ECLI:NL:RBOVE:2023:5306

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
22 december 2023
Publicatiedatum
22 december 2023
Zaaknummer
08.109805.23, 15.025791.23, 16.338741.21 (TUL) en 10.121667.22 (TUL) (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor oplichting en diefstal van bejaarde slachtoffers met valse hoedanigheid

Op 22 december 2023 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan oplichting en diefstal. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 20 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk, en heeft hem verplicht tot het betalen van schadevergoeding aan de slachtoffers. De verdachte is schuldig bevonden aan het medeplegen van oplichting en diefstal in vereniging, waarbij hij zich voordeed als bankmedewerker om bejaarde slachtoffers te misleiden en hen te bewegen tot het afgeven van hun bankpassen en waardevolle goederen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte samen met anderen bij herhaling deze misdrijven heeft gepleegd, waarbij hij gebruik maakte van listige kunstgrepen en valse hoedanigheden. De rechtbank heeft de ernst van de feiten benadrukt, vooral gezien het kwetsbare karakter van de slachtoffers, en heeft rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn jeugdige leeftijd en eerdere veroordelingen voor soortgelijke feiten. De rechtbank heeft ook bijzondere voorwaarden opgelegd voor de voorwaardelijke straf, waaronder meldplicht bij de reclassering en deelname aan behandelingen.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummers: 08.109805.23, 15.025791.23, 16.338741.21 (TUL) en 10.121667.22 (TUL) (P)
Datum vonnis: 22 december 2023
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 2003 in [geboorteplaats],
wonende aan de [woonplaats],
nu verblijvende in de P.I. Veenhuizen, locatie Norgerhaven

