pomp je bij andere 200k strax tog weer terug”en
“maar dan gaat ie al een beetje roken omdat te vermeiden 50 is beter”. Daarbij worden foto’s gestuurd die overeenkomen met foto’s van het drugslab in [plaats 1] . [59] [medeverdachte 12] communiceert met [medeverdachte 8] over het productieproces in de nacht van 31 maart 2020. [medeverdachte 8] zegt dat hij er al 8 dagen staat. [60]
Uit berichtenverkeer via Encrochat tussen [medeverdachte 12] en [medeverdachte 3] op 9 april 2020 blijkt dat [medeverdachte 12] aan [medeverdachte 3] opdracht geeft om ‘alles op te halen’. [medeverdachte 3] moet tellen hoeveel liters er zijn. In de avonduren van 9 april 2020 vraagt [medeverdachte 12] aan [medeverdachte 3] ‘
en maat, was de oli mooi of had jr niet gekeken’,waarop [medeverdachte 3] reageert
: ‘... tint en appel ... Heb alles meegenomen ...”waarna [medeverdachte 3] foto’s zend van twee witte jerrycans met de opschriften ‘tint 10’ en ‘appel 11.2’. [61]
[medeverdachte 11] stuurt [medeverdachte 8] op 3 april 2020 een bericht door wat hij eerder verzond aan ‘ [accountnaam 2] ’: dat ‘ [accountnaam 2] ’ moet zorgen dat ‘ [alias 7] ’ moet wegblijven uit de keuken zodat zij hun werk kunnen blijven doen. [62] Op 3 en 4 april 2020 bericht [medeverdachte 11] dat er iets is fout gegaan en dat er drab uit de smalle ketel komt. Hij stuurt vervolgens foto’s die overeenkomen met de politiefoto’s van het drugslab in [plaats 1] . [63] Op 10 april bericht [medeverdachte 11] aan [medeverdachte 8] dat ‘hok [plaats 1] weg is’. [64] Na forensisch onderzoek zijn er in het lab in [plaats 1] DNA-sporen veiliggesteld, die zijn aangetroffen op de binnenzijde van een vogelaatsmasker en de binnenzijde van een werkhandschoen. [65] Na onderzoek door het NFI blijken de DNA-profielen overeen te komen met het DNA-profiel van [medeverdachte 11] . [66] Over [medeverdachte 11] wordt verder bericht door [verdachte] :
“vooral [alias 4] . Moet er zijn om aan te wijzen wat hij gelast wilt hebben” [67] en
“maar als ik ice kok regel dan, doet [alias 4] m en die andere ice” [68] en
“en de m ja daar zitten we ook met.frans enz in en [alias 4] natuurlijk dus dat moet gewoon gedeeld worden”. [69]
[medeverdachte 3] en [medeverdachte 8] hebben contact op 10 april 2020 na de instap in [plaats 1] . [medeverdachte 8] bericht:
“ik ben daar binen geweest snapje, weekenr (de rechtbank begrijpt: een weekend) lang”. En [medeverdachte 3] stuurt terug:
“Ja ik ook maat, laatste paar dagen vaker.” [70]
Beoordeling
De rechtbank is van oordeel dat uit de bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, ondubbelzinnig naar voren komt dat [verdachte] een belangrijke, aansturende rol heeft gehad in de organisatie van het drugslaboratorium in [plaats 1] . Hij overlegt over de start van de locatie, hij legt geld in en heeft overleg over de voortgang van de productie en stuurt daar mensen in aan. Hij maakt afspraken over de verdeling van de winst en communiceert over de werkwijze en het kookproces. De rol die [verdachte] heeft vervuld bij de opzet en het laten draaien van het drugslaboratorium was belangrijk en onmisbaar en van zodanig gewicht dat deze kan worden aangemerkt als medeplegen aan de productie van amfetamine gedurende de gehele ten laste gelegde periode. De rechtbank acht het onder 1 ten laste gelegde dan ook wettig en overtuigend bewezen.
De rechtbank verwerpt het verweer van de raadsman dat het zou gaan om de productie van b-olie en niet om een amfetamine-laboratorium. Bij de productie van amfetamine volgens de Leuckart-methode gaat het om een doorlopend proces waarin in twee kookstappen amfetamine(olie) wordt geproduceerd. In de eerste kookstap wordt BMK – een onmisbare stof voor de productie van amfetamine – geproduceerd. Dit wordt in de tweede kookstap omgezet in amfetamine. Door de LFO is vastgesteld dat de aanwezige apparatuur en chemische stoffen die zijn aangetroffen passen bij vervaardiging van amfetamine volgens de Leuckart-methode en er is bovendien daadwerkelijk amfetamine aangetroffen. Gelet op het bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat het laboratorium functioneerde als een laboratorium om amfetamine te produceren.
3.3.3
Ten aanzien van feit 2: [plaats 2]
Aantreffen amfetaminelaboratorium
Op 19 augustus 2020 krijgt de politie een melding dat er een verduisterd voertuig zou staan bij een loods op het terrein aan de [adres 6] in [plaats 2] . De verbalisanten zien op die locatie een bezweet persoon met besmeurde kleding naar buiten komen. In de loods ruikt de verbalisant een weeïge, zoete geur en hij ziet gasflessen en blauwe vaten liggen. [71] In het pand treffen de experts van de LFO meerdere ruimtes aan, waarin goederen en chemicaliën aanwezig zijn die passen bij de omzetting van een pre-precursor met een sterk zuur naar BMK en de vervaardiging van amfetamine met de Leuckart methode op industriële schaal. Er worden jerrycans, gasflessen, RVS-koelers, caustic soda, dopvaten, klemdekselvaten en een afzuigunit aangetroffen. Ook worden lege verpakkingen met MAPA en lege jerrycans met het etiket ‘Phosphoric Acid’ aangetroffen, hetgeen past bij de omzetting naar BMK. Op een kar staan twee witte 30-liter jerrycans en twee rode 25-liter jerrycans gevuld met een bruine basische vloeistof. Naast de kar staat een rode 25-liter jerrycan gevuld met een bruine basische vloeistof. De jerrycans zijn ruim boven de 30 graden Celsius. In de loods bevinden zich twee ronde reactieketels van 935 liter en drie vierkante reactieketels van 893 liter. Daarnaast is een destillatieketel van 893 liter aangetroffen. In de aangetroffen bestelbus worden nog drie koelbuizen en een destillatiebuis aangetroffen. De koelbuizen pasten op de reactieketels in de productieruimte. De destillatiebuis paste precies op de destillatieketel. Er worden tijdens het onderzoek door de LFO monsters genomen van goederen en stoffen. [72] Onderzoek van het NFI naar deze monsters bevestigt het vermoeden van de aanwezigheid van een amfetaminelaboratorium, in die zin dat het onderzochte materiaal onder meer MAPA, amfetamine, BMK gerelateerde syntheseverontreinigingen, N-formylamfetamine, formamide, mierenzuur en fosforzuur bevat, zijnde grondstoffen voor de productie van amfetamine en daadwerkelijk amfetamine. [73] Bij de instap worden [medeverdachte 5] en (een gewonde) [medeverdachte 4] op heterdaad aangehouden. [74]
Tussenconclusie
Op grond van bovenstaande feiten en omstandigheden stelt de rechtbank vast dat op het adres [adres 6] in [plaats 2] sprake is geweest van een locatie voor productie van amfetamine. De rechtbank stelt vast dat sprake is geweest van een actief productieproces waarin daadwerkelijk amfetamine(olie) is geproduceerd.
Betrokkenheid verdachten
Om de betrokkenheid van de verdachten te kunnen vaststellen heeft de politie gebruik gemaakt van informatie uit onderzoek ‘Elrits’ en onderzoek ‘Coquille’, getapte telefoongesprekken en berichten, observaties en analyses van Encrochat- en SKY-ECC gesprekken met betrekking tot het drugslab in [plaats 2] .
[medeverdachte 1] bericht aan [verdachte] op 12 juni 2020, nadat het in aanbouw zijnde drugslab in Deventer ontruimd is, dat hij al een nieuwe locatie heeft, een boerderij in Groningen. [75] Op 20 juli 2020 worden [verdachte] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] gezien op een terras in Deventer , waar ze met twee anderen mogelijk een ‘werkbespreking’ hebben. [76] Een dag later, op 21 juli 2020, stuurt [medeverdachte 3] om 14.25 uur een sms dat ‘hij er bijna is en alles even uit zet’. Om 22.07 uur, diezelfde dag, straalt de telefoon van [medeverdachte 3] een telefoonmast in [plaats 2] aan. [77]
Op 23 juli 2020 komen [medeverdachte 3] en [medeverdachte 8] bij de woning van [verdachte] , waar ze goederen in een bedrijfsauto laden, om vervolgens via een tussenstop in [plaats 5] de loods aan de [adres 6] in [plaats 2] binnen te rijden. [78] Op 29 juli 2020 vervoeren [medeverdachte 3] en [medeverdachte 5] vanaf een boerderij in [plaats 6] drie roestvrijstalen ketels naar de loods in [plaats 2] . [79] Op 8 augustus 2020 hebben [medeverdachte 3] en [verdachte] telefonisch contact en gaat het over personele problemen en met name over [medeverdachte 8] . [medeverdachte 3] zegt: “
die [alias 5] (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 8]
) stond met zijn kaak te trekken en loopt te zeiken.” [verdachte] reageerde hierop:
“dat doet ie één keer, dat doet hij EEN keer.... hoeft hij nooit meer te komen...”. [80] Op 9 augustus 2020 bespreken [verdachte] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] in een groepsapp de werkzaamheden. [medeverdachte 2] zegt dat ze al drie weken onderweg zijn. [verdachte] zegt dat er altijd opstartproblemen zijn, maar dat er deze dag olie was. Vervolgens zegt hij dat [alias 5] en [alias 8] (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 4] ) er van de week ook waren. [81]
Op 10 augustus 2020 rijdt [medeverdachte 3] naar een garagebox van [verdachte] , hij heeft een ontmoeting met [medeverdachte 10] en [medeverdachte 5] , waarna [medeverdachte 3] en [medeverdachte 5] grote rode flessen Acetyleen kopen in Rhenen en deze naar Noord Nederland brengen (de gasflessen worden bij de inval op 19 augustus 2020 aangetroffen in het lab in [plaats 2] ). [82] ’s Avonds informeert [medeverdachte 3] bij [medeverdachte 5] ‘hoe het stond, omdat mensen zich ongerust maken’. [medeverdachte 5] vertelt dat ‘die met vijf minuten weg was’ (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 8] ) en ‘elke keer als het zwaar wordt en er iets gedaan moet worden dan is die er niet en staat hij er alleen voor’. [83]
