ECLI:NL:RBOVE:2023:5172

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
12 december 2023
Publicatiedatum
18 december 2023
Zaaknummer
C/08/301455 / FA RK 23-2219
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Gedeeltelijke toewijzing voornaamswijziging met afwijzing van toevoeging roepnaam

In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 12 december 2023 uitspraak gedaan over een verzoek tot voornaamswijziging van verzoekster. Verzoekster heeft verzocht om haar voornaam te wijzigen, waarbij zij de voornaam [naam 2] wil laten vervallen en de voornaam [naam 1] wil toevoegen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de voornaam [naam 2] abusievelijk is opgenomen bij de geboorteaangifte en gelijkluidend is aan de geslachtsnaam van verzoekster. Verzoekster ervaart emotionele hinder door deze naam, die in haar cultuur als mannelijk wordt gezien, en heeft problemen ondervonden bij identiteitscontroles en het boeken van vliegtickets.

De rechtbank heeft geoordeeld dat verzoekster voldoende zwaarwichtig belang heeft aangetoond voor het laten vervallen van de voornaam [naam 2]. De rechtbank heeft echter de toevoeging van de voornaam [naam 1] afgewezen, omdat niet is komen vast te staan dat er een zwaarwichtig belang is dat deze wijziging rechtvaardigt. De rechtbank overweegt dat het algemeen belang bij consistentie in namen zwaarder weegt dan het persoonlijke belang van verzoekster om haar roepnaam officieel te laten registreren. De rechtbank heeft de ambtenaar van de burgerlijke stand gelast om de wijziging van de voornaam in de geboorteakte aan te brengen, maar heeft het verzoek tot toevoeging van de roepnaam afgewezen.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

locatie Almelo
team familie- en jeugdrecht
zaaknummer: C/08/301455 / FA RK 23-2219
beschikking van 12 december 2023
inzake
[verzoekster],
verder te noemen: verzoekster,
wonende te [woonplaats],
verzoekster,
advocaat: mr. R.F. Vonk.

1.Het procesverloop

1.1.
Op 22 augustus 2023 is ter griffie van deze rechtbank ingekomen een verzoekschrift, met bijlagen, tot voornaamswijziging.
1.2.
Op 1 september 2023 is een F9-formulier van mr. Vonk van 31 augustus 2023 ingekomen bij de griffie, met bijlage.
1.3.
Het verzoek tot voornaamswijziging is behandeld op de zitting van 1 december 2023. Daar is verzoekster verschenen. De rechtbank heeft bijzondere toegang verleend aan de moeder van verzoekster.
1.4.
De raadsman van verzoekster was niet aanwezig.

2.De feiten

2.1.
Uit de geboorteakte blijkt dat op [geboortedatum] 1999 te [geboorteplaats] is geboren:
[verzoekster].
2.2.
Verzoekster bezit de Nederlandse nationaliteit.

3.Het verzoek

3.1.
Verzoekster verzoekt haar voornamen te wijzigen in de voornamen:
[naam 1].
3.2.
Verzoekster onderbouwt haar verzoek -kort en zakelijk weergegeven- als volgt. Ten tijde van de geboorteaangifte bij de burgerlijke stand is het de vader van verzoekster niet duidelijk geweest dat hij onderscheid diende te maken tussen de voornaam en de geslachtsnaam, waardoor de naam [naam 2] als voornaam en als geslachtsnaam is geregistreerd. Navraag bij de ouders van verzoekster leerde verzoekster dat er zeker niet bewust voor is gekozen om de geslachtsnaam ook als de voornaam te registreren. De naam [naam 2] wordt in Bangladesh gezien als een “mannelijke” naam. Verzoekster ondervindt hinder, doordat het voorkomt dat bij registraties van verzoekster de voornaam [naam 2] niet staat gedocumenteerd en vervolgens bij een identiteitscontrole de voornaam [naam 2] wel op het legitimatiebewijs vermeld staat. In het verleden heeft het boeken van vliegtickets op deze manier tot problemen geleid. Verzoekster wenst niet langer geconfronteerd te worden met de negatieve reacties die de voornaam [naam 2] met zich meebrengt. Daarnaast heeft verzoekster een brief van haar ouders overgelegd waaruit blijkt dat tijdens het akika-ritueel, een heilig moment binnen haar geloof, de naam [naam 1] [naam 2] aan verzoekster is gegeven. Verzoekster gebruikt de voornaam [naam 1] op alle documenten waarop zij haar naam dient te vermelden. Verzoekster wenst haar voornaam [verzoekster] te behouden, maar dan wel als tweede voornaam en [naam 1] als eerste voornaam.