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van 12 oktober 2023 en van 11 december 2023.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie
mr. L. Ruessink en van wat door verdachte en zijn raadsvrouw mr. S.C. Kanhai, advocaat in Almere, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, na wijziging van de tenlastelegging onder parketnummer 15.025791.23 van 11 december 2023 en na wijziging van de tenlastelegging onder parketnummer 08.109805.23 als bedoeld in artikel 314a van het Wetboek van Strafvordering (Sv) van 11 december 2023, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
parketnummer 15.025791.23
feit 1:op 11 maart 2022 in Badhoevedorp al dan niet samen met anderen [slachtoffer 1] (hierna [slachtoffer 1]) heeft opgelicht door zich voor te doen als een bankmedewerker en haar te bewegen tot het afgeven van haar iPhone en pinpas om daarmee te pinnen, dan wel (subsidiair) op 11 maart 2022 te Badhoevedorp al dan niet samen met anderen geld heeft gestolen van [slachtoffer 1] door onbevoegd te pinnen;
feit 2:op 14 maart 2022 in Badhoevedorp al dan niet samen met anderen [slachtoffer 2] (hierna [slachtoffer 2]) heeft opgelicht door zich voor te doen als een bankmedewerker en haar te bewegen tot het afgeven van haar iPad en pinpas om daarmee te pinnen, dan wel (subsidiair) op 14 maart 2022 te Badhoevedorp al dan niet samen met anderen geld heeft gestolen van [slachtoffer 2] door onbevoegd te pinnen;
feit 3:op 14 maart 2022 te Badhoevedorp al dan niet samen met anderen sieraden en een horloge heeft gestolen van [slachtoffer 2];
parketnummer 08.109805.23
feit 1:op 26 april 2023 in Kampen al dan niet samen met anderen [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] (hierna [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4]) heeft opgelicht door zich voor te doen als een bankmedewerker en hen te bewegen tot het afgeven van contant geld, sieraden en hun pinpassen en pincodes om daarmee geld te pinnen, dan wel (subsidiair) medeplichtig is geweest aan die oplichting gepleegd door [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] door een auto te faciliteren en/of te besturen, dan wel (meer subsidiair) al dan niet samen met een ander contant geld en sieraden heeft geheeld;
feit 2:op 26 april 2023 in Kampen al dan niet samen met anderen geld heeft gestolen van [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] door onbevoegd te pinnen;
feit 3:op 26 april 2023 in IJsselmuiden al dan niet samen met anderen [slachtoffer 7] (hierna [slachtoffer 7]) heeft opgelicht door zich voor te doen als een bankmedewerker en haar te bewegen tot het afgeven van contant geld, sieraden en haar pinpas en pincode om daarmee geld te pinnen, dan wel (subsidiair) medeplichtig is geweest aan die oplichting gepleegd door [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] door een auto te faciliteren en/of te besturen, dan wel (meer subsidiair) al dan niet samen met een ander contant geld en sieraden heeft geheeld;
feit 4:op 26 april 2023 in IJsselmuiden al dan niet samen met anderen geld heeft geprobeerd te stelen van [slachtoffer 7] door onbevoegd te pinnen en daarbij meerdere keren een foutieve pincode in te voeren.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
parketnummer 15.025791.23
1
hij op of omstreeks 11 maart 2022 te Badhoevedorp, gemeente Haarlemmermeer,
althans in Nederland
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of
door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
[slachtoffer 1] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en/of geld, het verlenen van
een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld
en/of het teniet doen van een inschuld, te weten het afgeven van haar
bankpas/creditcard en/of pincode(s) en/of inloggegevens voor internetbankieren
en/of toegangscode(s) en/of haar Iphone, door
- die [slachtoffer 1] te bellen en zich voor te doen als een bankmedewerker, en/of
- die [slachtoffer 1] te vertellen dat iemand een geldbedrag van haar rekening naar
België probeerde over te maken en/of
- die [slachtoffer 1] te vertellen dat haar bankpas door een koerier werd opgehaald en/of
- zich naar de woning van die [slachtoffer 1] te begeven, en/of
- bij die [slachtoffer 1] aan te bellen, en/of
- zich aan de deur voor te doen als bankmedewerker en/of de koerier en/of
- een toegangscode/controlecode te noemen, en/of
- de bankpassen van die [slachtoffer 1] door midden te knippen en/of
- te vragen naar de Iphone van die [slachtoffer 1] en/of
- de woning te betreden om uiteindelijk de bankpassen en/of Iphone mee te nemen
en/of
- met de verkregen bankpassen en/of gegevens geld te pinnen en/of
- met de verkregen bankpassen en/of gegevens goederen aan te schaffen;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 11 maart 2022 te Amsterdam en/of Badhoevedorp, althans in Nederland, meermalen, althans eenmaal,
(telkens) geld (in totaal 4.250,- euro), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 1], in elk geval aan een ander dan aan verdachte toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat weg te nemen geld onder zijn/haar/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel,
door (onbevoegd) gebruik te maken van een pinpas en/of van een bijbehorende pincode;
2
hij op of omstreeks 14 maart 2022 te Badhoevedorp, gemeente Haarlemmermeer,
althans in Nederland
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of
door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
[slachtoffer 2] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en/of geld, het verlenen
van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een
schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten het afgeven van haar
bankpas en/of pincode(s) en/of inloggegevens voor internetbankieren en/of
toegangscode(s) en/of haar Ipad, door
- die [slachtoffer 2] te bellen en zich voor te doen als een bankmedewerker, en/of
- die [slachtoffer 2] te vertellen dat zij een virus op haar telefoon of Ipad en/of
- die Lenaards te vertellen dat een bankmedewerker bij de woning zou langskomen
en/of
- zich naar de woning van die [slachtoffer 2] te begeven, en/of
- bij die [slachtoffer 2] aan te bellen, en/of
- zich aan de deur voor te doen als bankmedewerker en/of de koerier en/of
- een toegangscode/controlecode te noemen, en/of
- de bankpassen van die [slachtoffer 2] door midden te knippen en/of
- te vragen naar de Ipad van die [slachtoffer 2] en/of
- de woning te betreden om uiteindelijk de bankpassen en/of Ipad mee te nemen
en/of
- met de verkregen bankpassen en/of gegevens geld te pinnen en/of
- met de verkregen bankpassen en/of gegevens goederen aan te schaffen;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 14 maart 2022 te Amsterdam, althans in Nederland, meermalen, althans eenmaal,
(telkens) geld (in totaal 6.990,- euro), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander dan aan verdachte toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat weg te nemen geld onder zijn/haar/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel,
door (onbevoegd) gebruik te maken van een pinpas en/of van een bijbehorende
pincode;
3
hij op of omstreeks 14 maart 2022 te Badhoevedorp, gemeente Haarlemmermeer
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
sieraden en/of een horloge, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan
[slachtoffer 2], in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen uit de woning met het oogmerk
om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
parketnummer 08.109805.23
1
hij op of omstreeks 26 april 2023 te Kampen, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
meermalen, althans eenmaal,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te
bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse
hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een
samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4], heeft en/of
hebben bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een
dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een
schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten de afgifte van
- een of meerdere vijftig (50) euro biljetten, althans enig geldbedrag,
- een of meerdere (gouden) sieraden en/of
- een of meerdere bankpassen en/of (bijbehorende) pincode(s),
door:
- die [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] telefonisch te benaderen en zich voor te
doen als medewerker van een bank,
- die [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] te melden dat er sprake zou zijn van een
back en/of ongebruikelijke transacties zouden plaatsvinden op de
bankrekening(en) van die [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4],
- die [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] te melden dat zij iemand zouden langs
sturen om de bankpas(sen) op te halen,
- die [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] hierbij een code te geven ter verificatie,
- met een of meer mededaders naar de woning van die [slachtoffer 3] en/of
[slachtoffer 4] toe te rijden/gaan,
- bij die [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] aan de deur te komen en/of
voornoemde code door te geven,
- die [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] te melden dat er twee verdachte types in de
wijk rondreden, maar deze kortgeleden waren aanhouden door de
politie,
- die [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] te melden dat hij voor de zekerheid de
bankpas(sen) nodig had, deze bankpas(sen) (vervolgens) door te
knippen en/of
- bij die Meyb erg en/of [slachtoffer 4] een of meerdere vijftig (50) euro
biljetten, althans enig geldbedrag, een of meerdere bankpassen en/of
(bijbehorende) pincode, een gouden armband met kleine kraaltjes, een
lange, gouden ketting met medaillon met een rode steen, een gouden
dames horloge en/of een gouden herenring in ontvangst te nemen en/of
mee te nemen;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
[slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] en/of een of meer onbekend
gebleven dader(s) op of omstreeks 26 april 2023 te Kampen, althans in
Nederland,
meermalen, althans eenmaal,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te
bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse
hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een
samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4], heeft en/of
hebben bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een
dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een
schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten de afgifte van
- een of meerdere vijftig (50) euro biljetten, althans enig geldbedrag,
- een of meerdere (gouden) sieraden en/of
- een of meerdere bankpassen en/of (bijbehorende) pincode(s),
door:
- die [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] telefonisch te benaderen en zich voor te
doen als medewerker van een bank,
- die [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] te melden dat er sprake zou zijn van een
hack en/of ongebruikelijke transacties zouden plaatsvinden op de
bankrekening(en) van die [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4],
- die [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] te melden dat zij iemand zouden langs
sturen om de bankpas(sen) op te halen,
- die [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] hierbij een code te geven ter verificatie,
- met een of meer mededaders naar de woning van die [slachtoffer 3] en/of
[slachtoffer 4] toe te rijden/gaan,
- bij die [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] aan de deur te komen en/of
voornoemde code door te geven,
- die [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] te melden dat er twee verdachte types in de
wijk rondreden, maar deze kortgeleden waren aanhouden door de
politie,
- die [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] te melden dat hij voor de zekerheid de
bankpas(sen) nodig had, deze bankpas(sen) (vervolgens) door te
knippen en/of
- bij die [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] een of meerdere vijftig (50) euro
biljetten, althans enig geldbedrag, een of meerdere bankpassen en/of
(bijbehorende) pincode, een gouden armband met kleine kraaltjes, een
lange, gouden ketting met medaillon met een rode steen, een gouden
dames horloge en/of een gouden herenring in ontvangst te nemen en/of
mee te nemen,
hij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte op een of meer
tijdstippen op of omstreeks 26 april 2023 te Kampen, althans in
Nederland,
opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid,
middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door
- een (personen)auto te faciliteren en/of
- een (personen)auto te besturen en die (personen)auto in de
(onmiddellijke) nabijheid van de plaats van het misdrijf te
plaatsen/parkeren zodat het voor zijn mededader(s) na het plegen van
voornoemd feit gemakkelijk zou zijn om in te stappen en verdachte
daarna direct weg zou kunnen rijden;
meer subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 26 april 2023 te Kampen, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
meermalen, althans eenmaal,
een of meerdere vijftig (50) euro biljetten, althans enig geldbedrag, en/of
een of meerdere (gouden) sieraden,
althans een goed heeft verworven, voorhanden heeft gehad, en/of heeft
overgedragen,
terwijl hij en zijn mededader(s) ten tijde van de verwerving of het
voorhanden krijgen van dit goed wist(en), althans redelijkerwijs
had(den) moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed
betrof;
2
hij op of omstreeks 26 april 2023 te Kampen, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
meermalen, althans eenmaal,
een of meerdere geldbedragen (van in totaal 700 euro), althans enig
geldbedrag, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 3]
en/of [slachtoffer 4], in elk geval aan een ander dan aan verdachte
en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft en/of hebben
weggenomen (telkens) met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe
te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich (telkens) de
toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of
dat/die weg te nemen geldbedrag(en) onder zijn/haar/hun bereik
heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, door (telkens)
een bankpas en (bijbehorende) pincode, tot welk gebruik hij, verdachte,
en/of zijn mededaders, niet gerechtigd was/waren, te gebruiken;
3
hij op of omstreeks 26 april 2023 te Ijsselmuiden, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
meermalen, althans eenmaal,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te
bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse
hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een
samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 7], heeft en/of hebben
bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter
beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het
teniet doen van een inschuld, te weten de afgifte van
- een of meerdere vijftig (50) euro biljetten (van in totaal 700 euro),
althans enig geldbedrag,
- een of meerdere (gouden) sieraden, waaronder een gouden
bedelarmband, en/of
- een of meerdere bankpassen en/of (bijbehorende) pincode(s),
door
- die [slachtoffer 7] telefonisch te benaderen en zich voor te doen als
medewerker van een bank,
- die [slachtoffer 7] te melden dat er sprake zou zijn van een hack en/of
ongebruikelijke transacties zouden plaatsvinden op de
bankrekening(en) van die [slachtoffer 7],
- die [slachtoffer 7] te melden dat zij iemand zouden langs sturen om haar
verder te helpen,
- met een of meer mededaders naar de woning van die die [slachtoffer 7]
toe te rijden/gaan,
- bij die [slachtoffer 7] aan de deur te komen,
- die [slachtoffer 7] te melden alle spullen van waarde van die [slachtoffer 7] te
willen bewaren en/of te vragen naar geld en/of een ring,
- die [slachtoffer 7] te melden dat haar dochter later die avond nog verder
komt helpen en/of
- hij die [slachtoffer 7] een of meerdere vijftig (50) euro biljetten, althans
enig geldbedrag, een of meerdere bankpassen en/of bijbehorende
pincode, (gouden) sieraden, waaronder een gouden bedelarmband, in
ontvangst te nemen en/of mee te nemen;
(art 326 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van
Strafrecht
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
[slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] en/of een of meer onbekend
gebleven dader(s) op of omstreeks 26 april 2023 te Ijsselmuiden, althans
in Nederland,
meermalen, althans eenmaal,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te
bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse
hoedanigheid en/of door listige kunstgreperi en/of door een
samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 7], heeft bewogen tot de
afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking
stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen
van een inschuld, te weten de afgifte van
- een of meerdere vijftig (50) euro biljetten (van in totaal 700 euro),
althans enig geldbedrag,
- een of meerdere (gouden) sieraden, waaronder een gouden
bedelarmband en/of
- een of meerdere bankpassen en/of (bijbehorende) pincode(s),
door
- die [slachtoffer 7] telefonisch te benaderen en zich voor te doen als
medewerker van een bank,
- die [slachtoffer 7] te melden dat er sprake zou zijn van een hack en/of
ongebruikelijke transacties zouden plaatsvinden op de
bankrekening(en) van die [slachtoffer 7],
- die [slachtoffer 7] te melden dat zij iemand zouden langs sturen om haar
verder te helpen,
- met een of meer mededaders naar de woning van die die [slachtoffer 7]
toe te rijden/gaan,
- bij die [slachtoffer 7] aan de deur te komen,
- die [slachtoffer 7] te melden alle spullen van waarde van die [slachtoffer 7] te
willen bewaren en/of te vragen naar geld en/of een ring,
- die [slachtoffer 7] te melden dat haar dochter later die avond nog verder
komt helpen en/of
- bij die [slachtoffer 7] een of meerdere vijftig (50) euro biljetten, althans
enig geldbedrag, een of meerdere bankpassen en/of bijbehorende
pincode, (gouden) sieraden, waaronder een gouden bedelarmband, in
ontvangst te nemen en/of mee te nemen,
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte op een of meer
tijdstippen op of omstreeks 26 april 2023 te Ijsselmuiden, althans in
Nederland,
opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid,
middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door
- een (personen)auto te faciliteren en/of
- een (personen)auto te besturen en die (personen)auto in de
(onmiddellijke) nabijheid van de plaats van het misdrijf te
plaatsen/parkeren zodat het voor zijn mededader(s) na het plegen van
voornoemd feit gemakkelijk zou zijn om in te stappen en verdachte
daarna direct weg zou kunnen rijden;
meer subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 26 april 2023 te Ijsselmuiden, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
meermalen, althans eenmaal,
een of meerdere vijftig (50) euro biljetten, althans enig geldbedrag, en/of
een of meerdere (gouden) sieraden,
althans een goed heeft verworven, voorhanden heeft gehad, en/of heeft
overgedragen,
terwijl hij en zijn mededader(s) ten tijde van de verwerving of het
voorhanden krijgen van dit goed wist(en), althans redelijkerwijs
had(den) moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed
betrof;
4
hij op of omstreeks 26 april 2023 te Ijsselmuiden, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
meermalen, althans eenmaal,
ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s)
voorgenomen misdrijf om een of meerdere geldbedragen, in elk geval
enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 7], in elk geval aan
een ander dan aan verdachte en/of zijn/haar mededader(s)
toebehoorde(n) weg te nemen met het oogmerk om het zich
wederrechtelijk toe te eigenen en zich de toegang tot de plaats van het
misdrijf te verschaffen en/of dat/die weg te nemen goed/goederen
onder zijn/haar/hun bereik te brengen door middel van een valse
sleutel, immers heeft hij en/of zijn mededader(s),
een bankpas tot welk gebruik hij, verdachte, en/of zijn mededader(s),
niet gerechtigd waren, aangeboden bij een geldautomaat en (vervolgens)
een of meermalen een (foutieve) pincode ingevoerd, terwijl de
uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.