Op 11 augustus 2020 bericht [medeverdachte 3] [medeverdachte 5] dat 'ze gewoon moeten luisteren'. [medeverdachte 5] vindt dat ook, [medeverdachte 3] is, nu [verdachte] op vakantie is, ‘degene is die alles regelt, dus dan moet men ook naar [medeverdachte 3] luisteren’. [84]
Ze spreken vervolgens over hoe [medeverdachte 7] , [medeverdachte 8] en [medeverdachte 4] naar binnen kunnen in de loods in [plaats 2] . [85] [medeverdachte 3] geeft vervolgens aan [medeverdachte 8] door wat hij heeft afgesproken met [medeverdachte 7] en zegt dat ze het samen moeten oplossen. [medeverdachte 8] geeft dan aan dat hij gewond is aan zijn voet, omdat ‘die koffie overal lag’. [86] Op 12 augustus 2020 lijkt [medeverdachte 8] mogelijk onwel en paranoïde te zijn geworden, hij ziet ‘allemaal lichtjes’. Hij bericht [medeverdachte 5] :
‘de pisstraal is goed en ze zijn al aan het plassen’. [87] In hun groepsapp op Sky hebben [verdachte] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] veel contact op 11 en 12 augustus 2020. Ze praten over [medeverdachte 4] die er een puinhoop van maakt en [medeverdachte 7] die orde op zaken moet stellen. [medeverdachte 2] is boos dat een deel van de olie naar ‘ [naam 1] ’ gaat en hij vraagt of [medeverdachte 1] en [verdachte] wel in de gaten hebben van wie ‘het hok’ is. [88] Op 13 augustus 2020 is er weer contact tussen [verdachte] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] in de groepsapp. Het gaat over apaan die die dag moet komen, [alias 8] en [alias 5] , waarvan [verdachte] zegt dat hij ze niet meer vertrouwt, [medeverdachte 3] die dingen moet regelen en de investeringen van het drietal die gedaan zijn, waarna de winst moet worden gedeeld door vier, omdat [verdachte] een frisse start wil gaan maken met ‘ [alias 9] ’. [89]
Op 14 augustus 2020 gaan [medeverdachte 8] , [medeverdachte 7] en [medeverdachte 5] weer naar [plaats 2] . [medeverdachte 3] haalt IBC-containers en een kannetje methanol en vraagt [medeverdachte 5] waarom ze alweer van ‘die [accountnaam 2] dingen’ (de rechtbank begrijpt gasflessen) moeten hebben, omdat ‘ze niets hebben gedaan’. [90] [verdachte] chat op de Sky-app op 14 augustus 2020 dat er drie man in het lab zijn en dat er aan het einde van de dag olie is en hij vraagt [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] of ze straks een klant hebben. [verdachte] bericht dat hij gaat regelen dat de spullen worden opgehaald en naar [medeverdachte 1] / [medeverdachte 2] worden gebracht, zodat zij het kunnen mixen en wegbrengen. [91]
Op 15 augustus 2020 zegt [medeverdachte 7] dat hij er 55 liter uit heeft gehaald. Zowel [medeverdachte 8] als [medeverdachte 7] hebben last van de dampen en kunnen slecht uit hun woorden komen. [92] [verdachte] appt naar [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] en rekent voor dat ze deze week per man 25 [alias 8] even zo hebben overgehouden. [medeverdachte 1] stuurt foto’s van jerrycans met een vloeibare stof en laat het gewicht zien. [93]
Op 17 augustus 2020 treffen [medeverdachte 3] en [medeverdachte 5] elkaar en vervolgens koopt [medeverdachte 5] twee gasflessen bij een bedrijf in Rhenen en brengt deze met [medeverdachte 3] naar de garagebox van [verdachte] . [94] [verdachte] chat op Sky op 17 augustus 2020 dat het niet loopt zoals hij wil en dat hij naar een andere plek wil samen met de kok die er nu staat. [95]
Op 18 augustus 2020 gaat [medeverdachte 5] naar [plaats 2] en hij bericht [verdachte] dat hij ook [medeverdachte 3] heeft gesproken en vertelt dat hij niet wist of ze moe of ‘wappie’ waren, maar ze zagen er niet nuchter uit. [medeverdachte 4] had helemaal niets gezegd. [medeverdachte 5] zegt dat alles er nog staat, ook binnen bij de ketels was alles hetzelfde. [verdachte] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] hebben een overleg in Zevenaar en praten over maskers en over ‘die [alias 8] ’ (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 4] ). [medeverdachte 5] rijdt op diezelfde dag vanaf de woning van [verdachte] naar [plaats 2] en pikt onderweg [medeverdachte 9] op. In [plaats 2] wordt gezien dat [medeverdachte 9] met een gele Jumbotas en handschoenen aan uit de loods komt, de tas in de caravan zet en de loods weer ingaat. Na een aantal uren vertrekt enkel [medeverdachte 5] weer uit de loods. [96]
[verdachte] bericht op de chat op18 augustus 2020 dat hij er 20 had opgehaald en de volgende ochtend weer een lading gaat halen. Hij had nu 12 blank en 20 licht geel staan en de volgende dag komt weer. [97]
Op 19 augustus 2020 vertrekt [medeverdachte 7] uit [plaats 2] omdat hij hoort dat de politie onderweg is. [medeverdachte 3] stuurt [medeverdachte 5] naar [plaats 2] , die daar alleen [medeverdachte 4] nog aantreft. [medeverdachte 3] draagt [medeverdachte 5] op de locatie te ontmantelen. [98]
Door het forensisch onderzoeksteam zijn na de instap monsters genomen van mogelijke sporen op gebruiksvoorwerpen en deze zijn veiliggesteld. [99] Door het NFI is onderzoek gedaan. Uit de bemonstering met SIN-nummer [nummer 1] is een DNA-profiel verkregen, met een matchkans van kleiner dan één op één miljard. Het DNA-profiel van [medeverdachte 7] komt overeen met dit DNA-profiel. De rechtbank concludeert hieruit dat [medeverdachte 7] de donor is van het celmateriaal op de drinkrand van een waterflesje op de werkbank. Uit de bemonstering met SIN-nummer [nummer 2] is een DNA-profiel verkregen, met een matchkans van kleiner dan één op één miljard. Het DNA-profiel van [medeverdachte 4] komt overeen met dit DNA-profiel. De rechtbank concludeert hieruit dat [medeverdachte 4] de donor is van het celmateriaal op de binnenzijde van de handschoen. [100]
Beoordeling
De rechtbank is van oordeel dat uit de bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, ondubbelzinnig naar voren komt dat [verdachte] een essentiële rol heeft gehad in de organisatie van het drugslaboratorium in [plaats 2] . Hij heeft werkbesprekingen met [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] , hij stuurt mensen aan als er problemen zijn en hij zorgt dat de grondstoffen en materialen geleverd worden. De werkers in het lab berichten [verdachte] over de voortgang van het proces. De rol die [verdachte] heeft vervuld bij de opzet en het laten draaien van het drugslaboratorium was belangrijk en onmisbaar en van zodanig gewicht dat deze kan worden aangemerkt als het medeplegen van de productie van amfetamine gedurende de gehele ten laste gelegde periode. De rechtbank acht het onder 2 ten laste gelegde dan ook wettig en overtuigend bewezen.
De rechtbank verwijst wat betreft het verweer van de raadsman dat het zou gaan om de productie van b-olie en niet om een amfetamine-laboratorium naar de overweging van de rechtbank bij feit 1.
3.3.4
Ten aanzien van feit 3: voorbereidingshandelingen
Hiervoor heeft de rechtbank vastgesteld dat verdachte betrokken is geweest bij drugslabs in [plaats 1] en [plaats 2] . Uit het dossier blijken verder de volgende feiten en omstandigheden.
3.3.4.1 Andere locaties
Transport (nep)apaan Zwolle
De politie ontvangt op 12 mei 2020 een MMA-melding dat er een witte bestelbus merk Renault met kenteken [kenteken] is vertrokken uit Breda met in het voertuig honderden kilo’s apaan bestemd voor de productie van amfetamine. De bestelbus wordt gesignaleerd door een ANPR-camera en er wordt gezien dat de bus een loods aan de [adres 7] in Zwolle binnenrijdt. [101] De politie doet een inval in de loods en treft daar de bestelbus aan met in de laadruimte drie pallets met daarop 60 kartonnen dozen. [102] De dozen werden in beslaggenomen en er werden monsters genomen van de inhoud. [103] Het NFI heeft onderzoek gedaan naar de samenstelling van de monsters. Het onderzoeksmateriaal blijkt voornamelijk zetmeel te bevatten met daarin lage concentraties MAPA en APAAN. [104]
Stashlocatie [plaats 4]
Op 25 mei 2020 wordt na TCI-informatie en een MMA-melding dat zich mogelijk een opslaglocatie voor drugs zou bevinden op het adres [adres 1] te [plaats 4] , door de politie een inval gedaan op genoemd adres. [105] In de loods worden door de politie hennepgerelateerde goederen aangetroffen. Daarnaast worden er harddrugsgerelateerde goederen aangetroffen, zoals een 200-liter vat met schroefdeksel, een zwarte emmer, jerrycans, een maatbeker en een metalen drum. Het LFO heeft de laatstgenoemde goederen onderzocht en van de aangetroffen sporen monsters genomen en verzonden naar het NFI. [106] Door het NFI is vastgesteld dat zich in de jerrycans sporen van amfetamine bevonden en dat zich in de zwarte emmer MAPA bevond. [107]
Drugslab in voorbereiding Deventer
Uit telefoontaps, observaties en informatie verkregen door middel van Encrochatberichten blijkt dat er vanaf 26 april 2020 een pand in Deventer is gevonden. [108] Vanaf 14 mei wordt gesproken over het bouwen en inrichten van een loods aan de [adres 8] in Deventer. [109] De foto’s van de binnenzijde van de loods die in de Encrochatberichten worden verstuurd [110] komen overeen met de loods zoals de politie die later aantreft. [111] Op 11 juni 2020 is alles gereed om te starten met de productie van harddrugs. [medeverdachte 4] bericht [verdachte] :
“Stroom: check. Alles doet t”en [verdachte] zegt:
“morgen levering stoffen” [112] Op 12 juni 2020 bericht [medeverdachte 1] [verdachte] dat het hok kan worden afgebroken omdat mensen het hebben gezien
, [113] Diezelfde dag geeft [verdachte] aan [medeverdachte 4] door dat hij kan gaan afbreken en opruimen:
“Jullie zijn gezien. Mensen geven al tips en al in Deventer.” [114]
3.3.4.2 Betrokkenheid verdachte bij voorbereidingshandelingen
De betrokkenheid van verdachte bij de ten laste gelegde handelingen blijkt, naast het hiervoor reeds genoemde, specifiek uit de volgende feiten en omstandigheden.
