-gelet op het gemeentelijk (ruimtelijk) beleid, het bouwproject nooit op deze wijze vergund had mogen worden. Het ruimtelijk beleid, zou volgens verzoekers bestaan uit de omliggende woonbestemmingen, de groenbestemming en het beeldkwaliteitsplan uit het bestemmingsplan “Ommen, Oost, Boerenerven”, zoals vastgesteld op 7 maart 2014.
-de aanvraag getoetst had moeten worden aan de Omgevingsverordening Overijssel 2024 en hiermee in strijd is;
-in het rapport ten aanzien van de berekening van stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden van Eelerwoude niet van de juiste uitgangspunten is uitgegaan;
-de Quickscan Wet natuurbescherming niet voldoende is voor een volledige beoordeling;
-in de ruimtelijke ordening de afwikkeling van de extra verkeersgeneratie onvoldoende duidelijk in kaart is gebracht;
Het bouwplan leidt tot een toename van het reeds bestaande tekort aan waterberging;
-er onvoldoende onderzoek is gedaan naar geluidshinder afkomstig van het gebruik van de flexwoningen op de omliggende woningen;
-uit de ruimtelijke onderbouwing niet blijkt of de benodigde 50 parkeerplaatsen ook daadwerkelijk worden gerealiseerd;
-het aansluiten van de flexwoningen op de reeds overbelaste drukriolering zal zorgen voor een verslechtering/overbelasting van publieke voorzieningen;
-verzoekers onevenredig in hun belangen worden geschaad omdat er onvoldoende naar alternatieve locaties is gekeken;
-bij de belangenafweging onvoldoende rekening is gehouden met het feit dat verzoekers zélf zich aan strikte bestemmings- en beeldkwaliteitsvereisen hebben moeten houden;
-de tijdelijkheid van de flexwoningen onvoldoende is gewaarborgd;
-er geen rekening is gehouden met de stankoverlast afkomstig van de mestberg van [adres 1] op de flexwoningen;
-dat er geen rekening is gehouden met de verlichting en geluid- en geuroverlast afkomstig van een paardenbak aan [adres 2] ;
-verzoekers omvangrijke planschade leiden.