Uitspraak
1.De procedure
mr. Yadegari. Beide partijen hebben spreekaantekeningen overgelegd en voorgedragen. Namens [eiser] is nog een eiswijziging ingesteld. Van de zitting heeft de griffier aantekeningen gemaakt. Het vonnis wordt vandaag bij vervroeging uitgesproken.
2.Inleiding: waar de zaak over gaat
[eiser] . Vanwege een overbetekening van één van de beslagen werd [eiser] naar eigen zeggen op 30 augustus 2023 bekend met het bestaan van een verstekvonnis en werd op 18 september 2023 pas voor het eerst bekend met de inhoud van het verstekvonnis en de daarin opgelegde dwangsommen, die op dat moment al waren volgelopen tot het maximum van € 20.000,00. Daarna is [eiser] een verzetprocedure gestart, waarvan de mondelinge behandeling plaatsvindt in januari 2024. Vanwege de door [gedaagde] gelegde beslagen op bankrekeningen, handelsvoorraad, appartementen en huurpenningen, zegt [eiser] met zijn rug tegen de muur te staan, zowel zakelijk als privé. [gedaagde] daarentegen vindt dat de gelegde beslagen terecht zijn gelegd. [eiser] moet aan de op hem rustende verplichtingen voldoen.
3.De feiten
[eiser] betekend, omdat de deurwaarder niemand aantrof aan wie rechtsgeldig een afschrift kon worden gelaten. In dit exploot is bevel gedaan om aan de inhoud van het verstekvonnis te voldoen.
- op 9 augustus 2023 is er executoriaal derdenbeslag gelegd onder de ING Bank en ABN AMRO Bank;
- op 28 augustus 2023 is er executoriaal derdenbeslag gelegd onder de Coöperatieve Rabobank;
- op 28 augustus 2023 zijn er diverse bedrijfs- en/of personenauto’s in beslag genomen, maar ook een bromfiets en een aanhangwagen;
- op 1 september 2023 is executoriaal beslag gelegd op drie appartementsrechten in Groningen die recht geven tot uitsluitend gebruik van de onroerende zaak, ook is er beslag gelegd op een onroerende zaak in Leek;
- op 23 oktober 2023 is er executoriaal derdenbeslag gelegd onder mevrouw [naam 1] en meneer [naam 2] , met betrekking tot de huurpenningen c.q. gebruikersvergoeding die [eiser] ontvangt met betrekking tot de huur aan de [adres] ;
- op 30 oktober 2023 is er executoriaal beslag gelegd op in het kentekenregister geregistreerde motorrijtuigen (personenauto’s en bedrijfsauto’s).
‘(…)
Dit beslag is gelegd om op Verweerder te verhalen de vordering krachtens deze titel van:de heer[gedaagde], met woonplaats [woonplaats] , gemeente [gemeente] .
Totaal: € 7.964,43(…)’.
1 november 2023 meerdere keren en op verschillende manieren getracht heeft in contact te komen met (de gemachtigde van) [gedaagde] . Er is door (de gemachtigde van) [gedaagde] niet gereageerd op de berichten.
4.Het geschil
primair:
de ten laste van [eiser] in opdracht van [gedaagde] gelegde beslagen opheft;
[gedaagde] veroordeelt de beslagen met onmiddellijke ingang op te heffen op straffe van een dwangsom van € 2.500,00 per dag;
de ten laste van [eiser] in opdracht van [gedaagde] gelegde beslagen opheft, met uitzondering van het beslag op [adres], althans met uitzondering van de op de onroerende zaken gelegde beslagen, althans [gedaagde] te veroordelen de beslagen, met uitzondering van het beslag op [adres], althans met uitzondering van de op de onroerende zaken gelegde beslagen, met onmiddellijke ingang op te heffen op straffe van een dwangsom van € 2.500,00 per dag tot een maximum van € 100.000,00;
de primair of subsidiair gevorderde voorziening treft, althans op en daaraan de voorwaarde verbindt dat [eiser] een bedrag van € 25.000,00 aan zekerheid stelt middels dit bedrag in depot te geven bij een notaris;
4.2. [eiser] stelt, samengevat weergegeven, dat de door [gedaagde] gelegde beslagen, mede gelet op de beperkte omvang van de door [gedaagde] gestelde vordering, excessief en onrechtmatig zijn. [eiser] heeft in de periode van 22 september tot 1 november 2023 geprobeerd contact te krijgen met (de gemachtigde van) [gedaagde] . Enige reactie heeft
[eiser] niet gekregen. Wel is [gedaagde] doorgegaan met het leggen van beslagen en heeft de door [eiser] aangeleverde informatie gebruikt om nieuwe beslagen te leggen.