-
locaties regelen en anderen aansturen die locaties in te richten:[verdachte] instrueert [medeverdachte 6] om versluierde taal te gebruiken als het over locaties gaat: ”
ik heb gezien dat je een auto te koop had in [plaats 1] . [115] Op 27 maart 2020 overleggen [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] over het opzetten van een hok:
“hok gaan we door drie doen, dus hij en wij”en
“morgen afspraak met kok, die kost niets, want die gaat zelf ook draaien, van [naam 2] [116] Op 6 april 2020 zegt [medeverdachte 1] tegen [medeverdachte 2] :
“morgen ff lab zitten, woensdag beginnen met bouwen”. [medeverdachte 2] zegt: “
okee, top [117] Op 14 mei 2020 overleggen [medeverdachte 1] en [verdachte] over de opbouw in Deventer en [verdachte] zegt: “
Ja kok moet meebouwen broer.” [118] Op 25 mei 2020 praten [medeverdachte 1] en [verdachte] over het organiseren van een locatie: [medeverdachte 2] regelt de afzuigers, [verdachte] de ketels, de roerders en de koeler en [medeverdachte 1] zorgt voor de lasser. [119] [medeverdachte 1] vraagt [medeverdachte 2] op 6 april 2020 of ‘hij nog een paar wie kunnen helpen voor dat lab, dat ding moet leeg’ [medeverdachte 2] antwoordt:
“jij kent meer van die om je heen da, ff denken. [120] Op 12 juni 2020 geeft [verdachte] aan [medeverdachte 4] door dat ze moeten gaan afbreken en opruimen:
"Ik zei al 10 keer voor 0700 uur aanwezig. Alles is gezien. Mensne geef al tips en al in deventer"; ‘
zondag wordt het naar [plaats 5] gezet’en ‘
we hebben een andere plek’. [121] Op 5 augustus communiceert [verdachte] via Sky met derden over het vervoer van grondstoffen die geleverd moesten worden aan de groep van [verdachte] . Dit transport was vertraagd en werd daarom nu op de locatie afgeleverd. [verdachte] liet dit transport komen op de [adres 9] te [plaats 2] , waar het zou worden overgenomen door een chauffeur van [verdachte] : ‘
grijze transit kale man [alias 4] ’. [122]
-
personen in de productie aansturen:Als er problemen in de productie zijn, wordt er door [medeverdachte 17] contact opgenomen met [verdachte] om de problemen te bespreken. [verdachte] organiseert dan twee bijeenkomsten om de problemen uit te praten. [123] [medeverdachte 6] bespreekt met [medeverdachte 17] dat [verdachte] dan zal zeggen ‘
hoe het moet’. [124] Op 29 maart stuurt [verdachte] [medeverdachte 17] aan om te gaan werken: “
alles op schema voor straks, op tijd vriend” [125] Op 11 juni 2020 laat [verdachte] aan [medeverdachte 4] weten, nadat hij foto’s van [medeverdachte 4] heeft ontvangen van de vorderingen van de opbouw van het lab in Deventer, dat hij tevreden was en ‘
[alias 10]’. [126] Op 9 augustus 2020 heeft [verdachte] uitgebreid chatcontact met [medeverdachte 2] . [verdachte] geeft aan dat ze de avond ervoor aan het logen waren, dus hij denkt dat ze vandaag gaan stomen. [verdachte] zegt dat ‘ [alias 8] ’ daar is en dat ‘ [alias 5] ’ daar van de week ook was. [medeverdachte 2] zegt dat [verdachte] die ‘ [alias 5] ’ daar naar toe moet schoppen. [verdachte] legt uit dat hij contact heeft. [127]
-
stashplekken gebruiken:Op 5 februari 2020 wordt een grote ketel binnen gebracht in de loods in [plaats 4] . [verdachte] en [medeverdachte 3] zijn hierbij aanwezig. [128] Op 12 mei 2020 biedt [verdachte] zijn hal in [plaats 4] aan als locatie voor het stallen van een bus met een lading apaan. [129]
-
geld investeren:[verdachte] zegt op 27 maart 2020 tegen [medeverdachte 17] dat hij niet wil dat er teveel mensen in zitten, omdat hij de enige is die geld inlegt. [130] Op 6 april 2020 belt [medeverdachte 6] naar Van Kempen en gaat het over de problemen in het lab in [plaats 1] . [medeverdachte 6] is bang dat [verdachte] er uit wil stappen omdat hij al zoveel geld heeft geïnvesteerd. [medeverdachte 6] zegt:
“ik weet wat het hem gekost heeft, hij is er doodziek van.”Op 5 mei 2020 blijkt uit een encrochat-conversatie dat [verdachte] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] investeerden in het aankopen van apaan. Ze bespreken om bij elkaar te komen om een aantal kosten af te rekenen en om cash bij elkaar te doen foor de eerste 1200 ‘appie’. [131] Op 9 juni wordt er weer overlegd tussen [verdachte] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] over de inrichting van een nieuw lab. [verdachte] chat [132] over de wand en de filters en de stoffen en de ketels die hij wil overbrengen. [verdachte] vraagt [medeverdachte 2] om extra geld voor drukvaten, [medeverdachte 2] verwacht dan wel olie. Alle bedragen worden door drie gedeeld het komt uit op 1950 de man. [133] Op 10 juni chatten [verdachte] en [medeverdachte 2] over gemaakte kosten en uit een lijst van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] blijkt dat er al 15.255 euro aan kosten zijn gemaakt en dat [verdachte] al 200.00 euro heeft geïnvesteerd. [134] [verdachte] heeft op 19 augustus 2020 contact met derden via Sky. Hij geeft in die gesprekken aan dat hij weg wil uit [plaats 2] en 20 heeft staan die geel is. [verdachte] benoemt dat hij er nu 2 goede jongens in heeft zitten en probeert er nog 30 uit te halen. Hij zit er ‘
voor ik weet niet hoeveel honderd duizend euro in’. [135]
-
transporten chemicaliën aansturen:Op 8 mei 2020 heeft [medeverdachte 1] iemand gestuurd om de bus van [verdachte] naar Eindhoven te rijden en 200 kg apaan op te halen. [verdachte] neemt contact op met [medeverdachte 1] . [136] Op 12 mei 2020 vraagt [verdachte] aan [medeverdachte 1] waar de apaan heen moet en [medeverdachte 1] stuurt hem het adres in Zwolle. [137] Op 11 mei vraagt [verdachte] [medeverdachte 3] om beschikbaar te zijn om te rijden om ‘die man voor die apaan’ 75.000 euro te betalen. Op 12 mei 2020 vraagt [verdachte] of [medeverdachte 3] net 182.000 euro heeft betaald en [medeverdachte 3] antwoordt: “
Ja, dat heb ik [138]
Op grond van de bewijsmiddelen van feit 1 en feit 2 in onderling verband en samenhang bezien, stelt de rechtbank verder vast dat verdachte gedurende de ten laste gelegde periode chemische stoffen, ketels en andere benodigdheden ten behoeve van een synthetisch drugslaboratorium voorhanden heeft gehad.
Uit het bovenstaande, in samenhang bezien met de overige bewijsmiddelen, blijkt dat [verdachte] zich samen met anderen bezig hield met het treffen van voorbereidingshandelingen voor de productie van amfetamine. De rechtbank stelt verder op grond van de bewijsmiddelen vast dat alle verdachten zich in de voor medeplegen vereiste bewuste en nauwe samenwerking met deze handelingen hebben bezig gehouden. De rechtbank acht het onder 3 ten laste gelegde dan ook wettig en overtuigend bewezen.
3.3.5
Ten aanzien van feit 4: deelname aan een criminele organisatie
Aan verdachte is ten laste gelegd dat hij leiding heeft gegeven aan een criminele organisatie als bedoeld in artikel 11b van de Opiumwet (Ow), een organisatie die zich specifiek bezig houdt met drugshandel. Dit betreft een zogenoemde lex specialis van artikel 140 van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Van een organisatie in de zin van deze artikelen is sprake bij een samenwerkingsverband tussen verdachte en ten minste één andere persoon met een zekere duurzaamheid en structuur. Een dergelijk samenwerkingsverband bestaat wanneer sprake is van een onderlinge verdeling van werkzaamheden of onderlinge afstemming van activiteiten van deelnemers binnen de organisatie met het oog op het bereiken van het gemeenschappelijke doel van de organisatie. De samenstelling van het samenwerkingsverband hoeft niet steeds hetzelfde te zijn en niet is vereist dat een deelnemer aan de organisatie samenwerkt of bekend is met alle andere personen die deel uitmaken van de organisatie. Het oogmerk van de organisatie moet gericht zijn op het plegen van misdrijven als bedoeld in de Opiumwet. De gedragingen van de deelnemers kunnen bestaan uit het (mede)plegen van die misdrijven, maar ook het verrichten van hand- en spandiensten (die op zichzelf niet strafbaar zijn) kan daaronder vallen. Voor een bewezenverklaring is voldoende dat het plegen van misdrijven door de organisatie wordt beoogd en dat de verdachte weet dat de organisatie dat oogmerk heeft. In het bestanddeel deelneming aan een organisatie ligt tevens het opzet van verdachte besloten.
Beoordeling
De rechtbank is van oordeel dat uit de opgenomen bewijsmiddelen naar voren komt dat tussen diverse verdachten sprake was van een duurzaam en gestructureerd samenwerkingsverband dat tot oogmerk had het plegen van misdrijven, in die zin dat de organisatie zich bezig hield met het initiëren, opzetten en coördineren van productielocaties van amfetamine(olie). Dit samenwerkingsverband was dus gericht op het produceren, verwerken en afleveren van synthetische drugs en het voorbereiden en bevorderen van die productie. De rechtbank overweegt daartoe als volgt.
Er bestonden twee productielocaties ( [plaats 1] en [plaats 2] ) waar het verhandelbare eindproduct amfetamine werd gemaakt. In Deventer is een drugslab ingericht, maar niet in gebruik genomen en op locaties in [plaats 4] , [plaats 5] en [plaats 6] bevonden zich opslagplaatsen/loodsen waarin grondstoffen en hardware werden bewaard. [139] Uit de (encrypted) gesprekken tussen de verdachten in het onderzoek Elrits blijkt dat verschillende verdachten hierbij steeds gezamenlijk betrokken zijn geweest. Er wordt in de chats gesproken over het fabriceren, vervoeren en verhandelen van drugs en precursoren van drugs en er vinden regelmatig overleggen plaats. De rechtbank leidt uit de gesprekken af dat sprake was van een duurzame organisatiestructuur. Verdachten gingen een zakelijke relatie aan die ongeveer vijf maanden duurde, onderhielden bijna dagelijks contact en werkten intensief samen. Er was sprake van continuïteit, een vaste kern met aansturing vanuit eigen leden en contacten met andere organisaties.
De samenwerking in de top van de organisatie blijkt onder meer uit de volgende chats.
Op 27 maart 2020 stuurt [medeverdachte 1] een bericht naar [medeverdachte 2]
:”hok gaan we door 3en doen, dus hij en wij. Je hebt 126 flappen in de week kwijt aan spullen gedeelt door 3, elke week draaien. Dan moeten wij 84 ruggen trekken in de week. Krijgen we 66%. Morgen afspraak met [naam 2] ”(de rechtbank begrijpt [verdachte] ). [medeverdachte 2] antwoordt:
“krijgen we 300 L. olie terug, pak je 110 ruggen ongeveer per x”. [140] Op 5 april 2020 zegt [verdachte] tegen [medeverdachte 1] in een chat:
“we moeten nog ff praten, ik maak ff lijst wat alles kost, praten met elkaar en financielen etc. doorspreken. Duidelijke afspraken maken.” [141] Op 6 mei 2020 bericht [verdachte] [medeverdachte 2] :
“ff zitten jij, ik en [alias 1] ”(de rechtbank begrijpt [medeverdachte 1] ). [142] Op 18 mei 2020 zegt [verdachte] tegen [medeverdachte 1] in een chat:
“dacht we gaan samen ff goeie afspraken maken, we gaan wel een samenwerking aan.”[medeverdachte 1] antwoordt:
“vertrouw jou, en twijfel ap je me, wij hebben de kok wie het kan, hij de plek.” [143]
Er wordt in de chats verder veel gesproken over betalingen en investeringen.
[medeverdachte 1] chat met [medeverdachte 2] op 25 april 2020:
‘die [accountnaam 6] (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 12]
) heb jij vorog week niet betaald, moest [accountnaam 9] (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 10]
) dat geven van jou? Betalen plek voor 4 liter olie. Hebben nu 1 plek nodig voor speed en hasj en bende. En dan heb [accountnaam 9] er nog 3. Plek van [accountnaam 6] is voor inpakken. Maandag wel ff zitten, zet ff 15 meijer stash op papier.” [144] Op 5 mei 2020 bericht [verdachte] [medeverdachte 1] :
“vrijdag ff cash bij mekaar doen voor de eerste 1200 broer”en
“vrijdag ook even de res damen afrekenen, heb bonnetjes gemaakt van die extra ketels, chauffeurskosten, kosten filters, palletwagen, steekwagen, gasflessen, wokbranders, zuurpomp, die wand, etc. [145] Op
9 juni 2020 zegt [verdachte] tegen [medeverdachte 2] in een chat:
zou je lovi kennen sturen voor de laatste dingen, pakt allemaal iets anders uit. Was het drukvat voor stomer vergeten. 1950 de man.” [146] [medeverdachte 2] bericht [verdachte] op 10 juni 2020:
“maat ik zit hier ff met [alias 1] wij zijn hier ook alles aan het betalen, panden en lasser en kok.” [147]
Uit de inhoud van de chats blijkt dat [verdachte] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] zich bezig hielden met het aansturen van de anderen. [medeverdachte 1] bericht [verdachte] op 7 mei 2020:
“en kok zet ik 17u in”. [148] Op 8 mei 2020 chat [verdachte] :
maat, kan je je neef bereiken? Hij is al 1,5 uur onderweg van [plaats 4] naar eindhoven. Die gasten staan daar met apaan en hij pakt de telefoon niet op”. [149]
[verdachte] bericht [medeverdachte 2] op 12 mei 2020:
“stuur jij anders ff mannetje die gaat ruiken broer”en [medeverdachte 2] antwoordt:
“ga ff [accountnaam 9] zenden” [150] [medeverdachte 1] vraagt [verdachte] op 14 mei 2020 in een chat:
“wie ga je laten kijken?”en [verdachte] antwoordt:
“uhm ja zeg maar die [accountnaam 6] ”. [151] [verdachte] bericht [medeverdachte 1] op 10 juni 2020:
“ik haal even electraspullen en [accountnaam 2](de rechtbank begrijpt [medeverdachte 3] )
maakt het.” [152]
Op 12 juni 2020 bericht [medeverdachte 1] [verdachte] :
“Breek alles maar weer af, we gaan weer weg daar [153] en [verdachte] geeft de opdracht door aan [medeverdachte 4] :
“Breek alles maar af, ben nu met [alias 1] .” [154]
Uit de berichten volgt dat sprake was van een duidelijke hiërarchie en taakverdeling. Naast de drie verdachten die zich aan de top van de organisatie bevinden ( [verdachte] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] ), onderscheidt zich een middenkader dat functioneert tussen de top van de organisatie en de werkvloer ( [medeverdachte 3] ). Daaronder bevinden zich de verdachten die werkzaam zijn op de vloer, als kok, bouwer, klusjesman, chauffeur of manusje-van-alles ( [medeverdachte 6] , [medeverdachte 5] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 7] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 10] en [medeverdachte 9] ). De rechtbank stelt op basis van het dossier de onderlinge rolverdeling als volgt vast.
