Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.Het onderzoek op de terechtzitting
2.De tenlastelegging
feit 1 primair), dan wel een poging daartoe heeft gedaan (
feit 1 subsidiair). Daarnaast wordt hem verweten dat hij op 1 april 2023 een bedrijfsinbraak heeft gepleegd waarbij hij meerdere goederen heeft gestolen (
feit 2). Verder wordt verdachte verweten dat hij op 22 januari 2024 een bedrijfsinbraak heeft gepleegd waarbij hij geld heeft gestolen (
feit 3).
- een ruit aan de achterzijde van het pand van voornoemde Apotheek heeft vernield,
- (vervolgens) in voornoemd pand heeft rondgelopen en/of voornoemd pand heeft doorzocht,
- (vervolgens) één of meerdere kasten en/of lades heeft opengemaakt en/of opengebroken en/of doorzocht,
- één of meerdere doosjes medicatie heeft gepakt,
- één kassa heeft opengemaakt,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
3.De bewijsmotivering
- de (bekennende) verklaring van verdachte, afgelegd tijdens het onderzoek ter terechtzitting van 30 april 2024;
- het proces-verbaal aangifte van 2 april 2023, pagina’s 30 en 31;
- het proces-verbaal aanvullend verhoor aangever van 3 april 2023, pagina 34;
- de (bekennende) verklaring van verdachte, afgelegd tijdens het onderzoek ter terechtzitting van 30 april 2024;
- het proces-verbaal aangifte van 1 april 2023, pagina 37;
- het proces-verbaal aanvullend verhoor aangever van 3 april 2023, pagina 41;
- het proces-verbaal van bevindingen van 3 april 2023, pagina 73;
- de (bekennende) verklaring van verdachte, afgelegd tijdens het onderzoek ter terechtzitting van 30 april 2024;
- het proces-verbaal aangifte van 23 januari 2024, pagina 5.
4.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak.
5.De strafbaarheid van verdachte
6.De strafmotivering
7.De in beslag genomen voorwerpen
8.De schade van benadeelde partij
9.De vordering tenuitvoerlegging (met parketnummer 10-063810-19)
10.De toegepaste wettelijke voorschriften
11.De beslissing
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak;
gevangenisstrafvoor de duur van
12 (twaalf) maanden;
3 (drie) maanden niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de verdachte voor het einde van de
proeftijd van 3 (drie) jarende navolgende voorwaarden niet is nagekomen:
algemene voorwaardedat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
bijzondere voorwaardendat verdachte:
- zich gedurende de proeftijd meldt op afspraken bij Tactus Reclassering, zo vaak, waar en zolang de reclassering dat nodig vindt om het reclasseringstoezicht uit te voeren;
- zich (ambulant) laat behandelen bij de forensische polikliniek JusTact of een soortgelijke zorgverlener, ter beoordeling van de reclassering. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Indien de reclassering dit nodig acht, kan zij een indicatiestelling aanvragen voor een kortdurende klinische opname voor crisisbehandeling, detoxificatie, stabilisatie, observatie of diagnostiek. Als de voor indicatie verantwoordelijke instantie een kortdurende klinische opname indiceert, laat verdachte zich, na goedkeuring door een rechter, opnemen in een zorginstelling, te bepalen door de justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing. De kortdurende klinische opname duurt maximaal zeven weken of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorginstelling dat nodig vindt;
- gedurende de proeftijd verblijft in een instelling voor beschermd wonen of begeleid wonen/maatschappelijke opvang, te bepalen door de reclassering. Het verblijf duurt zolang de reclassering dat nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld;
- zich gedurende de proeftijd inspant voor het vinden en behouden van betaald werk, onbetaald werk en/of vrijetijdsbesteding met een vaste structuur;
- meewerkt aan controle op het gebruik van alcohol en drugs door middel van urineonderzoek en/of ademonderzoek (blaastest) om het (eventueel) middelengebruik te beheersen, indien, zo vaak en zolang als de reclassering dit nodig vindt;
toezichtte houden op de naleving van de voorwaarden en verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden; daarbij gelden als voorwaarden van rechtswege dat verdachte:
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, Sr, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht daaronder begrepen;
benadeelde partij [bedrijf 2]in het geheel
niet-ontvankelijkis in de vordering en dat de benadeelde partij de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
verklaart verbeurdde in beslag genomen geldbedragen van
€ 105,50en
€ 110,--.
tenuitvoerleggingvan de bij vonnis van 4 december 2020 van de rechtbank Rotterdam voorwaardelijk opgelegde
gevangenisstrafvoor de duur van 146 dagen.