9.De beslissing
- verklaart niet bewezen dat verdachte het primair ten laste gelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart bewezen dat verdachte het subsidiair ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
Subsidiair, het misdrijf: poging tot zware mishandeling;
- verklaart verdachte strafbaar voor het subsidiair bewezen verklaarde;
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
90 (negentig) dagen;
- bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte van
89 (negenentachtig) dagen niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de verdachte voor het einde van de
proeftijd van 3 (drie) jarende navolgende algemene voorwaarde niet is nagekomen:
- stelt als
algemene voorwaardedat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
De rechter kan de tenuitvoerlegging ook gelasten indien de verdachte gedurende de
proeftijd van 3 (drie) jarende navolgende bijzondere voorwaarden niet is nagekomen:
- stelt als
bijzondere voorwaardendat verdachte:
Meldplicht bij reclassering
Verdachte meldt zich bij Reclassering Nederland op het adres Dobbe 70-74, 8032 JX te
Zwolle. Verdachte blijft zich melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang
de reclassering dat nodig vindt;
Gedragsinterventie agressiebeheersing
Verdachte neemt actief deel aan de gedragsinterventie Alcohol en Geweld of een andere
gedragsinterventie die gericht is op agressiebeheersing en copingvaardigheden. De
reclassering bepaalt welke training het precies wordt. Verdachte houdt zich aan de
afspraken en aanwijzingen van de trainer/begeleider;
Ambulante behandeling
Indien de gedragsinterventie uitwijst dat een ambulante behandeling aansluitend
noodzakelijk is, dient verdachte zicht te laten behandelen door JusTact of Transfore of
een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling duurt de
gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan
de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling.
- draagt de reclassering op om toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
daarbij gelden als voorwaarden van rechtswege dat de verdachte:
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, Sr, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht daaronder begrepen;
- veroordeelt de verdachte tot een
taakstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid voor de duur van
180 (honderdtachtig) uren;
- beveelt, voor het geval dat de verdachte de taakstraf niet naar behoren verricht, dat
vervangende hechteniszal worden toegepast voor de duur van
90 (negentig) dagen;
- wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer] toe tot een bedrag van € 789,00 (bestaande uit € 139,00 materiële schade en € 650,00 immateriële schade);
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer] van een bedrag van € 789,00 (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 19 februari 2023);
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 789,00, (zegge: zevenhonderd negenentachtig euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf
19 februari 2023 ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 15 dagen kan worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- bepaalt dat de benadeelde partij [slachtoffer] voor een deel van € 100,00 niet-ontvankelijk is in de vordering, en dat de benadeelde partij de vordering voor dat deel slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Dit vonnis is gewezen door mr. C.J. de Jong, voorzitter, mr. S.H. Peper en mr. J. Souman, rechters, in tegenwoordigheid van mr. H.R. Lageveen, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 19 maart 2024.
Mr. S.H. Peper is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland met nummer PL0600-2023077350. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
1. Het proces-verbaal ter terechtzitting van 5 maart 2024, inhoudende de door verdachte afgelegde bekennende verklaring;
2. Het proces-verbaal aangifte van 23 februari 2023, pagina’s 5 tot en met 7, inhoudende de door [slachtoffer] afgelegde verklaring;
3. Het proces-verbaal bevindingen van 16 maart 2023 met betrekking tot het uitkijken van de camerabeelden, pagina’s 15 tot en met 18, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant 2];
4. Een schriftelijk stuk, te weten een medische verklaring van de huisartsenpost Deventer van 19 februari 2023, pagina 40;
5. Een schriftelijk stuk, te weten een geneeskundige verklaring van dr. P.G. Kapsenberg, huisarts te Deventer, van 16 juni 2023, dossierpagina 46;
6. Het (aanvullend) proces-verbaal bevindingen van 12 januari 2024 met betrekking tot het letsel van aangever [slachtoffer], inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant 1].