3.De bewijsmotivering

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
Ten aanzien van het parketnummer 15.025791.23
De officier van justitie heeft het standpunt ingenomen dat verdachte vrijgesproken dient te worden van de onder 1 primair, 2 primair en 3 ten laste gelegde feiten. De officier van justitie heeft gesteld dat de onder 1 subsidiair en onder 2 subsidiair ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend kunnen worden bewezen.
Ten aanzien van parketnummer 08.109805.23
De officier van justitie heeft het standpunt ingenomen dat de feiten zoals onder 1 primair, 2, 3 primair en 4 ten laste zijn gelegd wettig en overtuigend kunnen worden bewezen.
3.2
Het standpunt van de verdediging
Ten aanzien van het parketnummer 15.025791.23
De raadsvrouw heeft vrijspraak bepleit van het onder 1 primair, 2 primair en 3 ten laste gelegde en heeft zich ten aanzien van het onder 1 subsidiair en 2 subsidiair ten laste gelegde gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Ten aanzien van parketnummer 08.109805.23
De raadsvrouw heeft zich voor de bewezenverklaring van de ten laste gelegde feiten gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank
3.3
Het oordeel van de rechtbank
3.3.1
Parketnummer 15.025791.23 [1]
3.3.1.1 Ten aanzien van feit 1
Op basis van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting is niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de persoon is geweest die [slachtoffer 1] heeft opgelicht.
Daarom spreekt de rechtbank verdachte vrij van het onder 1 primair ten laste gelegde.
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van het onder 1 subsidiair ten laste gelegde feit (diefstal met valse sleutel door twee of meer verenigde personen) op grond van de volgende bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank – nu verdachte dit feit heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit – conform artikel 359, derde lid, laatste volzin van het Wetboek van Strafvordering (Sv), zal volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen.
  • Het proces-verbaal van de terechtzitting van 11 december 2023, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van verdachte;
  • Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] van 22 maart 2022 (pagina’s 6 tot en met 8).
3.3.1.2 Ten aanzien van feit 2 en feit 3
De feiten en omstandigheden
De rechtbank stelt op grond van het dossier en van wat op de zitting is besproken de volgende feiten en omstandigheden vast.
Op 14 maart 2022 werd [slachtoffer 2] gebeld door een man die zei dat hij van de beveiliging van de ING bank was en dat er iemand van de ING bank bij haar thuis zou komen. Later stonden een man en een meisje voor haar deur. Tegen [slachtoffer 2] werd gezegd dat ze haar iPad mee wilden nemen naar de ING bank en [slachtoffer 2] moest haar bankpas ook meegeven, waarna de man de bankpas doorknipte. Nadat de man en het meisje met de bankpas en de iPad omstreeks 16:00 uur vertrokken, zag [slachtoffer 2] dat er om 16:12 uur € 6.190,00 en om 16:27 uur € 800,00 werd gepind. [2]
Om 16:13 uur is er met de betaalpas van [slachtoffer 2] een bedrag van € 6.190,00 gepind in een Dior winkel in Amsterdam. [3] Later is er ook een geldopname van de bankrekening van [slachtoffer 2] verricht bij een Geldmaat. Op de camerabeelden van de Geldmaat is op 14 maart 2022 om 16:26:50 uur te zien dat een persoon naar de pinautomaat loopt, een oranjekleurige bankpas in de pinautomaat steekt – welke bankpas herkent is als zijnde een ING-bankpas – meerdere keren op een mobiele telefoon kijkt en handelingen uitvoert op de pinautomaat. Nadat de persoon de bankpas verwijdert, pakt hij iets uit de pinautomaat, hoogstwaarschijnlijk geldbiljetten. [4]
Het signalement van de persoon in de Dior winkel kwam overeen met de persoon op de camerabeelden van de Geldmaat. De verbalisant constateerde dat de persoon onder andere een zelfde soort jas en een zelfde soort schoenen droeg, namelijk een zwarte jas met wit logo van het merk The North Face en zwarte sportschoenen met witte onderzijde. Gezien het korte tijdsbestek tussen de twee momenten kan volgens de verbalisant worden aangenomen dat het om dezelfde persoon gaat. [5]
Bewijsoverwegingen
Verdachte heeft verklaard dat hij met een pinpas die niet van hem was en die hij via via heeft gekregen – heeft gepind in de Dior winkel in Amsterdam. Hierna zou hij de pinpas aan een andere persoon hebben gegeven. Hij ontkent de persoon te zijn die betreffende dag heeft gepind bij een Geldmaat.
De rechtbank is van oordeel dat op basis van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting niet wettig en overtuigend is te bewijzen dat verdachte de persoon is geweest die [slachtoffer 2] heeft opgelicht door zich voor te doen als een bankmedewerker en haar te bewegen tot het afgeven van haar pinpas. De rechtbank spreekt verdachte dan ook vrij van het onder 2 primair ten laste gelegde.
Om dezelfde reden kan ook niet wettig en overtuigend worden bewezen dat verdachte de persoon is geweest die uit de woning van [slachtoffer 2] sieraden en een horloge heeft weggenomen. Daarom spreekt de rechtbank verdachte ook vrij van het onder 3 ten laste gelegde.
Ten aanzien van het onder 2 subsidiair ten laste gelegde oordeelt de rechtbank als volgt. Verdachte bekent dat hij de persoon is die op 14 maart 2022 om 16:13 uur met de betaalpas van [slachtoffer 2] heeft gepind in een Dior Winkel. Om 16:27 uur diezelfde dag wordt er met de betaalpas van [slachtoffer 2] gepind bij een Geldmaat. Van zowel de betaling in de Dior winkel als de pinacties bij de Geldmaat zijn camerabeelden. De verbalisant constateert dat de persoon die op deze beelden is te zien qua signalement overeenkomt. Gelet op de korte tijdspanne tussen beide pinacties en het overeenkomende signalement kan het naar het oordeel van de rechtbank niet anders zijn dan dat verdachte ook de persoon is geweest die bij de Geldmaat geld heeft gepind. De ontkennende verklaring van verdachte op dit punt acht de rechtbank dan ook ongeloofwaardig.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte 14 maart 2022 zonder toestemming – een bedrag van € 6.190,00 en een bedrag van € 800,00 – heeft gepind met de pinpas van [slachtoffer 2], zoals onder 2 subsidiair ten laste is gelegd.
