3.4.Voor de isolatieproblematiek heeft [partij A] een derde, Onderpand Vastgoedbeheer/ VochtAdvies Nederland, ingeschakeld, die na inspectie van het gehuurde op 6 september 2022 een rapport heeft opgemaakt waarin onder meer staat:
“
Vaststelling en conclusie:
- In de genoemde woningen is er met de endoscoop, op verschillende hoogtes op de begane
grond, in de spouw gekeken. In alle gevallen hebben wij UF-schuim aangetroffen.
- De woningen hebben in het oorspronkelijke woonhuis een houten vloer. Op de bodem is een klimaatdeken aangebracht. De klimaatdeken is niet de beste keuze voor op de bodem. Wanneer de folie beschadigd raakt komt er water in de isolatie en isoleert dan niet meer. Buiten dat is de isolerende werking matig.
In de aanbouw is een balken-broodjesvloer met aan de onderkant een eps-isolatie. Bij het
[adres 2] zijn er 4 a 5 cm dikke laag eps-korrels op de bodem aangebracht.
- De woningen zijn voorzien van kruipruimteventilatie. Het is niet overal voldoende omdat de tussenafstand maximaal 2,5 meter moet zijn. Bij de voordeuren ontbreekt het bijvoorbeeld al.
- De funderingen bij de uitbouw zijn opgemetseld met een kalkzandsteen die zéér nat meten. Dit wijst op een lekkende maaiveldzone. Ook bij de oorspronkelijke woning zien en meten we dat de maaiveldzone niet waterdicht is. Verder is te zien dat het voegwerk in het maaiveld slecht is. Het gevolg is dat er water in de spouw loopt. Wat nat wordt koelt af en veroorzaakt spouw condensatie met als gevolg natte spouwisolatie die niet isoleert.
Ook loopt het water in de begane grondvloer die daardoor vochtig tot nat wordt en ook hier
afkoelt.
- Op de zijgevel van [adres 1] is de Karstenbuistest gedaan. In 2 minuten mag er maximaal 2 ml water opgenomen worden door de steen en of voeg. De steen neemt ca. 1,2 ml op maar de voeg meer dan 5 ml. M.a.w. de voeg is dus lek. Ook hierdoor loopt er water in de isolatie.
- De aanbouwen zijn opgebouwd met HSB en voorzien van een gevelplaat. Het lood aan de
onderkant van de gevelplaat loopt door tot in het maaiveld en is daardoor capillair en hierdoor meten de gevelplaten aan de onderkant nat.
- Bij de [adres 1], de woning van de heer [partij B 1], waar hij zelf met een endoscoop de spouw heeft gecontroleerd en aan gaf dat er géén isolatie zit, troffen wij deze wel aan. Wij zijn hier een stap verder gegaan en hebben een steen in zijn geheel verwijderd zodat de isolatie zichtbaar werd. Nu kon meteen de kwaliteit van de UF-schuim worden gecontroleerd.
We stelden vast dat deze zeker verpulverd en daardoor van onvoldoende kwaliteit is. Ook gaf
de heer [partij B 1] aan dat zijn muur (noordwesten) in de woonkamer nat c.q. klam zou zijn. Wij
meten de muur droog. Door de eerder genoemde gebreken waarbij de isolatie onvoldoende is koelt de muur binnen sterk af en voelt dus koud.
- De heer [partij B 1] stuurde een rapport met o.a. infrarood opnames van de gevels die op 12 april 2021 zijn gemaakt. Hier kan geen enkele waarde aan worden gehecht omdat ze van de
noordwest gevel zijn en aan het eind van de middag zijn gemaakt. In het westen gaat de zon
onder en heeft dus invloed op de gevel. Verder staat er geen enkele instellingswaarde en zijn
ze van slechte kwaliteit.
- Om te beginnen zorgen dat er geen water naar binnen komt door de maaiveldzone door deze te voorzien van een UV-bestendige bitumen.
- Het bijplaatsen van kruipruimteventilatie met een maximale afstand van 2,5 meter.
- Het verwijderen van het UF-schuim en de spouw opnieuw na-isoleren.
- De gevels reinigen en impregneren middels de vloeitechniek.
- De kruipruimte voorzien van een goede isolatie. Te adviseren is een minimaal 35 cm dikke
polystyreen chip. Het is voordelig, vocht bestendig en de kruipruimte blijft toegankelijk voor
een eventuele reparatie.
- Het lood aan de onderzijde van de gevelplaten inkorten dusdanig dat er geen contact met het maaiveld kan zijn.
- Om een goed beeld van de woningen te krijgen kunnen, vooraf aan het herstel, er
infraroodopnames gemaakt worden en een blowerdoortest gedaan worden om luchtlekkages
zichtbaar te krijgen.
Door bijvoorbeeld twee woningen hiervoor aan te wijzen is er een goed beeld te vormen.
Infrarood opnames dienen voor zonsopgang te worden gemaakt waarbij er niet teveel wind
mag staan, de nachttemperatuur onder de 10°C moet zijn en het niet regent.”.