De bedrijfsvoering van [eiser] ligt volledig stil. Voor de vordering heeft [gedaagde] voldoende zekerheid met het beslag op één appartementsrecht aan de [adres] . Bovendien is er voldoende zekerheid geboden, door zekerheid te stellen via een depot bij de notaris. Volgens [eiser] zijn de beslagen onrechtmatig en is sprake van misbruik van bevoegdheid. De beslagen moeten worden opgeheven.
5.De beoordeling
Spoedeisend belang
( [eiser] ) bij behoud van de bestaande toestand zolang niet op het door hem ingestelde rechtsmiddel is beslist, of diens belang bij zekerheidsstelling, ook gegeven dit uitgangspunt, zwaarder weegt dan het belang van degene die de veroordeling in de ten uitvoer te leggen uitspraak heeft verkregen ( [gedaagde] ), bij de uitvoerbaarheid bij voorraad daarvan.
[eiser] heeft voldaan aan het terugnemen van de auto, het betalen van de kosten en het vrijwaren. Ook heeft [eiser] een bedrag van € 7.964,43 betaald, een en ander zoals staat opgenomen in het exploot, waarin de deurwaarder een overzicht heeft opgenomen van het openstaande bedrag. Later is door [eiser] aan de deurwaarder nog een betaling verricht van € 1.575,00. De discussie tussen partijen ziet thans op de kosten die daarna nog zijn ontstaan en op de dwangsommen die verbeurd zouden zijn geraakt. Het belang van [gedaagde] was er in gelegen dat [eiser] de auto terug nam hij de koopsom terug zou krijgen. Ook heeft [gedaagde] belang om de kosten vergoed te krijgen. Daaraan is door
[eiser] inmiddels grotendeels uitvoering gegeven. De hoeveelheid gelegde executoriale beslagen, die mogelijk kunnen worden geëxecuteerd, geven een groot risico voor [eiser] . Niet alleen kan [gedaagde] overgaan tot het verkopen van de in beslag genomen bedrijfsvoorraad, ook zou [gedaagde] over kunnen gaan tot de executie van de onroerende zaken met grote gevolgen van dien. Dat risico verhoudt zich niet tot de nog openstaande vordering van [gedaagde] . Het belang van [eiser] weegt daarom zwaarder dan het belang van [gedaagde] . De tenuitvoerlegging van het verstekvonnis van 27 juni 2023 moet worden geschorst, in ieder geval totdat op het geschil in de verzetprocedure is beslist.
Vordering II
[eiser] te bewegen om in actie te komen. Dat is uiteindelijk pas gebeurd op
21 september 2023. Daarna zijn er nog beslagen gelegd, waaronder op de handelsvoorraad van [eiser] , omdat [eiser] nog een groot bedrag moet betalen uit hoofde van de volgelopen dwangsommen en kosten.
[eiser] . Van opheffing van de dwangsommen kan naar de mening van [gedaagde] geen sprake zijn.
in de 40 dagen volgend op het verstekvonnis zijn volgelopen, waarbij het maximum bedrag is bereikt op 6 augustus 2023. Naar het voorlopig oordeel van de kantonrechter heeft
[eiser] daarom geen belang bij het opheffen van de dwangsommen: de dwangsommen zijn al volgelopen. De overige vordering van [eiser] , namelijk dat er een zodanige voorziening wordt getroffen die met zich brengt dat niet eerder dwangsommen kunnen worden verbeurd dan na betekening van het in de verzetprocedure te wijzen vonnis, althans te verminderen naar nihil, gaat de procedure te buiten, omdat dan ingegaan moet worden op het geschil dat in de verzetprocedure aan de orde is.
- explootkosten € 129,85
- griffierecht € 86,00
- salaris gemachtigde € 793,00
- nakosten
€ 132,00totaal € 1.140,85