3.3.2
Parketnummer 08.109805.23
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van de onder 1 primair, 2, 3 primair en 4 ten laste gelegde feiten op grond van de volgende bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank – nu verdachte deze feiten heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit – conform artikel 359, derde lid, laatste volzin Sv, zal volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen. [6]
Feit 1 primair en feit 2
  • Het proces-verbaal van de terechtzitting van 11 december 2023, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van verdachte;
  • Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 3] van 27 april 2023 (pagina’s 62 en 63);
Feit 3 primair en feit 4
  • Het proces-verbaal van de terechtzitting van 11 december 2023, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van verdachte;
  • Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 7] van 26 april 2023 (pagina’s 59 en 60).
3.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de opgegeven bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de volgende ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat:
parketnummer 15.025791.23
1, subsidiair
hij op 11 maart 2022 te Amsterdam en Badhoevedorp, meermalen, telkens geld (in totaal 4.250,- euro), dat aan [slachtoffer 1] toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich dat weg te nemen geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, door onbevoegd gebruik te maken van een pinpas en van een bijbehorende pincode;
2, subsidiair
hij op 14 maart 2022 te Amsterdam, meermalen telkens geld (in totaal 6.990,- euro), dat aan [slachtoffer 2] toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich dat weg te nemen geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, door onbevoegd gebruik te maken van een pinpas en van een bijbehorende pincode;
parketnummer 08.109805.23
1, primair
hij op 26 april 2023 te Kampen, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam, een valse hoedanigheid, door listige
kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4]
, hebben bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten de afgifte van
- meerdere vijftig (50) euro biljetten,
- meerdere gouden sieraden en
- een bankpas,
door:
- die [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] telefonisch te benaderen en zich voor te doen als medewerker van een bank,
- die [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] te melden dat er ongebruikelijke transacties zouden plaatsvinden op de bankrekening van die [slachtoffer 3],
- die [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] te melden dat zij iemand zouden langs sturen om de bankpas op te halen,
- die [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] hierbij een code te geven ter verificatie,
- met mededaders naar de woning van die [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] toe te gaan,
- bij die [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] aan de deur te komen en voornoemde code door te geven,
- die [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] te melden dat er twee verdachte types in de wijk rondreden, maar deze kortgeleden waren aangehouden door de politie,
- die [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] te melden dat hij voor de zekerheid de bankpassen nodig had, deze bankpassen vervolgens door te knippen en
- bij die [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] meerdere vijftig (50) euro biljetten, bankpassen, een
gouden armband met kleine kraaltjes, een lange, gouden ketting met medaillon met
een rode steen, een gouden dames horloge en een gouden herenring in ontvangst te nemen en mee te nemen;
2
hij op 26 april 2023 te Kampen, tezamen en in vereniging met anderen, eenmaal, een geldbedrag (van in totaal 700 euro), dat aan [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] toebehoorde
heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en zijn mededaders zich dat weg te nemen geldbedrag onder hun bereik hebben gebracht door middel van een valse sleutel, door een bankpas en bijbehorende pincode, tot welk gebruik hij, verdachte, en zijn mededaders, niet gerechtigd waren, te gebruiken;
3, primair
hij op 26 april 2023 te IJsselmuiden, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam, een valse hoedanigheid, door listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 7], hebben bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten de afgifte van
- meerdere vijftig (50) euro biljetten (van in totaal 700 euro),
- meerdere gouden sieraden, waaronder een gouden bedelarmband, en
- een bankpas,
door
- die [slachtoffer 7] telefonisch te benaderen en zich voor te doen als medewerker van een bank,
- die [slachtoffer 7] te melden dat er ongebruikelijke transacties zouden plaatsvinden op de bankrekening van die [slachtoffer 7],
- die [slachtoffer 7] te melden dat zij iemand zouden langs sturen om haar verder te helpen,
- met mededaders naar de woning van die die [slachtoffer 7] toe te gaan,
- bij die [slachtoffer 7] aan de deur te komen,
- die [slachtoffer 7] te melden alle spullen van waarde van die [slachtoffer 7] te willen bewaren en te vragen naar geld en een ring,
- die [slachtoffer 7] te melden dat haar dochter later die avond nog verder komt helpen en
- bij die [slachtoffer 7] meerdere vijftig (50) euro biljetten, een bankpas, gouden sieraden, waaronder een gouden bedelarmband, in ontvangst te nemen en mee te nemen;
4
hij op 26 april 2023 te IJsselmuiden, tezamen en in vereniging met anderen, eenmaal, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededaders voorgenomen misdrijf om een of meerdere geldbedragen, die geheel aan [slachtoffer 7], toebehoorde weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen en dat weg te nemen goed onder hun bereik te brengen door middel van een valse sleutel, immers heeft hij en/of zijn mededaders, een bankpas tot welk gebruik hij, verdachte, en zijn mededaders, niet gerechtigd waren, aangeboden bij een geldautomaat en vervolgens een of meermalen een foutieve pincode ingevoerd, terwijl de uitvoering van dat
voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd in de bewezenverklaring. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