[verdachte]
heeft samen met [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] een leidinggevende rol in de organisatie, hij is investeerder, hij gaat over de verdeling van de winst en stuurt mensen aan om werkzaamheden uit te voeren. Daarnaast verricht hij uitvoerende taken. Hij bestelt materiaal, hij regelt personeel en expertise in de rol van koks, lassers en elektriciëns en voorziet de locaties van grondstoffen. Hij is actief in het zoeken en regelen van locaties en is regelmatig in overleg met [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] .
[medeverdachte 1]
heeft een aansturende rol in de organisatie en is daarnaast investeerder. Hij werkt nauw samen en heeft veel overleg met [verdachte] en [medeverdachte 2] , waarbij het gaat over betalingen en investeringen, het verdelen van de winst en het regelen en aansturen van mensen. Hij bepaalt waar de locaties komen en wanneer deze weer moeten worden ontmanteld. Zo geeft hij op 12 juni 2020 de opdracht aan [verdachte] om ‘het hok’ in Deventer weer af te breken. [155]
[medeverdachte 2]
heeft een aansturende rol in de organisatie en is daarnaast investeerder. Hij werkt nauw samen en heeft veel overleg met [verdachte] en [medeverdachte 1] , waarbij het gaat over betalingen en investeringen, de verdeling van de winst en het regelen en aansturen van mensen. [medeverdachte 2] regelt ook een ‘stashlocatie’ voor een grote hoeveelheid apaan. [medeverdachte 2] gaat zelf niet naar de drugslabs, maar stuurt van afstand anderen aan.
[medeverdachte 5]
is een uitvoerder in de organisatie. Hij houdt zich bezig met het transport van goederen en mensen en wordt aangestuurd om locaties te bekijken en te controleren. Als er problemen zijn op een locatie wordt hij gestuurd om er te gaan kijken en de boel te regelen. Hij vervoert meerdere keren het eindproduct. Op 19 augustus 2020 wordt [medeverdachte 5] naar het lab in [plaats 2] gestuurd om dit lab te ontmantelen.
[medeverdachte 6]
verricht hand- en spandiensten en zoekt naar geschikte locaties voor de organisatie. Zo zegt hij op 18 juni 2020 in een bericht aan [medeverdachte 5] :
“Bij mij in het dorp heb ik iets gezien dat zal perfect zijn voor hun… je ziet aan de omgeving van die mensen dat er armoede is. het is ooit een groot bedrijf geweest maar dat is het lang niet meer. Ze zitten precies op een dood punt: je kan erin en eruit en niemand die het ziet”. [156]
[medeverdachte 3]
is het manusje-van-alles in de organisatie en behoort tot de ‘vaste kern’ Hij regelt praktische zaken, hij rijdt als chauffeur en doet de distributie van materiaal en grondstoffen en is bij veel overleggen aanwezig. [medeverdachte 3] neemt waar voor [verdachte] , als [verdachte] op vakantie gaat. [157] Hij legt op meerdere momenten rechtstreeks verantwoording af aan [medeverdachte 1] . [verdachte] zegt over [medeverdachte 3] :
“das de jonge van mij die alle tp overal naar toe regeld, chaf, bussen etc. die doet de distributie eigen is hij onze concierge.” [158]
[medeverdachte 4]
heeft een uitvoerende rol, hij is kok en bouwer. Op 12 mei 2020 wordt hij voor het eerst genoemd in zijn rol van kok in chatgesprekken tussen [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [verdachte] . [159] Later zegt [medeverdachte 4] in een chat dat hij ook ‘gewoon dingen kan aanpassen’ en diezelfde dag wordt door [verdachte] een chat van [medeverdachte 4] doorgestuurd, waarin [medeverdachte 4] zegt:
“Nou heb nog meer slecht nieuws die app van 1400 is kuist verbrand”. [160] In Deventer heeft [medeverdachte 4] meegeholpen met de opbouw van het lab [161] en ook met het ontmantelen daarvan. [162] [medeverdachte 4] wordt gewond aangetroffen bij het drugslaboratorium in [plaats 2] op de dag van de inval, omdat hij in aanraking is gekomen met chemicaliën en is daar aangehouden door de politie.
[medeverdachte 8]
heeft een uitvoerende rol in de organisatie. Hij is kok, uitvoerder, chauffeur en bouwer. Op 31 maart 2020 stuurt [medeverdachte 8] foto’s vanuit het laboratorium in [plaats 1] , waar hij op dat moment bezig is met het chemische proces. [163] Op 10 juni 2020 zegt [verdachte] tegen [medeverdachte 2] dat [medeverdachte 8] nog twee dagen nodig heeft om het laboratorium in Deventer operationeel te krijgen. [164] werkte ook als kok in het lab in [plaats 2] . [165]
[medeverdachte 10]
beheert locaties voor [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] , daarnaast is hij chauffeur en manusje-van-alles. Hij is betrokken geweest bij de opbouw van de locatie in Deventer. Op 25 april 2020 stuurt [medeverdachte 2] een opsomming van [medeverdachte 10] werkzaamheden voor de organisatie naar [medeverdachte 1] . [166]
[medeverdachte 7]
heeft een uitvoerende rol in de organisatie als kok. Hij ingevlogen om bij te springen in de productie in het laboratorium in [plaats 2] . [167]
[medeverdachte 9]
heeft een uitvoerende rol onder in de organisatie. Hij heeft toegang tot meerdere stashlocaties van de organisatie, hij transporteert drugs, hij moet escorts regelen en hij transporteert geld en personen in opdracht van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] . Zo krijgt hij op 9 april via [medeverdachte 10] te horen dat hij van [medeverdachte 1] twee mannen in Hellevoetsluis moet ophalen. Een van deze mannen blijkt [medeverdachte 4] te zijn. [168] Hij vraagt om loon bij [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] . [169]
Wetenschap verdachte van het oogmerk van de organisatie
Uit de betrokkenheid van verdachte bij de productie van de synthetische drugs, de inhoud van de chats en berichten, telefoontaps en observaties, leidt de rechtbank af dat verdachte wist dat de organisatie waar hij deel van uitmaakte tot oogmerk had de productie van synthetische drugs en het voorbereiden en bevorderen van die productie.
Conclusie
Op grond van het bovenstaande concludeert de rechtbank dat verdachte wetenschap had van het oogmerk van de organisatie, behoorde tot het samenwerkingsverband binnen die organisatie en met zijn handelingen heeft bijgedragen aan het criminele oogmerk van de organisatie gedurende de periode van 1 januari 2020 tot en met 19 augustus 2020.
De rechtbank acht het onder 4 ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen.
3.3.6
Ten aanzien van feit 5: het voorhanden hebben van vuurwerk
Hiervóór is overwogen dat de politie op 25 mei 2020 is binnengetreden in een loods op het adres [adres 1] in [plaats 4] . [170] In het pand werd toen een hoeveelheid vuurwerk aangetroffen die in beslag is genomen. Het vuurwerk is onderzocht door het NFI en is geclassificeerd als professioneel vuurwerk. [171] Na onderzoek is gebleken dat verdachte de huur van de loods op naam heeft gezet van de katvanger [naam 3] [172] en zich vervolgens bij de makelaar heeft voorgedaan als deze [naam 3]. [173] Op de dag van de doorzoeking laat verdachte in een Encrochat-conversatie met [medeverdachte 1] een screenshot zien waaruit blijkt dat er een inval heeft plaatsgevonden op de [adres 1]. Verdachte zegt dan tegen [medeverdachte 1] dat het zijn privé-hal is die op een andere naam staat, waar kweekspullen staan en vuurwerk ligt. [174] De verklaring van verdachte dat het vuurwerk niet van hem maar van medeverdachte [medeverdachte 12] zou zijn, schuift de rechtbank dan ook als ongeloofwaardig terzijde. Deze verklaring vindt op geen enkele wijze steun in het dossier en is ook overigens niet aannemelijk geworden. De rechtbank acht het onder 5 ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen.
3.3.7
Ten aanzien van feit 6: het voorhanden hebben van goederen ten behoeve van een hennepkwekerij
Bij het binnentreden in de loods op de [adres 1] in [plaats 4] op 25 mei 2020 heeft de politie in een hoeveelheid goederen aangetroffen waarop indicatoren aanwezig zijn van eerder gebruik voor de hennepteelt. De politie heeft onder meer aangetroffen: een met hennepresten vervuilde hennepcutter, gebruikte armaturen, een ton met hennepresten en een maatbeker, een vervuild luchtfilter, een kartonnen doos met hennepresten en een houten plaat met transformatoren. [175] Verdachte heeft in bovengenoemde Encrochat-conversatie met [medeverdachte 1] verklaard dat in zijn privéhal kweekspullen liggen. De rechtbank acht het onder 6 ten laste gelegde dan ook wettig en overtuigend bewezen.
Parketnummer 08/178070-22
3.3.8
Ten aanzien van feit 1: [plaats 3]
Aantreffen amfetaminelaboratorium
Op 21 mei 2020 wordt na een melding van geurhinder door de politie en de brandweer van [plaats 3] een inval gedaan in een loods aan de [adres 10] te [plaats 3] (België). De brandweer stelt vast dat de dakdoorvoer warm aanvoelt en dat er een sterke chemische geur, een amandelgeur, is waar te nemen. [176]
De politie stelt vast dat rond de loods een doordringende zoete geur hangt en treft in de loods een installatie met nog warme ketels aan en verschillende bidons en vaten met chemische producten. [177] Vervolgens komt het Clanlab Respons Unit (hierna: CRU) ter plaatse en stelt de aanwezigheid vast van een preprecursor MAPA, die productie van BMK mogelijk maakt. De CRU stelt vast dat ook andere stoffen en vloeistoffen voor de aanmaak van amfetamine aanwezig zijn, zodat zij voorlopig concludeert dat het gaat om een amfetamine-productielab. [178] Het CRU voert een inventarisatie en monsterafname uit. [179] Er wordt onderzoek gedaan naar de monsters en bevindingen van het CRU door het laboratorium van het NICC (Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie ), waar geconcludeerd wordt dat het aangetroffen materiaal grondstoffen, resten en afval van BMK-productie en amfetamine-productie volgens de Leuckart -methode betreft. De volgende stoffen worden aangetroffen: APAA, MAPA en een mengsel van beide, een zout van BMK-glycidezuur, fosforzuur, natriumhydroxide en een sterk zuur. Verder wordt een reactieketel, een kookpot met verwarming en een destillatie-opstelling aangetroffen. [180]
Tussenconclusie
Op grond van bovenstaande feiten en omstandigheden stelt de rechtbank vast dat op het adres [adres 10] te [plaats 3] (België) sprake is geweest van een locatie voor productie van amfetamine. De rechtbank stelt vast dat sprake is geweest van een actief productieproces waarin daadwerkelijk amfetamine(olie) is geproduceerd.
