ECLI:NL:RBOVE:2023:4943
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening tegen omgevingsvergunning voor woonark en bijbehorende voorzieningen
In deze uitspraak van de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, wordt een verzoek om een voorlopige voorziening behandeld. Verzoekers hebben bezwaar gemaakt tegen een omgevingsvergunning die is verleend aan een derde-partij voor het plaatsen van een woonark met twee meerpalen, alsook het aanleggen van een terras en een toegangsweg. De voorzieningenrechter heeft op 16 november 2023 de zaak behandeld, waarbij de verzoekers, de gemachtigde van de verweerder (het college van burgemeester en wethouders van Kampen) en de derde-partij aanwezig waren.
De voorzieningenrechter oordeelt dat het verzoek om voorlopige voorziening wordt afgewezen. Dit is gebaseerd op de overweging dat er geen sprake is van een onomkeerbare situatie of onherstelbaar nadeel voor de verzoekers. De voorzieningenrechter wijst erop dat de rechtspraak omtrent spoedeisend belang zeer strikt is en dat er alleen een voorlopige voorziening kan worden getroffen als er een zwaarwegend spoedeisend belang is. In dit geval is de woonark verplaatsbaar en kan deze zonder grootscheepse sloopwerkzaamheden van het perceel worden verwijderd. Dit geldt ook voor de bijbehorende voorzieningen zoals het terras en de toegangsweg.
De derde-partij heeft verklaard dat de woonark en de bijbehorende voorzieningen pas na een periode van een halfjaar kunnen worden geplaatst, omdat er eerst nog werkzaamheden aan een recreatieschip moeten worden afgerond. De voorzieningenrechter concludeert dat er geen spoedeisend belang is en wijst het verzoek om voorlopige voorziening af. De uitspraak is gedaan door mr. J.H.M. Hesseling, in aanwezigheid van griffier R.K. Witteveen, en is openbaar uitgesproken.