4.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde is strafbaar gesteld in de artikelen 45, 47, 311, 326 van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezen verklaarde levert op:
parketnummer 15.025791.23
feit 1 subsidiair en feit 2 subsidiair
telkens het misdrijf:
diefstal, door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel;
parketnummer 08.109805.23
feit 1 primair en feit 3 primair
telkens het misdrijf:
medeplegen van oplichting;
feit 2
het misdrijf:
diefstal, door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel;
feit 4
het misdrijf:
poging tot diefstal, door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel.

5.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezen verklaarde feiten.

6.De op te leggen straf of maatregel

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van twintig maanden, waarvan zes maanden voorwaardelijk, met aftrek van de tijd die verdachte in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht. De officier van justitie heeft daarnaast gevorderd om aan het voorwaardelijk strafdeel alle door de reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden te verbinden, zoals die zijn opgenomen in het advies van 7 december 2023 van Reclassering Nederland
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht aan verdachte een gevangenisstraf op te leggen die gelijk is aan de tijd die verdachte al in voorarrest heeft doorgebracht, al dan niet in combinatie met een voorwaardelijke gevangenisstraf of een taakstraf. De raadsvrouw heeft verzocht aan verdachte de bijzondere voorwaarden – zoals deze door de reclassering zijn geadviseerd – op te leggen en rekening te houden met de persoonlijke omstandigheden van verdachte.
6.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij in het bijzonder het volgende van belang.
De aard en de ernst van de feiten
Verdachte heeft zich, samen met anderen, bij herhaling schuldig gemaakt aan oplichting en diefstal van bejaarde slachtoffers. Verdachte heeft niet alleen gepind, maar hij heeft [slachtoffer 3], [slachtoffer 4] en [slachtoffer 7] ook gebeld, waarna zijn mededader hen thuis heeft bezocht en hen, onder valse voorwendselen, heeft bewogen tot afgifte van hun pinpas. De verdachte heeft ten aanzien van een aantal feiten ook een initiatief nemende rol gehad. Ook heeft hij zijn slachtoffers, samen met zijn mededaders, bewogen tot afgifte van hun contante geld en hun sieraden. Met hun handelwijze hebben verdachte en zijn mededaders misbruik gemaakt van het vertrouwen van de slachtoffers in de medemens en, in het bijzonder, in het bankwezen. Ook neemt de rechtbank in ogenschouw dat de oplichting bij de bejaarde slachtoffers thuis heeft plaatsgevonden, waardoor bij de slachtoffers het gevoel van veiligheid in en rond hun huis ernstig is geschaad. Verdachte en zijn mededaders hebben uitsluitend hun eigen financiële gewin voor ogen gehad. Zij hebben zich op geen enkele wijze bekommerd om de impact die hun handelwijze op de bejaarde slachtoffers heeft. Feiten als deze leiden bovendien niet alleen tot onrust en gevoelens van onveiligheid bij de slachtoffers, maar ook in de samenleving in het algemeen. Alle waarschuwingen ten spijt worden op grote schaal slachtoffers gemaakt door oplichtingspraktijken als deze. De rechtbank acht het zorgelijk dat verdachte bij een aantal oplichtingen de initiatiefnemer was en dat hij zegt openheid van zaken te geven, maar dat hij slechts beperkt inzicht heeft gegeven in zijn precieze rol en zijn beweegredenen waarom hij tot dergelijke feiten is overgegaan. Dat verdachte geraffineerd te werk is gegaan, in samenwerking met anderen, en zich bewust bezig heeft gehouden met deze vorm van criminaliteit rekent de rechtbank verdachte zwaar aan.
De persoon van de verdachte
Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met het strafblad van verdachte van 13 november 2023. Hieruit blijkt dat verdachte eerder is veroordeeld voor een soortgelijk strafbaar feit.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de reclasseringsadviezen van Reclassering Nederland van 7 december 2023 en 2 november 2023, waaruit blijkt dat sprake is van een delictpatroon ten aanzien van vermogensdelicten. Op alle leefgebieden heeft verdachte problemen. Er is sprake van problematisch softdrugsgebruik en vermoedelijk ook van een negatief sociaal netwerk, waarover betrokkene niet of nauwelijks openheid van zaken geeft. Daarnaast is sprake van een beneden gemiddeld tot gemiddeld intelligentieniveau. De reclassering schat de kans op recidive – zonder tussenkomst van intensieve begeleiding, dagbesteding en een passende veilige woonplek – hoog in en acht het zorgelijk dat verdachte zich niet zelfstandig lijkt te redden in de maatschappij. Verdachte heeft aangegeven mee te willen werken met interventies vanuit de reclassering. De reclassering adviseert dan ook om aan verdachte een deels voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden op te leggen.
De straf of maatregel
De rechtbank heeft bij het bepalen van de strafmaat gekeken naar straffen die in soortgelijke zaken worden opgelegd en gelet op de ernst van de gepleegde feiten. De rechtbank houdt, naast het aspect van vergelding, bij het bepalen van de straf ook rekening met de persoonlijke omstandigheden en de jeugdige leeftijd van verdachte. De rechtbank acht het dan ook noodzakelijk om een langere voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen dan door de officier van justitie is geëist, als stok achter de deur, zodat verdachte niet in herhaling valt en hij ervan is doordrongen dat hij met deze handelingen fout en respectloos heeft gehandeld. De bijzondere voorwaarden acht de rechtbank bovendien in het belang van verdachte en zijn verdere ontwikkeling.
Alles afwegende zal de rechtbank aan verdachte een gevangenisstraf opleggen voor de duur van twintig maanden, waarvan acht maanden voorwaardelijk, met aftrek van de tijd die verdachte al in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht en met een proeftijd van twee jaren met daarbij de oplegging van de bijzondere voorwaarden zoals deze door de reclassering zijn geadviseerd. Deze straf is hoger dan de straffen die aan de mededaders zijn opgelegd, nu verdachte – in tegenstelling tot zijn mededaders die zijn berecht op grond van het jeugdstrafrecht – wordt berecht op grond van het volwassenenstrafrecht.
6.4
De in beslag genomen voorwerpen
De officier van justitie heeft het standpunt ingenomen dat het in beslag genomen geld ter hoogte van € 1.500,00 moet worden teruggegeven aan de slachtoffers en dat het overige geld aan verdachte kan worden teruggegeven.
De raadsvrouw heeft geen standpunt ingenomen over het in beslag genomen geld.
Onder verdachte is in totaal € 2.030,00 inbeslaggenomen (goednummer [nummer]). De rechtbank zal de gedeeltelijke teruggave aan de rechthebbenden gelasten van het op de beslaglijst vermelde contante geld, namelijk een bedrag van
€ 1.500,00, aangezien dit deel van het contante geld uit de baten van de strafbare feiten onder parketnummer 08.109805.23 is verkregen en het belang van strafvordering zich hier niet tegen teruggave verzet. Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat er geld is gepind met de pinpassen van de aangevers.
De rechtbank zal de teruggave aan de verdachte gelasten van het overige op de beslaglijst vermelde geld en het aan verdachte toebehorende geld (€ 530,00), aangezien het belang van strafvordering zich hier niet tegen teruggave verzet.