Betrokkenheid verdachten
Om de betrokkenheid van de verdachten te kunnen vaststellen heeft de Belgische politie gebruik gemaakt van informatie uit telefoongegevens, observaties, analyses van Encrochatgesprekken en DNA/dacty-onderzoek, met betrekking tot het drugslab in [plaats 3] .
Uit onderzoek van de Belgische politie blijkt dat het laboratorium in [plaats 3] al minimaal negen maanden in bedrijf is geweest onder regie van ene [naam 4]. Het samenwerkingsverband onder leiding van [verdachte] en [medeverdachte 1] met als medewerkers [medeverdachte 4] en [medeverdachte 8] is ingestapt op 18 mei 2020. [medeverdachte 7] werkte onder [naam 4] en is al eerder gesignaleerd in de loods. [naam 4] communiceert van 8 tot 12 mei 2020 uitgebreid met [medeverdachte 7] over het productieproces in het lab. [181] Ook wordt gesproken over het bedrag dat [medeverdachte 7] krijgt voor zijn werk in het lab. [182]
Uit camerabeelden blijkt dat een persoon, vermoedelijk [medeverdachte 7] , op 8 mei 2020 de loods binnengaat, op 11 mei weer wegrijdt en op 18 mei 2020 de loods binnengaat. [183]
[verdachte] spreekt op 14 mei 2020 met [medeverdachte 4] over een plek in België, net over de grens. [184]
Met [medeverdachte 1] bespreekt [verdachte] hoe hij de onderhandelingen in moet gaan. [185] In een encrochatgesprek op 18 mei 2020 overlegt [naam 4] met [naam 5] en zegt:
“er is een boy die wilt werken, hij wil bij ons komen, heeft 3 ketels, 2 koks en deelt alles helft helft, NL jongen uit Deventer, knaller. Heeft 5 ton liggen en deelt met ons.” [186]
In een chatconversatie op 4 mei 2020 geeft [verdachte] aan [medeverdachte 1] aan dat er twee drukketels nodig zijn. Hij verstuurt een foto van een factuur waarop de machinenummers [nummer 3] en [nummer 4] staan. Later worden in het lab in [plaats 3] twee ketels aangetroffen met deze unieke nummers. [187]
Op 18 mei 2020 vraagt [verdachte] aan [medeverdachte 4] of hij meegaat naar de nieuwe locatie in België, ze draaien daar al en nu gaan ze samenwerken. [verdachte] geeft een adres in [plaats 3] door. [188] [medeverdachte 4] arriveert op 18 mei 2020 in de loods [189] en zijn telefoon straalt dan aan op de mast [locatie] in [plaats 3] . Deze mast dekt de locatie van de [adres 10] in [plaats 3] . [190]
[verdachte] en [medeverdachte 1] communiceren op 19 en 20 mei 2020 over de productie in België. [medeverdachte 1] vraagt:
“Hoeveel ap kunnen afdraaien en wanneer poen”en [verdachte] zegt:
“veel broer, hun hbnen 3000 smeltketel en 3000, dus 1500/2000 kg per smelt. Kijk we hebben zoveel kapsitijd en stoffen, dus dat we nog 1500a kinnen maken. En ik heb nog 1000 fos eb 1000 for en 1000 mier en pallet caus staan. Dus we kunnen echtnveel makek.” [191] [medeverdachte 1] zegt vervolgens dat ‘[alias 5]’(de rechtbank begrijpt [medeverdachte 8] ) wil meerijden en moet worden opgehaald. [192]
Op 20 mei 2020 zegt [medeverdachte 8] tegen [medeverdachte 1] :
“Je hebt hier geen schone lucht, moeten afzuigers bij.”[medeverdachte 8] stuurt dan een foto, waarop de loods in [plaats 3] te herkennen is. [193] Op 21 mei 2020 stuurt [medeverdachte 8] aan [verdachte] een bericht dat de plek perfect is, maar dat de bouwtechniek ‘
kut’ is. [medeverdachte 8] klaagt dat er geen schone lucht is. [verdachte] zegt dat hij dat moet maken. [medeverdachte 8] zegt dat hij niet alles zelf kan doen. [194] Later die ochtend vraagt [verdachte] of ze al apaan kunnen hebben. [medeverdachte 8] zegt dat de keuken eerst ‘
gefixt’ moet worden en klaagt dat zijn ogen weg branden.
‘We gaan nu pan koken, komt zo dadelijk meer rook. Die gaat zo roken.’ [195] Op 21 mei 2020 stuurt [medeverdachte 8] een bericht naar [medeverdachte 1] :
“ [alias 1] , eigen is boos, hun hebbe zootne van gemaak”.Om 19:34 uur bericht [medeverdachte 8] [medeverdachte 1] dat er een inval is geweest, dat hij op tijd weg was en dat [medeverdachte 4] in een hotel is. [196]
Op 22 mei 2020 klagen zowel [medeverdachte 7] als [medeverdachte 8] over last van hun ogen. [197] [medeverdachte 7] stuurt screen shots van het nieuwsbericht dat het drugslab is opgerold en [medeverdachte 8] reageert:
”hebben wij geluk bro, dat we moesten stoppen” [198] [medeverdachte 8] vraagt [medeverdachte 7] of hij nog alles klaar heeft gemaakt en alle liters meegekomen zijn. [medeverdachte 7] zegt:
‘ja, net op tijd.” [199]
Op 22 mei 2020 vraagt [medeverdachte 8] aan [medeverdachte 4]
‘bro, was die olie die klaar had gestoomd, vacuum b of was die donker?’en ‘
hoeveel was dat?’ [medeverdachte 4] reageert dat die donker was en vraagt ‘
hoezo’. [medeverdachte 8] reageert daarop dat ‘
die dan nog een keer moet’. ‘Niet zoals gisteren, zo uit die pan’. [medeverdachte 4] :
‘nee, die is ook uitgedampt.’ [medeverdachte 8] vraagt hoeveel liter het was. [medeverdachte 4] antwoordt dan dat ‘ [accountnaam 1] ’ (de rechtbank begrijpt [verdachte] ) zei dat het niet uit maakt.
‘Zwart, geel, paars of blauw als hij het maar doet zei die’. [medeverdachte 8] vraagt dan nogmaals hoeveel liter hij klaar gemaakt heeft. [medeverdachte 4] zegt
’75 ongeveer’en vraagt waarom iedereen altijd wil weten hoeveel. [medeverdachte 8] :
‘omdat wij toch er dat hadden gesmolten, was benieuwd, er was uitgekomen, ik heb het niet precies gemeten’. [200]
Beoordeling
De rechtbank is van oordeel dat uit de bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, ondubbelzinnig naar voren komt dat [verdachte] een essentiële rol heeft gehad in de organisatie van het drugslaboratorium in [plaats 3] . Hij heeft de samenwerking met de al gevestigde organisatie in het pand in [plaats 3] opgezet, hij heeft materialen en werkers ingebracht en afspraken gemaakt over de verdeling van de winst. Ook heeft hij met [medeverdachte 1] overlegd over de voortgang en problemen in het productieproces. De rol die [verdachte] heeft vervuld bij de opzet en het laten draaien van het drugslaboratorium was belangrijk en onmisbaar en van zodanig gewicht dat deze kan worden aangemerkt als het medeplegen van de productie van amfetamine gedurende de gehele ten laste gelegde periode.
De rechtbank acht het onder 1 ten laste gelegde dan ook wettig en overtuigend bewezen.
De rechtbank verwijst wat betreft het verweer van de raadsman dat het zou gaan om de productie van b-olie en niet om een amfetamine-laboratorium naar de overweging van de rechtbank bij feit 1 met parketnummer 05/052758-21.
3.3.9
Ten aanzien van feit 2: voorbereidingshandelingen
Hiervoor heeft de rechtbank vastgesteld dat verdachte betrokken is geweest bij het drugslab in [plaats 3] . Uit het dossier blijken verder de volgende feiten en omstandigheden.
Betrokkenheid verdachte bij voorbereidingshandelingen
-
maken van afspraken over de samenwerking:Op 17 mei 2020 communiceren [verdachte] en [medeverdachte 1] via Encrochat over de onderhandelingen met een nieuwe partij. [verdachte] zegt:
“Luister dan we kunnen 000 naar België, bij die jongen erbij.”[medeverdachte 1] antwoordt: “
Vind goed. Is het niet verstandig dat je ff alleen gaat praten, anders zien ze ons daar tegelijk. Wij hebben de kok wie het kan en hij de plek” [201] Na de onderhandelingen zegt [verdachte] tegen [medeverdachte 1] :
“hun gaan er nu heen en dan gaan we gezamenlijk aanpakken. En dan heeft onze kant 50% en hun 50%. En dan kunnen we wr overnieuw het goed doen”[medeverdachte 1] reageert:
“Ok, hoop het echt” [202]
-
personen regelen voor de productie:[verdachte] en [medeverdachte 1] overleggen over [medeverdachte 4] , die zij hebben geregeld om te gaan koken in het lab. [medeverdachte 1] vraagt of [medeverdachte 4] al is aangekomen, want zijn telefoon staat uit. Volgens [verdachte] is hij er al want ze zijn al aan het uitladen, maar ‘ [alias 8] ’ heeft zijn jammer aan. [203]
-
transporten regelen/aanleveren materialen:[verdachte] en [medeverdachte 1] chatten op 19 mei 2020 dat [alias 5] (de rechtbank begrijpt [medeverdachte 8] ) moet worden opgehaald en dat er nog ‘1000 fos en 1000 for en 1000 mier en een pallet caus’ is die [verdachte] gisteren heeft binnen gekregen. [verdachte] zegt
: “nu kunnen we echt veel maken”.De chauffeur van het transport belt dat hij fout geparkeerd staat en de auto uit is gegaan. [medeverdachte 1] zegt dat hij niet ver weg kan zijn, want hij heeft maar één been. [204]
Op grond van de bewijsmiddelen van feit 1 in onderling verband en samenhang bezien, stelt de rechtbank verder vast dat verdachte gedurende de ten laste gelegde periode grondstoffen ten behoeve van een synthetisch drugslaboratorium voorhanden heeft gehad.
Uit het bovenstaande, in samenhang bezien met de overige bewijsmiddelen, blijkt dat [verdachte] zich samen met anderen, in de voor medeplegen vereiste bewuste en nauwe samenwerking, bezig hield met het treffen van voorbereidingshandelingen voor de productie van amfetamine. De rechtbank acht het onder 2 ten laste gelegde dan ook wettig en overtuigend bewezen.
