3.3.[eiser] en [gedaagde sub 2] hebben op 10 juli 2012 een vennootschapscontract (hierna: het vennootschapscontract) getekend. Hierin staan onder meer de volgende bepalingen opgenomen:
Artikel 8: Boekjaar, balans en winst- en verliesrekening
Lid 1: Het boekjaar van de vennootschap loopt van één januari tot en met eenendertig december.
Lid 2: Na afloop van elk boekjaar, alsmede bij het einde van de vennootschap in de loop van enig boekjaar, worden de boeken van de vennootschap afgesloten en wordt een balans en winst- en verliesrekening (hierna jaarrekening) opgemaakt. De vennoten tekenen deze ten bewijze van goedkeuring en van onderlinge décharge binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, of, ingeval de vennootschap eindigt, binnen drie maanden na het einde van de vennootschap.
Lid 3: Blijft een vennoot gedurende vier weken, nadat hij door de andere vennoot daartoe bij aangetekend schrijven is aangemaand, in gebreke bedoelde stukken te tekenen, dan zal - tenzij hij binnen genoemde termijn van vier weken zijn bezwaar daartegen bij aangetekend schrijven heeft kenbaar gemaakt - de handtekening van de andere vennoot ook voor hem verbindend zijn.
Lid 4: Worden, nadat een vennoot binnen genoemde termijn van vier weken zijn bezwaren tegen de jaarrekening aan de andere vennoot heeft medegedeeld, de vennoten het daarover niet eens, dan wordt dit geschil beslist overeenkomstig het bepaalde in artikel 18 van deze overeenkomst.
Lid 5: De jaarrekening zal ongeacht de ondertekening in ieder geval ten opzichte van een vennoot bindend zijn, na het verstrijken van één jaar na ontvangst hiervan, als in die periode door hem geen bezwaren schriftelijk aan de mede-vennoot of degene die de stukken vaststelt kenbaar zijn gemaakt.
Artikel 13: Einde vennootschap
De vennootschap eindigt:
a: indien de vennoten daartoe in onderling overleg besluiten en wel op het door hen bij dat besluit te bepalen tijdstip. Dit besluit moet schriftelijk worden vastgelegd en ondertekend;
b: door opzegging door een van de vennoten, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3;
(…)
Artikel 14: Liquidatie
Lid 1: Indien de vennootschap eindigt door opzegging, danwel in onderling overleg, zullen de zaken der vennootschap zo spoedig mogelijk door de vennoten worden geliquideerd, tenzij het bedrijf wordt voortgezet op de manier zoals hierna vermeld in artikel 15.
Lid 2: Bij het eindigen der vennootschap is ieder van de vennoten in het vermogen van de vennootschap gerechtigd, voor de bedragen waarvoor hij in de boeken der vennootschap is gecrediteerd, vermeerderd of verminderd met zijn aandeel in de winst of het verlies, gemaakt of geleden blijkens de overeenkomstig artikel 8 opgemaakte jaarrekening.
Lid 3: Op de na het eindigen der vennootschap op te maken balans zullen, tenzij schriftelijk onderling anders wordt overeengekomen, de activa worden gewaardeerd tegen de werkelijke waarde.
Lid 4: In de liquidatiewinst of het liquidatieverlies, casu quo de meerwaarde of de minderwaarde (één en ander indien van toepassing) zal door ieder der vennoten, met toepassing van de onder de artikelen 9 en 10 weergegeven winstverdeling worden deelgenomen.
Artikel 15: Voortzetting, overname en verblijven
Lid 1: Indien de vennootschap eindigt bestaat een recht tot voortzetting van het bedrijf van de vennootschap en wel:
a: In het geval als bedoeld in artikel 13 sub b voor de niet-opzeggende vennoot;
b: In het geval als bedoeld in artikel 12 lid 6 voor de opzeggende vennoot;
c: In een geval als bedoeld in artikel 13 sub c voor de overige vennoot;
d: In geval van ontbinding overeenkomstig het bepaalde in artikel 13 sub d voor de vennoot die met recht de ontbinding heeft/hebben ingeroepen.
Lid 2: De vennoot die aldus de zaken der vennootschap voortzet, dient zijn verlangen daartoe binnen drie maanden na het eindigen der vennootschap schriftelijk te kennen geven aan de andere vennoot of diens rechtverkrijgenden, op straffe van verval van het recht.
Lid 3: Het recht van voortzetting houdt in om alleen of met anderen de activiteit (eventueel met de handelsnaam)van de vennootschap voort te zetten onder verplichting (tevens een recht) alle tot het vennootschapsvermogen behorende vermogensbestanddelen over te nemen, zich te laten toedelen of, wat de schulden betreft voor zijn rekening te nemen en aan de andere vennoot of diens rechtsopvolgers in geld uit te keren de waarde van diens aandeel in dit vermogen.
Lid 4: Onder deze vermogensbestanddelen zijn begrepen die welke slechts in economische zin in de vennootschap zijn ingebracht, tenzij redelijkheid en billijkheid zich daar tegen verzet.
Lid 5: De vennoot die gebruik maakt van het recht tot voortzetting, kan het recht tot overneming bedoeld in lid 3, voor wat betreft juridische gemeenschappelijke zaken vervangen door het recht tot het (vertraagd) verblijven van deze vermogensbestanddelen aan hem, mits een daarop gerichte verklaring gelijktijdig wordt afgelegd met de mededeling bedoeld in lid 2. Door die verklaring verblijven deze vermogensbestanddelen aan hem onder soortgelijke verplichtingen als verbonden aan het recht van overneming of toedeling zulks obligatoir met terugwerkende kracht tot aan de datum van ontbinding, tenzij partijen in overleg een ander tijdstip kiezen.
Lid 6: De vennoten geven elkaar over en weer onherroepelijk volmacht om namens de volmacht- gever of diens rechtsopvolger(s) mee te werken aan de voor de overgang van het verblevene noodzakelijke levering.
Lid 7: De vennoot die de zaken van de vennootschap voortzet (daaronder begrepen verblijven/overname) is dan verplicht tot uitkering aan de uittredende vennoot of diens rechtverkrijgenden van het bedrag dat aan deze toekomt, overeenkomstig het in artikel 14 bepaalde, blijkens de daar bedoelde jaarrekening.
Lid 8: Deze uitkering zal echter niet anders kunnen worden gevorderd dan in 12 gelijke maandelijkse termijnen, waarvan de eerste zal verschijnen twee maanden na de dag van beëindiging van de vennootschap. Een en ander onverminderd dadelijke algehele opeisbaarheid ingeval van overlijden, faillissement, toepassing Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen, aanvraag van surséance van betaling, bij verzuim van de prompte voldoening door of ondercuratelestelling van de tot uitkering verplichte vennoot alsmede bij vervreemding door deze van de voortgezette onderneming.
Lid 9: Van het niet uitgekeerde bedrag zal een rente van 6% worden vergoed.