7.De schade van benadeelden

7.1
De vorderingen
7.1.1
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]
heeft zich als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De benadeelde partij vordert verdachte te veroordelen om schadevergoeding te betalen tot een totaalbedrag van
€ 2.910,38 (tweeduizend negenhonderdtien euro en achtendertig eurocent), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment waarop de schade is ontstaan. De gevorderde materiële schade bestaat uit de volgende posten:
- afgeschreven geldbedrag € 2.301;
- IPhone SE € 109,38.
Ter vergoeding van immateriële schade wordt een bedrag van € 500,00 gevorderd.
7.1.2
De vorderingen van de benadeelde partijen [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4]
[slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] hebben zich als benadeelde partijen gevoegd in dit strafproces. [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] vorderen verdachte te veroordelen om schadevergoeding te betalen tot een totaalbedrag van € 700,00 (zevenhonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment waarop de schade is ontstaan. De gevorderde schadevergoeding van [slachtoffer 3] betreft immateriële schade. De gevorderde schadevergoeding van [slachtoffer 4] betreft reeds vergoede schade.
7.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vorderingen van [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] niet-ontvankelijk moeten worden verklaard.
De officier van justitie heeft verzocht de vordering van [slachtoffer 1] gedeeltelijk toe te wijzen tot een bedrag van € 2.801,00 (bestaande uit het opgenomen geld en immateriële schade), te vermeerderen met de wettelijke rente. Voor het overige bedrag van € 109,38 (de IPhone SE) dient [slachtoffer 1] in haar vordering niet-ontvankelijk te worden verklaard, nu de IPhone niet is te koppelen aan hetgeen dat wettig en overtuigend kan worden bewezen.
7.3
Het standpunt van de verdediging
De raadvrouw heeft primair verzocht [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] in hun vorderingen
niet-ontvankelijk te verklaren, omdat een onderbouwing ontbreekt. Subsidiair heeft de raadsvrouw verzocht het bedrag te matigen – tot bijvoorbeeld een bedrag van € 350,00 – en om hoofdelijke oplegging.
De raadsvrouw heeft zich, indien de rechtbank tot een bewezenverklaring komt, gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank ten aanzien van de materiële schade. Ten aanzien van de immateriële schade heeft zij verzocht het bedrag te matigen – tot bijvoorbeeld een bedrag van € 350,00 – en om hoofdelijke oplegging.
7.4
Het oordeel van de rechtbank
7.4.1
Ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 1]
De vordering heeft betrekking op het onder 1 van parketnummer 15.025791.23 ten laste gelegde feit. Door de gebezigde bewijsmiddelen en de behandeling op de terechtzitting is komen vast te staan dat verdachte door het bewezen verklaarde feit rechtstreeks schade heeft toegebracht aan de benadeelde partij.
Materiële schade
De opgevoerde schadepost ‘afgeschreven geldbedrag’ is niet betwist en voldoende onderbouwd en aannemelijk. De rechtbank zal het gevorderde daarom toewijzen tot een bedrag van € 2301,00, te vermeerderen met de verschuldigde wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan, te weten 11 maart 2022.
De schadepost ‘IPhone SE’ staat, gelet op de bewezenverklaring, in een te ver verwijderd verband voor toewijzing, nu verdachte is vrijgesproken voor het primair ten laste gelegde. De rechtbank zal de benadeelde partij daarom in dit deel van de vordering niet-ontvankelijk verklaren en bepalen dat de benadeelde partij de vordering in zoverre slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Immateriële schade
De opgevoerde immateriële schade is niet voldoende betwist en voldoende onderbouwd en aannemelijk. Op grond van artikel 6:106, aanhef en sub b, van het Burgerlijk Wetboek heeft de benadeelde recht op een naar billijkheid vast te stellen schadevergoeding anders dan vermogensschade als de benadeelde lichamelijk letsel heeft opgelopen, in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn of haar persoon is aangetast als gevolg van het gepleegde strafbare feit. De rechtbank ziet zichzelf voor de vraag gesteld of de benadeelde – nu geen sprake is van lichamelijk letsel of aantasting van haar eer of goede naam – op ‘andere wijze in haar persoon’ is aangetast als gevolg van de oplichting.
Uit het schadeformulier van [slachtoffer 1] blijkt hoe zij de oplichting heeft beleefd en welke gevolgen zij daarvan heeft ondervonden. Zij heeft zich lange tijd angstig en onzeker gevoeld. Ze was angstig om de telefoon op te nemen of de deur open te doen. Ook durfde zij niet meer alleen te pinnen of bankoverschrijvingen te doen. Ze voelde zich ongelukkig wegens het feit dat zij zich zo onzeker voelde. Ook had ze lange tijd moeite met in slaap komen, doordat zij lag te piekeren over het misdrijf. Ze ervaarde schaamte dat zelf haar pinpas en telefoon had meegegeven.
Gelet hierop als ook op de aard van het bewezen verklaarde feit is de rechtbank van oordeel dat onoverkomelijk vaststaat dat benadeelde op andere wijze in haar persoon is aangetast.
De rechtbank ziet in deze dan ook aanleiding om de immateriële schade naar billijkheid vast te stellen op een bedrag van € 500,00. Het gevorderde bedrag zal dan ook worden toegewezen, te vermeerderen met de verschuldigde wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan.
De verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededaders hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat de verdachte tegenover de benadeelde partij voor het hele bedrag aansprakelijk is.
7.4.2
Ten aanzien van de vorderingen van [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4]
Met de officier van justitie en de verdediging is de rechtbank van oordeel dat de gestelde schade niet is onderbouwd. Het in de gelegenheid stellen van de benadeelde partijen om deze schade alsnog nader te onderbouwen levert een onevenredige belasting van het strafgeding op. De rechtbank zal de benadeelde partijen die gelegenheid niet bieden.
De rechtbank zal de benadeelde partijen daarom in de vorderingen niet-ontvankelijk verklaren en bepalen dat de benadeelde partijen de vorderingen in zoverre slechts bij de burgerlijke rechter kunnen aanbrengen.
7.5
De schadevergoedingsmaatregel
De benadeelde partij [slachtoffer 1] heeft verzocht en de officier van justitie heeft gevorderd de schadevergoedingsmaatregel op te leggen.
De rechtbank zal de maatregel als bedoeld in artikel 36f Sr opleggen, aangezien verdachte jegens de benadeelde partij naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de schade die door het feit is toegebracht.
Als door de verdachte niet volledig wordt betaald, kan deze verplichting worden aangevuld met 38 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.

8.De vordering tenuitvoerlegging

8.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft de tenuitvoerlegging gevorderd van de bij vonnis van de rechtbank Midden-Nederland van 24 juni 2022 opgelegde voorwaardelijke taakstraf voor de duur van 28 uren (parketnummer 16.338741.21) en van de bij vonnis van de rechtbank Rotterdam van 30 november 2022 opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf van 2 weken (parketnummer 10.121667.22).
8.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft ten aanzien van parketnummer 10.121667.22 verzocht de gevangenisstraf niet ten uitvoer te leggen, maar om de proeftijd met één jaar te verlengen. Ten aanzien van parketnummer 16.338741.21 heeft zij zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
8.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat de vorderingen van de officier van justitie moeten worden toegewezen. De hierboven bewezen verklaarde feiten zijn na het wijzen van voornoemde vonnissen en voor het eindigen van de proeftijden gepleegd. Door het plegen van de bewezen feiten heeft verdachte de aan de vonnissen verbonden algemene voorwaarde, dat hij voor het einde van de proeftijd geen nieuwe strafbare feiten zou plegen, niet nageleefd.
Gelet op het voorgaande zal de tenuitvoerlegging worden gelast van de onder parketnummer 16.338741.21 aan verdachte voorwaardelijk opgelegde taakstaf voor de duur van 28 uren. Ook zal de tenuitvoerlegging worden gelast van de onder parketnummer 10.121667.22 aan verdachte voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf van twee weken.