3.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de opgegeven bewijsmiddelen waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat:
Parketnummer 05/052758-21
1 .
hij in de periode 27 maart 2020 tot en met 10 april 2020 te [plaats 1] , tezamen en in vereniging met anderen, telkens opzettelijk heeft bereid en bewerkt en verwerkt en vervaardigd, (ongeveer) 40,7 liter amfetamine-olie, zijnde amfetamine, een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst 1;
2.
hij in de periode 11 juni 2020 tot en met 19 augustus 2020 te [plaats 2] , gemeente Veendam, tezamen en in vereniging met anderen, telkens opzettelijk heeft bereid en bewerkt en verwerkt en vervaardigd, (ongeveer) 135 liter amfetamine-olie, zijnde amfetamine, een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst 1;
3.
hij in de periode 1 januari 2020 tot en met 19 augustus 2020 in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, telkens om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel
10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, van amfetamine, zijnde amfetamine, een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst 1 voor te bereiden en/of te bevorderen
- een ander heeft getracht te bewegen om dat feit te plegen te doen plegen, mede te plegen, om daarbij behulpzaam te zijn en/of om daartoe gelegenheid, middelen en/of inlichtingen te verschaffen,
- zich en een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit heeft getracht te verschaffen,
- voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen, gelden en/of andere betaalmiddelen voorhanden heeft gehad, waarvan hij, verdachte, en diens mededaders, wisten dat zij bestemd waren tot het plegen van dat feit,
door (telkens)
- een locatie te regelen alwaar men svnthetische drugs kon produceren ( [plaats 1] ) en
- anderen aan te sturen om deze locaties in te richten als ware te gebruiken voor de productie van svnthetische drugs en deze locaties ook weer af te breken indien dit noodzakelijk was ( [plaats 1] en Deventer en [plaats 2] ) en
- personen aan te sturen die op deze locaties de svnthetische drugs moesten produceren ( [plaats 1] en Deventer en [plaats 2] ) en
- een stashplek voor de opslag van chemicaliën en ketels en/of andere benodigdheden voor de productie van svnthetische drugs (zoals hieronder genoemd), te regelen en te gebruiken ( [plaats 4] ) en
- geld te investeren om de benodigde goederen en benodigdheden voor deze svnthetische drugslabs aan te schaffen ( [plaats 1] en Zwolle en Deventer en [plaats 2] ) en
- transport van APAAN te organiseren en aan te sturen (Zwolle)
- stoffen en/of chemicaliën voorhanden hebben ( [plaats 1] en Deventer en [plaats 2] ) en
- ketels voorhanden te hebben, ( [plaats 1] en [plaats 2] / [plaats 6] / [plaats 5] ) en
- benodigdheden voor een synthetisch drugslab voorhanden te hebben ( [plaats 1] en Deventer en [plaats 2] );
4.
hij in de periode 1 januari 2020 tot en met 19 augustus in Nederland, heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] en [medeverdachte 6] en [medeverdachte 7] en [medeverdachte 8] en [medeverdachte 9] en [medeverdachte 10] welke organisatie tot oogmerk had het plegen van een of meer misdrijven als bedoeld in artikel 10 vierde lid, artikel 10a eerste lid, Opiumwet, terwijl hij, verdachte, leider (in die periode ) is geweest;
5.
hij op omstreeks 25 mei 2020 te [plaats 4] , opzettelijk professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, te weten
- 5 shells (mortierbommen, 10 inch), (COV rapport pag 9 t/m 13), en
- 4 shells (mortierbommen, naam D6, artikelnr D6-B0225) (COV rapport pag 14 t/m 19), en
- 31 shells (mortierbommen, naam DS04, artikelnr FR4158) (COV rapport pag 20 t/m 22), en
- 58 shells (mortierbommen, naam D3, artikelnr A0008) (COV rapport pag 23 t/m 28), en
- 1 stuk Batterij Enkelschotsbuizen (Flowerbed, naam 88 shots cake, artikelnr. AFAC88) (COV rapport pag 29 t/m 32), en
- 3 stuks knalvuurwerk (cobra 6, artikelnr 006 C CE) (COV rapport pag 33 t/m 36), en
- 2 stuks knalvuurwerk (retorno 100, artikelnr TIG4) (COV rapport pag 37 t/m 40), en
- 4 stuks knalvuurwerk (Joker why so serious, artikel nr. TIC3) (COV' rapport pag 41 t/m 46),
heeft opgeslagen en voorhanden heeft gehad in een loods gelegen aan de [adres 1] ;
6 .
hij op 25 mei 2020 te [plaats 4] , spullen ten behoeve van een hennepkwekerij, heeft opgeslagen waarvan hij wist dat zij bestemd waren tot het plegen van een van de in artikel 11, derde en vijfde lid van de Opiumwet strafbaar gestelde feiten;
Parketnummer 08/178070-22
1
hij in de periode van 18 mei 2020 tot en met 21 mei 2020 te [plaats 3] (België), tezamen en in vereniging met anderen, telkens opzettelijk heeft bereid en bewerkt en verwerkt en vervaardigd, een grote hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine(olie), zijnde amfetamine, een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
2
hij in de periode van 18 mei 2020 tot en met 21 mei 2020 te [plaats 3] (België), en in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen,
telkens om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de
Opiumwet, voor te bereiden en/of te bevorderen te weten het (telkens) opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, vervoeren en binnen het grondgebied van Nederland brengen van amfetamine, zijnde amfetamine, een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I
- een ander heeft getracht te bewegen om dat feit te plegen, te doen plegen, mede te
plegen, om daarbij behulpzaam te zijn en/of om daartoe gelegenheid, middelen en/of inlichtingen te verschaffen en/of
- zich en een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van
dat feit heeft getracht te verschaffen door
- het maken van afspraken omtrent de samenwerking tussen medeverdachten omtrent de verdeling en betalingen en locaties en
- werkers voor in het lab (bedoeld voor de productie van amfetamine en/of BMK (olie)) te regelen en contact met deze personen te onderhouden en deze personen aan te sturen en
- het regelen van transport van en naar de productielocatie van de werkers en
materialen en
- het (laten) faciliteren en aanleveren van materialen (bedoeld voor de productie van amfetamine en/of BMK(olie) en
- grondstoffen waaronder een hoeveelheid BMK(olie) voorhanden heeft gehad, waarvan verdachte en medeverdachten wisten of ernstig reden hadden te vermoeden, dat deze bestemd waren tot het plegen van die feiten.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd in de bewezenverklaring. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

4.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde is strafbaar gesteld in de artikelen 2, 10, 10a, 11a en 11b van de Opiumwet, artikel 1.2.2 van het Vuurwerkbesluit, artikel 9.2.2.1 van de Wet milieubeheer en de artikelen 1a, 2 en 6 van de Wet economische delicten en artikel 420bis Sr. Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezen verklaarde levert op:
Parketnummer 05/052758-21
feit 1 en feit 2
telkens het misdrijf:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder D van de Opiumwet gegeven verbod;
feit 3
het misdrijf:
om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet, tezamen en in vereniging met anderen, voor te bereiden of te bevorderen, een ander trachten te bewegen om dat feit te plegen, te doen plegen, mede te plegen, om daarbij behulpzaam te zijn of om daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen te verschaffen en
zich en een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit trachten te verschaffen
en
voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen, gelden of andere betaalmiddelen voorhanden hebben, waarvan hij weet dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit;
feit 4
het misdrijf:
als leider deelnemen aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 10 vierde lid en artikel 10a van de Opiumwet;
feit 5
het misdrijf:
overtreding van een voorschrift gesteld krachtens artikel 9.2.2.1 Wet milieubeheer juncto artikel 1.2.2 Vuurwerkbesluit, opzettelijk begaan;
feit 6
het misdrijf:
voorwerpen voorhanden hebben waarvan hij weet dat zij bestemd zijn tot het plegen van een van de in artikel 11 derde lid van de Opiumwet strafbaar gestelde feiten;
Parketnummer 08/178070-22
De eendaadse samenloop van feit 1 en feit 2:
feit 1
het misdrijf:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder D van de Opiumwet gegeven verbod;
en
feit 2
het misdrijf:
om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, tezamen en in vereniging met anderen, voor te bereiden of te bevorderen, een ander trachten te bewegen om dat feit te plegen, te doen plegen, mede te plegen, om daarbij behulpzaam te zijn of om daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen te verschaffen en
zich en een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit trachten te verschaffen.

5.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezen verklaarde feiten.

6.De op te leggen straf of maatregel

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat aan verdachte wordt opgelegd een gevangenisstraf voor de duur van negen en een half jaar met aftrek van de tijd die verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht. De officier van justitie heeft daarbij gevorderd de schorsing van de voorlopige hechtenis op te heffen op de datum van de einduitspraak.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft, gelet op straffen die zijn opgelegd in vergelijkbare zaken, verzocht de eis van de officier van justitie te matigen. De raadsman heeft de rechtbank verder verzocht rekening te houden met het tijdsverloop, met artikel 63 Sr en de persoonlijke omstandigheden van verdachte.
6.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij in het bijzonder het volgende van belang.
Aard en ernst van de feiten
Verdachte heeft zich gedurende een aanzienlijke periode, in georganiseerd verband, bezig gehouden met het medeplegen van voorbereidingshandelingen die zagen op het produceren van synthetische harddrugs en de daadwerkelijke productie daarvan op drie verschillende locaties. Verdachte had daarbij een leidinggevende rol.
De organisatie waarvan verdachte deel uitmaakte heeft zich op professionele wijze en op haast industriële schaal bezig gehouden met het produceren van grote hoeveelheden amfetamine en BMK op wisselende locaties. Het produceren van amfetamine is een lucratieve en specialistische bezigheid. Het spreekt voor zich dat een organisatie met als doelstelling het plegen van misdrijven als hiervoor genoemd een ernstige en ontoelaatbare ondermijning van de rechtsorde betekent. Door deel te nemen aan een dergelijke organisatie heeft verdachte geen oog gehad voor de maatschappelijke problemen die de productie van (en de daaruit logischerwijs voortvloeiende handel in) verdovende middelen met zich meebrengen. Het is algemeen bekend dat het gebruik van verdovende middelen grote gezondheidsrisico’s met zich meebrengt en kan leiden tot verslavingen, die de gebruikers dan vaak door diefstal of ander crimineel handelen trachten te bekostigen, hetgeen weer leidt tot overlast in de samenleving. Van de handel in verdovende middelen is bovendien algemeen bekend dat dit vaak gepaard gaat met verschillende vormen van andere criminaliteit.
Daarnaast schuilt in de productie van harddrugs direct gevaar voor schade aan het milieu, veroorzaakt door illegale dumpingen van vrijkomende chemische afvalstoffen in de natuur. Bovendien bestaat er ontploffingsgevaar, brandgevaar en gevaar voor het vrijkomen van giftige stoffen.
Persoon van de verdachte
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie betreffende verdachte van 16 februari 2024. Hieruit blijkt dat verdachte eerder is veroordeeld voor drugsgerelateerde feiten. Voorts blijkt uit het uittreksel justitiële documentatie een veroordeling die ligt na de pleegperiode van de onderhavige bewezen verklaarde feiten, waardoor toepassing gegeven dient te worden aan artikel 63 Sr. Het gaat daarbij om de veroordeling van 15 mei 2023 door de meervoudige kamer van de rechtbank Gelderland.
Strafoplegging
Gezien de ernst van de gepleegde feiten kan niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank gekeken naar de oriëntatiepunten van het LOVS en acht geslagen op rechterlijke uitspraken in soortgelijke zaken. Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat in beginsel een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van negen en een half jaar passend en geboden zou zijn.
De rechtbank overweegt bij het vaststellen van de hoogte van de straf dat verdachte een leidende rol had in de organisatie, en daarmee een onmisbare en cruciale rol heeft gespeeld in de communicatie, de aansturing en het investeren in de organisatie.
Van persoonlijke omstandigheden van verdachte die tot matiging van de straf zouden kunnen leiden is niet gebleken. Verdachte heeft zich zowel bij de politie als tijdens de zittingen grotendeels beroepen op zijn zwijgrecht. Verdachte heeft geen verantwoordelijkheid genomen voor zijn handelen.
De rechtbank overweegt daarnaast dat sprake is van een overschrijding van de redelijke termijn. Verdachte is in verzekering gesteld op 2 maart 2021 en vanaf dat moment is de redelijke termijn gaan lopen. Dat betekent dat er, nu op 31 mei 2024 vonnis wordt gewezen tegen verdachte, sprake is van een overschrijding van de redelijke termijn van 14 maanden. De rechtbank zal dan ook, volgens vaste jurisprudentie van de Hoge Raad, de maximale korting van zes maanden op de straf in mindering brengen. De rechtbank zal verdachte een onvoorwaardelijke gevangenisstraf opleggen voor de duur van negen jaren met aftrek van de tijd die verdachte reeds heeft doorgebracht in voorlopige hechtenis.
