3.1.De vordering
[eiser] vordert samengevat om, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad,
voor recht te verklaren dat de rapportages van psychiater De Mooij van 13 september 2021 en 16 augustus 2022 hebben te gelden als bindend tussen partijen overeengekomen expertises en dat de uitkomsten daarvan het causaal verband bepalen tussen het [eiser] op 16 augustus 2016 overkomen ongeval en de klachten en beperkingen, die zij daardoor heeft en die door deze deskundige zijn bepaald;
voor recht te verklaren dat deze deskundige in zijn rapportage van 16 augustus 2022 heeft bepaald dat er sprake is van een medische eindtoestand en dat er volgens deze deskundige geen verbetering meer te verwachten is en dat dit heeft te gelden tussen partijen;
voor recht te verklaren dat het advies van medisch adviseur Van der Vet van 21 november 2022 niet voldoet aan de criteria, die gesteld mogen worden aan een deugdelijk vervaardigd en onderbouwd medisch advies;
voor recht te verklaren dat de handelwijze van gedaagden om zich wel te beroepen op dit advies, maar het niet te willen overleggen, onrechtmatig is jegens [eiser], althans in strijd met (de geest van) de Gedragscode Behandeling Letselschade;
gedaagden hoofdelijk, des dat de één betalende de ander zal zijn bevrijd, te veroordelen tot vergoeding van de immateriële schade die [eiser] door de handelwijze van gedaagden zoals verwoord onder 3 en 4 van dit petitum heeft geleden, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet;
te verklaren voor recht dat het verlies aan verdienvermogen van [eiser] dient te worden berekend vanaf datum ongeval tot aan haar AOW-gerechtigde leeftijd, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet en dat er geen grondslag is deze letselschade (zaak: toevoeging ktr) langer aan te houden, zoals door gedaagden betoogd;
gedaagden hoofdelijk, des dat de één betalende de ander zal zijn bevrijd, te veroordelen tot vergoeding van die schade als nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet, met veroordeling in de wettelijke rente over de schade, met verrekening van reeds gedane voorschotbetalingen;
gedaagden hoofdelijk, des dat de één betalende de ander zal zijn bevrijd, te veroordelen in de kosten van de procedure en in de nakosten.