Uitspraak
[gedaagde],
te [woonplaats] ,
1.De procedure
- de mondelinge behandeling van 8 mei 2024, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt,
- de spreekaantekeningen van mr. Van den Berg,
- de spreekaantekeningen van mr. Pinners,
- de aanhouding ten behoeve van schikkingsonderhandelingen,
2.Waar gaat deze zaak over?
3.De feiten
4.Het geschil
5.De beoordeling
“een industrieel apparaat”aanwezig is dat bonkende of tikkende geluiden maakt, valt naar het oordeel van de voorzieningenrechter niet te verwachten dat [gedaagde] de overlast zal (blijven) staken. Bovendien belemmert [gedaagde] de uitvoering van het aanbod van DeltaWonen om een geluidsonderzoek in zijn woning uit te voeren om vast te stellen in hoeverre de ervaring van [gedaagde] op werkelijkheid berust. [gedaagde] heeft, door overlast te veroorzaken en medewerkers van DeltaWonen te beledigen en bedreigen, in strijd gehandeld met artikel 6.3 en 6.6 van de algemene voorwaarden en zich niet als goed huurder gedragen als bedoeld in artikel 7:213 BW. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter is het voldoende aannemelijk dat de door [gedaagde] veroorzaakte overlast zo ernstig is dat de bodemrechter de huurovereenkomst zal ontbinden. Zij weegt daarbij de niet betwiste stelling van DeltaWonen mee dat twee voormalig bewoners van het appartement vanwege de overlast van [gedaagde] zijn verhuisd. Dat betekent dat daarop vooruitlopend de ontruiming gerechtvaardigd is. Een belangenafweging kan niet in het voordeel van [gedaagde] uitvallen.