Voorlopige hechtenis
De voorlopige hechtenis van verdachte is door de rechtbank geschorst per 9 november 2022 gelet op het procesverloop, bezien in het licht van de verdenking en de persoonlijke situatie van verdachte. Het verhandelde ter zitting en de inhoud van het onderhavige vonnis vragen om een nieuwe beoordeling van de voorlopige hechtenis. Met het onderhavige vonnis zijn de ernstige bezwaren gegeven en ook de aan de voorlopige hechtenis ten grondslag liggende recidivegrond is onverkort van toepassing. De aan de eerder bevolen schorsing van de voorlopige hechtenis ten grondslag liggende omstandigheden zijn in het licht van dit vonnis naar het oordeel van de rechtbank van onvoldoende gewicht om het door laten lopen van de schorsing te rechtvaardigen. De persoonlijke belangen van verdachte bij schorsing van de voorlopige hechtenis wegen in de nieuwe situatie niet langer op tegen het strafvorderlijk belang bij hervatting van die voorlopige hechtenis. De rechtbank is daarom van oordeel dat de schorsing van de voorlopige hechtenis moet worden opgeheven.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat aan de verdachte voorwaardelijke invrijheidstelling wordt verleend als bedoeld in artikel 6:2:10 van het Wetboek van Strafvordering.

7.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 47, 55 en 57 Sr.

8.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feiten
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
Parketnummer 05/052758-21
feit 1 en feit 2
telkens het misdrijf:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder D van de Opiumwet gegeven verbod;
feit 3
het misdrijf:
om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet, tezamen en in vereniging met anderen, voor te bereiden of te bevorderen, een ander trachten te bewegen om dat feit te plegen, te doen plegen, mede te plegen, om daarbij behulpzaam te zijn of om daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen te verschaffen en
zich en een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit trachten te verschaffen
en
voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen, gelden of andere betaalmiddelen voorhanden hebben, waarvan hij weet dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit;
feit 4
het misdrijf:
als leider deelnemen aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 10 vierde lid en artikel 10a van de Opiumwet;
feit 5
het misdrijf:
overtreding van een voorschrift gesteld krachtens artikel 9.2.2.1 Wet milieubeheer juncto artikel 1.2.2 Vuurwerkbesluit, opzettelijk begaan;
feit 6
het misdrijf:
voorwerpen voorhanden hebben waarvan hij weet dat zij bestemd zijn tot het plegen van een van de in artikel 11 derde lid van de Opiumwet strafbaar gestelde feiten;
Parketnummer 08/178070-22
De eendaadse samenloop van feit 1 en feit 2:
feit 1
het misdrijf:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder D van de Opiumwet gegeven verbod;
en
feit 2
het misdrijf:
om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, tezamen en in vereniging met anderen, voor te bereiden of te bevorderen, een ander trachten te bewegen om dat feit te plegen, te doen plegen, mede te plegen, om daarbij behulpzaam te zijn of om daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen te verschaffen en
zich en een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit trachten te verschaffen.
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het bewezen verklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
9 (negen) jaren;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
voorlopige hechtenis
- heft de schorsing van de voorlopige hechtenis op met ingang van heden.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.H. Meijer, voorzitter, mr. D.E. Schaap en
mr. M.W. Eshuis, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A. de Bruin, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 31 mei 2024.
Buiten staat
Mr. M.W. Eshuis is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit voor de feiten met parketnummer 05/052758-21 pagina’s uit het dossier van de politie eenheid Oost-Nederland, districtsrecherche IJsselland met onderzoeksnummer Elrits/ ON1R020059 en de aanvullingen 1 tot en met 6. Ten aanzien van de feiten met parketnummer 08/178070-22 wordt verwezen naar Onderzoek Gruutlab met dossiernummer 2020/93. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
2.Proces-verbaal chatidentificatie met betrekking tot imei [nummer 5] [verdachte] , AD01, AH026, pagina 398 en AH165, AD01, pagina 259.
3.Proces-verbaal stemidentificatie mbt [verdachte] op [nummer 6], AD01, AH180, pagina 91 ev.
4.Proces-verbaal chatidentificatie met betrekking tot imei [nummer 7] [medeverdachte 3] , AD01, AH044, pagina 405 en AMB.090, AD01, pagina 163.
5.Proces-verbaal stemherkenning [medeverdachte 15] , AD01, AH182, pagina 113 en 114.
6.Proces-verbaal chatidentificatie met betrekking tot imei [nummer 8] [medeverdachte 2] , AD01, AH045, pagina 415.
7.Proces-verbaal chatidentificatie met betrekking tot imei [nummer 9] [medeverdachte 8] , AD01, AH050, pagina 430 en AH051, AD01, pagina 174.
8.Proces-verbaal stemidentificatie [medeverdachte 8] , AD01, AH 037, pagina 82 ev.
9.Proces-verbaal identificatie [code], AD01, AH054, pagina 436.
10.Proces-verbaal HOUFR92.gebruiker [accountnaam 18], AD01, AH060, pagina 451 en AH166, AD01, pagina 298.
11.Proces-verbaal DOORT71. [alias 8] , AD01, AH061, pagina 457 en AH100, AD01, pagina 187.
12.Proces-verbaal chatidentificatie [accountnaam 19], AD01, AH099, pagina 476.
13.Proces-verbaal identificatie stableforce [medeverdachte 9] , AD01, AH192, pagina 492.
14.Proces-verbaal identificatie [e-mailadres 12] , AD01, AH200, pagina 496.
15.Proces-verbaal identificatie [e-mailadres 13] , aanv dossier AD07, AH210, pagina 15868 ev.
16.[medeverdachte 1] : proces-verbaal ter beschikkingstelling Argus data, AD01, pagina 552, [verdachte] : proces-verbaal bevindingen SKY-gebruik [verdachte] , AD01, pagina 556 ev., [medeverdachte 2] : proces-verbaal ID SKY account [accountnaam 16] , AD01, pagina 562 ev.
17.Proces-verbaal van bevindingen [medeverdachte 5] gebruiker telefoonnummers [telefoonnummer 5] , [telefoonnummer 6] en [telefoonnummer 7] , ZD02, AMB.078, pagina 6320 ev.
18.Proces-verbaal stemidentificatie mbt [medeverdachte 5] op [telefoonnummer 8] , AD01, AH188, pagina 153 ev.
19.Proces-verbaal van bevindingen mbt bijnaam van [medeverdachte 5] is [alias 4] , AD01, AH140, pagina 213 ev.
20.Proces-verbaal restinformatie, ZD05, pagina 9065.
21.Proces-verbaal van bevindingen [medeverdachte 6] gebruiker [telefoonnummer 11] . ZD02, AMB.037, pagina 6459 en 6460.
22.Proces-verbaal van bevindingen, ZD02.01, pagina 5061.
23.Proces-verbaal LFO, ZD02.01, pagina 5318 en 5319.
24.Proces-verbaal LFO, ZD02.01, pagina 5346 en 5347.
25.Proces-verbaal LFO, ZD02.01, pagina 5318 en 5319.
26.Proces-verbaal LFO, ZD02.01, pagina 5365 ev.
27.Een geschrift zijnde een rapport van het NFI, drugsonderzoek aan materialen aangetroffen op 10 april 2020 op de locatie [adres 2] te [plaats 1] van 9 mei 2020, pagina 5357 ev.
28.Proces-verbaal samenvatting Proet, ZD02, AMB.091, pagina 6400.
29.Proces-verbaal samenvatting Proet, ZD02, AMB.091, pagina 6401.
30.Proces-verbaal samenvatting Proet, ZD02, AMB.091, pagina 6403.
31.Proces-verbaal samenvatting Proet, ZD02, AMB.091, pagina 6404.
32.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 5] in [plaats 1] , ZD02, AMB.077, pagina 6303.
33.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 3] in [plaats 1] , ZD02, AMB.094, pagina 6409 en proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 6] in [plaats 1] , ZD02, AMB069, pagina 6244 ev.
34.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 5] in [plaats 1] , ZD02, AMB.077, pagina 6304.
35.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 5] in [plaats 1] , ZD02, AMB.077, pagina 6304.
36.Proces-verbaal van bevindingen rol [verdachte] in [plaats 1] , ZD02, AMB.089, pagina 6356.
37.Proces-verbaal van observatie dinsdag 31 maart 2020, ZD02, PROET-200331-V, pagina 6619 en 6620.
38.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 6] in [plaats 1] , ZD02, AMB069, pagina 6247.
39.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 3] in [plaats 1] , ZD02, AMB.094, pagina 6411.
40.Proces-verbaal van bevindingen rol [verdachte] in [plaats 1] , ZD02, AMB.089, pagina 6355.
41.Proces-verbaal van bevindingen rol [verdachte] in [plaats 1] , ZD02, AMB.089, pagina 6358.
42.Proces-verbaal van bevindingen rol [verdachte] in [plaats 1] , ZD02, AMB.089, pagina 6359.
43.Proces-verbaal van bevindingen rol [verdachte] in [plaats 1] , ZD02, AMB.089, pagina 6359.
44.Proces-verbaal van bevindingen rol [verdachte] in [plaats 1] , ZD02, AMB.089, pagina 6359.
45.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 5] in [plaats 1] , ZD02, AMB.077, pagina 6304.
46.Proces-verbaal van bevindingen rol [verdachte] in [plaats 1] , ZD02, AMB.089, pagina 6355.
47.TA009, ZD02, pagina 6644.
48.Proces-verbaal van bevindingen rol [verdachte] in [plaats 1] , ZD02, AMB.089, vanaf pagina 6356.
49.Proces-verbaal van bevindingen rol [verdachte] in [plaats 1] , ZD02, AMB.089, pagina 6360.
50.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 6] in [plaats 1] , ZD02, AMB069, pagina 6245 en 6246.
51.Proces-verbaal van bevindingen rol [medeverdachte 3] in [plaats 1] , ZD02, AMB.094, pagina 6412.
52.Proces-verbaal van observatie, zesde aanvulling AD, Proet-200401-V, pagina 16199-16200.
53.Proces-verbaal van bevindingen, ZD02, AH175, pagina 6584-6586.
54.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10112 ev.
55.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10125. pagina 10123.
56.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10101 tot en met 10108.
57.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10105.
58.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10125.
59.Proces-verbaal van bevindingen Encrochatcontacten [medeverdachte 12] met [medeverdachte 16], zesde aanvulling AD, AH232, pagina 16238 en 1257.
60.Proces-verbaal van bevindingen Encrochatcontacten [medeverdachte 12] met [medeverdachte 8] , zesde aanvulling AD, AH235, pagina 16358 ev.
61.Proces-verbaal van bevindingen Encrochatcontacten [medeverdachte 12] met [medeverdachte 3] , zesde aanvulling AD, AH235, pagina 16349 en 16350.
62.Proces-verbaal van bevindingen inhoudelijke chats [accountnaam 20], zesde aanvulling AD, AH211, pagina 1.876.
63.Proces-verbaal van bevindingen inhoudelijke chats [accountnaam 20], zesde aanvulling AD, AH211, pagina 15878.
64.Proces-verbaal van bevindingen inhoudelijke chats [accountnaam 20], zesde aanvulling AD, AH211, pagina 15885.
65.Proces-verbaal forensisch onderzoek plaats delict ( [adres 2] [plaats 1] ), ZD02.01, pagina 5421 en 5427.
66.Een geschrift zijnde een rapport vergelijkend DNA-onderzoek naar aanleiding van een overtreding van de Opiumwet in [plaats 1] , pagina 15893 ev.
67.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10112.
68.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10116.
69.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10118.
70.Proces-verbaal rol [medeverdachte 8] in Berkel vanuit encro, ZD02, pagina 6636.