9.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 14a, 14b, 14c, 57 en 63 Sr.

10.De beslissing

De rechtbank:
vrijspraak
- verklaart niet bewezen dat verdachte het ten laste gelegde onder 1 primair, 2 primair en 3 van parketnummer 15.025791.23 heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde onder 1 subsidiair en 2 subsidiair van parketnummer 15.025791.23 en het ten laste gelegde onder 1 primair, 2, 3 primair en 4 van parketnummer 08.109805.23 heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feiten
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
parketnummer 15.025791.23
feit 1 subsidiair en feit 2 subsidiair
telkens het misdrijf:
diefstal, door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel;
parketnummer 08.109805.23
feit 1 primair en feit 3 primair
telkens het misdrijf:
medeplegen van oplichting;
feit 2
het misdrijf:
diefstal, door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel;
feit 4
het misdrijf:
poging tot diefstal, door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel;
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 1 subsidiair en onder 2 subsidiair van parketnummer 15.025791.23 en het onder 1 primair, 2, 3 primair en 4 van parketnummer 08.109805.23 bewezen verklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
20 (twintig) maanden;
- bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte van
8 (acht) maanden niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de verdachte voor het einde van de
proeftijd van 2 (twee) jarende navolgende algemene voorwaarde niet is nagekomen:
- stelt als
algemene voorwaardedat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
De rechter kan de tenuitvoerlegging ook gelasten indien de verdachte gedurende de
proeftijd van 2 (twee) jarende navolgende bijzondere voorwaarden niet is nagekomen:
- stelt als
bijzondere voorwaardendat verdachte:
- zich gedurende de proeftijd meldt bij Reclassering Nederland, op de door de reclassering te bepalen tijdstippen, zo frequent en zo lang deze instelling dat nodig acht;
- meewerkt aan verdere diagnostiek en behandeling door de Forensische Polikliniek of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling duurt zolang de reclassering dat nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling;
- meewerkt aan begeleiding vanuit de Intensieve Forensische Aanpak (IFA-Levvel Amsterdam) of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De begeleiding duurt zolang de reclassering dat nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de afspraken en aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de begeleiding;
- verblijft in een instelling voor beschermd wonen of maatschappelijke opvang, te bepalen door de reclassering en verdachte werkt toe naar een eigen woonplek met begeleiding. Het verblijf duurt zolang de reclassering dat nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld. Er zal door de toezichthouder onderzocht worden, welke woonplek passend en haalbaar is;
- zich inspant voor het vinden en behouden van betaald werk, met een vaste structuur. De dagbesteding draagt bij aan het voorkomen van delictgedrag;
- meewerkt aan het aflossen van zijn schulden en het treffen van afbetalingsregelingen, ook als dit inhoudt meewerken aan schuldhulpverlening. Verdachte geeft de reclassering inzicht in zijn financiën en schulden;
- meewerkt aan controle van het gebruik van cannabis om het middelengebruik te
beheersen. De reclassering kan urineonderzoek en ademonderzoek (blaastest) gebruiken voor de controle. De reclassering bepaalt hoe vaak verdachte wordt gecontroleerd;
- draagt de reclassering op om toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
daarbij gelden als voorwaarden van rechtswege dat de verdachte:
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, Sr, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht daaronder begrepen;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
schadevergoedingen
de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]
- wijst de vordering van de benadeelde partij toe tot een bedrag van
€ 2.801,00(bestaande uit materiële schade en immateriële schade);
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] (feit 1 onder parketnummer 15.025791.23): van een bedrag van € 2.801,00 (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 11 maart 2022) met dien verstande dat als en voor zover al door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 2.801,00, (zegge: tweeduizend achthonderd en één euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf
11 maart 2022 ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 38 dagen kan worden toegepast, een en ander voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan. Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- bepaalt dat de benadeelde partij: [slachtoffer 1], voor een deel van € 539,00 niet-ontvankelijk is in de vordering, en dat de benadeelde partij de vordering voor dat deel slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 3]
  • bepaalt dat de benadeelde partij
  • bepaalt dat verdachte en de benadeelde partij ieder de eigen kosten dragen;
de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 4]
  • bepaalt dat de benadeelde partij
  • bepaalt dat verdachte en de benadeelde partij ieder de eigen kosten dragen;
de in beslag genomen voorwerpen
- gelast de
teruggavehet in beslag genomen geld, € 1.500,00 (goednummer [nummer]) aan de rechthebbenden;
- gelast de
teruggavevan het in beslag genomen geld, € 530,00 (goednummer [nummer]) aan verdachte;
tenuitvoerlegging voorwaardelijke straf met parketnummer 16.338741.21
- beveelt de
tenuitvoerleggingvan de bij vonnis van rechtbank Midden-Nederland van
24 juni 2022 voorwaardelijk opgelegde
taakstrafvoor de duur van
28 uren;
tenuitvoerlegging voorwaardelijke straf met parketnummer 10.121667.22
- beveelt de
tenuitvoerleggingvan de bij vonnis van rechtbank Rotterdam van
30 november 2022 voorwaardelijk opgelegde
gevangenisstrafvoor de duur van
2 weken.
Dit vonnis is gewezen door mr. S. Timmermans, voorzitter, mr. N.J.C. Monincx en
mr. M. ter Riet, rechters, in tegenwoordigheid van mr. R. van der Hulst, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 22 december 2023.
Buiten staat
Mr. N.J.C. Monincx is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de politie eenheid Noord-Holland met nummer PL1100-2022975854. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
2.Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 2] van 21 maart 2022 (pagina’s 50 tot en met 54).
3.Het proces-verbaal van bevindingen van 7 april 2022 (pagina’s 58 tot en met 60).
4.Het proces-verbaal van bevindingen van 30 maart 2022 (pagina 55).
5.Het proces-verbaal van bevindingen van 18 april 2022 (pagina 65).
6.Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de politie eenheid Oost-Nederland met nummer PL0600-2023184832. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.