4.De beoordeling

4.1.
Ingevolge artikel 1:4 lid 4, eerste en tweede volzin, Burgerlijk Wetboek (BW) kan op verzoek van de betrokken persoon of zijn wettelijke vertegenwoordiger wijziging van de voornaam worden gelast door de rechtbank. De wijziging geschiedt doordat van de beschikking een latere vermelding aan de akte van geboorte wordt toegevoegd, overeenkomstig artikel 1:20a lid 1 BW.
4.2.
Voor een dergelijke wijziging dient een voldoende zwaarwichtig belang te bestaan.
4.3.
De rechtbank overweegt dat voornamen een middel zijn om personen binnen hun
familie en in het maatschappelijk verkeer te identificeren. Daarom vallen voornamen onder het begrip ‘privéleven en familie- en gezinsleven’ in de zin van artikel 8 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden. Het persoonlijk belang van de betrokkene dient afgewogen te worden tegen het belang dat het rechtsverkeer heeft bij een zo hoog mogelijke mate van consistentie in namen. Bepalend bij de vraag of een weigering om een bepaalde voornaam toe te kennen een ongerechtvaardigde inmenging oplevert, is de mate van ongemak of overlast die de betrokkene hiervan ondervindt. Daarbij dienen alle feiten en omstandigheden te worden meegewogen, waaronder ook de vraag of het voor de betrokkene feitelijk toch mogelijk is de gewenste voornamen te voeren.
4.4.
Verzoekster heeft zowel verzocht om het weglaten van de voornaam [naam 2], als het toevoegen van de voornaam [naam 1]. De rechtbank ziet zich genoodzaakt om een onderscheid in deze voornamen te maken en overweegt als volgt.
Het weglaten van de voornaam ‘[naam 2]’
4.5.
Ten aanzien van het weglaten van de voornaam [naam 2] is de rechtbank van oordeel dat verzoekster genoegzaam aannemelijk heeft gemaakt dat zij een zwaarwichtig belang heeft bij de door haar verzochte wijziging. Zo ervaart verzoekster (emotioneel) hinder van de naam [naam 2]. Zij heeft ervaren dat de dubbele naam zorgt voor veel onbegrip en vervelende vragen, nu de naam [naam 2] als een mannelijke naam wordt gezien. Daarnaast is de naam [naam 2] ook de geslachtsnaam van verzoekster en roept het verwarring op dat deze naam tweemaal achtereen deel uitmaakt van verzoeksters volledige naam. Het is duidelijk dat bij de geboorteaangifte niet duidelijk is geweest wat precies de bedoeling was en bij verzoekster roept het gevoelens van schaamte op wanneer zij dit moet uitleggen. Verzoekster heeft haar verzoek op dit punt voldoende gemotiveerd gesteld en onderbouwd. De rechtbank is van oordeel dat de door de verzoekster genoemde feiten en omstandigheden zwaarder wegen dan het maatschappelijk belang bij een zo hoog mogelijke mate van consistentie in namen.
4.6.
De rechtbank zal daarom toewijzen dat de voornaam [naam 2] komt te vervallen.
Het toevoegen van de voornaam ‘[naam 1]’
4.7.
Verzoekster heeft tevens verzocht om een eerste voornaam toe te voegen, te weten [naam 1]. Verzoekster heeft tijdens de mondelinge behandeling nogmaals benadrukt dat dit haar roepnaam is en dat iedereen haar in het dagelijks verkeer zo noemt.
4.8.
Na afweging van de betrokken belangen is de rechtbank van oordeel dat niet is komen vast te staan dat sprake is van een zwaarwichtig belang van verzoekster. Hoewel aannemelijk is dat er sprake is van een persoonlijk belang om de naam in de officiële registers in overeenstemming te brengen met de naam die feitelijk wordt gehanteerd en waarvan het ook kennelijk de bedoeling was dat dit de voornaam zou zijn, zijn er geen feiten en omstandigheden gesteld die dit subjectieve belang een groter gewicht doen toekennen dan het algemeen belang. Daarbij overweegt de rechtbank dat de inconsistentie die verzoekster ervaart, mede door haarzelf wordt veroorzaakt. Het staat verzoekster vrij om zich in het dagelijks leven, ook zonder wijziging van haar voornaam in de registers van de burgerlijke stand, [naam 1] te noemen. Het is in Nederland zeker niet ongebruikelijk dat de roepnaam van een persoon afwijkt van de voornaam die geregistreerd staat op de geboorteakte. Binnen het namenrecht geldt immers niet dat de roepnaam in overeenstemming moet zijn met de naam zoals die blijkt uit de geboorteakte. Het is aan verzoekster zelf om zich te realiseren dat zij bij bepaalde gelegenheden of doeleinden haar officiële namen dient op te geven.
4.9.
De rechtbank zal daarom de toevoeging van de voornaam naar [naam 1] afwijzen.

5.De beslissing

De rechtbank:
5.1.
gelast wijziging van de voornaam van
[verzoekster], geboren te [geboorteplaats] op
[geboortedatum] 1999, in die zin dat deze na wijziging zal luiden:
[verzoekster], zodat zij volledig zal heten [verzoekster];
5.2.
gelast de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Enschede de latere vermelding aan de geboorteakte van het jaar 1999, nummer [nummer], toe te voegen;
5.3.
wijst het overige af.
Deze beschikking is gegeven door mr. M.H. van der Lecq en in het openbaar uitgesproken op
12 december 2023 in tegenwoordigheid van mr. S. ten Thije-Blokvoort, griffier.
Tegen deze beschikking kan - uitsluitend door tussenkomst van een advocaat - hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden:
door verzoeker en door degene(n) aan wie een afschrift van de beschikking (vanwege de griffier) is verstrekt of verzonden: binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
door andere belanghebbenden: binnen drie maanden na betekening daarvan of nadat de beschikking hun op andere wijze bekend is geworden.