71.Proces-verbaal aanhouding verdachte, ZD01, AH039.01, pagina 3357 en 3358.
72.Proces-verbaal LFO, ZD01.01, AH048, pagina 3382 ev.
73.Een geschrift zijnde een rapport van het NFI, drugsonderzoek aan materialen aangetroffen op 19 augustus 2020 op de locatie [adres 6] te [plaats 2] van 20 november 2020, pagina 3499 ev.
74.Proces-verbaal aanhouding verdachte, ZD01, AH039/40.01, pagina 3357 en 3359.
75.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10269.
76.Proces-verbaal van observatie 20 juli 2020, ZD01, T011, pagina 3573 ev.
77.Proces-verbaal van bevindingen, AH076, ZD01, pagina 3544
78.Proces-verbaal mbt [plaats 2] 20-29 juli 2020, ZD01, AH076, pagina 3547.
79.Proces-verbaal mbt [plaats 2] 20-29 juli 2020, ZD01, AH076, pagina 3552.
80.Proces-verbaal mbt [plaats 2] 8 augustus 2020, ZD01, AH081, pagina 3678.
81.Proces-verbaal van bevindingen mbt SKY-ECC informatie dd 8/9-08-2020,Coquille [nummer 10], pagina 4287 ev.
82.Proces-verbaal mbt [plaats 2] 10 augustus 2020, ZD01, AH083, pagina 3730.
83.Proces-verbaal mbt [plaats 2] 10 augustus 2020, ZD01, AH083, pagina 3757.
84.Proces-verbaal van bevindingen, 14 juni 2021, ZD01, AH084, pagina 3772.
85.Proces-verbaal mbt [plaats 2] 11 augustus 2020, ZD01, AH084, pagina 3766 en 3773.
86.Proces-verbaal mbt [plaats 2] 11 augustus 2020, ZD01, AH084, pagina 3771.
87.Proces-verbaal mbt [plaats 2] 12 augustus 2020, ZD01, AH085, pagina 3783.
88.Proces-verbaal van bevindingen mbt SKY-ECC informatie dd 11-08-2020,Coquille [nummer 11], pagina 4210 ev.
89.Proces-verbaal van bevindingen mbt SKY-ECC informatie dd 13/16-08-2020,Coquille [nummer 12], pagina 4226 ev.
90.Proces-verbaal mbt [plaats 2] 14 augustus 2020, ZD01, AH087, pagina 3879.
91.Proces-verbaal van bevindingen mbt SKY-ECC informatie dd 13/16-08-2020,Coquille [nummer 12], pagina 4227 ev.
92.Proces-verbaal bevindingen mbt [plaats 2] 15 augustus 2020, ZD01, AH088, pagina 3906.
93.Proces-verbaal van bevindingen mbt SKY-ECC informatie dd 13/16-08-2020,Coquille [nummer 12], pagina 4227 ev.
94.Proces-verbaal bevindingen rondom observatie op 17 augustus 2020, ZD01, AH090, pagina 3947.
95.Proces-verbaal van bevindingen mbt SKY-ECC informatie dd 17/19-08-2020,Coquille [nummer 13], pagina 4276 ev.
96.Proces-verbaal bevindingen mbt [plaats 2] 18 augustus 2020, ZD01, AH091, pagina 3992 ev.
97.Proces-verbaal van bevindingen mbt SKY-ECC informatie dd 17/19-08-2020,Coquille [nummer 13], pagina 4276 ev.
98.Proces-verbaal bevindingen mbt [plaats 2] 19 augustus 2020, ZD01, AH092, pagina 4053 ev.
99.Proces-verbaal forensisch onderzoek plaats delict [adres 6] te [plaats 2] , ZD01, AH049, pagina 3460 ev.
100.Proces-verbaal vooronderzoek lab, ZD01, AH049.03, pagina 3481 ev. en een geschrift zijn Rapport DNA-onderzoek van een maatwerkonderzoek in [plaats 2] op 19 augustus 2020 van 25 september 2020, pagina 3472 ev.
101.Proces-verbaal onderzoek ANPR gegevens, ZD04.01, pagina 8068.
102.Proces-verbaal van bevindingen [adres 7] 8/8A, ZD04.01, pagina 8054.
103.Proces-verbaal forensisch onderzoek voertuig,, ZD04.01, pagina 8058.
104.Een geschrift zijnde rapport NFI drugsonderzoek aan materialen aangetroffen op 12 mei 2020 in een vrachtwagen in Zwolle, ZD04.01, pagina 8118 ev.
105.Proces-verbaal van bevindingen doorzoekingsresultaten [adres 1] [plaats 4] , ZD03, pagina 7068.
106.Proces-verbaal van bevindingen LFO, ZD03, pagina 7112 ev.
107.Een geschrift zijnde rapport NFI drugsonderzoek aan materialen aangetroffen op 25 mei 2020 op de locatie [adres 1] te [plaats 4] , ZD03, pagina 7120 ev.
108.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10136.
109.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10177.
110.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10251 ev.
111.Proces-verbaal van bevindingen loods Deventer, ZD05, pagina 9236 ev.
112.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10251 ev.
113.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10268.
114.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10276.
115.Proces-verbaal van bevindingen samenvatting Proet, ZD02, AMB091, pagina 6403.
116.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10094 en 10095.
117.Proces-verbaal van bevindingen Encrochat [accountnaam 21], ZD06 AH069, pagina 10068.
118.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10177.
119.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10222.
120.Proces-verbaal van bevindingen Encrochat [accountnaam 21], ZD06 AH069, pagina 10068.
121.Proces-verbaal van bevindingen, ZD06, map 1, AH069, pagina 10276.
122.Proces-verbaal van bevindingen, ZD01, map 3, proces-verbaal nummer 321, pagina 4309-4310.
123.Proces-verbaal van bevindingen rol [verdachte] in [plaats 1] , ZD02, AMB089, pagina 6353 en 6354.
124.Proces-verbaal van bevindingen, ZD02, map 1, AMB0.89, pagina 6354.
125.Proces-verbaal van bevindingen rol [verdachte] in [plaats 1] , ZD02, AMB089, pagina 6356.
126.Proces-verbaal van bevindingen, ZD06, map 1, AH071, pagina 10256.
127.Proces-verbaal van bevindingen, ZD01, map 3, proces-verbaal nummer 320, pagina 4287.
128.Proces-verbaal van bevindingen samenvatting Proet, ZD02, AMB091, pagina 7366.
129.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10170.
130.Proces-verbaal van bevindingen samenvatting Proet, ZD02, AMB091, pagina 6404.
131.Een geschrift zijnde analyserapportage Coquille, ZD04, pagina 8543.
132.Proces-verbaal van bevindingen rol [verdachte] in [plaats 1] , ZD02, AMB089, pagina 6388.
133.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10232 en 10233.
134.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10239 en 10240.
135.Proces-verbaal van bevindingen, ZD01, map 3, proces verbaal nummer 319, pagina 4276.
136.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10152.
137.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10168.
138.Een geschrift zijnde analyserapportage Coquille, ZD04, pagina 8544.
139.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10077 ev.
140.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10095.
141.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10110.
142.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10147.
143.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10184.
144.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10139 en 10140.
145.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10147.
146.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071 pagina 10233.
147.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10238.
148.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10151.
149.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10152.
150.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10162.
151.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10176.
152.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10241.
153.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10270.
154.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06, AH071, pagina 10276.
155.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10268.
156.Tapgesprek rol [medeverdachte 6] op 18-06-2020, [nummer 14], ZD06, pagina 10627.
157.Proces-verbaal bevindingen mbt lab [plaats 2] op 11 augustus 2020, ZD01, AH084, pagina 3766.
158.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10125.
159.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10163 ev.
160.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10163 en 10169.
161.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10177.
162.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10276.
163.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10101 ev.
164.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10056.
165.Proces-verbaal relaas zaaksdossier 01 [plaats 2] , pagina 3270 en 3271
166.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10138.
167.Proces-verbaal van bevindingen, ZD01, AH088, pagina 3909-3910.
168.Proces-verbaal van bevindingen inhoud chats [medeverdachte 9] , ZD06, AH196, pagina 10368.
169.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10387 en 10397.
170.Proces-verbaal van bevindingen doorzoekingsresultaten [adres 1] [plaats 4] , pagina 7068 ev.
171.Een geschrift zijnde een verkort rapport explosievenonderzoek aan betwist vuurwerk van het Nederlands Forensisch Instituut, ZD03, pagina 7619 ev.
172.Proces-verbaal verhoor getuige van de Bunt, ZD03, pagina 7130.
173.Proces-verbaal verhoor getuige van de Bunt, ZD03, pagina 7157.
174.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10222.
175.Proces-verbaal van bevindingen doorzoekingsresultaten [adres 1] [plaats 4] , ZD03, pagina 7068 ev.
176.Proces-verbaal nr. GE.60.LA.032118/2020, dossier Gruutlab, map 1, pagina 6.
177.Proces-verbaal nr.006791/2020, dossier Gruutlab, map 1, pagina 68.
178.Proces-verbaal nr.006847/2020, dossier Gruutlab, map 1 pagina 62.
179.Proces-verbaal nr.006847/2020, dossier Gruutlab, map 1 pagina 64.
180.Een geschrift zijnde een deskundigenrapport van het NICC, dossier Gruutlab, map 42, pagina 33 ev.
181.Proces-verbaal 102954/2021, Gruutlab map 4, pagina 106-114.
182.Proces-verbaal 102954/2021, Gruutlab map 4, pagina 112-113.
183.Proces-verbaal 008340/2020 pagina PDF 64, proces-verbaal 008341/2020 pagina PDF 97 en proces-verbaal 008684/2020, pagina PDF 78, dossier Gruutlab map 2.
184.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10175.
185.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10184.
186.Proces-verbaal 102962/2021, Gruutlab map 4, pagina 49.
187.Proces-verbaal bevindingen beeldvergelijking encrochat en FO, ZD06, AH143, pagina 10286 ev.
188.Relaas Gruutlab, map 1 pagina 109, met verwijzing naar PV102961/2021.
189.zie processen -verbaal 006871/2020 Map 1 PDF pagina 122 en 008684/2020 Map 2 PDF pagina 75.
190.Relaas Gruutlab, map 1 pagina 114, met verwijzing naar PV102961/2021.
191.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10190.
192.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10191.
193.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10197.
194.Proces-verbaal 102963/2021, Gruutlab map 4, pagina 264.
195.Proces-verbaal 102963/2021, Gruutlab map 4, pagina 265.
196.Proces-verbaal van bevindingen onderzoek Encrochat, ZD06 AH071, pagina 10200.
197.Proces-verbaal contacten [medeverdachte 7] met organisatie [verdachte] , ZD06, AH154, pagina 10318.
198.Proces-verbaal contacten [medeverdachte 7] met organisatie [verdachte] , ZD06, AH154, pagina 10 321 ev.
199.Proces-verbaal contacten [medeverdachte 7] met organisatie [verdachte] , ZD06, AH154, pagina 10323.
200.Proces-verbaal 102960/2021, Gruutlab map 4, pagina 100-101.
201.Proces-verbaal nummer 110851/2021 federale gerechtelijke politie Oost-Vlaanderen-7316 met bijlagen, Gruutlab map 8, deel 1 pagina 117.
202.Proces-verbaal nummer 110851/2021 federale gerechtelijke politie Oost-Vlaanderen-7316 met bijlagen, Gruutlab map 8, deel 1 pagina 119.
203.Proces-verbaal nummer 110851/2021 federale gerechtelijke politie Oost-Vlaanderen-7316 met bijlagen, Gruutlab map 8, deel 1 pagina 120.
204.Proces-verbaal nummer 110851/2021 federale gerechtelijke politie Oost-Vlaanderen-7316 met bijlagen, Gruutlab map 8, deel 1 pagina 126 ev.