De rechtbank is van oordeel dat de vordering van de vrouw in conventie als volgt kan worden toegewezen:
* de gemeenschappelijke woning aan [adres] wordt toebedeeld aan de man, waarbij
* de waarde van de woning wordt vastgesteld op een bedrag van € 215.000,-;
* de man de draagplicht heeft voor de aan de woning verbonden hypotheken;
* de man vanwege overbedeling aan de vrouw dient te betalen een bedrag gelijk aan de helft van de overwaarde van de woning berekend aan de hand van genoemde waarde, de hoogte van de huidige hypotheek en onder aftrek van de kosten van levering en ontslag uit de hoofdelijke aansprakelijkheid;
* dit onder de opschortende voorwaarde dat:
de man maximaal twee maanden na datum van de betekening van dit vonnis in het kader van de nieuwe financiering de vrouw met betrekking tot de oude financiering uit haar hoofdelijke aansprakelijkheid heeft doen ontslaan en de woning aan hem is geleverd;
dat, indien niet aan deze opschortende voorwaarde wordt voldaan:
* partijen binnen een maand na verloop van de termijn van twee maanden na betekening van dit vonnis over dienen gaan tot verkoop van de woning aan een derde waarbij de verkoopopdracht wordt verleend aan de makelaar die de taxatieopdracht heeft verkregen;
*dat de gerealiseerde verkoopopbrengst, na aftrek van hypotheek en kosten van verkoop en levering, gelijkelijk tussen partijen dient te worden verdeeld.
Dit alles met inachtneming van de door partijen gemaakte afspraak zoals weergegeven in rechtsoverweging 6.11 van het vonnis in deze procedure van 31 mei 2023.
Het komt de rechtbank redelijk voor dat de kosten van levering en ontslag uit de hoofdelijke aansprakelijkheid in beide situaties voor rekening van ieder bij helfte komen.
Ook heeft de rechtbank hierboven al geoordeeld dat de kosten van de taxatie door de deskundige door beide partijen bij helfte dienen te worden gedragen.
In voorgaand vonnis heeft de rechtbank reeds geoordeeld dat de in de notariële akte d.d. 18 maart 2019 genoemde geldlening bij Inbartère BV niet voor meer dan een bedrag ad € 7.804,33 in de onderlinge verhouding van partijen voor aansprakelijkheid en rekening van de vrouw komt en hieromtrent zal een verklaring voor recht worden gegeven.